l« MEN GE L I N G EN. 8 ra ALGEMEENS S.C H, F. SA M S C H E COURANT. LANDEN-.Ei V O L IC E N K U N D E.Je# zachter 'karakter, Befene'o bunnen odscji'c /aan het gebruik -der wapehriv gewoon zijn hebfejmnet alie hulptftidlelen in zich zeiven SCHILDERING MOLD AFIERS en IfALLACflEft. {Volgens 2'raviU i<fthe .Cr'yne.a History of the hmb. frim Peters'). :o Ceniarnineye 18oa.) Niet ligt is er een Land van die grootte a s het Viir.tcTidont Moldavië waar men zoo vcrfchiJlcnd Volkeren aantreft, behalve de Mold;;viers wonen in deze Provinciën -Grieken ..Serviërs-Bulgaren., Polen" Kofskkcn.' Hongaren'Ou tfchets, Armeniërsjoden en Niet-Christenen- C-c o 'rfprookelijke Inboorlingen zijn de .Voldav-er', van welke' C-ntcmtrcctigeboren Jdoldavier, aeat: Ov.j moede., trotsehheid fchi.inen den iMolaavter aangeboren ;e zijn. Heeft hij een goed.paard; .cn-goede wapenen, z"o houdt hij zich voor den eer ften -ou-tv van dc Wereld-en i.n den aanval var, zijne -Üdelheiö zal zij- ,dcs- vracrfeHjkiisn Monarch tai oorlog verklaren." L'c Mjitlavier is ove- het geheel ftout, vermetel en twivt/ick; doen hij Ipar zich even zoo ligt terneder zetten 'als hij gramftong wordt. Landlieden ia zelfs Soldaten vechten-met de zsveep en met den (lok met elkander. Wilde' het iemand -wagen zijnen twist, mét d. n degen se' beflisfen, dan zou hem 'de hard.Te rfraf treffen. Dc Moldaviers zijn over het geheel zeer buertend en vrolijk en, onderdrukken ilccbts ïaet moeite hunne vreug de zóó dra zij gel gcn'hejü daartoe hebben. V'r.cpd 'fchappcn vergeten zij even zoo gemakkelijk als vijand- fcHappen. Zij hebbek vansjtatuur' ccnc grootc .neiging tot den drank, 'en «frihken fomvvijlcn gehcele .dagen lang, inzonderheid op Feestdagen of.bij Hecht Weder. De Soldaten'zijn de écuijen., die Brandewijn drinken "óf wi'nneeV eed ander v.bld.ivier eens bij een bijzon- "idcre aai) leiding dérgejijken drinkt-;, dan laat hij hetiofj een klein glas vopr den maaltijd berusten. Liegencn die in Neder-sioidavie en op de grenzen yan WalUchijs •wonen Zijn7 hanstogteljjkc Liefhebbers. van den Wijn 'Leus' -ontftönd* er ee'nj twist, of de Moldaviers of H'aJ- lachen de'rootfte Drinkers 'waren Diegenen, dis de VvelidhTgfchap aangingen kwamen op den brt.g 'te FokfchaTt zarrien. welke Moldavië van. Wallachijc fcheint. -ïfiër d'-'öak/n zij zóo lang. tot dat eindelijk de Wal lacher Van 'den velen Wijn dood ter aarde viel. Ter be Jbdning' van zijne ztgcpraal ontving de .Moldayicr van Zijrcn Verst dêti Adel. - -..De Mannen w.eten goed wet' den Boeg ,om te gaan en' 'niet 'groote' bekwaamheid de Lans te werpen. Schier 'altoos hébbenzij 'dchutegen 'op'zijdebloot jagers dra-, gen Gcwecren'. De .Moldaviers houden het voor ecae- lafhartigheid, eencn 'Vijand met die moordwapentuig. aan. te.' vallen.Met'ónpefchrijfiijk'e on.vetfc'hrökken- fièid begiiicya