No, 6.
ZATERDAG 9 APRIL 1904
4e Jaargang.
ORCAAN van de Afdeeling Schiedam der Sociaaldemokratische Arbeiderspartij.
Bureau van .Redactie en Administratie:
A. WINTERBERG, Raam 27.
ABONNEMENTSPRIJS:
25 cent per kwartaal j Uj v00ruithetaUng.
franco per post 30 cent j J
Losse nummers 2 cent.
ADVERTENTIEN:
3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke kortimg.
Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn.
Ons Congres.
Een congreszaal der S. D. A. P. heeft een eigenaardig
aanzienveel roode versiering met ons-geliefde strijd
leuzen, veel krachtige, energieke gezichten, allen ver
tellende van een frisch opgewekt leven en geoefenden
strijdlust. Daar zit nu in zoo'n zaal heelemaal niets
dufs of onfrisch, en al wat daar gezegd en betoogd
wordt, kenmerkt zich door waarheid van overtuiging
en eerlijkheid van gevoel. En dit alles tezamen ver
sterkt weer ons geloof in onze toekomst en geeft een
blij karakter aan den vaak heftigen strijd, dien wij
dagelijks voeren moeten. Zoo heeft ook dit congres op
nieuw zijn opbeurenden, opfrisschenden invloed uitge
oefend.
Toch was er in de regeling der behandelde onder
werpen iets dat niet deugde. Twee volle dagen is het
congres niet veel anders geweest dan een klachtenboek
en een academische debatingclub. Eerst op het einde
van den derden morgen werd voor het eerst een besluit
genomen. Die 2 eerste dagen waren daarom niet ver
loren of vervelend, maar de opbouwende organisatori
sche arbeid, die de taak is van een congres, is ongeveer
geheel op den achtergrond getreden. En dat is, hoe
aangenaam het congres ook moge zijn geweest, een
besliste fout. Een congres is een bijeenkomst van de
gezamenlijke afdeelingen der partij, ter gemeenschappe
lijke vaststelling van beginselen, maatregelen en besluiten,
die alleen kunnen worden vastgesteld door de geheele
partij, onverschillig of zij het geheel der S. D. A. P.
of een of meer van haar onderdeelen raken. Maar een
congres is niet een openbare vergadering van partijge-
nooten met vrij debat, zooals nu grootendeels het congres
was. Het is te hopen, dat het volgende, in Den Haag
te houden congres niet aan dit euvel zal mank gaan.
De afdeelingen zenden hun afgevaardigden naar het
congres om duchtig te werken aan den opbouw en ineen
zetting van de partij en aan de vaststelling van haar
beginselen en gedragslijn, maar niet om bijna uitsluitend
te zitten luisteren naar kritieken, klachten en voor
drachten met debat, hoe belangrijk die soms ook mogen zijn.
Henri Polak gaf in zijn openingsrede een schets van
den tegenwoordigen toestand der partij, nu 10 jaar na
haar oprichting, nu nauwelijks 1 jaar na de geweldige
worsteling van het vorige jaar. Een krachtige fiere
partij is de S. D. A. P., een kloek bataillon in het
internationale leger van den arbeid. Ze beschikt over
dozijnen afdeelingen en duizenden leden, over een eigen
dagblad en een vrij beteekenisvolle kleine pershaar
politieke invloed stijgt voortdurend, en evenzeer haar
invloed in de vakbeweging. Zelfs de schandelijke aan
slag op de rechten van de arbeiders in 1903 heeft de
veerkracht der S. D. A. P. slechts vergroot en haar
hechtheid versterkt. De toestand der partij is goed.
Maar een belangrijk en zeer moeielijk jaar staat voor
de deur, 1905 met zijn verkiezingen voor de Tweede
Kamer. Reeds nu moet begonnen worden met de ver
zameling der strijdmiddelen geld en leden. Eu door
krachtig te werken met Het Volk en de kleine pers,
met brochures en vlugschriften, moet het terrein worden
toebereid voor den slag van het volgend jaar.
Met een krachtige opwekking tot verdubbelde in-
inspanning van alle krachten eindigde Polak zijn
openingsrede.
De middagzitting begon met een zeer belangrijke
partijkwestie. Bij het financieel verslag was n.l. een
schrjjven gevoegd van de controle-commissie inzake den
brochurenhandel. Deze staat onder leiding van het partij
bestuur, dat den brochurehandel louter gebruikt voor
de propaganda en geen rekening houdt met de com-
merciëele eischen van een dergelijken handel. Het
gevolg daarvan is een groot tekort. De controle
commissie gaf daarom den raad om den brochurehan
delaar als den tot oorderien bevoegden persoon de
eindbeslissing over prijs enz. over te laten en den
brochurenhandel beter commercieel te drijven. Op ver
zoek van den partijsecretaris werd een besluit over
deze zaak tot het volgend congres uitgesteld, omdat
het P.-B. daarover nog niet had beraadslaagd. Het
groot belang dezer zaak maakt natuurlijk een weldoor
dachte beslissing noodig. De prijs van de brochures
is van zeer grooten invloed op hun debiet, maar met
voortdurende tekorten kan de brochurenhandel natuur
lijk ook niet werken zoolang er geen ander middel dan
prijsverhooging is gevonden tot bestrijding der tekorten.
