V 8."'T""Ö''O G.
z ,'j ju s k,
ME-NGELNGE
tó-H;fekÈÏ8* D-A M S CHS c O U V r S
of nat
6 L U X,
-Ears Zfra&iesch FsrhaaU
i" (f er volg en ƒ/-'.)
Als hij- hier op zekeren dag alleen, ihatrmarteHjke
ïscrinneringen bezig, door ds eenzadie velden zwierf,
rsióïe». welluidende klanken en vreugdegejuich zijn
oor.Hij we:schie, dè oorzaak daarvan te wetenen
Wendde' zich naar de {treek, van welke zij kwamen.
B:J kwaai welhaast bi], een-landhuis aan «n werd
ïiier eenen hoop boeren en boerinnen gewaar» dienaar
den klank der werktuigen en der ftsmmen read dansten.
Alimek ftord verbaasd otter de natuurlijke en levendige
vreugde, die allen bezieldeen verwonderd, gl'ng hij
naar eenen grijsaard jmet witte lokken toe, wiens uit-
Sre'ndig voorkomek eerwaardig en'vrolijk tevens was
en die nog de ligchaams kracht der middeljarcn behou*
'den had. Deze grijsaard zag het blijde feest met eea
zeer tevreden gelaat toe, Alimek vroeg hem naar de oor-
snak van oir buitengewone feest.
Het is geenszinsoagewooo astwoordde de grijs-
"isrd het vind: op alle, der rust gewijdde dagen
plaats, na dat wij den Goden onzen eerbied betuigd
liebosn geiijk.ihet de. gebruiken vaD onzen gossdienst
inéile brengen."
Op deze vyijze zoekt gij u alzoo voor bet cngtluk-
kige leven fciiadeleoj te .tellen, dat gij op ie overige
dagen leidt?
'R.eeJs zeventig jaren heb ik deze levenswijze
'gevoerd, cd dank den Goden daarvoor; ik kan niet
zeggen, das ik ze ongelukkig gevondenheb. 't Is
waar., ^cet zeer we!dat gij Grooten van -mecning
zijtdat er geen geluk zonder glans kan wezen
doen «wij eenvoudige boerenlieden'-» wamiter wij in
uwe fledert komen, eenen blik in uw® paleizen wer
pen, en het oproer en de onrust gewaar worden, die
JÜMtin haerfcheozoo verwekken uvre rijkdommen in
ons meer medelijden, dsn nijd. Gij geniet nimmer
eene gemoedelijke rust; gierigheid, eerzucht, oorlo
genverdeeldheden roeven ze n onophoudelijken
waar geen vrede'is, d3sr kan ook geen geluk zijn.
Wij zijn wel diet zoo rijk als gij; gouden zilver ken.
nen wij uaruwelijks doch hetgeeu gij gedwongen zijt
om t$ fcoopengereis ons onze kudd-.u en vrucstvelden
overvloed en daarmede zijn wii tevreden."
öet komt mij zonderling voor, dat lieden, zoo al»
$i'l die gedwongen zijt om de grootfte raocijelljfche-
Jieden uit te ftaan zich nog gelukkig noemen.
j# De arbeid'antwoordde de -grijsaard -a, moge
£èni moïjjelijk voorkomen, die zich door aanhouden
den lediggang verwend heeft; dcch voor .ons heeft hij
- ongemeen veel bekoorlijkheid. Nog nooit heb ik zoo
treurige uren .doorleefd sis dis waren toen sine
ziekte mij aan mijne gewone werkzaamheden onttrok
de tijd. fchèsn mij fa den ohuitftaan6aarften fiakkengang
voorbij te fluipendoch wanneer ik met mijn werk
bezig ossi,dsn ontyjugt Blij de tijd, zonder das ik
kei. gewaar word, Jk voel geen oogenblik den last der
Verveling, die mij zoo pijnigde, toen mijne ziekte mij
té! nie ts doen Veroordeelde.'?
-I' D- cis de last 'dién een vermoeijénde arbeid oplegt, is
"«ch'.'er nog onverdragclijfcir. V
p Qsze last is vrecrièlijk voor ceeen flsafdie ge
dwongen is om dtnzelyéa t'gea zijnen svil te dragen,
zonder [da rest te kunnen genieten wanneer hij de-
f.elve behoef;doch voor p&sia dezelve, hst niet.
