Schiedamsch Sociaaldemocratisch Weekblad No. 38. Zaterdag 15 November 1902. 2e Jaargang Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn. De Gorzen. Robert Owen. ABONNEMENTSPRIJS: 13 cent per kwartaal j Uj v00ruitUtalin franco per post 20 cent j Losse nummers 1 cent. BUREAU van ADMINISTRATIE en REDAKTIE NOORDVEST 12. ADYERTENTIËN: 3 cent per regel Bij abonnement be langrijke korting. i. In het zuidelijk deel van onze stad ligt deze arbeiderswijk. De kern, tevens het oud ste gedeelte, ligt tusschen twee evenwijdig loopende straten, gaande van het Noord westen naar het Zuidoosten. Het zijn de Dwarsstraat en de Groenelaan, ongeveer 350 Mr. lang. Rechthoekig op deze beide wegen en daartusschen de verbinding vormend, loo- pen negen kleinere straten, in de richting Zuidwest-Noordoost. De Groenelaan buigt zich aan 't zuidoostelijk eind om, zoodat het ge- heele plan in vorm overeenkomt met een slaapmuts waarvan de punt libertijnlijk ge bogen is. Die onbebouwde punt is het Wil- helminaplein, waarop de ijver van 'n Oranje commissie bij gelegenheid van één of anderen nationalen feestdag een Wilhelmina-boom heeft geplant. Om dezen gewijden plataan staat een ijzeren hek, met nationale borst beelden in 't midden van de spijlen. Het dient tot vermaak van de jeugd of tot steun aan de onzekeren van gang. Om dit oudste gedeelte liggen aan één zijde de nieuwere straten, uitmondend in de Groene laan. Dit nieuwere gedeelte, in den beginne genoemd „op het land", grenst aan de weiden, die zich uitstrekken tot aan den zeedijk langs de Maas. De Gorzen is de arbeiderswijk bij uitne mendheid. Zij ligt daar, vlak, laag, als neer- gesmakt, ver van de groote deftige wjjken van Schiedam, waar de huizen staan tegen de lucht, groot, vierkant, zwaar, waar de bi'eede en soliede bouw spreekt van de breede soliede positie van de stichters, van de breede, soliede levensopvatting en -uitvoering De Gorzen liggen vér van de wijken der bour geoisie, der bezitters, vér is het armoe-leven van het leven der verfijning en weelde. De Nieuwe Haven is de scheiding en dan nog ligt tusschen ,,de Stad" en de Gorzen de breede, stille plantage. Geen gerucht van het aibeidersgedoe dringt tot het binnenste der stad door, maar de resultaten van den Gorzenschen arbeid stroomen geleidelijk en onhoorbaar de soliede huizen binnen, stevig- breed uitstaande, rustig, in de zekerheid van veel te kunnen bergen. Vlak en laag ligt de Gorzen uitgespreid. Slechts bij uitzondering verrijst een gevel hier en daar boven het gewone peil van ongeveer 37a M. Al de negen straten van 't Zuidwesten naar 't Noordoosten geven den zelfden aanblik. De dakgoof vormt 'n onafge broken rechte lijn van 't begin naar 't einde, drie en een halven meter boven den beganen grond. Regelmatig springt de uitbouw van de raamp jes uit de schuine dakhelling naar voren. Het platte, lage van de huizenblokken komt nog te meer uit door de vrij breede straat, ongeveer 8 k 9 meter, in 't midden onge plaveid, ter breedte van 5 M. Bij morsig weder geeft dit aanleiding tot het dempen van talrijke profiel-ongerechtigheden door middel van de asch enz. van den huiselijken haard, die bij droog weer opstuift en dan aanleiding is op haar beurt voor het ontstaan van andere ongerechtigheden, als ontstekingen aan de oogen, ongemakken aan de adem halingswerktuigen, enz. Ter weerszijden ligt een klinkerpad, langs de huizenrij, 't Is zoo te merken, dat deze arbeiderswijk verrezen is na de onpleizierige ervaringen, die in voorafgaande jaren waren opgedaan over het ontstaan en voortwoekeren van epidemische ziekten, als pokken, typhus, cholera en dergelijke. In de breede straten hebben zon en zuidwestenwinden vrijelijk toe gang. Bij de inrichting der woningen heeft evenwel dat ruimte-idee niet voorgezeten, 't Was maar voor de ..rbeiders! Het over- groote deel bestaat uit één kamer, waarvan de deur uitkomt in een klein vierkant por taaltje, tegelijk met de trap- en buitendeur, 'n Klein keukentje of werkhokje komt uit op een even benepen plaatsje. Het werkmans gezin bivakkeert in die eene kamer, die woon-, eet- en slaapkamer is voor de