SCHIEDAMSCH SOCIAALDEMOCRATISCH WEEKBLAD.
Steunt de verkiezing te Middelburg.
Van onze vroede vaderen.
No. 48.
ZATERDAG 24 JANUARI 1903.
2e Jaargang.
Oproep.
Partij tucht.
ABONNEMENTSPRIJS:
25 cent per kwartaal
franco per post 30 cent
Losse nummers 2 cent.
bij vooruitbetaling.
RUREAIJ van
ADMINISTRATIE en REDACTIE:
NOORDVEST 12.
ADVERTENTIËN:
3 cent per regel.
Bij abonnement, belangrijke korting.
Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn.
Te Middelburg is een nieuwe verkiezing voor de
Tweede Kamer noodig. Een der minst-beteekende leden
van de T. K., Mr. Lucasse, is benoemd geworden tot
kantonrechter te G-oes en moest dus wettelijk als ka
merlid aftreden. Hij stelt zich wel weer op nieuw ver
kiesbaar. Maar de S. D. A. P. zal hem den st ijd zwaar
maken. Zij stelde Bergmeijer tegenover hem candidaat.
Dat was hij in 1901 ook, en ondanks de geringe pro
paganda toen gemaakt behaalde hij nog 697 stemmen.
Het komt er nu op aan, onze Middelburgsche afdeeling
zoo krachtig mogelijk te helpen. Kans op overwinning
is volstrekt niet uitgesloten. Men deoke bijv. aan Lochem
en vooral aan Veendam, waar in 1897 onze candidaat
slechts 465 van de 4476 uitgebrachte stemmen verkreeg
en in 1899 den zetel won met 1579 van de 3023 uit
gebrachte stemmen.
En bovendien, Bergmeijer, te Schiedam geen onbe
kende is ook in de Zeenwsche districten als een sym
pathieke persoonlijkheid bekend.
Terwijl de treurige daden van ons christelijk kabinet
onze partij uitmuntende wapenen in handen hebben ge
geven om het te bestrijden en dus ook om in de cal
vinistische stteken van het Middelburgsche een mooie
propaganda te maken vóór onze partij tegen de regee
ring van Dr. Kuyper en de zijnen.
Daarom allen meegewerkt, wie niet op een andere
manier kan helpen, helpe met geld. Men zende zoo spoe
dig mogelijk zijn zoo groot mogelijke steunpenning aan
onze administratie. Komt, partijgenooten en geestver
wanten, toont ook hiermee weer, dat het partijleven
krachtig in u is en dat er ook in U een gt ooce onver
zettelijke wil leeft om ons heilig ideaal zoo spoedig
mogelijk in verwezenlijking te helpen brengen.
Steunt allen de verkiezing te Middelburg.
De burgerlijke pers vermaakt zichzelf eü ons met
reeksen artikelen over die vreeselijke partijtucht, die
Schaper zich zou moeten laten welgevallen naar aan
leiding van een ongelukkige uitdrukking in de Tweede
Kamer. Hier en daar schemert zelfs de bedoeling door,
een twistappel in onze partij te gooien. Nu, dat lukt
natuurlijk toch niet.
Maar hoe duidelijk komt ook hier weer de reusachtige
tegenstelling tusschen den burgerlijken en den socialis-
tischen geest uit! welk een diepe afgrond ligt er
tusschen de burgerlijke en de socialistische levensop
vatting
De clericale geest is de geest van de inschuchtering,
van de onderdompeling, van de keteniug van alle
hoogere menschelijke krachten. Hij maakt een bespotting
van den mensch, een caricatuur. Zijn tuchtwapenen zijn
angst, schrik, bedreiging. Zijn werken zijn werken der
duisternis.
Daartegenover bracht de liberale geest den eisch van
volle persoonlijke vrijheid, van de gelegenheid tot vol
ledige ontwikkel ng van alle persoonlijke krachten en
gaven. Het individualisme karakteriseerde het liberalisme.
Maar de eisch van individueele vrijheid was negatief,
bedoelde bevrijding van de belemmeringen van het
clericalisme, onttrekking van den individu aan de alle
persoonlijkheid doodende inwerkingen van het clerica
lisme. Toen de liberale geest positief wilde worden, zijn
eischen van individualisme wilde omzetten in een positieve
formule, toen belandde hij in de anarchie, zoodat wij
overal de anarchisten als positieve individualisten kunnen
zien optreden. Niet het socialisme is de consequentie
van het liberalisme, maar de anarchie is dat. Wat de
liberalen wilden met hun negatief individualisme (van
daar hun anticlericalisme) willen de anarchisten met hun
positief individualisme. In zoover zijn de anarchisten
meer verwant met de liberalen dan met de socialisten.
