Katholieke gezagsopvattiug in de praktij k. Boycot-Phoenix- Bier. van liet programma vervallen moest, doordat Mineur verhinderd was te komen. Van Leeuwen sprak een feestrede uit, welke goed insloegzooals begrijpelijk in hoofdzaak gebaseerd op de gebeurtenissen van den laatsten tijd. De Gramaphone deed, op 'n kleine hapering na zich goed hooren en nam veel van den avond voor zich, terwijl „Excelsior" achtereenvolgens 't „Vrijheidslied", „De Boodschap op de Hei" en „De Internationale" zong, vooral de twee laatstgenoemde heel goed uit voerende. Twee partijgenooten gaven nog enkele voordrachten en de vergadering toonde z'n feestelijke stemming bij de collecte voor de slachtoffers der algemeene werstaking, welke ruim f 18 opbracht. Ook Schiedam heeft de le Mei behoorlijk begroet. Excelsior. Wat we van „Excelsior" hoorden bij de 1 Mei-viering geeft ons aanleiding het volgende op te merken Er schijnen zeer goede krachten onder, doch de Sopraan- en Altpartijen zijn te licht bezet. Dit is jammer. De leiding tóch blijkt in heel goede handen te zijn voor een zoo jeugdig koo kon, wat er werd uitgevoerd, heel wel gehoord worden. Welnu, wij twijfelen niet ot onze dames-partjjgenooten en geestverwanten, die den Zang beminnen, zullen zich verplicht gevoelen naar hun vermogen „Excelsior" te steunen zelve zich aan sluitend, anderen opwekkend 't Zou toch schande zijn als uit een zóó sterke afd. als de onze nog niet eens een fatsoenlijke Zangvereeniging kon worden saamgesteld. Als we allen eens wat deden Om 'de belangrijkheid der zaak nemen wij het onder staande artikel uit „Het Volk" van 7 Mei 11. in zijn geheel over. Wat ze er zelf van gelooven. Zelden hebben we zooveel hooren schermen met de hoogheid -van het gezag als in den laatsten tijd in Nederland. Kuyper heeft voorgezongen, de heele vrome bent van volgelingen heeft nagezongen en ten slotte is de gezags- waanzin zelfs overgeslagen in liberale kringen. Maar de kerkelijken blijven toch de meest konsekwente gezagsaanbidders. Met de algemeene werkstaking optreden tegen de wetgevende macht, zij het maar bij wijze van protest, zich verzetten tegen een op wettige wijze tot stand gekomen maatregel, dat is revolutionair, dat is principi eel uit den booze. De wet is de wet. Ge moogt ze goed of afkeuren, als ze er is dan moet ze gehoorzaamd worden. Het eenige wat ge doen moogt dat is probeeren ze langs parlementairen weg uit de wereld te helpen. En heeft een klasse geen kiesrecht, zoodat die weg voor haar afgesloten is, dan blijft haar niets anders over dan zich te onderwerpen, dan de druk geduldig te verdragen, want zoo wil het de wet, en de wet is de wet, het gezag moet hoog gehouden worden, desnoods met de uiterste middelen van geweld, desnoods op de meedoo- genloosste wijze toegepast. Zoo is thans de redeneering in Nederland, vooral bij onze regeeringsgezinde partijen, Calvinisten en Katho lieken. Nu is er evenwel iets aan de hand op het oogeublik, dat de laatsten in een lastig parket moet plaatsen. In Frankrijk hebben Eegeering, Kamer en Senaat, alle wetgevende machten, langs volkomen wettigen weg, een wet tot stand gebracht tegen de congregaties, tegen de kloosters. Een paar jaar geleden opgeschrikt door de macht die deze kloosters ontwikkelden in dienst der reaktie, ingezien hebbend dat die congregaties met hun veel soortige macht, een gevaar waren voor de republiek, een revolutionair gevaar dus, heeft de wetgevenden machten van Frankrijk doen besluiten met een onder- drukkingswet tegen die congregaties te moeten optreden. Men kan over de doelmatigheid en over de recht vaardigheid van dat optreden verschillend