Schiedamsch SociaaldemocratischWeekblad Van onze vroede Vaderen. No. 37. Zaterdag 9 November 1901. Ie jaargang. Stukken ïoor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a.s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn. ABONNEMENTSPRIJS: 13 cent per kwartaal franco per post 20 cent Losse nummers 1 cent. bij vooruitbetaling. NOORDVEST 12. ADVERTENTIËN: 5 cent per regel. Bij abonnement be langrijke korting. 2 Nov. 1901. Vandaag is de poppenkast weer vertoont, 't Was noodig, dat er eens een verzetje kwam. Drie dagen achter elkaar zitten cjjferen, en cijferen achteruit, om maar wat te bezuinigen, 't is taai, vervelend werk. En dat verzetje danken we aan de heeren Kramer en Jansen, of aan den controleur op de echtheid der Schiedamsche jenever, of aan B. en W„ net zooals je maar wilt. De kwestie is bekend. De heeren Kramer en Jansen stonden onder controle" en hadden gezondigd. Ze werden door B. en W. gestraft met opheffing van de controle. Ze gingen in hooger beroep bij den raad. En daar had je de poppen aan 't dansen. De heer Kramer had moutwijn uitgeslagen zonder toestemming van B. en W. Tot zijn verontschuldiging voerde hjj aan, dat hij te lang in den Raad had moeten zitten om tijdig de aanvrage te kunnen doen. De firma Jansen had gedistilleerd van 17 uitgeslagen dat op 't biljet als Jenever" stond aangegeven. Volgens de verordening mag zij alleen „echte Schiedamsche moutwijn uitslaan. Deze voerde ter verontschuldiging aan dat het een schrijffout was. Dus mout wijn dan van 17 Een nieuwe uitvinding van de firma Jansen. Daar mag ze wel gauw patent op nemen. Ik zal niet vertellen wat er al over die verordening gewouweld is. Een opmerkelijk feit wil ik aan de vergetelheid onttrekken. Deze kwestie bezorgde ons de maiden-speech van den heer Witkampf. Begeestert door de moutwijn en de spiritus voerde hij voor de eerste maal het woord om den lof te zingen, van de verordening die in de praktijk zoo goed voldeed. Heel gek volgde kort daarop een verklaring van den. heer Kramer, dat hij bijna altijd zonder ve-gunning uitsloeg, omdat die meestal te laat kwam, eens zelfs 8 dagen na den door hem voor uitslag aan gegeven dag. Maar ik wijd alweer veel te veel over deze potsenmakerij uit. 't Slot was, dat op voorstel van B. en W. het vonnis van B. en W. werd vernietigd, en besloten hiervan afkondiging te doen. Dr. Ris vroeg of er bij zou staan dat aan den Raad van opzettelijke valschheid niet gebleken was, maar dat vond men overbodig 1) Over dit punt was men alleen reeds een uur bezig. Zal men dan nooit wijzer worden? Toen ging men door met de behandeling der begrooting, die men voor deze „hoogst- gewichtige" aangelegenheid had onderbroken. We waren Donderdag genaderd tot de ontvangsten. Ik zal maar zoo kort mogelijk zijn, want de lezers hebben al genoeg over de begrooting geslikt. Bij post 13: Marktgelden, vroeg de heer V r t h e i m waarom die ditmaal f 1000 lager geraamd was. Als de bestaande rege ling niet genoeg opbracht zou hij willen dat B. en W. een nieuwe ontwierpen, althans dat een minimum werd vastgesteld. De voorzitter antwoordde, dat een minimum al lang bestond en dat overigens het cijfer jager werd doordat de kermislui de handen ineen sloegen inplaats van tegen elkaar op te bieden. Dat is een teeken des tijdsde concurrentie maakt plaats voor samenwerking omdat het laatste voordeeliger is. Zoo naderden we al mooi 't slot toen opeens de heer Honnerlage Grete (buiten z'n sehuld) 't spel kwam bederven. Hij deed een voorstel waarbij de stemmen staakten en dan moet volgens 't reglement van orde in een volgende vergadering opnieuw gestemd worden. Dus kón 't vandaag niet afloopen. Eigenlijk was de heer Brillenburg schuld, die al om kwart over 4 wegliep. Daardoor bleven 18 leden over. Was hij gebleven, dan hadden de stemmen nooit kunnen staken. Of 't hem een les zal wezen voortaan wat geduldiger te blijven? Jongen, gemeente-belangen, 't is een goed dingmaar een partijtje hombre op de soos, 't is ook een