De socialistische geest werd gevormd door de reactie
tegen de tot anarchisme leidende consequenties van het
liberalisme. (Dat is de historische tegenstelling tusschen
anarchisme en socialisme: het eerste is de logische en
positieve consequentie van het liberalisme, het tweede
is een reactie daartegen). De socialistische geest is
de geest van vrijwillige en bewuste onderschikking van
den volledig-vrij-ontwikkelden mensch aan de gemeen
schap. Met het liberalisme gaat de socialist mee voor
zoover het den eisch stelt van volledige vrije ontwik
keling van den volledigen vrijen mensch. Maar waar de
liberalen de afzondering, de enkelingsrechten voor alle
individuen als hoogsten eisch stellen (evenals de anar
chisten), daar eischen de socialisten de onderschikking
van den indivudu aan de gemeenschap. De persoonlijkheid
lijdt niet in de socialistische kringen, maar wordt daarin
van zijn schadelijke anarchistische eigenschappen vanzelf
gezuiverd om ze in haar volledige persoonlijkheidsk acht
dienstbaar te maken aan de hoogere eenheid der ge
meenschap.
Dat is iets wat maar weinig liberalen kunnen begrijpen.
Voor een clericaal is het natuurlijk volledige abacadabra
die begrijpt nauwelijks wat „persoonlijkheid" beteekent.
Maar daardoor komen zoowel clericalen als liberalen
tot zeer zonderlinge gevolgtrekkingen, als zij ook de
hoogstontwikkelde socialisten en sociaaldemokraten zich
zien onderschikken aan een zeker iets boven hen, dat
de burgerpartijen niet anders dan als een dwingende
macht kunnen voelen en omschrijven en hen tot het
bakersprookje van den socialistischen dwangstaat bracht.
En daardoor slaan de burgerpartijen steeds weer den
bal mis, als zij zoogenaamde scheuring en verdeeldheid
in de sociaaldemokratische gelederen meenen ontdekt
te. hebben.
Het uiterlijk verband der sociaaldemokraten in Neder
land is de S. D. A. P.. Naast de vrijwillige en bewuste
onderschikking aan de gemeenschap, geformuleerd in de
grondbeginselen der S. D. A- P-, staat voor den Neder-
landschen sociaaldemokraat de onderschikking aan het
strijdprogramma der partij en aan de critiek van het
partijcongres, omdat onze partij tegenover de burger
partijen als een strijdpartij optreedt. Dat doet zij niet
uit eigen vrije keuze maar omdat de omstandigheden
haar tot een partij van strijders hebben gemaakt en
hebben moeten maken.
In een strijdende partij is eenheid van taktiek en
overeenstemming over actie en wapenen natuurlijk noodig,
wil zij iets krachtigs voortbrengen. De congressen moeten
die eenheid vormen, regelmatig naar gelang van om
standigheden vervormen, en moeten nagaan of alle
strijders zich houden aan de tezamen vastgestelde eischen
van den strijd. Hoe nauwkeuriger zij die taak vervullen,
des te beter is het. Want iedere afwijking verzwakt de
gemeenschappelijkheid der actie en kan voor de tegen
partij soms een wapen worden tegen ons.
Daarvan is ieder lid der S. D. A. P., die zijn lid
maatschap begrijpt, ten volle overtuigd. De voormannen
der partij natuurlijk in de allereerste plaats.
Wat nu het geval Schaper betreft, het is vol
komen in overeenstemming met de socialistische be
grippen over de onderschikking van den (volkomen
vrijen) individu aan de eischen van de gemeenschap en
van het partijverband (in dit laatste geval dus: partij
tucht), om ook op onze partijgenooten in de Tweede
Kamer zoo noodig critiek uit te oefenen. Schaper zal
de eerste zijn, om dat te erkennen, zijn heele arbeid
in dienst der arbeidersbeweging is daar ons dat te
bewijzen.
En waar een uiting van een onzer partijgenooten in
de Tweede Kamer als wapen tegen ons kan warden
gebruikt, ligt het voor de hand, dat tegen die uiting
wordt opgekomen.
