Priesterlijke woorden. Vergaderingen. Wij zijn wel benieuwd, hoe dat in Schiedam zal gaan. En de tijd dringt. Immers vóór 15 Januari moet aan den Burgmeester kennis gegeven zijn van de oprichting van een Komitée, dat de leiding van een en ander op zich neemt. De Burgemeester moet dan aan eiken aanvrager van een formulier er twee geven, één om ingevuld ten raadhuize, het andere om aan het Komiteé afgegeven te worden, dat dan op de hoogte komt, wie een kaart aangevraagd hebben. 6 Februari is de laatste dag, waarop men de formu lieren ten raadhuize mag inleveren. Laat een krachtige leiding en een voortreffelijke organisatie in onze stad niet ontbreken. De kapitalisten zullen alles beproeven, er zoo goedkoop mogelijk af te komen. De enkeling kan niets uitrichten. Met elkander onder goede leiding, zul len zij moeten bloeden. Wij raden de arbeiders sterk aan het boekje van J. A. FortuijnDe Ongevallenwet en de Beroepswet, de hoofdbepalingen voor de arbeiderszich aan te schaf fen. Helder en klaar worden door onzen ouden partij- makker de voornaamste artikelen uiteengezet. „Wie kan uit die wettenwinkel nu wijsworden", zegt menigeen. Fortuijn heeft daaraan gedacht en een populair geschriftje uitgegeven, dat, ons inziens zich ieder arbeider moet aanschaffen. De prijs is bij 100 slechts f 3.— 1 ex. 5 ets. Nu nog iets over onzen politieken arbeid. De heer Pompe Van Meerdervoort, lid van de 2e Kamer en kantonrechter te Goes, heeft voor de laatste betrekking bedankt. Het was hem niet mogelijk beide functie's te gelijkertijd naar behooren waar te nemen. Tot kantonrechter werd benoemd de heer Lucasse, lid van de 2e Kamer voor Middelburg, bekend als een woest voorstander van de wederinvoering der doodstraf. Deze heer kan beide betrekkingen wel tegelijk waar nemen, tenminste hij aanvaardt weder een candidatuur. De eene Meester kan 't niet en de andere wél. Ra, ra, wat is dat? Het behoort tot de „nette" manieren, bij een tusschen- tijdsche verkiezing geen tegencandidaten te stellen. Men volgt de wet, en daarmee uit. Maar de sociaal-demo- kraten houden juist niet van die lievigheidjes. Wij vormen een strijdende, agiteerende partij en juist de tijd der verkiezingen levert ons een prachtig arbeidsveld ter propagandeering van onze beginselen. Het Partijbestuur heeft reeds geadviseerd, een candidaat te stellen, en 't zal er dus weer eens van langs gaan. Zeeuwsche kameraden, houdt je ferm. De vorige maal haalde Bergmeijer een 600 stemmen, wij zijn vol moed, dat een belangrijk hooger stemmental ook daar zal getuigen van den toenemenden invloed onzer partjj. En gij, christen-democraten, hoe zult gij daar handelen? Wij zijn er benieuwd naar. Hun organisatie is nog te zwak, zij zijn tegen den hoon en den spot hunner Christen broeders nog niet opgewassen, maar zoo zij ook met een eigen candidaat voor den dag kwamen, och, wat zou 't nieuwbakken kantonrechtertje :t haed tc verantwoor den krijgen. Laat een leger van propagandisten onzer partij op 't deftige Middelburg aantrekken om een scherpe, mee- doogenlooze kritiek uit te oefenen op 't kostelijke christelijke kabinet. De arbeiders moeten toonen zelve de leiders en de geleiders te willen zijn. En laat ieder naar vermogen de onkosten van onzen strijd in Middel burg helpen dragen. Op den 2den Kerstdag vergaderde de afdeeling Amster dam van den Roomsch-Katholieken Volksbond in het gebouw der Maatschappij voor den Werkenden Stand. Het woord werd gevoerd door pater Wijers uit Utrecht. De vergadering was niet openbaar. Een der aanwezi gen is echter zoo verontwaardigd over wat daar in het duister is gelogen, gelasterd en gescholden op de