Van week tot week. Vlaardingen. ïi.l. u onder liet oog te brengen wat de vrouw vermag op bet gebied van drankbestrijding. Een vrouw kan door liet thuis gezellig en aangenaam te maken, bet wegloopen van baar man dikwijls (niet altijd) tegen gaan. Een vrouw kan haar man en kin deren ook vertellen en bewijzen, boe schadelijk en na- deelig het gebruik van alcoholische dranken is voor de gezondheid en hoe de alcohol een sta in den weg is voor de gezellige samenleving. Wat is dat nou? zult ge wel zeggen, jenever of bier een sta in den weg voor de gezellige samenleving, da's een praatje. Want als je zoo onder een glaasje klare of bitter zit, kan je zoo echt gezellig praten. Gezellig is het maar hoe Voor iemand, die niet meê drinkt en er nuchter bij zit, is het gewoonlijk on uitstaanbaar; zoo ijselijk aardig en gezellig is het. En als het nu eens wezenlijk gezellig was, is het dan nog niet treurig dat men bedwelmenden drank noodig heeft om gezellig te worden? Ik noem dat kunstmatige ge zelligheid. Daarom, wilt ge een recht gezellig samenzijn ver krijgen, helpt ons dan en ban alcohol uit het dagelijk- sche leven. Alcohol is ook wel eens goed voor de gezondheid, hoor ik dikwijls zeggen (da's een eenig smoesje voor iemand, die ze graag lust, want dan houdt hij maar of hij altijd iets mankeert.) Gesteld eens dat het goed is ais geneesmiddel, dan mogen wij het toch niet wille keurig gebruiken, doch slechts als de dokter het voor schrijft. Als ge b. v. de koorts hebt en de dokter schrijft u kinine voor, dan blijft ge toch niet na uw herstel steeds kinine innemen Doet ge dit wel dan zal, als ge later weer door koorts aangetast wordt, de kinine u niet meer helpen, omdat uw lichaam er reeds aan gewoon is. En zoo gaat het met de alcohol ook. Alcohol is volgens vele professoren en doktoren een vergif, en zooals wij daar zooeven gelezen hebben tevens een geneesmiddel. Zoo komen wij dus tot de conclusie dat alcohol behoort in de vergifkas van den apotheker Daarom vrouwen, drijft dezen gelukverwoester uit uw huisgezin, en bewerkt uw man en kinderen om toch ook dat satansvoclit, dat slechts rampzaligen en boeven kweekt te laten staan tot heil van henzelf, van hun aanverwanten en hun naasten. Sluit u aan bij een Onthoudersvereeniging, om die te steunen in den strijd tegen koning alcohol. En spoort uw familie en kennissen aan, zich ook te scharen onder het blauwe vaandel, waarop de leus: uit liefde tot uw naasten" met gulden letters u tegenblinkt. Groot is het veld nog, dat wij moeten veroveren, maar onze overwinning is zeker. Daarom geheelont houders, matigen en misbruikers, sluit' u allen aan niet getwijfeld, maar gedaan De Nachtmerrie. Hij, Y. Z. heeft 't weer terug. Hij heeft 't de vorige week tweemaal gehad, schreef hij, in de N. S. G. De eerste keer heeft ie een klap van den draaier van de Hoofdbrug gehad (in z'n slaap altijd maar, hoor.), den tweeden keer droomde hij, dat ie moest staken. (Zeker om in de Nieuwe te grasduinen). Een raad Y. Z.De lijnolie schijnt niet voldoende geholpen te hebben Probeer nu eens Pinkpillen. In uw laatsten „smartkreet" in de „Nieuwe" omarm je dat goedje toch al zoo broederlijk, alsof je er goeie maatjes mee bent. En dan, als de krantenberichten waarheid melden, heb je een goeden voorganger gehad in 't hoofd van uw kerk. Veel succes er mee, hoor Al meer naar den afgrond. Onder dezen „durftitel" waagt de Redactie van de Nit-uwe Schie damsche Courant het weer eens, een hoofdartikel ter lengte van wel een kolom, aan zijn lezers voor te zetten. En als de Redactie voor zoo'n enkele maal de schaar eens verwisselt met de pen, dan is 't om den