Maar wij achten het een onverschoonbare luchthartig
heid van partijgenooten en van partijafdeelingen, iets
anders of iets meer te doen dan vast te stellen, dat
zulk een uiting in strijd is met de algemeen vastgestelde
en goedgekeurde programma-artikelen onzer partij. Van
zulk een uiting een wapen te maken tegen een partij
genoot, hem daarom moties van afkeuring en wantrouwen
te bezorgen, dat is in strijd met den geest onzer eigen
partij, die op de volledige vrije ontwikkeling van ieders
persoonlijke krachten berust en daaraan juist haar
enormen vooruitgang dankt.
Bovendien, wie zelf een werkzaam aandeel neemt
aan den werkelijken strijd en bij ondervinding weet hoe
alles en alles steeds samenspant om de krachten van
den strijder overmatig te spannen en hem overmatig te
prikkelen, die kan begrijpen, dat men een heel enkele
maal wel eens iets zegt, dat men bij kalmer nadenken
(ware dat mogelijk geweest!) niet zou hebben beweerd.
Men mag dan zulk een uitlating betreuren en verkeerd
vinden, meer niet. En de leden der S. D. A. P.
behooren allen werkzame strijders te zijn, aan toekijkers
hebben wij niets.
Laten wij liever hulde brengen aan onzen moedigen
partijgenoot Schaper, die (een enkele verkeerde uit
lating helt dat niet op) een der krachtigste ver
tegenwoordigers is onzer partij en door al zijn werkzaam
heden heeft getoond, den socialistischen en sociaalde-
mokratischen geest in volle zuiverheid te bezitten.
NABETRACHTING.
Laat uw licht niet onder de korenmaat schijnen.
Onze Christelijke Raad, met zijn twee Christelijke wet
houders zal 't met deze Bijbelsche spreuk wel eens zijn.
Misschien staat er in 't zelfde boek wel een tekst van
dezen inhoud: „Wat gij in 't verborgene doet, is des
duivels."
Met deze twee teksten dan voor oogen, hebben onze
vroede vaderen een verschrikkelijke!) hekel aan besloten
zittingen. Soms echter is zoo iets toch noodig, zoo ook
bij de laatste raadsvergadering. Er moesten „eenige
mededeelingen" gedaan worden en die waren nou niet
direct voor iede s ooren geschikt. De deuren gingen
dus dicht, om weer geopend te worden anderhalf uur
later. Wat er in die anderhalf uur door onze vroede
vaderen bedisseld is, kunnen we de Schiedamsche ar
beiders niet mededèelen 't Licht, dat gedurende dien
tijd heeft geschenen, kan ons en u niet bestralen, 't zat
gedurende dien tijd onder de korenmaat, of 't ook des
duivels was? Dat wagen wij niet te beslissen. Wel
weten wij, dat 't direct uitging, toen de kandelaar er
van werd gelichttoen de vergadering weer openbaar
wei d, sloot men 'm ook tegelijk. Niets van 't heerlijke
schitterende, verblindende licht mochten we dus aan
schouwen, zelfs niet een flauwe naglans er van,
zooals anders nog al eens mode is. We worden dan
tenminste nog wel eens met de resultaten van de be
sprekingen in kennis gesteld. Ook dit zelfs niet. De
bu gers, wat hebben zij te maken met wat de raads
leden besluiten en bepraten.
Hun belangen, zeker, zeker, diè zal de Raad wel
behartigen, maar opde manier, waal-op hij wil en
daar hebben de burgers vrede mee te nemen. Kiezen
mogen ze. Anders niks. Dat zijn meeuingen indertijd
uitgesproken door onzen burgemeester, niet in een be
sloten zitting, maar in 't openbaai'. En dat is een man,
die 't toch wel dient te weten, niet waar?
Is dus de Raad weer zoo onvaderlijk geweest, een
gedeelte van zijn wijsheid voor zich te houden al de
wijsheid, die we dan wel mochten genieten willen
zooveel mogelijk aan de Schiedamsche arbeiders bekend
maken.
Er was o. a. ook ingekomen een verzoek van P. van
Vliet om vergoeding wegens het gebruik van grond aan
de Hoofdstraat. De zaak is deze. Op een Kadast ale
kaart komt een perceeltje voor, dat aangegeven staat
op den naam van P. van Vliet. Dat perceel schijnt een
sloot te zijn, waar door de Gemeente een sluisje is ge
bouwd. Nu hebben B. en W. een oudere Kadastrale
kaart geraadpleegd en daarop staat de Gemeente aan
geduid als eigenaresse van bedoeld personeel. Nu is 1