Botterdamsche Bestuurdersbond
Ons Politiekorps,
Uit de Bakkers-beweging.
Schijn bedriegt
Drankmisbruik en Tering.
l)e Uitslag van de Verkiezing.
De meerderheid is ongerept.
Algemeen-Kiesrecht.
Staking.
(FEDERATIE VAN 51 VEREENIGINGEN).
Aan
de Vak- en Algemeene Arbeiders-
Vereenigingen in Zuid-Holland.
KAMERADEN,
Evenals het vorige jaar, heeft ook dezen zomer de
Rotterdamsche Bestuurdersbond weder georganiseerd een
Meeting voor Vakorganisatie
in de open lucht, waaraan verbonden zal worden een
OPTOCHT MET MUZIEK EN VAANDELS.
Van Burgemeester en Wethouders van Rotterdam is
de vergunning weder verkregen deze meeting te houden
op liet prachtige terrein Schuttersveld
aan de Linker Rottekade, dezelfde plaats waar ook het
vorige jaar de meeting heeft plaats gevonden.
De meeting zal plaats hebben op Zondag' 26 Juli a.s.
en dus al zeer spoedig.
Wij noodigen alle Arbeidersorganisaties, Vakvereeni-
gingen, Bestuurdersbonden en Plaatselijke Arbeids-Secre-
tariaten dringend uit, om deze Meeting te bezoeken en
te maken tot eene
provinciale demonstratie voor de
Vakorganisatie
Laat men spoedig boottochten organiseeren, of op
wekken tot trein-bezoek. Van alle kanten moeten de
bezoekers toestroomen, om dezen dag te maken tot een
grootschen dag.
Voor de namen der sprekers zie men de groote
biljetten.
Vooruit mannen, nu allen aan den arbeid voor de
meeting.
Allen den 26sten naar Rotterdam.
Hoe méér, hoe beter
Namens het Bestuur,
H. SPIEKMAN, Voorzitter.
Ooieva arstr. 8. L. SCHOTTING, Secretaris.
Onze orde-mannen zijn in 't genot gesteld der zwaren
helm gedurende de warme maanden te verwisselen met
het lichter en luchtiger hoofddeksel: pet. Wie ooit
zoo'n glimmend (grimmend?) hoofddeksel op z'n hoofd
getorscht heeft, zal de waarde beseffen welke onze
dienders aan de gunstige verandering hechten. Nog
iets goeds is, dat ze de in de kermisweek verspeelde
vrije dagen inhalen mogen, iets wat nog nimmer ge
beurd is.
Flink zoo. Men gaat dus nota nemen van de grieven
en wenschen der ondergeschikten, 't Begin is er nu
en alles kan niet ineens. Ook Keulen en Aken zijn niet
op één dag gebouwd maar zoo zachtjes aan (niet
al te zachtjes) denke men eens om de te lange dienst-
dagen, de te uitgebreide routes, de te weinige vrije
dagen, de te lage loonen
En inferieure suprieuren
Ah, kom, waar een wil is, is een weg, en met wat
goeden wil kan er voor onze agentjes nog veel gedaan
worden. Dat zal je zien.
Zooals uit achterstaande advertentie blijkt, zal op
Dinsdag 28 Juli, des avonds te 8 ure, in 't Verkoop-
lokaal aan de Lange Haven door de afd. Schiedam van
den Bakkersgezellenbond een openbare vergadering wor
den gehouden, waarin de heer J P. A. ten Boekhorst
van Amsterdam het wetsontwerp op arbeids- en rust
tijden in broodfabrieken en -bakkerijen alsmede het
verbod van nachtarbeid, zal behandelen.
Dringend wekken wij onze lezers op, deze hoogst
belangrijke vergadering te bezoeken.