Wanneer'ik''moede ben, dan rust ik uit, ca ga ver-
voigena met verdubbéldè bljjifeftap.vvedet aaa .mijnen
arbeid, ook neem ik ilecbts zulk eenen op mij...die
(gepast en met ifi'jne krachten overeenkomftig is. Het
geen gij yermoéijèni» noemt, wordt dan fiechts eene
.sahgénaffle bezigheid; zij onderhond! en .verwijdert van
ons alle' droe ve gedachten., ons ligchaam wordt harder
engozpr.def;'/ en iijdt-'n'ie.f aan de jqyalen, waaraan de
lediggangérs zoo vsaït oa&werpen zijn, onze maal*
tijden, worden door den honger gekruidonze rust
is vreedzaam; en'terwiji; Wij arbeiden, verfchaft ons
fSe, gedachte sml de vruchten die wij eens daarvan
incogrtea zuilen, een alzoo durend genot, dat uwé
Rijken sn -Qrooten niet kennenelke (tapdien ik op
ïnijn veld due, wekt in tnij de gedachtenaan 'den
fflogst ca dit enkele denkbeeld verfchaft mij het innig
ttè genoegen.'? -.
D;-th n.et nut, dat gij'van uwen zuren arbeid hebt,
ïs_toc|i wo gering, wanneerigijdaartegen de meniger
lei voordeele» houdtdie-de rijken zonder eenige moeite
genieten.
ar .Winettfflc- dorftig Befl en mijnen dorst ia eene
ileine bron ftillen kan s- vvat fcheelt 't.rnij dan of
«inderen uit eene groote rivier drinken? Mijn velden
iaijns ktiddè zijn 'genoegzaamcm mijne behoeften te
bevredigen;- wat ksa ik raeer verlangenHet geluk
Kftatrt niet; in 't.btzit va if groots goederendoch wc)
daann, dat ivij met datgene .tevreden zijn, wat: be-
roepivlij: of.geiukkigfc toevalids,ons.geven. Gij; dit
in óvéfylotd zwemtzijn werkelijk veel armerdan wij;
want uwe bfgserten zijn anvcyzïdeHjk. Wij hebben
weinige behoeften, en deze zijt) ligt. te bevredigen
doch gij fchept dagelijks^ nieuwe die voor u bij aar.
Koudendhtid eens bron ven mismoedigheid wurdet
Brie disgea (gelóóft «èöen grijsaard, tiis/i eene isn,'.
es der vin ding wijs gemaakt heeft) zijn geaosgzaajn
om den mensch gelukkig te isakendé vreds; de
'arbeid en de blijmoedigheid. Bewaart de rust der nel,
verwijdert vac u de gevoelens des haatsonderdrukt
de hartstopten dis vernieling- ia haar gevolg hebben,
verdraagt iinet motd; en ftsodvastigheid de rauipe.ij
die met de mcnfcnelijlte natuur ohaffcheidelijs ver-
tonden zijnnoudt de verveliug verre van u, terwijl
gij den lediggangvliedtgenist -wijs. de goederen
die u <ie hemel verleends_ —".en g1] zult gelukkig
zijn."
Aiimtk ftoud verbaasd vao eenen eer.voudigen land
man eeu zoo gezond juist -oordeel ie hooren het
laacfte gedeelto det woorden, «iie hij hem zeide had
hem. hoofdzakelijk verrast. Hij herhaalde deze dan-
tnerkingeu eenige' malen voor - zich zdyen na dathij
van den grijsaard afféacid genomen -had, en zeide
'Dit geluk, dat ik zoe zorgvuldig nhargefphórd heb,
woont werkelijk op het land waarop ik geboreojDen,
toen ik dit verliet, heli ik mij ook ven het geluk ver
wijderd; Ach 'welke treurige gevolgen heeft-de vond
voor mij gehad, dien ik irn dat geheimzinnige hol deed
Welk voordeel heeft dezelve mij verfcoaf; j Tot eene
menigte vepmoetjende- lan'gwytige reizen bén ik
daardoor; bèwogcr.vu welke iic geene ande
re vruchten heb ingeoogstdaa. de treurige overtui-
giag, dat de verworpenheidder menfehen overal de
zelfde is, en dat zij Hecht» in de menigvuldige'wijze,
hoe zij uilfpatten van- elkatder 'onderfcheiden zijn.