denken, precies zoo goed als men verschillend kan denken over de dwangwetten van Kuyper-Loeff, dat het wettig is, dat de dwang wet tegen de congregaties langs regelmatig parlementairen weg tot stand is gekomen, dit kan niet worden ontkend. Ze is dus wet, ze wordt uitgevoerd door de regeering, dat is het wettige gezag. En wat zien we nu Onderwept men zich Tracht men alleen langs arlementairen weg op te treden, een meerderheid tegen de wet te halen bij de verkiezingen Erkennen alle vrome katholieken de Hoogheid van het Gezag en onderwerpen ze zich eraan, God dankend voor de beproeving Kan je begrijpen! Ze verzetten zich met hand en tand, alsof ze de meest roode revolutionairen waren. Ze lappen wet en parlement en gezag aan hun laars en hebben blijkbaar alle moggelijke maling aan de overheid, al is ze nóg zoo wettig We zullen eenige feiten noemen en putten die voor zichtigheidshalve uit de Tijd, het groote katholieke orgaan, dat zoo ontzaglijk veel vqor het Gezag voelt. Feit 1. Tijd van 24 A pril j.l.) „De uittocht der kloosterlingen in Frankrijk geeft aanleiding tot tal van rumoerige scènes en treffende voorvallen. Te Duinkerken uitte zich de volksver- ontwaardiging op een buitengewoon heftige wijze. Daar woonden verleden Zondag twee agenten van den veiligheidsdienst in burgerkleeding het laatste plechtig Lot bij, dat gecelebreerd werd door de paters Eedemptoristen. Toen nu een der aanwezigen den agenten opmerkte, dat zij een laag werk vericht- ten wilden dezen den man arresteeren, doch de aan wezigen kwamen hiertegen in verzet en namen tegenover hen een zoo vijandige houding aan, dat zij zich genoodzaakt zagen te vluchten. De menigte volgde hen echter, omsingelde een café, waarbinnen zij gevlucht waren en takelde een der agenten, zóódanig toe, dat hij naar het hospitaal moest worden vervoerd en zijn toestand ongerustheid inboezemt." Wij zouden haast durven beweren dat, indien ditzelfde in een onzer Paleis-meetings gebeurd was, de Tijd er wat op aan te merken zou hebben gehad! Feit 2. Tijd van '24 April jl.) „Bij de Dominicanen (te Havre), waar de deur van het klooster gesloten en verzegeld was, werden de zegels verbroken, en stormde de menigte binnen, naar de kapel, waar het H. Sacrement niet aan wezig was." Erg wettig was dit niet, zou men zoo zeggen. Feit 3. Tijd van 24 April jl.) „Te Grenoble is de Magistraat, die Maandag den leden van de Grande Chartreuse het bevel kwam beteekenen, om voor den strafrechter te verschijnen, verhinderd aan deze opdracht gevolg te geven, daar de bevolking, met hooivorken en dorschvlegels gewapend, hem tegenhield. Toch vertegenwoordigde deze magistraat Het Gezag. Feit 4. Tijd van 24 April jl): „Te Saint Etienne verging het den gerechts dienaar, die het uitwijzigiugsbesluit der Frères Maristes van Marlhes kwam voorlezen, ergerhij werd met steenen geworpen, en nadat een steen hem aan het hoofd had gewond, moest hij de vlucht nemen." Dat had v. d. Goes eens moeten lappen aan den deurwaarder die hem de dagvaarding bracht. De Tijd zou het zoo waar afgekeurd hebben. Feit 5. Tijd van 1 Mei jl.): „De Oblaten van Blachére (Ardêche) hebben van den preekstoel afgekondigd, dat zij enkel jvoor het geweld zullen zwichten Die haasten dus ook niet in gehoorzaamheid! Feit 6. Tijd van 1 Mei jl.) „Te Versailles had de verzegeling zonder ernstige gebeurtenissen plaats. Toen de commissaris kwam aanrijden werd alarm gemaakt en de klok van het klooster geluid, maar door het vertoon van veel gendarmerie en het kalmeerend optreden van een der paters verliep alles vrij rustig, al werd er wel even gevochten, zoodat de politie het gebouw