ALfiBMBBNESClHiSDAMSCKfiCOtJRAWf; GE SC HI ED K UN DE ;ME N.G EL INGE. N; REKEN KUNDIGE PRYj VRAAG. O» 'Qmuire' té Schiédan. BËLANGRYKE BÉRIGTEN- M A J O,' -G ROOT-AD MIR. A A L VAN met ds risflelijke vermaning, em zijn. tijdelijk en( Politie bem.niet gered had. Zijne Dame vlood in echs eeuwig heil ie redden en volkomen met ecnea man kraamalwaar zij onmagtig werd. De Schrijver die vervolgens eene vergelijkingtos? «verwin- .t SICILIË. {Hervalg.) Dit voorftelvond lerftond'volkomen ingang, ener 'werd eene ornftandige daarftelling van den toeftand der cipênlijke aangelegenheden in Sicilië-vcjrvaardigd welke juist aan den Graaf Roger werd overhandigd, teen iiij met, floneila ia gezegd onderhoud, begrepen was. Niets kèn den Graaf thans welkomer zijn dab. de gelegenheid; welke hem werd aangeboden, om op cancjifceer bepaalde wijze de geruchten omtrent^het karak ter van den Grootadmiraai bij JJonella te kunnen ver Herken, Hij ga dezen alzoo de depecbes over na dat hij ze doorlappen had; Men fltelle zich Bonclla's bevreemding v©or. Bet was hem onverklaarbaar'hbé tutfeben twee zooinnig vertrouwd-geweest zijnde .perfoncnals de, Gróotad -iniraal en' de Aartsbisfciiop waren, zulk een twistabt- fiaan kon, dié beide iot even verderfelijke flappen te gen elkander verleiden, moest. Eindelijk rees in ;hera <iel gedachte ep dat het ftrafbare -oogmerk van Majo «den-AartbUfebhp van hem verwijderd had en hij, <He te, voren zien nietoverwinnen kon em san de tot niertoe tegen deo Grootadmiraai" ingebragte befcbul- digingeh eenig.geloof te ilaan vond thans' in -de. al gemeene ftem'die tliana op 't punt was, zelfs ia Si cilie luid te worden maar- ook in het gedrag van den eeTften vertrouweling,en vriend des. Graotadmi raals, dén Aartsbisfchepdie de uithardende gisting tegen bem'nadrukkelijk onderfteundeaanleiding, om een zeer levendig 'misnoegen tegen denzelven op te vat ten, waartoe hij des te meer gehemd moest zijp daar zij hem het uitzigt in den achtergrond van zijne ziel .opende, eenen beweeggrond te hebben, om met 'den .Grootadmiraal volkomen re breheti, en-op deze wijze aan eenen hartstogt te voldoen f dien hij öeciits met de grootfte infpanaing in ftaat was te men. 'Doch fehoon Bonella diet nicer dievoo'ringepoihen- heid met den Grootadmiraai bezat, hem tegen Graaf Roger te verdedigen, zoo ftemde hij toch 'niet luid in het misnoegen, dat de Graaf in hem zocht gaande te maken.' Dan zoo veel geloofde hij tsch aan zich zeiven fchuldig te zijn den Graaf te verklaren dat hij van dit uur aan niet alleen elke onderhande- 'iing afbrak, waarin hij als woordvoerder van eenen man. moest verfchïjnen dien de openlijke tneeoing veelligt niet» zender grond veroordeeldemaar tevens befloten had, om terftund nsar Sicilfeiop reis te gaan én in civcn perfoon zich 'van datgené' te overtuigen, wat dc° tilgemeere (tea van de ftrafbars oog merken des Grootadmtraals verbreidde en voegde' er eindelijk bij: dat', in gevalle die geruchten zich gegrond bewezen, hij door eene beflisfendc csad jegens Majo zeiven, zoo wel lederen argwaan, die tegen hem ontdaan k»n de verfte deelneming aan zijne misdaad gevoed te hebben, vernietigen, als pok zijnen wrevel wilde wtccken. - I Bónella welke geenszins «(aan-de, dat de Aarts- bisfehop de vertrouweling van, de verraderlijke oog merken van Majo' wasmaar veelmeer geloefde dat :ie onverwachte ontdekking van dezelychenr niet alleen Met misnoegen en "afkeer ver vuld maar hem ook tot -vijand van zijnen vertrouwden vriend gemaakt had befioot derhalve om bij zijne aankomst in Sicilie zich Set eerst naar den Aartsbisfchop te begeven, en uit zynen mopd deti grond van die, omtrent den Groot- admiraal