zij den ujrijd; .doen hun «aed verdwijnt Welhaast, wanneer zij den tweeden aanval zullen doen doel' worden rij'.'noginaais „tergg geflagen dsn kan «iets ben bewegen., 'den'" ftrijd weder. teyernicuyirëp; ïothwijJen (lellen zij* zich gelijk de Tartaren, als of 2ij Ult-dcn«m den Vijand' te lokken,'en door deze list .verliest deze ni.ct zelden ecn'e zegepraal, waarvan ilij"reeds zeker waar.de te.zijn. ...Dgn zijn zij zeer wreed dan 'toegevend wanneer zij zegepralen. Doc-i is hun Vijand een Turk öfëcnTarfair dan houden zij ij Z'jn zeer cd --dien/tig er' t tot dwetperij' toe; er zijd derhalve eene groó.e meniutc Kerkeni: deze ftfekca. geliik o.-.fc ;Kioostcr.> en '.Heremiwgen,.'waatinede <u. bergen' bedekt z!in - Deze- Moldaviers zijn heeds zéo getrouwe Onderdanen van dén Ho-p'-da?' geweesten ent ■tanjién er eetmaal onlusten in't Land, dsn o.ircn de Baronnen en--Bojaren fehdld' da.irasa Dé iermoordiiig van cpncn Turk, eer,en Armeniër of Jood ion. en de-Ntoidavier.-. voor.' gcenp jn,-daad over 'r gcur'el tzjjn zij aan de-:' dic'fital nié: o ergcg -- ven. offchoon diegenen die in de iiabuurfc-iap var. Tarratije wonenzonder zwarigheid moven doch in zonderncid bedelen zij de .Tartaren, .de-vijl a.jj gclo.n. Ven, dat zij bloot datgene wedci nemen, .vat hun be hoort. De .Sleeding der. Landlieden beilaat in een Isn? 1 f grijs laken sen kleed, dat dient aan 't iigebaam fiuit en ds: met wijde mouwen .voorzien is. De .Bur getsKbeplicden.cn Bojaren dragen pclfen. Deze kleding die ligt en' zeer wijd is., doet hunnen leden het'voor ceui'goede handeling hem terilnnd re yennpgr- den w*re. ieniand omie'r Hen zóo ycrfchóoncuddat liij-dit niet Üeed-T'dan 2fii 'mén hem voor eênyn jVcr- radcr en'Ongélópvigèri'houden •Matighcrd i.vèdne dciigd, die'-de .Moldaviers'. niet ken nen. Zijd'zij gelukkig, aan zijii zij t'rbtscfidoch zijn zij .önaelukkig'.é djn zijn zij lafhartig en "kruipend. Niets Tthijiit''''hu#'óp het'eerfte' gezigt ..zws'a'r voor 'te Icolneü.T Doch 'vinden zij de. fericgi'tc' zwarigheid of den r nierkbédtiideddrren' tegenffandj dan verliezen' zij terflond den moed en wéten zich, 'niet té helpen'. De- Mo-ldavers- beminncn niet alleen de Wetenfchap pén met, :maa,r zij j».ten utelfs ajles wat -in net ge- fingftc. verband,- met haar (laat.;'zij" kennen niet eens deu'-na^m .der-Schoone Kuofteh.; Zij'ziju vanmc'c'ning; dat kundigheden', de rede '.verwoesten', cn-wanneer zij van. cenen Geleerden fpreken', dao zeggen zij, dat hij door al'.ie grootc. geleerdheid gek géwordén i». «'Het beoefenen .der' Wetenfehappen zeggen ..zij betaamt biobt den Priesters. Een Eetk beho.eft niets meer te weten dan lezen 'ch'fchrijy'en', zijnen naam te. onder tcckenen ,'Cb cène' lijst van'zijnfc-0»fen 'zijne Paarden of,zijne Schapen1 te houden", -alle overige' kundigheden zijn voor.hem