bleef bewaken om het verbreken der zegels te beletten." Feit 7. Tijd van 1 Mei jl De bisschop van Belley echter verklaarde op den predikstoel, aan de bevelen der Eegeering niet te zullen gehoorzamen." En dat is nog wel iemand die een goed voorbeeld van gehoorzaamheid aan de overheid geven moet! Feit 8. (Tijd van 2 Mei j.l.) Het geldt hier de Karthuizer likeurstokers. „Te 3 uur trachtte men de 800 personen, die vóór het hoofdportaal stonden saamgedrongen, te verwijderen, doch, in weerwil van de sommaties der gendarmen, weigerden de menschen te vertrek ken. Van alle kanten hoorde men geschreeuw en twee compagnies voetvolk en de brigade gendarmes trachtten vruchteloos het volk te verwijderen. In het gedrang werd een kapitein licht aan het hoofd gekwetst en een soldaat door een boksijzer getroffen." Stel u de kreten van de Tijd voor als zoo iets hier eens bij de staking gebeurd was Feit 9. Tijd van 2 Mei j.l.) „Aan de woede der volksmenigte, die ongaarne de paters Karthuizers zag verdekken, is een dag bladschrijver ten offer gevallen, en wel Monthon, van den Matin. De bewoners van St. Laureut du Pont sloegen zijn rijtuig kapot, hemzelf een paar tanden uit den mond en staken hem met een hooi vork in den rug. Het is een wonder, schrijft zijn collega Stéphaue Lauzanne, dat hij 't er levend heeft afgebracht. Hij ligt ziek in het hospitaal te Grenoble." Een kapitein der gendarmes is ook gewond." Die lieve godsdienstige bevolking, die journalisten met den hooivork neersteken. Wij zijn er zoo goed als zeker van dat, indien een verslaggever van de Tijd door socialisten zoo getrakteerd was, dat blad gezegd zou hebben dat 't heelemaal niet mooi was Teit 10. Tijd van 2 Mei j.l,): „Behalve de kolonel De Coubertin hebben ook twee ritmeesters, van het door hem gecommandeerde regiment cavalerie, hun ontslag gevraagd, na vol daan te hebben aan de ontvangen mobilisatieorder." Dienstweigering dusDoor menschen die zeker heel wat in hun leven gekakeld hebben over de Hoogheid van het Gezag. Nu zou de vraag kunnen gesteld worden keurt de Tijd zulk goddeloos, gezagbMageud bedrijf goed, of niet? Daartoe kan de volgende aanhaling uit een Parijschen brief van dat godzalige blad dienen, dien het zonder een enkele opmerking plaatst (Tijd van 30 April j.l.) „Intusschen komt uit de meeste gemeenten enkel slecht ik noem het goed nieuws voor de Begeering. Overal is verzet tegen de politieoveral worden de agenten en de commissarissen met gejouw en gefluit, met godsdienstige liederen, soms ook met steenen begroet. Ik durf geen plaats in het bijzonder te vermelden, uit vrees van andere voorbij te gaan, die minstens evenveel aanspraak konden maken op onze belang stelling." Nietwaar, dat is duidelijk genoeg. Het verzet wordt gezegend, het gezag vervloekt, men gooit de agenten met godsdienstige liederen en steenen om de ooren. De brutaliteit in de twee-aangezichten-draaierij onzer vrome katholieken wordt slechts geëvenaard door het engelengeduld der Fransche regeering, een regeering van vrijdenke s en ketters en die toch zoo heel anders te werk gaat als hier of in België de regeering zou doen. Soldaten worden gewond, officieren krijgen met boks beugels er van langs, men plaatst zich bij honderden in hun weg, men barrikadeert hun deuren en vensters en de dienaren die de regeering er op afsturen, ruimen dat alles op, doen hun werk in alle kalmte, zonder iemand te dooden of ernstig te wonden. De arbeiders maken de gerechtvaardigde opmerkingtegen over ons zouden ze zóó niet doen. Laat arbeiders het honderdste deel van de molestaties uithalen en de straten worden bedekt met dooden. Men zie