soci- aal-demokratie, dat hij gemeend heeft bet zegel der gphpimhouding te moeten verbreken pn ons het volgend beknopt verslag der rede, door den eerwaarden pater gehouden, toe te zenden „Spr. stelde zich voor als drankbestrijder in de eerste plaats, maar, zeide hij, ditmaal wilde hij het niet over de blauwe knoop hebben, maar over het roode spook. Het roode spook was de sociaaldemokratie. Het komt tot de arbeiders niet in zijn ware gedaante, maar vleiend en fleemend, allerlei mooie beloften voorspiegelend. Het spook zegt niet ronduit: ver laat alles wat u lief is, vrouw en kinderen, geef u over aan de vrije liefde, aanbidt mij, opdat het mij alleen welga; neen, het komt met mooie beloften en zegt dat ge Roomsch kunt blijven, dat ge uw kerkelijke plicht kunt waarnemen en toch evengoed sociaaidemocraat kunt zijn. Maar niemand kan een katholiek aanwijzen, die een jaar sociaaldemocraat zijnde, zijn kerkelijke plichten nog waarnam. Wat is het doel der sociaal- demokraten? Arme arbeiders hun centen aftroggelen, waardoor ze hun vrouw en kinderen te kort doen. Het doel is voor de leiders der sociaaldemokraten om voor 40 zilverlingen in de week op het kussen te komen. (Applaus). De arme arbeider, die hard moest werken, had nog zijn tevredenheid en gemoedsrust, zoolang hij niet in de klauwen van het verleidelijk spook was gevallen; dat was ook wat waard. Daarna betoogde spr. dat de sociaaldemokraten materialistisch waren. Zoo ziet ge het pas in zijn ware gedaante, dat rooie spook. Spr. bekende het: er moest verbetering komen, er werd veel ellende geleden. Wat is het middel tot verbetering? Ver eenigen. Spr. wenschte dat er een half dozijn geestelijken in Amsterdam werden aangesteld, speciaal voor de arbeidersbeweging. Men moest geen heil zoeken bij „die rooie krengen" daverend applaus), want die streden niet met open vizier." Het is zeker de brutaliteit ver gedreven, om in een geheime vergadering aan hen die men bestrijdt, te ver wijten, dat zij niet met open vizFr strijden, terwijl by geen enkele partij juist alles zoo openbaar is als bij de sociaaldemokraten. Wat echter te denken van een priester die liegt dat de sociaaldemokratie overgave aan de vrije liefde zich ten doel stelt, die lastert dat het den sociaaldemokra- tischen Kamerleden (den katholieken niet?) te doen is om de f 2000 inkomen, die de sociaaldemokraten scheldt voor krengen Arme verdoolde arbeiders, die zulke woorden uit gewijden mond toejuichen! Het- zal ons benieuwen of een der katholieke bladen eerlijk genoeg zal zijn om tegen deze taal in verzette komen. De ervaring doet ons weinig verwachten. Is het intusschen te verwonderen dat een kerk wier bedienaren aldus optreden, dermate gehaat is, dat ieder die tegen haar ijvert, zooals in den laatsten tijd de ex-monnik Frech en enkele anarchistische sprekers, overal van stampvolle vergaderingen verzekerdis? De roomsche kerk kan als Tijl Uilenspiegel zeggen: De menschen houden niet van mij, maar ik maak het er ook naar. Door toevallige omstandigheden bleef bovenstaand stuk liggen. De afdeeling Amsterdam der S. D. A. P. liet het er natuurlijk niet bij. Namens die afdeeling komt nu in Het Volk van 11 Zondag het onderstaande ingezonden stuk voor, dat lyij zonder toevoegsel of op merking eveneens in zijn geheel overnemen. Pater Weyers. In opdracht van het bestuur van de afd. A'dam, richt te ik tot paters Weijers een schrijven, waarin ik hem uit het verslag, voorkomende in De Telegraaf van 27 December, over zijne rede, gehouden in de afd. A'dam van den R. K. Volksbond op 26 December, eenige aan halingen deed. O. a. zou hij, volgens dit verslag, de