gvertolTgA' - .Zoo,.wel de ,XioMavters. i\£ de ïfaUctchen Zijn over, bet geheel fterk en wel. gefchapen.béide bézit ten eene eigenfehap, die hen tot vobrtreflelijke Sol- edaten maakt 'alle militaire'.vi-efenirgén iceren'zij met cene verbazende gemakkelijkheid.'De' Ihw.onérs van Ïieder-Moldavie zijn beter iti de wapenen geoéfend, daa•hunne overige Landslieden, dewijl zij reeds "federt langen tijd met de. Tartaren in, ccije. fop'rt' van oorlog levèn. Zij zijl) derbaivemok onrustigeren -wanneer zij geénen' Vijand hebben waarmede zij, kunnen (trij den,'dan-(taan zij niét zelden tégen hunne Overheden ja'-zelfs tegen- den''Hospóda'r zelv'eb'., op. ln 'aliesV-Wat tot den Godsdienst betrekking hééft., zijn izij'-buitengeweononwetend. Zij geloven''aan', eene voorbefchiKking en bevveeïéndat de Oorfpronr ■van mfle-dingen-aan-iéder ;hec d'oél vaif zijn- leveii té rorén bepaald heeft,-ven dat niets zijné duurzaamheid verlengen of verkorten kan. Zij zijn zoo vast daar- T«n,.ögertijigd\, dat zjj'zich.: jn den woedenden ftrlj»! ftortcn zonder in't rainde'de gevolgen te bedenker,, ©alnwcntr» van Opper-jvioidayie, dje niet zoo zee grenen, dwang-?an Hst rijden is de cenige oetViing, d-e zij beminden-, in hst fehoo'né jsarsetijae ziet.mén iiok zeer vaak jonge Lieden zich op de wijze der Turken in 't Ojeritwerken oefenen De"jonge'Adellij ken dïc.tot de .ambten aaiC'c Pof van den Hospodar of in. de Provinciën 'ieftemd .zijn, leeren Latijn, Fransch en Iiallaansch'; doch ilechts zeer weiuigen brengen ;het in deze zeer yerre. -De -Zédeleefder ó.riestecs en de Wijsbegeerte van ,lrhtoie!es 7,ijn .de «enige bronnen, waaruit;zij hunne kundigheid patten Qc Wallachen bezitten over 't.gcncel een levendi ger karakter, dan de -Moldaviersook hebben zij meer i'érïtiiad én moed. Zij zijn zeer gastvrijen weigeren .ondanks hunuc armoede nooit san.eenen Vreemdeling, dié hen daarpiu" verzoekthet yerblijf in „hunne -hui zen. Zij voorzien hén e.i zijn paard drie dagen', van al net noodzakelijke zonder, iets .daarvoor te nemen. 33iobt.de Hiwoners'yaii-Vasliir maken Van déze gast vrijheid eene uitzondering zij fluiten niet bloot hunne, deuren vóér de Vreemdelingen, maar wikkelen zich 'in voddenz.qo dra rij eer-en Reiziger gewaar wor den om;;hem om aajmci.czen te bidden De Moldavifchc ea Vyaliachifche Vrouwen zijn .over 't geheel mnclijk Tcbgoa; zij hebben eer. IVioon geiaat, doch dat'er meéstendceis bleek, uifziét. Zee ii Wéinige'..hebben ..Jigt.e haren, liet gfoptffejgèdceiité heeft, 'lig:bruiiié:;;,:d'e pogen :zijn zware, merii lange oogledén-en' vol 'vuur, en leventiigheid. Óffchpon iti deze Landen de -Vrouwen niet vou zorgvuldig bevvaaki worden als hij', dq„ Turken zoo Tstén -zij zich-tóch zcet zelden qperilïjk.zlen dè'wij l zij dit 'bloot' 'vo- f éeó yoórregt .d'ér.-l»|éft'an'den bdnjdén,. Het fehoo.'