goed ding. De vraag is maar wat beter is. De zitting werd nu gesloten omdat we aan 't eind der ontvangsten waren en de heeren wilden nu wel eens gaan cijferen over de belasting. Een uitdrukking van den voorzitter wil ik hier boekstaven, n.l. deze: hjj was wel voor de kermis, maar ze moest wal opbrengen. Dus de kermis heeft z. i. alleen recht van bestaan als bron van inkomsten voor de gemeente. Weer dus zoo'n stiekeme belasting op den minderen man. O, 't is wel verstandig ingezien. Wat daaruit geklopt wordt behoeven de rijken minder te betalen. Jongens was het gros der arbeiders maar net zoo klassebewust als het gros der bourgeoisie. De heer Loopuyt had ook gevraagd naar een minimum-tarief, dat allang bestaat. De heer Loopuyt is al ruim 4 jaar lid van den Raad. De heer Gouka wou de post zoo laag mogelijk stellen. Hoe kleiner die is en van hoe minder invloed op de begreoting, des te gemakkelijker zal men eventueel overgaan tot afschaffing. Dat was betere praat. Als er dan na afschaffing van de kermis maar iets anders, beters voor in de plaats komt. Want 't komt niet te pas 't eenige verzetje voor kleine beurzen zoo maar zonder ver goeding op te ruimen. Toen we gekomen waren tot de posten voor schoolgelden, vielen de heeren er als gieren op aan. Voorop de heer Honner lage Grete. Dan volgden de heeren Loopuyt en Vürtheim en de meesten der overigen stemden in met hun woorden. De heeren wilden maar eventjes gauw de verordening gaan wijzigen. Ze schenen geen van allen op dat o ogenblik aan te denken, dat dergelijke verordeningen, gesteld al, dat ze zoo in een vloek en een zucht te wijzigen waren, eerst na koninklijke goedkeuring in werking treden. Maar holderdebolder ging de heer Vürt heim er van door. Hij wou spijkers met koppen slaan en.. hij sloeg zich op de vingers. Hij wou nu alvast op de begrooting brengen 't bedrag dat vermoedelijk, wanneer de verordening herzien zou zijn, en de school gelden verhoogd, en de verordening koninklijk goedgekeurd, en 't leerlingental dan niet verminderd, aan schoolgelden ontvangen zou worden. Aanpakken maar. Een dergelijke kansberekening vond de Raad dan ook wel wat gewaagd en men liet 't bij een motie waarin B. en W. uitgenoodigd werden voor stellen te doen tot herziening der verordening. De heer P. Jansen bromde nog wat over 't lage schoolgeld op de lagere scholen. De kinderen betaalden gemiddeld nog geen 3 cent per week. Wel, wel, wat was de man daarover uit z'n hum. 't Is ook wat moois, die proleten, niet waar, ze teeren maar op de rijkelui. Of omgekeerd soms? Even later was de heer Jansen (P.) weer in de oppositie. Er was destijds een stuk grond verkocht op conditie, dat 't om heind moest worden. Waarom was dat niet gebeurd M'n goeie vrind, zei de voorzitter, die heining staat er al lang en 't ziet er wat netjes uit. De heer Jansen (P.) af. 1 [Bij post 28: Renten van kapitalenstelde de heer Honnerlage Grete voor, in plaats van een leening te sluiten, eens wat van die uitgezette gelden v ^roote werken te gebruiken. De Voorzitter was daartegen. Die gelden zijn verkregen door verkoop van gemeentegrond. Als die gelden verbruikt worden, wordt 't gemeentekapitaal opgeteerd. O, zei de heer Honnerlage, dan vorm je uit de belastingen weer nieuwe fondsen. Dat dorst de Voorzitter niet best aan. Of hij gelijk had. 't Zijn nog al leuke lui hier, als 't op belasting betalen aankomt. Op de begrooting voor de gasfabriek werd f 500.— bezuinigd en dus wilde men de ver moedelijke uitkeering aan de gemeente met dat bedrag verhoogen. Maar toen kon je merken, dat de Wethouder van Fi nanciën weer present was. Hjj wou de post onvoorziene uitgaven van de gasfabriek met dat bedrag verhoogen. DE MOK ER BUBEAV van ADMINISTRATIE en REDAKTIE: 1) In de locale dagbladen van 5 Nov. ia nu toch 't qeheele besluit afgekondigd. Waartoe diende dat nu Dat is toch in strijd met de bedoeling van den raad. Wat zijn B. en W. toch voorkomend.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1901 | | pagina 1