heat ter ooren, gekomenegeruchten te ver armen. Hij geloofde dit inzonderheid raadzaam om maar debzejven zijn gedrag en zijne woorden jegens den Grootadmiraai af te mete,n. Bonella vond den Aartsbisfchop in eenen hoogst treurigen toeftand de ws-rkingen van het hem loege diende vergift hadden zich iu die - mate uitgebreid, dat bij,, onmagtig op zijn leger neder jeilrekt, en door d'e artfsn opgegeven, flechts nog een .ziek leven ïefcte. Hij argwaandè'den fluikmoord die aan. hem geoefend was. intujfphen, daar hij geene toereikende bewijzen ia handen had, zoo kon hem Bechts het uit zigt trodstén f denzelven door eene.beliisfende wraak aan zijnen moordenaar, dien hij maar al te levendig in deii Grootadmiraai erkende,' te ttraffen. Offebson Hugo in dit opzigt alles hid ingefpaa- ■aeti'. om het misnoegen eo dén haat tegen den Groot- admiraal met aÜen nadruk eindelijk te zien los har ften, zoo won hij echter hiertoe een fchitterender uitzigt, als, hij Bonella voor zijn leger zag treden, Bij was van de fchuldélooze eo onbefmette denk wijze dezes jongen Edelen overtuigden kon der halve vermoeden dat het berigt, welk hij naar Ka Jabrie omtrent de tegenwoordige betrekkingen tus- fehen hem en den Grootadmiraai had gezonden, zij- men ïegtfehapenen zin gefteöten had, waarin de hou ding, met welke hij voor hém ftond, en de woorden die hij'daasbij fprak, hem nog meer verflerkten. Snel rijpte derhalve in beta het voornemen, om door zijee ",-voorfteHingeu en zijne welfprckendheid datgene te .voleindigen, wat er nog aan ontbrekenmogt, om hem als vijand van den Grootadmiraai te zien optre sen. Hij verzuimde derhalve niet, offehoon uitgeput in Jcrschten óm Boncllsj Omtrent, alle oogmerken van Majo. het grootfte flehi-ic geyen en bifiost eindelijk te brekin die niet alleen wegens zijne ftrafbare plan nen tegen den geheiligden perfoon zijnsj' Koiiings tnaar ook wegens des aan hem begatien lafhartigen moord, het wraakzwaard des henisls en der.'a.arde niet ontgaan kon; {Het vervolg, b.itrna.) .J - PQATUGEESCHE ANEKDOTE, (JJil de laat/te eeuw.) DonMelös, eene jongePortugees, dapper en fehoon, goed en verftandigzwoer zijner Braid Donna Maria aanhoudende.vurige liefde. Hij voelde geheel, wat hij zwoer. Onverhoopt geraakten beide Familicn ip twist het Huwelijk vvere verbroken i en Maria's Ouderen ver boden den Jongelingzijde Geliefde ooit weder te naderen. Nogtans wist het trouwe paar eene teedere geheime verftandhouding ted»en voortduren,Om deze te Vernietigen, wendde zich Maria's Vader tot den Graaf Oeijras, den Minister, 'en.werkte,do verbanning van den Minnaar naar Brazilië uit. Tc Voren moest Mu los voor Ocijtas verfehijne». Toen h0de ministe tieeje dreigingen niet achtendeonwankelbaar daar Bondontving hij bevel om pTotfelings te vertrekken. Dt wanhopige onderwierp zich' aan dé Qvetmagt. Gedurende zijn kluizenaarsleven in Brazi lië,werd de Kening van Portugal vermoord. Té-ver geefs fpoorde men de merdefchuldigen aan dezen wrevel naar. Een, fnec nanie Don Franceseoj was, gelijk- men bepaald vernam, te fchccp gegaan, cnnaarZuid Ahtcrika gevlugt. Ef verliepen twee jaren onder vruch- teiooze naatfporingen. Ook Melos vernam eindelijk, hoe onvermoeid'werkzaam men ware; om des misda diger in handen te krijgen, en beBoot de rol 'san Francesco te fpelen. Hij vertrouwde zijn zio genoemd geheim aan eetige lieden van Welke hij taet over tuiging hoopte, aat zij hem zouden verraden, Melos werd in de gevangenis geworpenniet bdeijen aan han den en voeten. Men b:raadfiaagde zelfs lang, of men hem niet ia Brazilië zou vierendcelen zonder hem naar Portugal terug ts "brengen en oeilodttcn lastlte, de bïflisUng aan den Graaf Oeijras