De toestanden in het bakkers-bedrijf, zoo diep, zoo
in-trenrig, waar overmatig langen arbeidsduur en zwaren
arbeid de bakkersknecht verstompt, demoraliseert op de
ergste wijze, hem aftakelt, op reeds jeugdigen leeftijd,
maakt tot menschelijke ruïne, die nooit gekend heeft
te leven, doch alleen weet van zwoegen en ploeteren
voor een hongerloon hij, de man, die ons allen van
eten voorziet, zelf ontberend vaak, heel vaak, het aller-
noodigste voedsel zelfs ten val gebracht, stompzin
nig gemaakt gelijk het dier, verdomt door 't zeven
maal zevenmaal vervloekt monsterde nachtarbeid, bij
ons, Schiedammers, maar al te goed bekend, ook hij,
de bakkerij-slaaf, worstelt om z'n mensckenrechten,
strijdt voor betere levensvoorwaarden. Door organisatie
is voor hem veel, doch niet alles te krijgen vak
actie alleen is in het bakkersbedrijf niet machtig de
vele misstanden op te heffen.
En nu onze regeering van zins is, voor het bakkers
bedrijf een wet te maken, streeft de Bakkersgezellen-
bond er naar, invloed daarop uit te oefenen en het
ontwerp zoo goed mogelijk als wet te verkrijgen. Daar
voor is hun agitatie daarvoor is bovengemelde ver
gadering. Moeten wij hen niet helpen? Moeten wij niet
allen hun vergadering bezoeken?
B. en W. geraakten zoo langzamerhand in ongenade
bij de Schiedamsche bevolking vanwege het hooge pro
cent dat men op de inkomstenbelasting hief. Het vorige
jaar was dat nota bene 4.5 (Als bewijs hoe onze
Schiedamsche pers maar raak schrijft, diene, dat de
beide Schiedammers, die toch beter moesten en zeker
konden weten, eerst meedeelden, dat dit het vorige
jaar 4 35 was).
Men voorzag dat dit ll0£ hooger zou worden en
daarom heeft men naar een middeltje omgezien, dat het
zou verlagen en dat de menschen toch meer zou
laten betalen.
Dat middeltje hebben B. en W. gevonden (en de
Raad heeft dit aanvaard) in een nieuwe klasse-indee
ling, die we al eens meer in de Moker hebben onder
handen genomen. Men betaalt nn volgens die nieuwe
indeeling spoediger dan men dit vroeger deed.
De menschen met inkomens van even boven de f 400
worden er in de eerste plaats door getroffen, terwijl
men verder voor een denkbeeldig inkomen kan hebben
te betalen, daar als grondslag voor iedere klasse wordt
genomen het gemiddelde van de klasse, waarin men
is aangeslagen. Alleen de groote inkomens zullenwat
de verhooging betreft, er goed afkomen, daar het nu
vermindert. Sommigen zullen zelfs minder te
betalen hebben.
De arbeiders in de eerste plaats worden er de dupe
van. Daarvan kan niet genoeg worden gehaald. Eerst
schoolgeld, nu belasting.
Ja ja, men weet wel aan centen te komen, en B.
en W. zijn wel goede financiers. Enfin, daarvoor hebben
we ook iemand, voor Wethouder van Financiën, die
kassier en advocaat is. Beter kan het al moeilijk.
De menschen, die zicli echter al blij gemaakt hebben,
toen ze van verlagen van het hoorden, hebben zich
echter ve:heugd met een doode musch.
Schijn bedriegt.
Den Hoofdingenieur Putzeijs te Brussel, werd in dit
voorjaar door den hooge Gezondheidsraad van België
opgedragen een staat van kosten in te dienen voor de
oprichting van Sanatoria's voor onbemiddelde longlijders.
De personen uit de arbeidende klasse die jaarlijks in
België aan deze vreeselijke ziekte bezwijken, zijn ruim
12000 tusschen de 20 en 30 jaar. Hij komt nadat hij
zijn berekening gemaakt heeft tot de conclusie, dat ge
stichten en Sanatoria's niet in staat zijn, het sterfte
cijfer te doen verminderen, de oorzaak der ziekte, tast
men er niet door aan, want de oorzaak is het gebruik
en misbruik maken van alcohol.