Van de ijdele vermaken walgende'die mij.niet een
enkel ©ogenblik lang waar genot reiTcbau hebben^ en
die mij aan den raad dés grafs'voerden geloofde ik;,
de ftem eener'edele eerzucht te vernemen; Waartoe
heeft dezelve mij'gébragt ïen ófer werd ik var. in.
trtgués en ksbslenen ter beliowng van mijne langé
aieniten bood men.mij.— het koord. Wretd Verra
den door eahe vtm# die' ik tnabad zwerf; ik rond,
zonder te we*«»wat er van mij worden zal, en
eiken dag word ik mijzelven fteeas.onverdrage-
lijker, .Ware het niet .beter voor mij., geweest, in.
'dien ik ép mijne vaderlandfche vtltiêh'gebleven'.w«r,e?
Ware hét ;niet beter voor' mij gtwsestindienik.voorts
in mijne, gelukkigs onwetendheid mijne dagen door
leefd hadde Ik zwclgde wel niet aan rijk-bezette ta
fcis doch de honger 3cruid«e..iiiijn fobar maal-; ik hulde
mij in groove itoBen; doch zij befchermden mij, .veel;
betet-tegén bet' orguré weder dan .de prachtige gewa.
des die de luimige snede mij gebood te.dragen.;,mij
ne woning was eene armoedige hut; doch hoej .zoet
heb. ik. 'daarin .gcilapsnNimmer- verontrustte» -mij
augftige droöwea en geene treurige gedachten jfteor-
den mijne nachtrust.. De dag-verliep mij.btj de bewa
king van mijne Kudde, en bij de bebouwing vaa mijn
veld; waren deze ianibezi'/heéen r.iet verre-weg te
kiezen boven de vrcesfelijke zelf ver veling, 'die my
federt dien tijd zoo dikwijls gefolterd heeft? Ach!
hoe zegt heeft de eerwaardige grijsaard, diea mij ie
Herbet heeft Jatcn vinden »-om-mij fonitta
rende dwaaihedcn te ontrukken 1 Zijne ftem is die vïd
mijnen Befchenbengrldie mij op deu regten weg- te
rug roept, van" welken ik ben afgedwaald." -
Na dat AUmek deze gedachten den gaotchen ngflht
door had voortgezet, ftot'd hij bi; den eerften Staal der
zorne op, itier het vaste fteduit, om den. goeden
gr'jsaard op te zoeken en hem om het verlof te bid
den zijne dag naast hcBi' te kunnen dooibrengen op
dat hij eindelijk mogt- aan-vangen het geluk te ge-,
nietendat hem tot hiertoe ontvloden, was. Be grijs
aard zeide iiagcbe'Bd tot hem: „Het is mij hoogst aaa-
gensam, dat ónze. eenvoudige levenswijze u beden,
beter behaagtdan gisteren doch zij past siet vootl),
en het geluk woont niet alleenóp, 'tland; gij kunt
het ook midden ia 't gewoel .dér ftelén in den fchoot
des rijkdoais en des overvloeds vinden. Om het te
fntaken, is het genotgzaana (ik herhaal het u) zich den
vrede der ziel bewaren, met de goedeeen, die men
-bezit,.-;tevïe*in te zij», overdreven® etfehen die maar
zeidén verviAd worden, te vermijtienea eene wijze
bezigheid te kiezen.
Bat aiies is zeer>vasrhervatte Alimek doch waar
om zou ito datgene» wat ik hier vinden ksa, eerst in
dc verte zoeken ?- Het" leven"dat gij hier voertis
mij voor het.overige niets minder dan vreemd,-en lit
zal mij daaraan ligt gewennen kunnen. HierSp deelde
hij den. grijsaard tneee, in welken Hand hij geboren
was, en óp welks wijze, hij dsn zeiven verlaten had,;
Neemt tleïé dingen ten gefchénkc, en lakt ttn! la tter,'
toekomkige onder u wonen."