.e geflicb.t is in deze 'béide Erov.i'i!cieB:,de zaehtmocdigbeid zelve Sj.avén van-haire Oiiaejèa,. vin. harj?:Mahnéii., ja zélfs van hare Minnaars, kénnen de Moidavifchc en AValla chifche Vróuwen goenélandere wét eo geer.c andere wil,'dan dien der Maónenl Dc Man fpreekt, vn de Vrouw- nadert hem fiddcrend, kust Jierii d'e hand co' bide Wrn 'verjeHdj, vrer groovitc gedeelte" o«' vrou wen kan noch lezen noch .fci'rijvcn "Tn Moldavië en Wallaéhij'e fpréékt men, weinige wawden uitgezon "■ofldcrd; éene en deselfde taal, die bo.ofdzakelijk uit hét Latijn-afdamt, 1 epzo:j. Wélke tot het,ié én noodzakelijk "zón. i'cn jij; moet hij -penhmi g bcjegtneiiwaarheid en wjj houden mot'en zijn 'O cm.ed zijn Geen dscn doch ook gcen-CBgi-gt Inden-, -moet ds g telling zijn, die h"inleidt - VVie <-or me,-.f« kru'pt". die i« ot,k in 'ca-t hun ie' vérradenwie' aéicediging geduldig verdraagt, ie voegt Ook and: wc-er zonder zwa-igheid o regivaardigheden t 'teeds vroegtijdig moet 4erhslve de Knaap, iljunhiji teerch fcihdeien-, dói-h o»lt terds m-égtijdig raoet'i dit karakter' in hem ecrci, dewiil men anders kiem van ware grootbéid in be-h vtrflikt. ch vj de natuur, n-ch s',hor.de menfehen zich buigen,'!" vie'» aii-nthalve al.s een .redejïilt en vrij vyezén Tc dragen dit vordert 'dé.1 ai uur van' déif biedt de eer van zijn geBacht, :S HOS MISSÉLTK ZILT LET ER MET DE WaI HEID. DÉR GETeHlEDENIS UrT.-' EENTOE AANMERKINGEN OVER. DE OPVOE DÏNG VAN JONGE KNAPEN. De Opvoeding maakt' den mènsch eerst tot cenet menschdewijl-zij aaa dé rede de' becrfchappij over a> het- ,mcnfchelijkï"doén en la'tbiT verfehaft'.en de'zelfs (Uiidigheid. en vrijheid ontwikkelt Welke hei_lcarakti-ri iaii- dén' mcnsch ui'.maken Doch nér-gér.»ïan mén ook ligt 'te .vecl doeh dab ih 'de Opvoeding; Slieabe^oorj iflidezelvé- als ;ptjkkëi"t'é. 'wèikénv mm "de lhk»gebq,r'én.é aahtagén. .'Sri den niénseh fterfc 'en krachtig te maken enkifleohts Tcdik'vvtili' iwehrit ntèn aïl.e's san om deze zelfftandige ontwikkeljng te véfhindéren er, hare heerlijke.werkingen te oui.derdrukkenReed» hel Kind moet a is een .vrij wezen, behandeld Worden men moet aan de.befchavjng van zijne krachten een: fp.el-nim.toeltaan, om ze door vallen en dwalen,-- door wageuv.cn.-uitvoeren.. te -veriterken. Den K-nna'p mag men niet .voorpraten .wat. hij zeggen hoc h'ii zichgedragen en wat hij.- doen z'al hij moet alles zelf beproeven.- Moedig en (tout: mo.ef hij dc baan desTevens .iri.tredei):, én-miet op'elken'zijweg mageenc vermaning op- hemToermt,. -Slechts -door Jijt. verlof, altes-.te doen-,, watmieofchelijk-is 'bcfehaaft dc mensch de,.jcraobtRnyvcjké deftNatuutlSn -. hém. gejegd:; hóeft. Daarom moet'hij alles zelf zién'én zelf beproeven; 'hem mag geene moeite of geen gevaar van iet»-.terug febrikkgi), f/.'kètfi'-'. j .s' De Knaap moet eens'Van wórden dé .Man moei (leeds vrijmoedig, en zelfhandig handelen- Vlees inopi aan. hem. even zóarvreemd zijn, als -anhet licbi. het vermogen, te.ycrduistcrep..Hoe moet mén nu dén In pteen" tijdperk gcdfÈ-medèrh dargdné- mét'niïer Uj nèkkigëè'td en Itoutheedvóo'r jw.aqrheid. uïr, wat met z| wenfehen J.n haris'.