DE VLAG DEKT DE LADING. Cursus Loopuit. ^BUITENLAND. Toen wij het le jaarverslag 1902/3 van de Niet- Arbeiders -Coöperatie in handen kregen en de cijfers die zij ons daarin noemt als heetende den toestand dier Coöperatie op den 1 September 1903 voor te stellen, of beter gezegd weer te geven, eens nader bekeken en aan een gezonde critiek onderwierpen, zijn wij tot het resultaat gekomen, dat het geheele verslag in den waren zin des woords geen verslag mag heeten. „De Stukken worden voor de leden ten kantore der „vereeniging gedurende 8 dagen, te rekenen van den „dag der kennisgeving, ter inzage gelegd is de inhoud van de 4e alinea van art. 40 der statuten onder het hoofd „Balans- en Winst- en Verliesrekening. Wat moet of behoort evenwel een Verslag te bevatten? Een beschrijving van de geschiedenis gedurende het verloopen tijdvak en volgens meergenoemd artikel 40, de Balans en de Winst-en Verliesrekening deze laatste wordt in bedoeld verslag Exploitatie-rekening genoemd. Behalve deze zaken behoort het verslag voorzien te zijn van een toelichting, die de verschillende groepen, die op de Balans en Exploitatie-rekening voorkomen, zal bewijzen en ophelderen. Welnu, deze toelichting ontbreekt Wij vestigen hier vooral de aandacht op, omdat het een coöperatie betreft, een vereeniging waarin de leden gezamenlijk een bedrijf, en wèl dat van bakker uitoefenen. Temeer doet zich de behoefte aan die toelichting gevoelen, wanneer een verslag bestemd is voor niet- vakmenschen, voor wie cijfers zonder meer doode dingen zijn. Wij stippen hierbij aan dat volgens het verslag, de coöperatie is opgericht op initiatief van de Afd. Schiedam van het Algem. Ned. Werklieden-Verbond, in vereeniging met 17 hier gevestigde Werklieden-wereeni- gingen. Wij willen niet beweren dat het gemakkelijk is, een Belans of een Winst- en Verliesrekening zóó te be schrijven dat een en ander voor iedereen te verstaan is, maar wij hadden zeker een dergelijke opstelling in het Verslag van de onderhavige Coöperatie mogen ver wachten, omdat deze aan het hoofd heeft een man, die zelf cursussen in boekhouden leidde, (zie o.a. bldz. 14 van het Verslag-1902 van het Volkshuis alhier)! Voor hèm mag administratie-voeren en veTsl&g-uitbrengen een peulschilletje zijn, voor hèn, die niet zijn kennis bezitten, moet het lezen van zoo'n verslag een rond- doolen in het Labyrinth zijn! Wij zouden evenwel te ver gaan, wanneer wij be weerden: „er is totaal geen toelichting," want er is wel degelijk een beschrijving, n.l. van de Verdeeling van de winst. (Zie bladz. 7 onderaan en bladz. 8 bovenaan v. h. Verslag;) dat is evenwel geen winste voor het verslag als zoodanig, daar het niet beschrijft, hoe de winst ontstaan, waaruit de winst voortgevloeid is, maar wèl hoe ze verdeeld wordt. Bij ons is dan ook de onuitwischbare indruk gevestigd dat men den Leden der „Algemeene Coöperatie" tracht zand in de oogen te strooien. Aan de administratie, zooals die in het onderhavige geval toegepast wordt op het bakkersbedrijft kleeft een zeer groote fout. We hebben hierbij het oog op het feit, dat in dit bedrijf ovens noodig zijn. Het gebouw, het materiaal, kortom de bedrijfsmiddelen, zijn aan voortdurende slijtage onderhevig. Dit blijkt o. a. daaruit, dat op „Gebouwen" 2% en op „Inventa ris" 10% is afgeschreven. Onder de bedrijfsmiddelen ressorteeren de ovéns, welke aan veel grootere slijtage onderhevig zijn, dan eenig ander. Nu eischt de techniek van de