ïfcSneem deze Itefchcnkeh aan entwoörtldc de
grijsaard dewijl gij het wettschtdoch geenszins,
om van dezelve gebruik te maken. De He-mei-moge
mij voer'eenen zoo dwazea invul behoeden Tegelijk
geef ik.u vrijheiddezelve terug te vorderen in
dien u(het leven verdriet, dat gij - thans beginne»
wilt Hoe wijs uw beiluit ook is: zoo is het, echter
een weinig overijld, en wie weet, of gij niét eens
berouw- van hetzelve hebt. Blijf intusfshen -zón lang
bij -on-s, ali het u behaagt; wanneer het u eens hier
aiet'sk'eer. aanil-aatzoo vorder de dingen terug, die
gij mij in bewering gegeven hebt, en rigt uwen- Aif
verder.
Alimek was over de coeds ontvangst, waarmede dc
grijsaard'hem verwaardigde, verrukt, en verbande al
■ie ijd'éle, i'dWaïè gedachten uit zijne ziel', die' hem
:ot ons ver gepijnigd- haddenin de rösi der ziel, die
tielin eenihitishóüdeiijk ca arbeidzaam Sevgn vond
-ïi) thans het reine, vermaak, deze innige 'voldoening,
■velk# hij tot dus ver niet gekend had. Êlken dag
vèrd hij met zijs lot tevrcdecer, ca dacht Qechts daar-
•tpom zijsgeiukjopesumaaite verdubbelenen voor al
toos in veiligheid.-te ftsllea. De. grijsaard had eeae.
'echter, die met alle bekoorlijkheden des ligchaams
a alle deugden getooid wds, düirack verzocht haat!
*er gads; dcch de oude had door eene largo t»hd|
nndin'g ide-'oabeftendigheid van het meiifchelijke ha
ie naauwkeurig Ueren hennen'', om geheel zeker hj
Atimeks ftanVIvastigheid te rekenen. Hij bekhowiji
derhalve zijr.e wenfciien nietycpr dar hem eètij
laag aacboUdeade proef de Ze!(erteid gegevetr had
dat deze nooit., nóch zijnen hand"noch-Z'jne woea
plaats, zou veranderen. 'foen mi 'Alimek, «iadeiijk
den top des gelukswaarnaar hij zoo lang riéi<-
ftreef de', ea wasrép:hem noch. -rijkdommenoocj
vermaken, noch eereposten gkosden voerenbereik)
had, zoo wierp hij de bears en den ring in eenei
bodetnloozen afgrond, op dat zij in het vcrvelg r.ooi;
weder in iemand den wensch verwekken mogtcn ca
het.geluk daar te zoeken waar men het neef za! via.
den.
DE VEkBODENE BOEREN.
(Uit c'e 'Swrinirs ePun \onuae de eüur,)
Een zestigjarig Koopmandie Zeven tot acht duïzenl
daalders renten bezat, en federt vijftien jaren zich vji
alle bezigheden-ontdaan hadwoonde; its Parijs, -op
da tweetje-verdieping van een op;den Mara:s geïegei,
huisden leefiféitnet eene Huishotrdïber alken.
Eens des nachts hoorde iemanddie- voorbij ging,
uit dit huis eene yrouw de volgèade woorden zeggen.;'
Mijn heer, fpijst heden avond me't ee'sén Koopman
-uit Rouaitn-gevdlgelijk zal nij later)"- dan naar ge-
«roaotep'te bedde- gaan. Kbm -.-aizeo om een »aj
n terug, én bréng de bewusts zaken -mede; gij vert
n'ftsat -snij wel, doch voed geene-ivrites, wéés fleemt
moedig en itou:. - -' -
Het dubbelzinnige, dat inteer®;laatftï' wooriealag;
deed den min'verbaasd ftaah hij haastte z!ea alzoo,
om Set gaefehevocrvai sa» den Wjjkc-jintnisfaris bekeal
'te maken. DaComtr.isfa<beval leri'tor.d. aan eeaea
der pclitieom m de naoijhetd vaa het huil vermuteri
foldaten te pasteré# en naauwkeurig' van verre adit
geven wié-er zou ingSaa. Tegelijk ocdetrigtte hij
l-.sm van datgene) waf de Haishtmdtfer -gezegd, had,
Deze voorzigtigheiri was ook-ljeheel cietv nutiélaos,
Tegen uur zag de PoUtitbeabbfé twee, kareis, vat
een 2®er verdacht voOrkoraen Jftilietifé r in 'de a!l«
■•uipen wier deur ïscnis aanftond. Hij volgde hei
zonder esclg gadruiseb i doch ris ger.oeg ta te zien,
dat zij op els twasde verdieping werden ingelitw.