óg'ten ïive een hemtdan imdaaÈ waarin Sts«n verflouden wdiWn-^Rykcn:;SÏdmvïfito® en waarin 't beftaari e«. .de-zeUitnrfdtgbcW.deaui,», Saticn óp 't fpyl lfaat. In zulke-tydêB erltEht- 'b geen ander begtnfet van beuordecling dan dat van pa'li,rg tot; het-doc5 en -de part-ij, die iemknd: imidj "vVat mer) ziet wat mén hoortda*, "word1 naar di grondftelliag-beoó-deejd-cH - oor waaréu regt Véricljijjj 2elf» d; verft»ndigltu mannen worden al;, 't waré cl gemerkt er -riwiliékeurig-eeh .próril l-ati dezü céri| dige voor:" .ge-rijen-veroorJoven z.ch inbTeuktn'i de waarhei J die even-zo" t-eft'ehd -s s ïibdvélig' iffi Doch dé waarheid is óbk zéér moei.jcli.jk uit tet'iné|. wij worden wel verfehijafelen én" hand-Jingen gewajj doch' hoe moéijclijk''-i;-- hét,;' hare oorzaken en- drijfvederén op te fporen i Een treffend-béwijs van^s orijuiftneid der beoordéeling van. anderen ch wefj;| een toonèel,- dat noch menig- uUig -i C-, v.erwsarïveji: levért dé Kardiitaai'Ret?. in zdne-Gedrnkfehriftcnf Eens reedde Kardinaal.Rctz met dut,beroemden.': renne en«errcheideae.anderen Dat in den nacht.uit een Gczelfehap teriig'; d'-Koétfier maakte plotfelijj! halte, dewijl hijDuivel» vo-ir zich-' waandé-tê'ziED I doch het warén Augus ijuen die'uit een RiviérW kwamen. fteéganfche Gezclfcbap geraakte in fchfijr, Turcntie.cn Rctz- fpr-nuen »ir den Wagen' Déeèrlit aanblik van het toonelT fciiokte <;ezen meerdan geiicj d'ueh dit fcheen fiechts e'efcóogenbük tr duren, cn'ri ter.ne verraadde tnans meer vrse< dsn Rctz Deu dag daa-op 'bekende' Turenne 'aan dezen 'd .t hij'rm den ir.in.Ten fchok geroeid had éo-dat-rte- wet" ziji itarcndejblik en, zijn langzame ca'g hem bewijzen-va) het'tegendeel moesten gegeten hebben ketz.in tegen deel had zich zeer gefehnkt gevoeld, emnwéj-.hadrl'iio :r£pjm.:geloofd.;-.tfït.-hij i'zécr"; bedaart .wtsch. htj-Lgail hem Sé>yerzejtering.,. dot bil voyr-zijnen:möe4,en;..bij'hi onrerfchrnklcéaheid borg.b»d,..wiil&> .zijn,.' Zoo.bt- -t >i rtr i fi tb "él M r - 'de .'-ar.aseec j gaat de Kardinaal Ke'z -voorten zoo mal' n «maai iets bcwcercn .da: -hij. riet itclf •ondrrvondtn heeft. Zeer juist merkt de Prcli'd-. t van-Thou (T minui) aan' dat cr buiten -zulke" iqannen Welke' -zelfvcrlooché' MbS-,gRRpeg: >ehUten,, ,,oii] met .op ;egtheid lmirec:eigei hfc i rfciiicdff.iirij'vers te warden geéuc Waarachtigs Gcfchieóféhrjjvera zijn'., -' I., ..I'.. Knaap opvoedpn, op dat hij in de toek,-mst te'kéns ais man hanccit, éc, dat hij nochMenfehêu r.