administratie eener bakkerij, dat voor „Ovens" een speciale rekening wordt geopend en op die rekening jaarlijks zooveel wordt af geschreven, dat, zoodra vernieuwing van een oven noodzakelijk D, onder normale omstandigheden de volle afschrijving op den ouden oven heeft plaats gehad. Het ontbreken van dit onderdeel der administratie wijst op een leemte, welke het vermoeden wettigt, dat haar inrichting met weinig kennis van zaken is behandeld. Tot nadere toelichting diene dat ieder, die eenigszins met het groot-bakkersbedrijf op de hoogte is, weet, dat de ondervinding heeft geleerd, dat de jaarlijksche af schrijving op ovens 6 cents per 50 K. G. in dat jaar verbakken meel bedraagt. Deze wijze van afschrijving wordt dan ook gevolgd door die coöperatieve bakkerijen en broodfabrieken, waar de administratie voldoet aan de eischen, die eraan gesteld mogen worden kolen wordt tenminste niet genoemd, zelfs niet „pro memorie." De vraag rijst thans „Hoe kon op 1 September 1903 de bakkerij gaan „werken, terwijl er geen kolen waren In het verslag lezen wij „Alsnu 1) kon men overgaan tot bouw of aankoop „van een bakkerij daar het „benoodigde" kapitaal tegen „„matige" rente (4%) was toegezegd." Dat 4% een „matige" rente is of zou zijn laten wij buiten beschouwing, doch wat is het „benoodigde" kapi taal, of liever, wat „was" het? Wanneer wij nu de balans opslaan, dan zien wij onder de schulden voorkomen: Geldleening 10200. Was dit bedrag het „benoodigde" kapitaal of was het oorspronkelijk grooter, zoodat er reeds iets van is afgelost? Het verslag zwjjgt erover! In verband met deze „Geldleening" komt er nog een duiveltje om den hoek gluren. Uit het verslag citeeren wij: en ten slotte werd de bakkerij van den „Heer J. Goemans gekocht en Maandag 22 Sept. met „bakken begonnen". De Bakkerij werd dus gekocht vóór den 22 Sept. Het „benoodigdekapitaal (zie verder!) was aanwezig, dus kon men geld bij de visch doen en betalen. Wanneer wij ons nu wederom tot de Balans wenden trekt de rekening. Geldleeningf 10200. wederom onze aandacht. Dit bedrag tegen de rente van 4% in 1 )aar Se" leend moet een vèrlies aan interest opleveren van 102 X f4. f408.—, terwijl de exploitatie-rekening slechts vermeldt als last: Interestf 17,08. Het gaat ons niet gemakkelijk af, in gemoede te ge- looven dat de geldschieter aan de Coöperatie een cadeautje van f390,— heeft gedaan, maar waar is dan dit meerdere bedrag ondergebracht? De belans vermeldt een Afschrijvingsrekening (inge houden winst voor slijtage en of waardevermindering) met een bedrag vanf 309.02 De totale afschrijving op „Gebouwen" en „Inventaris" zijn dus in dit bedrag bijeengevoegd. Op de Exploitatie-rekening komt voor de rekening „Afschrijving Inventaris" met een bedrag van129.02 zoodat voor afschrijving op „Gebouwen"_ blijkbaar een bedrag van 180.- is aangewend. Volgens de Statuten (ook te bepalen uit het Verslag) moet er 2°/0 van de waarde derGebouwen afgeschreven worden, dat is dus t 180.—. De aankoopswaarde der Gebouwen was dus 10% X f180.— f 9000.— Terwijl de Gebouwen op de Balans een waarde hebben van10587.64y3 Dit geeft dus een verschil van f 1587.641/: en wjj vragen ons af: „door welke oorzaak kon de „Algemeene Coöperatie" er toe geleid worden om „Ge bouwen" f 1587.647, boven de boekwaarde te laten "voorkomen op de Balans?" Het Verslag zegt natuurlijk niets hiervan. Van dit bedrag wordt dus aan dividend uitgekeerd 7 1973.31 Het totaal bedrag voor dividend bestemd is, (Zie onderste regel bladz. 