Wanneer men nu weet dat wat hierboven geschreven
staat voor België, in gelijke mate geldt voor Nederland,
zou dan niet elk gedwongen worden den strijd tegen
koning alcohol, den bewerker van al deze ellende te
aanvaarden Het is koning alcohol die hier dit moordend
vernielingswerk verrichthet is koning alcohol, die in
België zoowel als in Nederland jaarlijks 12000 jonge
menschen vermoordt. NeenWij zijn het volkomen met
Putzeijs eens, daar helpen geen artsenijen of sanatoria's
voor, daar staat alles bij stil, want alles wat men buiten
de oorzaak aantast en tracht te herstellen, zijn hulp
middelen en kwakzalverij,
Wil men de oorzaak van die ziekte bestrijden, die
zeker voor 90% komt voor haar rekening, bestrijdt
dan het gebruik van den alcohol, dan bestrijdt gij de
oorzaak. Ik wil hiermede niet zeggen dat men zijn steun
moet onthouden aan de bestaande sanatoria's of aan
de menschen met die sleepende ziekte behept, neen,
ook die taak verdient den lof die haar toekomt, en die
mijn pen niet vermag weer te geven. Maar in de eerste
plaats en voor al, bestrijde men de oorzaak, men aan
vaarde met ons den strijd tegen den drank en de
drinkgewoonte.
Dat zij zoo.
De uitslag van de herstemming is natuurlijk niet naar
den zin van het katholieke blad De Nieuwe Schie
damsche Courant. De redactie spreekt van een „grie
vende teleurstellingHet laat zich begrjjpen, dat het
voor de redactie niet erg aangenaam is. Zoo menig
maal toch heeft ze den Christelijken Kiezers voorge
houden dat hun eenparig en eensluidend votum" ten
gunste van den heer Nolet moest uitvallen, dat ze op
het laatst zelf wel moet gedacht hebben meneer Nolet
komt er. Maar meneer Nolet is verslagen en leelijk ook.
Het schijnt dat de liberalen nog wat „feu sacré" be
zaten, dat ze bij de herstemming hebben opgemaakt.
Ze hebben voor hun doen knapjes gewerkt Maar zooals
in den regel waren ze wel wat laat bij de pinken. De
Nieuive weet nog te vertellen, cj^t de heer v. d. Schalk
gesteund is door de Sociaal-Democraten. Dat is meer
dan wij weten. Misschien heeft een enkele sociaal
democraat van zijn stemrecht gebruik gemaakt en dan
natuurlijk den heer v. d. Schalk gestemd, als partij
heeft de S. D. A. P. niet deelgenomen aan de her
stemming.
De Nieuive Schiedamsche Courant tracht zijn onge
noegen over den uitslag der verkiezing wat te ver
bloemen door te roepen De meerderheid is ongerept".
Bedoeld wordt dan natuurlijk de Christelijke meerderheid.
Toch verdenken wij de redactie er sterk van dat zij
met genoegen der anti-revolutionairen broeder, die een
katholieken zetel heeft bezet, gaarne had zien tuimelen,
als daardoor de verkiezing van den heer Nolet verzekerd
was geweest.
't Is welaap, wat heb je mooie jongen, maar de
tijd is nog niet vergeten en zal waarschijnlijk nog wel
eens wederkeeren, (wie weet hoe spoedig) dat „Ketter"
„afvallige" en „paap" weer geliefkoosde uitdrukkingen
worden, onder de broederen van heden.