over te.latèn. Dè se., in de zekere verwaenting, nog meer deelnfemtrï aan de zamenzweering te ontdekken, beval, hem naar Portugal te leverets. By kwam onder de wneedfte mishandcliagén in zijp -Vaderland aan. Hij fmachtte lang in den diepftea kerker; daa buiten.de woorden Ik ben Fraeceseo" was er niets uit dén vèrflokten, sgelyk de Regters hém noemden te lokken óf te mar telen. Deze hardnekkigheid, dïf geheim vol gedrag be woog den Minister Oeijras; het onderzoek zélf op zich te nemen. Hij liet den gevangenen des nadhts in zijn paleis voeren. Zijné verbaasdheid was grenzenloos toen hij Don Mei os herkende. Ha', Rampzalige!" riep hij uit. Aan welk omzettend noodlot hebt gij u prijs gegeven.' West gij wel, dat gij bij den. naam Francesco gevaar liept, in Brazilië gevierendeeld te worden f" jaMijn Heer f' ik 'weet betj. 'ik ftortte mij koel en opzettelijk in doodsgevaar. Op hét fchavot te (terven is minder vreesfclïjk vaorrnij,'daH Jk-t onge luk, zonder de geliefde mijns harten te leven. Ik kan niet anders. Ilc ntoet.haar weder zien, óf fterven. De Miaïst'er hoorde, verwonderde zich zweeg.. Eene zoo heldhaftige daad overwan dep gevoelloozsn; hij werd voor de eerfle tuaaï iD zijn levee aangedaan 5 vol innig medelijden vestigde hij zijne oogen op Meios. K Bij den Hemel I" fprak hijUwe wonderbaar mag- rfge Lefde verdient bclooning; Ik wil zelf met de Ouderen van Donna Maria fpreiteh, wil eene verzoe ning wil uwe verbindtenistot ftandhrengen." Deze woorden betaalden al het lüden van Don Mei os met woeker. Zijne Maria was htm trouw gebléven had verfehtidene fcaitterende partijen afgeflagenen zich eindelijk in eene kloostercel opgeslotenWaar zij baar leyen dacht te eindigep. De Minister was gelukkig genoeg:; zijne,magt, welke hy tot hiertoe Séchts ge bruikt had, om ten tnSmtnden kwaad te doen,, na vtrgoedend tct geluk Jfaa Don Melos aan te wenden. Donna Maria vloog naar het altaar met haren getftu wen. Hunne zaigheid te fchilderen is onmogelijk Deze gebeurtenis, welke r.och veranderd, noch in eenige omftandigbeid verfraaid is, bewij t.dat, waar rein gévoel heetscht, dc natuur verde: gaat, dan de verdichting. Hoe vérre. lïaaa voor deh hoaghartigen moedigen Meloa al, onïe Romania Treu.fpclheidcn achterj! DE APPELWÏVEN OP DEN NIEUWEN 1RUG. i" r - In een reeds voor langen tijd gedrukt werk, /eina' me'roswelk velebelangrukeopftellen bevatverhaalt de Schrijver onder anderen Ik ging op zekeren dag over den nieuwen brug {Pon! neuf)eea jong, wel gevormd Heer met eene Dame wandelde voor mij heen. Toen wij aan het ftandbeeld van Hendrik den Vier den kwamen, zeidedc Dame tot haren Geleider neem den hoed af." Hij lachte, Gij zult toch niet verlangen, dat ik een paard van bross begroeten zal De Appelwijvendie daar rondom zaten, hoorden fchen Lodewijk XIV en Hendrik IV maakt; roept bjj' deze gelegenheid bit; Hoe veel dierbaarder blijft toch den vólke-hef aandenken van eenen goeden dóa dat vac .eenen-geooien Koning!' Hij had behöoreu te zeggen: zij worden over lang of kort beide verge ten. Van Lodewij^ XIV-is reéda voor-Taog de rede niet meer; en fiet ftandbeeid vaa Hendrik den Vierden is door diezelfde vuistea omverrc gerukt, tvelké deó Jongen Man afrosten., om dat hij den hoed niet voor hetzelve wildé afnemen. 'GRONDBEGINSELEN EN GEDACHTEN. - Aangelokt daor de nieuwheid en toch een flasf dcc gewoonte brengt dc mensch in 't verlangen naar af- wisfeling en 'c zuchten naar rust zijn leven dsor, ZelfverveJing is eene ziektewaarvan men flechté doof arbeid geneest. Vermaak is flechts een verzach tend middel. Deugd is dc zegepraal der grostfliaedighcid over het belang. De eer is de dochter van heid. deh ihoed eij de ijdel'» Oordeelkunde ia niet ligt, doch kutist ne'g zw'asr- der. De ntensch vtrveelt zich bij 'tgoede, zoekt het be tere, vindt' het.