7) 2047,25 Zoodat er een overschot is van f 73,94y3 dat op nieuwe rekening (1903/1904) als „Onverdeeld Ledendividend" behoorde te worden overgebracht. In het geheele Verslag is er niets van te vinden! Met dit betoog bedoelen wij de „Algemeene Coöperatieve Bakkerij" erop te wijzen dat, wanneer zij wederom ver slagen publiceert, zij dit zal doen in voor hare leden begrijpelijken vorm, en dat zij dit kan doen, durven wrij gerust te beweren, daar zij nevens haren voorzitter, die, zooals wij hiervoor zagen als Administratie-onderwijzer optreedt, bovendien een bezoldigden administrateur (tegen een niet te hoog salaris) heeft. Wij merken hierbij nog op, dat het Verslag slechts melding maakt van het volgende personeel: meester knecht, overnist, 4 volwassenen en 1 niet volwassene, dus niet van genoemden administrateur. De eerste Cursusvergadering, waar Jos. Loopuit op trad, was flink bezocht. Van de gehouden besprekingen kunnen we, met het oog op de ruimte in ons blad, slechts een beknopt overzicht geven. Loopuit zette uiteen, dat de kern van de Sociaal-dem. leer het beginsel van den klassenstrijd is. Men is geen sociaal-democraat, wanneer men het bestaan van dien strijd niet erkent, en de noodzakelijkheid hem te voeren, niet onderschrijft. Die erkenning is juist het punt, dat ons van de partijen, die ons omzwermen (Vrijz. dem. en Anarchisten) onderscheidt. Daarom behandelde spreker deze vragen: lo. Wat is de klassenstrijd? 2o. Wat is de klassenstrijd voor de Soc.-dem. 3o. Wat is de klassenstrijd voor de maatschappij? In de volgende cursusvergadering kon dan de vraag behandeld worden: Met welke middelen moet de strijd gevoerd worden? Ter behandeling van de le vraag ging spreker de economische ontwikkeling na van de maatschappij, be ginnende in de Middeleeuwen tot op den huidigen dag. De gilden, het proletariaat vroeger en nu, ontwikkeling van het machine-wezen, ontstaan van een klasse van fabrieksarbeiders, dood van het handwerk, de vervanging daarvan door den deelarbeid, waren punten, die uitvoerig werden toegelicht en besproken, om ten slotte te komen tot de conclusie, dat de klassenstrijd beoogt de vervor ming van de productiewijze, zoodat deze genootschappe lijk wordt. Allen voor allen! Daarna ging spr. na, waarom het beginsel van den klassenstrijd juist de kern is van ons program, om ten overvloede nog eens helder in het licht te stellen, alle ellende, alle misère, die de strijd der klasse van bezitters tegen die der onterfden met zich voert. Van de gelegenheid om met spr. van gedachten te wisselen, maakten enkelen gebruik. Zij werden beant woord, waarna de vergadering werd gesloten. Het was een aangename, leerrijke morgen voor velen. De belangstelling op Zondag 15 November zal zeker niet geringer zijn. Op, voor de propaganda! Wanneer wij nu eenige cijfergroepen op de Exploitatie rekening en op de balans eens ontleden, en de wijze van administratie-voeren daaruit waarnemen, komen wij tot resultaten, welke naar ons oordeel duidelijk genoeg aantoonen, dat die toelichtingen in het Verslag zeer noodzakelijk waren. Op de exploitatie-rekening komt voor een bedrag van f 475,46 voor verbruikte kolen. De coöperatie heeft dus kolen noodig in het bedrijf, en wij kunnen moeielijk aannemen, dat in het nieuwe boekjaar geen kolen zouden noodig zijn, terwijl wij bovendien den winter tegemoet gaan! Nu blijkt er tot onze verwondering uit de Balans op 31 Augustus 1903 niet dat zij er wei waren, de rekening De Balans maakt melding van een Schuld aan de leden vanf 769.15. Dit bedrag is evenwel de oplossing van verschillende rekeningen, want lo. De leden zijn schuldig hun bedrag van deelneming d. i. in dit geval per deelnemer f 10.Zoodat de Leden gezamenlijk als Crediteur onder het hoofd „Inbreng Leden" 2) verschijnen. 