drommel niet mis, wat er uit de „welversneden pen" des heeren Redacteurs komt vloeien. Het Redactie-bureau van de N. S Ct. moge er duf en naargeestig uitzien, de denk beelden, die er zoo om de veertien dagen geboren worden getuigen juist van het tegendeel. Die getuigen altijd van een scherpe logica en een scherp opmerkings vermogen. Zoo ook in 't blad van 8 Maart. Met grooten pathos vangt het aan0 Ziet er treurig uit in het land van den H. Lodewijk. (Bedoeld is hier Frankrijk.) Sedert twintig jaren worden de afschuwelijkste misdaden bedreven door jongelieden, wier leeftijd afwis selt tussclien 15 en 20 jaar, zooals men kan afleiden uit de feiten, die door de dagbladen publiek gemaakt worden. Wat de Redactie hier zegt, is waar. Maar nu de oorzaak van dit groote kwaad? De Redactie zoekt die in 't sluiten der Katho lieke Scholen, en zelfs zoo bruut dat ze durft zeggen: als gij een Katholieke school sluit, houw dan en passant maar een gevangenis, want die is hoog noodig. Maar knappe Redactie, weet ge dan niet dat juist in 't tijdperk, waarin het aantal jeugdige misdadigers zoo onrustbarend is toegenomen, de Katholieke scholen haar grootsten bloei beleefden? Nu zullen wij niet zeggen: doordat het Katholieke onderwijs zoo bloeide, is het aantal misdadigers toe genomen, ofschoon na uw uitlating, deze conclusie wel eenigszins voor de hand ligt. We uiten alleen den wensch, dat u uw hoofdartikel nog eens herziet in 't nieuwe licht, dat wij er op hebben laten schijnen. U kunt er dan tegelijk wel eens bij be handelen hoe het komt dat in 't zuiden van ons land (de Katholieke streken bij uitnemendheid, zooals u wel zult weten) 't aantal misdadigers percentsgewijze veel grooter ig, dan in de niet-Katholieke streken van ons vaderland. We zijn benieuwd of u de waarheid zult durven zeggen. Aan meneer Opmerker. In een ingezonden stuk in de „Nieuwe" van 8 Maart, komt Opmerker er tegen op, om de notulen van de geheime zitting, waarin de kwestie VurtheimVisser een aanvang heeft genomen, openbaar te maken. Niet, zegt Opmerker, om personen tegen onge- wensclite onthullingen te beschermen, ben ik tegen de openbaarmaking, maar omdat het brutaal zou zijn, de notulen van een geheime zitting publiek te maken. Maar Opmerker, mogen we je eenige dingen „op merken" De geheime zitting waarop u doelt is geen geheime zitting meer, want zooals u indertijd hebt kunnen „opmerken" is in een volgende besloten zitting het besluit genomen, het geheim van de voorafgaande zitting te nemen. Hierdoor kreeg deze eerste geheime zitting geheel en al het karakter van een openbare vergadering. Wanneer men daarvan dus de notulen leest, begaat men niets „onridderlijks", maar voldoet men slechts aan een plicht. Het Schiedamsche publiek heeft recht op openbaarmaking want als we u. Opmerker, nog iets mogen „opmerken", denk er dan wel aan, dat een ruzie (zooals u de kwestie Vurtheim—Visser gelieft te noemen), .het vertrouwen der gemeentenaren niet ongeschokt laat. En waar u misschien geheel en al van de „ruzie" op de hoogte bent, het Schiedamsche publiek is 't nog niet; ofschoon 't het wel zal worden. Een nieuwe toelichting De Redactie van „De Pionier" komt terug op onze uitlating over „pro ductie-coöperatie" en vraagt dan ten slotte, waarom wij de sociaaldemokratische producties wèl en die der Bussumsche en andere kolonisaties niet mogelijk achten. Wij meenen, dat alleen die produktie-coöperaties op het oogenblik mogelijk zijn, die gedreven worden door arbeiders in dat produktie-v \k op de hoogte van de techniek van het vak, zijn zij dus in staat den tech- nischen vakarbeid te verrichten en hebben zij alleen