üimme, en gjeft zich daaraan ever uit vrees voor het Üimmere. Vrees en hoop verdeelen het leven onder elkan der 5 voorden lust en de fmart blijven fhchts oogen- blikkelijk over, De eigenwaan der dwazen verohifehuldig; dien der wijzen, doch regmardigt denzelven niet. Wannckr de vleijerij niet gelukt, is't nimmer hare. maar des vleijers fcnuld. Uit eigenliefde iilcen b'emint men de befchpi'dene lieden Zoo'zéér. Hétgeen de zwakheden def vröüvvcn onverfchoon- baar maaktia de-ijael'e vérdienfte der gelaksrid- riers. Mijne éricitden, zijt gij vjei Zeker,» na tien jaren den nasm van «1 uwe vrienden nog te herinne ren? - Één liefje is' lïgt'gévó'ndenen eeiï vriend ligt trouw te houdendoch een vriend is zwaar te vinden, eiï een liefje nog zwaarder trouw te houden.' De houpmoed op geboorte 'ware dc dwaasde en on- iéfdragclijkfte zonder den hoogmoed der zoo genaamde Parvends die altoos fdhunen te ijlenen zich af tc: matten', Cnj den verloren1 tijd weder te winnen. De grootfte zwarigheid bij de opvoeding, der Jiinderes' is,'dezelve, in onderwerping te iiuuder-zor.üir iiaii karakter" te vermeerderen. B3AHTVVOO'iDING DER REKENKUNDIGE PRTSV VRAAG, VOORKOMENDE IN No. 10^ VAN DEN 6 SEPTEMBER iS-S. Het sntwoordt op dft voorftel is j Hij heeft van cfk gekaeht 45 ponden," Vofdo'eude uitgewerkte'antwo'erden zijn hierop in gekomen jvaa Maarten van der Zee te $chieU.u>i j. Leer, S. de Bel en A. BIsfn Kweekeling van het Rékenktjn'd g Genoatfchap: Tet Oefeoisg ea Onder wijs, te Rotterdam J j. Maritz (aetata) H. Men kes, J- L. Swisfari en D. t. H. in den H.tag H. Hermans fchoolhoüder D. Méidola ju rioral. - H. Pos L. j Uiman H. j. de Roever en B. Raniers te Amfierèatnj. B, jr. fe UtrechtE. R. J. vas' Ex ter geboren Luitjes tt fformervett A'. van Steen- deren te Harïtngen-, en Anonijniu's. Voor s berig- ten wij dat de Opgaaf van den 30 Augustus 11 cog beantwoord is dóór H. Hermans fchoolhoüder, en D.' Meidola jr. te Amfierdam. Vier perfonen A B C. en D hebben afgeladen eca7 fchip oist .fterken drank. Hunncberekening was; dat zoo het op de beftemde plaats aaskwamzjj raV, voor de 30 virtels zouden omvangen. Dan hét ge beurt dat dé prijs is minder ten dat gaf voer A volgens afleveringƒ40 "t verfchil; Zoo fa de getallen der (lukken van A, B C en D geven ééoc geotnétrifchc progresfie.'Wier'réde twee iihehbe de z«odar.ig eene èigenfehap, dat het produet der tw'Vei eerfte termen ij maal meer is dan de fora"'- dér v.tr' getallen vraagt men daar de mbeud der ftukkèa' van elk even veel virtels bedraagtwat èlfc-volgeni" asleveting' moet ontvangen - D1SMENSLAND EN ZÏNE BEWONERS.; (Et» Brokftuk uit foyage aux terree auktrafet.) S Naamvelijks hadden wij den voet op den cever deze woorden. Ziet dien Houd eeus fehreeuwde gezet, of twee "inboorlingen vertoonden zicH'.édör. om eene van dezelve, hij houdt ziek voor te goed, om{0p tenen hoogén ?eer ftèilen beuvéf..' Öpde teekeiwra soor onzen Hendrik den hoed af te nemen." Terftond|van vrieedfehap'die wij hun maaktéjs, Rwaia éen raa rotten de gezamenlijke t met bruine vuisten wel voor-ihen, ineer'-'gevlpgéD' dan gegaan vaa'^df 'ü'»ia; af,- ziene, Dames zamei), vielen over den Jongen Man en was.ïn écpoogenblik midden onder •ns.'Hepf was eca heen, restea hem wakker af, en zouden hem veelligt i jong isan van aa'tot 24 jaren, van eene alzins -.-ii.e In de'rivier geftart hebben, i„siea de totfueJispdchlgchaanisgefteldiieia ionder een ander',g«ra f &n

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Algemeene Schiedamsche Courant | 1808 | | pagina 2