óch Góden vreese? .Men moet heftf ni,-tt hinderen., zijn ligchaam door alle'-hahde u-aagftukkch te-beproeven.De Knaap die door Het nek kruipt; waarpveff hij behoorde te fprin'gen wórdt geen dan"; maar cm Vleij.cr en een Kruiper cireeii -Schandviek voor het Mannelijke Gedacht itbitt cr.l vezmilêl.moét de Kna.ap worden hij.moet oVér'TgrSchtcii vjiegé'n", iti;'"plaats'1' van ze te om IfWi'ffiti'l"'"1 1 ai'c - hinderpalen die zich aan eg'werpenzelf ovcrwiencuzijp' geest OV-ÉRIM EN'SCH EN, DIE ZlC-H D ÖO D GEL AG GffEN- '0E3SSN.' 'é..'.- De uitgangen i ijit het 1 Ven c.ij„ Veje. „MéniMsa hRólT^i'ólijk .e.n welgemoed jri 'ds;.'jtrii.g yan;. Ge]iefdéhij en eért onbewiakt oogenh':i,k-".levefj tiémln df-armeq: des-dootjr Onz-rkcr is drzc.;. doch elk hu- Buut.kaR hij kqtnen en irt- u moet zich; verwonderen, dat.de ojv/ékerbei'd des levens'de .men Qhïn.flle'h veen: oogenyit tc>t vreugde-tijd laat - .liet i l-ag-hen is 'y®..» dé gezondheid heilzaam, zoo lang het de maat-.uiej: oi{eff?hr-eedr, coch Vvcrkt het bth.gcheiijkq.te.plutfejljig enAó.. fts-rk en aanhoudend -zoo -óntyjuchf dezu'i aasi hetTtgchaam'I tersviil. dit zich.-nosiAau'hiOtuipw.ok.'- kende lagchen ovtrreci'r,- De voorbeelden vané;;,::jïcl.-en j.' welke.zich do"»d gélagehen hfbbcn, .zünnjej'gahcel zeldzaam,, en deze Toon .van dood fyhijHr,"' qficlioon' ntet altoos- welkom echter y»n -e.e.ién, vèol/jk naardjei zijn. Zcuyis had een .oud' Wijf géfchidder'd ,toejv i.lj heticlyc befchouw.de, bering-I,cm zulk,,e^4 .lagchen j dat'Hecht»:d?h ophicW, ais :?üh.igeejtaah/rieydaritde. ontv.lgch.^te Pn'fkmon Lch'ej tzidn. tivqsheenen :£.zi\ dood, die,-niet Hechts-eenen -fchoiel piéi yi.ige.i ledig de., inaa.^opk ècnen bcjt.er met^Wijn'uttzpop. Den dóód! als (b.it&rbecft-tncn zclis doorgit ïaaVjién-.petvqrktwailf St, Foix verhaalt., dat eenefóojt; van: Wedei doppers ie"! ma.R.d d.le deii dood verdiend bJtd-i.-.éoód!-• etsn kiRejeir",*: am-geep' menfehenhloed té vergieten. '01,Dc:.\vistóaur herinnerden zij zich aap dQ.uitfpwak ,.dat wiemeh'fd.hen- bj.iied vcngo'ordiens bloed wcder,.:.rp-t vejgbutén wor-l den. i Dc menlcheüjk^.. fchcrpziuqigVeid' heeft, dus.'jde., wegén van den otitijdigeö dood zelve .ve'r.y.cqlépidïjV^',1'; als of 'dc -i;a-tuu)-'.z,elve; -piet vindingn-ijk g.éiidtg in dé vermenigvuldiging van. 6,e foorten des doods: geweest yvarc, en als of. het den .niensoh'aan gelcgenhf id ónt: brake, van i et licht de,r zon voor: eeu vii-affcheid, te nemen. Doch war is. nu be,er, zich dOQdrte. la»- cóen of ecu leven,zonder „de waardigheid te Is- ven I GROÖTHEID VAN ZIEL EN BELOON ING - i- v - v, VAN DE-.LL,yE.. Margaretha van Valois beoorloogde haren Troidéf Hendrik III en den Koning van Navarre ha-en Ge maal, 'Haar klein ffcer itand ia.'t leger veér ftüerieadf

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Algemeene Schiedamsche Courant | 1807 | | pagina 2