slechts naar België, naar Leuven Weet ge wat deze heele historie bewijst, waarde Tijd, voor menschen die ze onbevangen bekijken? Dat de ongeluovigen Fransche regeering misschien niet zoo'n godgevallige regeering is als de onze of de vrome Belgische, maar dat ze uit betere menschen bestaatEn dat gij heel erge, welmeenende gezags- dienaren zijt, als 't gezag in uw handen is! Er is weer een boycot uitgesproken over een groote fabriek in Nederland, wegens de houding van de directie tegenover de vereènigde arbeiders. De geboycotte fabriek is de Phoenix-brouwerij te Amersfoort. De reden van deze boycot wordt in een rondschrijven aan de arbeiderspers door „de bestuurderen van de Brouwers-gez' llen-vereeniging en den Amersfoortschen Bestuurdersbond aldus uiteengezet: In het voorjaar 1902 lukte het eene organisatie op te richten onder de arbeiders der Phoenix-brouwerij, die aanvankelijk met eenig succes werkte. De lage loonen, (de menschen verdienen gemiddeld ongeveer l/s minder dan te Amsterdam, Botterdam, enz.) de lange werktijden enz. maakten organisatiestrijd hoog noodig. Toen in Januari j 1. de organisatie ten tweede male een kleine overwinning had behaald, besloot de directie de organisatie den kop in te drukken. Aan de arbeiders werd een reglement ter teekening voorgelegd, dat de vrijheid zeer verkortte. Meursing kon b.v. ieder arbeider zonder opgave van redenen ontslaan, ook hun optreden buiten de fabriek kon hem aanleiding tot ontslag geven. Verder werd het boetestelsel verscheept, de directie kon de arbeiders dwingen een uur voor niets te werken, terwijl verder overwerk tegen het gewone loon betaald werd. Wanneer de arbeiders langer dan 6 weken ziek zijn, worden ze ontslagen, enz. Dit schandelijk reglement weigerden de arbeiders eerst te teekenen. De heer Meursing slaagde er evenwel in de zwakste broeders tot teekenen over te halen, en de rest volgde, door den nood gedwongen. De actie bleef evenwel in stilte doorwerken, en eenige weken later verklaarden de arbeiders openlijk de onderteeke- ning voor nietig omdat zij gedwongen waren. Ten tweede male beproefde Meursing hen tot teekening van een stuk over waarin zij verklaarden genoegen te nemen met het reglement. Toen weigerden ze beslist. Meursing ontsloeg daarop drie bestuursleden. Deze zaak werd onderzocht in een gecombineerde vergadering van afge vaardigden der brouwersgezellen-vereeniging en de vereeniging van directeuren, waarbij ook de Phoenix is aangesloten. Hier kreeg Mem sing ongelijk. De loonen werden te laag geacht, het fabrieksreglement in menig opzicht onhoudbaar, ook werd door de andere directeuren onbillijk geacht, dat Meursing de organisatie niet wilde erkennen. Op deze vergadering werd aan den directeur der Pkoeuix-Brouwerij de eisch gesteld: intrekking fabrieksreglement, terugname der ontslagenen, erkenning der organisatie. Meursing weigerde beslist. Toen werd de boycot over hem uitgesproken. In antwoord hierop ontsloeg Meursing den volgenden dag alle leden der organisatie." Wij hebben aan deze geschiedenis niet veel toe te voegen. Zij spreekt duidelijk genoeg voor zichzelf, en is een van de vele gevallen van patroons-terrorisme en patroons-willekeur, die zonder ophouden dan hier dan daar aan het licht komen en volledig bewijzen, hoe volkomen onbeschermd de Nederlandsche arbeider staat tegenover zijn werkgever. Arbeiders, zoolang de Phoenix-brouwerij deze aan randing van het ve eenigingsleven niet heeft goedge maakt, zijt ge allen verplicht aan de uitgesproken boycot mee te werken overal waar ge kunt. Denkt aan

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1903 | | pagina 3