sociaaldemokraten aangeduid hebben als „de roode bende" die zich „verdekt opstelde", tot den werkman kwam met „vleiende", „streelende" en „schoone" beloften dat de arbeiders door ons (de sociaaldemokraten) zouden worden „geëxploiteerd" en dat zij mochten dienen „om te zorgen, dat een onzer mannen een kussen in Den Haag inneemt, met 40 gulden per week." Verder haalde ik hem 'eenige uitdrukkingen, welke hij gedaan zou hebben, volgens een zijner toehoorders mededeelde in Het Volk van 30 Dec. Volgens dezen toehoorder had hij het voorgesteld als zouden wij de arbeiders bedektelijk aansporen „vrouw en kinderen te verlaten" en zich over te geven „aan de vrije liefde", dat het verder ons doel was „arme arbeiders hun centen af te troggelen" en dat niemand heil kon verwachten van „die rooie krengen" die „niet strijden met open visier." Ik vroeg hem of hij deze en dergelijke woorden in genoemde vergadering had gesproken en gaf hem in overweging: le. Zoo hij ze niet gesproken had, zoowel den verslag gever van de Telegraaf als den mededeeler in Het Volk als leugenaars te signaleeren en het openlijk in genoem de bladen tegen te spreken. 2o. Zoo hij ze wél gesproken had, noodigde ik hem uit, ze dan in een openbare vergadering met debat te bewijzen. Bepaling omtrent den tijd waarop die vergadering plaats zou hebben liet ik aan hem over, terwijl ik de eventueel door hem stellen voorwaarden gaarne van hem vernam. Pater Weijers stuurde eerst zijn antwoord aan De Tijd toen aan mij. En welk antwoord! (Zie Het Volk van gisteren.) Die brave pater neemt de verslagen niet voor zijn verantwoording, maar door ze niet tegen te spreken, erkent hij feitelijk gelasterd en gescholden te hebben, lastert en scheldt in zijn antwoord nogmaals en ver klaart dan het niet de moeite waard te achten zich in een socialistische vergadering een paar uur te laten uitschelden. Ik kan niet zeggen dat ik, die katholiek geboren en opgevoed ben, er erg mee in mijn schik ben zulke „broe ders in Christus" er op na te houden. A'dam, 9 Jan. 1903. P. S. De feiten waarop hij uitgenoodigd was, heeft onze brave pater aan De Tijd niet gemeld. Ik heb ze echter heden aan dit blad gezonden met verzoek ze op te nemen, even als zijn amfwoord. G. H. P. De Ongevallen- en Beroepswet. Dit was het onderwerp dat Vliegen voor een stamp volle zaal Dinsdagavond te Vlaardingen inleidde, 't Was een actueel onderwerp. 1 Februari treedt de wet in werking, en dus was het goed gezien van de Kiesver- eeniging Volksbelang de werklieden in de gelegenheid te stellen iets meer er van te weten te komen. Boven dien kreeg ieder bezoeker het boekje van Fortuyn. Spreker begon met aan te raden nu niet al te tevreden te zijn met de heeren in Den Haag. We hebben een ongevallenwet, doch kregen ze met de trekschuit. Duitschland heeft er al 20 jaar een, en dan voor alle arbeiders, terwijl in ons land de veldarbeiders en visschers (en nog eenige andere groepen) niet onder de wet vallen En bovendien de ongevallenwet moest er komen. De kieswet tak was in '93 verworpen, de ar beiders konden niet met niemendal zoet gehouden wor den. 