Het provinciaal Comité voor Algemeen-Kiesrecht
heeft een vragenlijst rondgezonden aan de betrokken
vereenigingen, betreffende de provinciale meeting, welke
zal gehouden worden op Zondag' 23 Augustus
a. s. te Dordrecht. Er zal gelegenheid zijn, deel te
nemen aan een boottocht vanaf Schiedam "Vlaar-
dingen en Rotterdam naar de meetingstad geor
ganiseerd. Een zestal vereenigingen binnen deze stad
zullen zich officieel doen vertegenwoordigen. De tijd
van afvaart zal nader worden bekend gemaakt. Wie
deel wil nemen aan den tocht, moet zich aanmelden
vóór 15 Augustus bij A. Winterberg. Nieuwe
Sluisstr. 5. De kosten bedragen 30 cent per persoon.
Tevens kan men toegangskaarten voor het terrein be
komen a 10 ets. Particulieren kunnen deelnemen.
(Uit het Fransch van MariusRenard.)
(V e r v o 1 g.)
Wat, ben jij het, Mènil.... Schaam je je niet, jij
een van de onzen, tegenover je broeders te staan. Bah,
vuile lafaard!
De soldaat verbleekt. Zijn handen klemmen zich
wanhopig om zijn wapen en voor zijn blauwe oogen,
klaar als de morgenstond, vertoont zich plotseling, in
woeste wanhoop een liefdesvizioen. Want hij heeft hem
herkend, den oude. Het is Labruchat, ja, Labruchat
van zijn dorp Courrières, de schelm die hem zijn ge
liefde ontstal, in weerwil van het kind, vrucht hunner
teedere liefde, dat geboren zou wordenzij was arm,
zijn meisje en haar Ménil eveneens. En Labruchat was
rijk, in de goede jaren had hij verdiend.
Plotseling verdubbelen de kreten en steenen rollen
tot voor de soldaten. De officier voelt een lichte rilling
langs den rug en zeer snel zijn woorden afbijtend,
spreekt hij: velt 't geweer! pakt de schreeuwers!
De geweren gaan omlaag. Soldaten gaan in draf voor
waarts en grijpen Labruchat, dien men dadelijk opsluit
in een bijgebouw van de mijn. De menigte wil op haar
beurt aanvallen. De keien regenen op de troep.
Slaat ze dood! slaat ze dood!
Maar op hetzelfde oogenblik klinkt een hoorngeschal.
De dragonders... de dragonders!
Een charge... Weg! Weg!
En de opgejaagde bende vlucht heen.
Het is nacht.
In de groote zaal die tot slaapplaats der soldaten
dient heeft de slaap allen schijn van leven doen wijken.
In de verte geeft een klok van een dorpje met traag
geluid de uren te hooren. Door de kruisramen werpt het
maanlicht wijde, helle lichtkringen op de steenen.
Maar door de getraliede deur, die op de slaapplaats
uitziet, kijkt Labruchat, dien men in afwachting van
zijn overbrenging naar Arras opgesloten heeft, naar de
in slaap gevallen soldaten. Zachtkens fluistert zijn stem:
MénilMénil
De soldaat antwoordt niet. Op de stroozakken, die
tot bed dienen, is er geen wakker.
Stilte.
Maar een lichaam richt zich langzaam overeind...
En Ménil luistert en ziet rond. Hij ziet een droom
beeld zich weven in het heldere licht van den nacht. Hij
luistert naar een zachte en fluisterende stem, een geluid
dat komt en gaat in liefkozende stembuigingen. Het is
een herdersliedje van zijn land. Ja, hij herkent het versje
dat zijn geliefde vroeger zong om het kleintje in slaap
te snssen:
„Slaap, slaap mijn hartje!"
Het kleintje. Zijn kind! Hij die thans een anderen naam
draagt, den verafschuwden naam van Labruchat, van
den ouden, rijken man die hem zijn geliefde ontnam,
de mooie bloem die zijn leven doorgeurde. Maar de
haat is verdwenen op dit uur, Ménil hoort hem ont
vluchten in den nacht. Want wat hij nu geniet, is het
geluk van de herinnering, iets dat ruischt in de stilte en
langzamerhand het gelukkig verleden doet ontwaken.
Hij ziet te Courrières een hut omringd door velden,
weiden omzoomd door paden met meidoorns omhegd,