de handelstechniek van hun vak te leeren, wat geens zins onmogelijk isdoor de besparing van de patroons winst zijn zij in staat, veel gunstiger loons- en werk plaats-omstandigheden te verkrijgen en hun geheele levensstandaard te verhoogen, wat in de eerste plaats hun kinderen ten goede komt. Dergelijke arbeiders-coöperaties zijn evenwel heel wat anders dan de kolonisatie-coöperaties van Bussum e. d., waar voor een belangrijk deel der coöperatoren een zeer belangrijke daling van levensstandaard intreedt en de vol doening der intellectueele en moreele behoeften bijna geheel plaats moet maken voor een zuiver materieelen werkking. Volgens ons bestelen dergelijke coöperatoren èn zich zelf èn de maatschappij, door de onttrekking van een zeer belangrijk deel hunner arbeidskracht aan hun eigen en aan het maatschappelijk leven. Wie zijn de opruiers? Dit onderwerp be handelde Tér Laan Donderdag 5 Maart in de stamp volle zaal van „Constantia". Spreker begon het nut van vak-organisatie uiteen te zetten, een door de wet toegestaan recht der arbeiders, voor wie organisatie wel de hoofdweg tot verbetering is. Nu 't land in beroering is, nu de gemoederen ge spannen zijn, nu de laatste man in het verste gehucht getoond heeft de protesten, welke er tegen de daden der regeering worden uitgebracht, die een wet ontwor pen heeft, welke men noemen mag zooals men wil, doch die er is alléén om de arbeiders, om het p oleta- riaat, het volk, dat aan 't groeien, aan 't wassen, aan 't opkomen is, dat leven gaat, te knevelen, neer te houden in knechtschap, in ellende, nu de regeering de vak-organisatie maken wil tot een wassen neus door haar te muilkorven, nu is het de plicht, de heilige plicht van ieder arbeider op te komen voor zijn recht van organisatie, met ons te agiteeren tegen de heil- looze voornemens der regeering. „De zwakke heeft een machtsmiddel: de werkstaking," zeide Dr. Kuyper in 1872; minister Kuyper herinnert zich daar blijkbaar niets van. De staking van 31 Jan. is den heeren kapitalisten wat erg overvallen. Ze hadden 't niet verwacht. Glans rijk leden ze den nederlaag doch vervuld met haat, zennen ze op wraak, 't Middel daartoe is gevonden de regeering moet een wet op staken maken. Luid hebben ze in de groote bladen er om geschreeuwd, die weer werden nagekeft door alle kleine bourgeoisie-blaadjes; de regeering zal een wet maken, Het is te laat! 't Volk is te ver ontgroeid aan 't dwangbuis en heftig is 't verzet. De regeering heeft troepen onder de wapenen geroepen 't getal der onteviedenen is er niet door verminderd. Wie de op'uiers zijn? Niet wij, niet de socialisten, die nu gebruikt zijn geworden om 't volk in toom te houden, zoo goed 't Spoorwegpersoneel als de gemeente werklieden te Amsterdam de opruiers zijn de groote, verstandige mannen, de mannen van het geld, de man nen van 't behoud, die 't volk vertrapt en miskend hebben altijd en hun smeeken en verzoeken maar wezen van de hand. Dat eens de bom barsten zou, begrepen die mannen niet. Na nog "n heldere uiteenzetting van de onderhavige wet, waarvan 't gemeene karakter zelfs bij oppervlak kige beschouwing reeds direkt is op te merken, ein digde spr. zijn luid toegejuichte reden. Debat had niet plaats. De kollekte bracht ruim f 12.op. De correspondent van „Het Nieuws van den Dag" vertelt in zijn verslag over deze vergadering, dat de bijeenkomst werd geleid „door de openbare onderwijzer A. de Wit Vanwaar deze aardigheid, meneer C. L. A. Ingen- hoes, kantoorschrijver? Protestmeetlng-. Constantia was weer stamp vol, zoodat zelfs de galerij in gebruik moest worden genomen, 't Publiek was een en al aandacht en