2o. Volgens art. 11 der Statuten behoeven de aandeeleii niet direct volgestort te worden, hetgeen als feit blijkt uit het Verslag, (bladz. 8, 11de regel v. o.) De rekening „Inbreng nog te storten" dient dus te verschijnen onder de baten, met dat be drag wat nog op de aandeelen moet bijgepast worden. Wanneer er alzoo aan deze boekhoudkundige eischen voldaan was, zouden de leden hunne verplichtingen tegenover hunne vereeniging hebben leeren kennen, d. w. z. slechts als groep, in massa. Noch uit het Verslag, noch uit de Balans of uit de exploitatie-rekening is te constateeren, vanwaar het bedrag moet komen, dat bestemd is ter voldoening van de „Dividend-belasting", en dit is toch een be lasting die op de Exploitatie 1902/3 drukt Wij willen nog een voorbeeld van eigenaardige op vatting van administratie geven. De Winst veroorlooft een uitkeering van 7% over ieders broodverbruik. Dit deel van de winst, voor dividend aan de Leden bestemd, moet berekend worden naar een broodverbruik van f 28190.17 (Zie bladz. 8, 6de regel v. b.) Duitscliland. In de hospitalen en ziekenhuizen hier te lande schijnen de toestanden, blijkens berichten, die zoo nu en dan de ronde in de pers doen, nog verre van rooskleurig te zijn. De klachten, onlangs nog geuit door de verpleegsters in een der ziekenhuizen te Am sterdam waren teekenend. Met de behandeling van het personeel blijkt het daar treurig gesteld te zijn. En als zij, die zieken hulp en bijstand moeten verleenen, zelf zuchten onder een onwaardige behandeling, dan is er voor de ziekenverzorging weinig edels te verwachten. Het lijdt geen twijfel of de liefdezusters komen in een toestand van doffe lusteloosheid en onverschilligheid, wanneer zij niet behoorlijk kunnen voldoen aan hun stoffelijke en geestelijke behoeften. Eu hoe het dan gaat leert ons het volgende bericht uit een ziekenhuis te Pasing, een voorstad van de Beiersche hoofdstad München. We weten niet of daar de verpleegsters ook worden uitgebuit, maar. Dezer dagen werd voor de rechtbank vastgesteld, dat de patiënten die zij verplegen, in vier weken tijd geen schoon beddegoed, en maar eenmaal schoon lijfgoed hadden gekregen. In het eten werd ongedierte en vuil gevonden, in de sla een regenworm. Een zieke liep ongedierte op. De geneesheer-directeur kon zich, zei hij, met het ziekenhuis niet druk maken, want hij kreeg maar f600 salaris, en de staatsinspecteur had bij ver schillende bezoeken „alles in orde" bevonden Intusschen komt onder deze categorie van arbeidsters langzamerhand leven en beginnen zij zich bij de be staande vakvereenigingen aan te sluiten. Ook zij wor den het gewaar, dat zonder organisatie niets verkregen kan worden en dat alleen in vereeniging haar kracht ligt! Wij wenschen haar succes om harentwil en ter wille van de honderden, die aan hare zorg worden toevertrouwd Als een bewijs, hoe in sommige streken van Duitscli land onze beginselen veld winnen, kan het bericht die- 1) Sedert den 28 Aug. 1902. 2) Ook „Deelname Leden". De redactie doet mets ter zake.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1903 | | pagina 2