't Ministerie Van Houten stelde ze aan de or onder 't ministerie Goeman Borgesius kwam de wet. Wat is nu 't goede beginsel? Dat de patroons ver antwoordelijk gesteld worden voor de gevolgen van 't bedrijf. En datqis noodig. Alleen in 1900 kwamen op de fabrieken, die onder de ar'oeiderswet vallen 5300 ongevallen voor, waarvan 158 met doodelijke gevallen. Goeman Borgesius schatte 't aantal gevallen, dat in 't eerste jaar behandeld zou worden, op 20000. Nu de wet zelf. Wat is een ongeval? Dat verkregen wordt in verband met de uitoefening van 't bedrijf. En wat is een werkman? Iemand, die tegen loon werkt bij een werkgever,hieronder worden ook leerlingen, volon tairs, enz- verstaan. Niet verzekerd zijn echter de arbeiders, werkzaam bij den landbouw, de veeteelt, tuinbouw enz. en de zee lieden. Hier zit de groote leemte in de wet, want daar door zijn honderdduizenden niet verzekerd. Hoewel 't vorige ministerie beloofde, een afzonderlijke wet voor deze arbeiders te maken, denkt Kuijper daar niet aan. Zonden het geen kleine luiden zijn In Amsterdam is de rijksverzekeringsbank gevestigd. De patroon moet daaraan premie betalen en de arbeider krijgt daarvan zijn schadevergoeding. Met elkander hebben zij niet te maken. Nu krijgt de man een ongeval. Oogenblikkelijk moet de patroon voor een dokter zorgen. De kosten^komen voor de bank. Alle geneesmiddelen moeten verstrekt worden. Kan de man na 2 dagen nog niet werken, dan krijgt hij gedurende 6 weken 70°/0 van het dagloon,;dus van iedere gulden 70 ets. Daarna wordt beoordeeld of^ de man in staat is, weer eenmaal te kni Zal hij 't zijn leven lang niet.meer kunnen, ^dan krijg hij steeds 7U% van 't loon. In^andere gevallen een ge deeltelijke vergoeding, Is de man dood, dan krijgt de weduwe 30°/0 van 'tloon van den man, en voor ieder kind nog 15°/0 tot 60%- Dit is onbillijk, want een we duwe met 2 kinderen krijgt evenveel als een met 6. Bovendien krijgt zij voor begrafenis kosten 30Xket dagloon van den man. Krijgt de arbeider een ongeval door dronkenschap, dan wordt de uitkeering tot op de helft verminderd. Dit is weer niet in den haak. Dronken menschen moe ten niet op 't werk toegelaten worden. En bovendien. Wat zijn de oorzaken van dronkenschap? Erflijkheid, slechte woningen, lange arbeidsduuren daar de ar beider weer voor te straffenDoch als de man nu eens dood blijft? Wie moet het dan beoordeelen? Doch de heeren wilden weer niet luisteren naar de arbeidersaf gevaardigden. Behalve de bovengenoemde arbeiders vallen ook de losse arbeiders buiten de wet. Een patroon moet binnen 14 dagen zijn arbeiders aangeven. Dus..werk je kor ter dan 14 dagen dan ben je uitgesloten. Nog een raad De patroon mag noch direct noch indi rect de premie op 't loon verhalen. Knoop dit in de ooren Daarna sprak Vliegen over verzekering op eigen risico van den patroon. De wet is er een beetje slechter door geworden, dank zij de eerste Kamer, 't Wordt tijd, dat die aan kant gaat. En nu, als de arbeider niet tevrede# met de uit keering is? Dan kan hij zich wenden tot 'de raden van beroep, waarvan er 15 in ons land zijn. De voorzitter en secretaris van zoo n raad is een advocaat. Er moesten immers baantjes zijn. De overige leden worden door Gedeputeerden ('t zjjn concervatieven) benoemd uit ar beiders en werkgevers. Eerstgenoemden kunnen hier eenigen invloed uitoefenen. Op 't stadhuis zijn kaarten te verkrijgen. Jaarop mag je een naam van een ge- wenscht lid voor den beroepsraad schrijven. Heeft iemand meer dan 100 kaarten, dan moeten Gedeputeerden zoo'n man nemen. Je kunt nog hooger gaan. Bij den centralen Raai Utrecht. Maar dat zijn allemaal advocaten. De arbeid kan zelf zijn zaak bepleiten of eigengemachtigde sturen. Bovenstaande is natuurlijk een kort verslag van de rede van Vliegen. Wie er meer van wil weten, koopt het boekje van Fortuyn. Te Vlaardingen is dat verkrijg baar bij J. Hoogerwerf op de Hoogstraat. Zie vervolg Vergaderingen Bijblad Overgenomen uit Het Volk" van 30 Dec. II., als prachtige bijdrage tot de zonderlinge moraliteits begrippen van een zeker soort priesters). G. H. PIETERS.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1903 | | pagina 3