on derbrak de sprekers, Appel uit Zaandam, en Broek uit den Haag, herhaaldelijk door luid applaus. In scherpe woorden becritiseerden beiden de houding van onze Christelijke egeering en de ingediende „dwang- wetten". Ook wezen ze op 't verblijdende verschijnsel dat Sociaal-Democraten en Vrije Socialisten zich in deze moeilijke dagen zoo eensgezind toonen in hun optreden. Moge dit voortaan zoo blijven. Om niet in herhalingen te vervallen, zullen we geen uitgebreid verslag geven van de redevoeringen der sprekers, maar willen we alleen vermelden een uitspraak van Broekde Christelijkheid onzer regeering zetelt in den patroontasch en een profetie van Appel De verdrukking van de arbeidersbeweging «al worden de vernietiging der bourgeois- klasse. De door 't geheele land gestelde motie werd met algemeene stemmen aangenomen. Lezing Melchers. 1) De zaal „De Vriendschap" was barstens vol. Er zijn personen teruggegaan. Er is gebrek aan een betere lokaliteit, 't Was een mooie avond, vol propaganda. Allereerst, hoe wij aan 't tegenwoordige ministerie gekomen zijn. 't Ging om 't geloof. Dat moest thans de overhand krijgen, er moest een periode aanbreken van Christelijke wetgeving, daarvan moest de kloof overtuigd worden tusschen conservatief en democraat, tusschen Roomsch en Protestant, het geloof zou de basis worden van gemeenschappelijk handelen. En ze kregen de overhand, doch nu de resultaten. De school kwestie, waar allen 't over eens waren, wordt niet opgelost. Dat mag men als een grief aanmerken. Doch verder zou spreker niet spreken over 't niet-ingediende, hij kon begrijpen, dat er niet veel was. Doch critiseeren de gepleegde daden, was zijn plicht. En dan kwam spreker tot het resultaat, dat er geen verschil was tusschen de daden van een liberaal ministerie en die van dit Christelijke kabinet. De zaak wordt op den zelfden voet voortgezet. Allereerst, onze minister van Justitie, de heer Loeft', heeft zich doen kennen als doodgewoon oud-liberaal, doch met deze beperking, dat niet eens de geest des ontfermens over hem was neergedaald. Spr. herinnerde aan 't geval te Alkmaar. Daar zat een man gevangen, Zijn stervende dochter wil hem nog eens zien. Hier was kans op bekeering. Doch, in tegenstelling met een vroeger liberaal minister, de heer Loeff gaf de gevraagde toestemming niet. Dan 't onwettig oproepen der lichtingen '95, '96, '97. De mannen, die den langén oefeningstijd hadden mee gemaakt, moesten nu opkomen. Dank zij de agitatie, op touw gezet door de sociaal-democraten, mochten ten minste twee lichtingen thuis blijven, 't Mooiste is, dat de anti's nu de palm der overwinning voor zich willen houden. Ten derde, de ultra-christelijke minister Kuyper, de man der speetvvet, van 't geestelijke voorop in theorie, was in de praktijk de warmste verdediger der brand kast. De speetwet was noodig voor deHuizer rookers, daar was de arbeidswet ontdoken. Maar in De Lemmer niet. En hier kunnen de arbe ders in den drukken tijd f34.per week verdienen, daar f 12 hier geven zij 50 ets. voor 't tal, ginds maar 12 ets. 't Veyschil komt in den zak van de eigenaren van de rookerijen, waar gemiddeld voor 90,000 gld. per jaar omgaat. En zie je, daar kan je immers niets van missen. Dus de minister moest dat bedrijf beschermen. Ten slotte, de minister van Financiën, Harte. Die komt aan met de belasting op de zonde, 't onchriste- lijkste wat je hebben kan. Nog meer belasting halen uit de drinkgewoonten van 't volk. Neen, in de daden van 't Kabinet is niets Christelijks te merken. En zoodra je aankomt met specifiek Chr.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1903 | | pagina 3