Hierop riep hij zijne makkers bij een klom met hn
èsn trap op, fchclde aso naai der hoofddeuren, es
beval in den nsam des^Koniogs om-te openendewijl
hij met eene huiszoeking -oanr-jveri>5d!iiie--boek«i b:-
.wst wai j ijj ,^ti5e gelyk hct Oau«rnvB,„<;;iwi«j
bij den bezitter "van «lit verbitjf eene groote menigtt
.verborgen-was. J)s Huishoudtter - verfchrikte t.en win
eerst eiet, wat te antwoorden; doch daar zij voor ii
ftrengheid der wétten vreesdezoo liet zij henna eenigs
woordenwisfellngen bianen treden. O
Hasr Heer ftond op om bij de huiszoóking tegen
woordig t« zijn; .welke, de Polttkbedieade .volftrek
alleen in zijne tegenwoordigheid-te -doen. Tevergesh,
Helde hij voorrdat hij geene andere boekeu had, cat,
een honderdtal oude Troosters, die beternftigeoad»"i
zoek der Tolkte in' 't .geheel niet waardig warenBtaj
luitterde.-daarnaar niet, en hij moest ze zonder: fan-
meling voor den dag- halen. Het outie flof-WaardoDf
deze fchatten van- verjaarde wijsheid- 'opgevreten wtr-
denbsfehermde ze niet voor aen Politiebeambte,
die ze met-da angstvalligfta naauw-kêurigheidfchceait
onderzoekenmen zou hem voor een der eertteieits
v^u de cenfuur hebben kunnen houden. Daarmede rö-
genoegde hij: zich nog nist, hij liet..de hoop -mérken,
om den £z Koopman-center nog te kunnea overtia-j
gen, en beweerde;, datvolgens de ..gedane kenait-:
gevingde verbpdene boeken in kasten metsten bs-"
waard worden, die in andere kamers „ftondsa. Daar se
lieden daarop ftssden, om in alle ksmers, zoó als zj
op elkander volgden -gevoerd ta worden: zod kwa
men zij op deze wijzs eerst in eene zaal, en vervol-'
gens in eene'eetzaalwaarin eene groote fcflofecs
lcheskkast ftond, De Politiebeambte vroeg aaa d<
Huishoudfter ofn den, fleutel. Zij deed, als ofzij dea-
-zelven werkelijk zocht; doch eindelijk, teen zij des-
zeiven niet vinden kon» verklaarde zij; dat zij dan-
welven waatfehijnlijk by eene goede vriendin -- bti
laten liggen.Deze leugen .wits Te-grof, asn.dït sij
dén 'iPóiiaêbsdiendettniet opineri:zas.m zou
hebben. De -Koopman öoeg. intusfehen, goedaardig
aan hare woorden geloof».en verzekerdedat het nuf;
fet' werkelijk ia 't geheel niet verdiendezoo' ernftig
onderzocht te wordendoordien hét stiet andersda*
tafelgoed enjdrinkglsze» bevatte, doch niets minder)
dan boeken. indien dat zoo is (antwoordde dé Pos
j, litie-cmbïe) dsó wil ik niet Iwsger daarop ftaao.
Doch voer ons thans, Mejuffrouw (terwijl hij zich
paar dt Huishouifter wendde), vot? ar s in uwe jka"
mer," Sser gaarne Mijne Hesren, antwoordt
de -- -
Toen'zij hiér Saogckómw waren bevat haar. de
Seambie',- oni oegenblikkelijk den flzutel van het buffet
te geven; en dreigde ze.,.oat in geval van weigering1'
naar de gevangenis ts voeren. Daar haar deze dreiging;
nog -nies genoeg -yesfcluikte: .too legde ntan hsu is,
ketenen. Bij deze harde behandeling v.crniinderde.harc
halfiarrigheid en zij wees de plaats san» waar zij dat;
gevraagde» flèntel verborgen had. Beajabre. fta
denzeirót bij zich, keerde in" ie échtzaal terug,.
posteerde de foldsica met aasgelegde geweere» vaar hi"