ouders, terwijl de kinderen naar den zolder trekken om te slapen. Dat op en bij elkaar zitten van dik wijls groote arbeidersgezinnen brengt z'n eigen aardige, ook zedelijke gevolgen met zich. Er is 'n groote mate van zeemanschap noodig, grooter dan die, waarover de arbeidersvrouw gewoonlijk beschikt, om die bezwaren te ont zeilen. De kinderen zitten overal op en bij, ze zijn vroeg-rijp, gewoonlijk meer wat de ondeugden, dan de deugden betreft. Gebrek aan ruimte wreekt zich aan lichamelijken en zedelijken welstand, aan gezondheid, aan rein heid, aan 't geluk en den welvaart van 't gezin. Gebrek aan ruimte is een der kenmerkende eigenschappen van 'n arbeiderswijk. Verslag eener lezing, gehouden door den Heer A. do Witte op een cursusvergadering der Kiesvereeniging „Volksbelang" te Vlaardingen. Robert Owen werd in 1771 te Newton geboren. Hij was de zoon van een zadelma ker. Op vijfjarigen leeftijd zond zijn vader hem naar school en op zijn 7de jaar had hij 't reeds zoover gebracht, dat hij als kweeke- ling fungeerde. Geen wonder dus, dat hij weldra de school verliet om als 10-jarig jongeling naar Londen te trekken, met 40 sh. op zak, waar zijn broer een zaak had. Doch ook hier trok hij gauw vandaan, en tot zijn 14de jaar was hij winkeljongen in Stramford, bij Londen. Toen keerde hij weer naar deze stad terug, en trad hij in dienst bij de firma Flint en Palmers, waar hij tegen een salaris van 25 p. st. 's jaars boven kost en inwo ning zoo hard moest werken, dat hij het er slechts een halfjaar kon uithouden. Wederom weer zonder werk, trok hij naar Manchester en werd daar meegevoerd door de alles in zich opnemende en zich snel ontwikkelende katoenindustrie, spinner. Spoedig wist hij, met eenige anderen, zelf een spinnerij op te te zetten, die dan ook bloeide. Zijn organi- seerend en administratief talent trok zoozeer de aandacht, dat hij op 20-jarigen leeftijd boekhouder werd bij Drinkwater, een groot fabrikant, tegen een bezoldiging van 300 p.st. (f 3600). Door de uitvinding van nieuwe stoffen te doen verwerken, wist hij zijn patroon enorme winsten te doen maken. Doch helaas, ook hier kon hij 't niet lang uithouden, de schoonzoon van Drinkwater deed hem ver trékken. Wederom zette hij een eigen zaak op, en ook deze wist hij te doen bloeien. Thans maakte hij groote reizen. Een er van bracht hem in Schotland, waar te Lanaik Dale een groote fabriek had, gedreven door 't stroo- mend water der Clyde. Owen knoopte hier kennis aan met Dale's dochter, doch hij kon de toestemming van den vader voor een huwelijk niet verkrijgen, hij was te arm. Gelukkig wilde Dale zijn zaken aan kant doen en Owen wist een vennootschap op te richten, dat de zaak kocht voor 60,000 p. st. Hij zelf werd directeur en thans stond hij, naar de meening van Dale, hoog genoeg voor zijn dochter. Owen huwde deze. Dale's fabriek was treurig ingericht, van de 1300 werklieden waren 500 kinderen en geregeld leverden iveeshuizen nieuwen aan voer. Dezen stopte Owen dadelijk. Ook waren de huizen vuil, bestonden er veel kroegen en de winkels leverden slechte waar voor veel geld. Door Owen' krachtig optreden veranderde veel. Hij liet de straten schoonhouden, stelde commissie's van toezicht op de zindelijkheid aan, liet de kroegen sluiten, en stichtte een grooten winkel, waar alles tegen inkoopsprijs verkocht werd. Ook de loonstandaard ver beterde. Ondanks dat bleef er een zeker wantrouwen bestaan onder de werklieden tegen Owen. Totdat in 1806, toen door een malaise, de fabrieken overal stop gezet en de werklieden ontslagen werden, en Owen geregeld uitbetaalde, zijn goede bedoelingen duidelijk bleken. Ook voor de kinderen deed hij veel. Hij beperkte hun arbeid, door hen eerst tot hun 8ste, later tot hun 10de buiten de fabriek te houden (elders deden zij hnn intrede reeds op hun 5de jaar) en verminderde hun werktijd van 14 tot 10 uur. Hij stichtte bewaarscholen en goede lagere scholen. Ondanks dat alles maakte het vennoot schap nog enorme winsten. Doch de com pagnons mopperden, omdat er nog meer DE MOKER

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1902 | | pagina 1