De behandeling van het hoofdstuk Parlementaire
actiebegon, naar aanleiding van een voorstel-Kampen
met een voordracht van Tak over het Arbeidscontract.
De hoofdzaak daarvan is, zegt Tak, de opneming van
dat contract in het Burgerlijk Wetboek, dat de regeling
bevat van het verbintenissenrecht, het zakenrecht, het
vermogensrecht. De waar arbeidskrachthoort in dat
verband niet thuis. Het arbeidscontract had in een
geheel afzonderlijke wet moeten worden opgenomen.
Maar reeds afgezien van deze grondfout, zijn er reeksen
van verwerpelijke maatregelen in, die deze wet volkomen
onaannemelijk maken en een krachtige actie er tegen
eischen. (In De Moker zal binnen kort het arbeids
contract volgens Loeff's voorstel worden besproken,
dan komen die verwerpelijke maatregelen uitvoerig ter
sprake. Red.)
Deze inleiding van Tak, logisch ineengezet, helder
voorgedragen, gaf toch nog reden tot opmerkingen,
hoewel niemand een beslissing van het congres noodig
achtte, ook het P.-B. en Tak niet. Het komt ons voor,
dat deze heele inleiding, hoe kranig ook, achterwege
had moeten blijven op het congres, dat geheel andere
werkzaamheden heeft te verrichten dan te luisteren
naar hoe belangrijke referaten ook.
Na de vaststelling van enkele maatregelen van orde
en het voorlezen van een aantal ingekomen stukken,
werd door den partijsecretaris meegedeeld, dat er 85
afdeelingen waren vertegenwoordigd met 114 afgevaar
digden.
Den Haag werd vervolgens aangewezen als de plaats,
waar het volgend congres zal worden gehouden.
En daarna kwam het verslag van den Partijsecretaris
aan de orde. Naar aanleiding daarvan werd een aan
tal opmerkingen gemaakt door allerlei afgevaardigden,
die geen van alle belangrijk genoeg waren of tot eenige
beslissing van het congres leidden. Intusschen was
hierdoor de eerste morgen voorbij.
In aansluiting van een voorstel van Amsterdam I
kreeg Van Kol daarna het woord, om zjjn idéé over
het verkoopen van een deel der koloniën toe te lichten.
Hij legde uit, dat de Kamerfractie onverwacht gedwon
gen werd, de regeeringsmeerderheid een middel aan de
hand te doen, tot verkrijging van geld voor de inlan
ders, toen voor het eerst in de 300 jaar van koloniaal
bezit gedacht werd aan de noodzakelijkheid, geld ook
voor de inlanders beschikbaar te stellen. Toen stelde
Van Kol voor: de verkoop van een deel der koloniën.
Daardoor zou geld worden verkregen, voldoende om de
morele plicht tegenover de inlanders te vervullen. Die
verkoop is bovendien gerechtvaardigd door het feit, dat
Nederland niet in staat is zijn koloniën tengevolge van
hun omvang behoorlijk te besturen.
Enkele opmerkingen over de samenstelling van het
Kamerrapport en vermeende tekortkomingen der Kamer
fractie werden door Troelstra beantwoord. Van groot
belang was daarbij TroélstrcCs verklaring over de be-
teekenis van het middel „obstructie"Het is heel ge
makkelijk, zeide hij, obstructie te eischen, meer daar
voor moet het behandelde onderwerp zich leenen door
de verschaffing van voldoende materieel en moet de
physieke (lichamelijke) mogelijkheid bestaan. Een obstruc
tie, die in belachelijk kletsen bestaat, benadeelt slechts
de personen, die ervan gebruik maken.
Een ellenlange bespreking over de Eedactie van Het
Volk nam de rest van den Zondagmiddag en den ge-
heelen Maandagmorgen in. Behalve een groot aantal
beschouwinkjes en kritiekjes, die beter achterwege waren
gebleven, kwam er ook een algemeene kritiek los op
de richting en het karakter van Het Volk. Een aantal
afgevaardigden wilden, dat de tegenwoordige hoofd
artikelen en polemieken, die feitelijk alleen voor meer
ontwikkelde personen geschreven worden, geheel of ge
deeltelijk zouden plaats maken voor artikelen, waarmee
de onbewuste arbeiders te bereiken waren. En velen
verlangden ook, dat de afdeelingsberichten minder be
snoeid zouden worden opgenomen. Tak verdedigde daar
tegenover zijn standpunt Het Volk is het orgaan
der arbeiderspartij, die een politieke partij is en evenals
een politieke vertegenwoordiging in de Kamer een
politieke vertegenwoordiging in de pers moet heb
ben bovendien is bij het polemiseeren met organen dei-
tegenpartij veel duidelijker het sociaaldemokratisch
standpunt te omschrijven, dan door het schrijven van
uitleggende populaire artikelen. Wat de afdeelingswerk
zaamheden betreft, de berichten daarover moeten wel
besnoeid worden met het oog op de ruimte, en boven
dien daarvoor is ook de kleine pers de aangewezen
plaats van uitvoerige behandeling.
Het Congres toonde Tak's opvatting te deelen en be
noemde hem voor het volgende jaar opnieuw tot hoofd
redacteur, Wij hopen, dat hij Hei Volk zal blijven
redigeeren zooals hij doet, uitgaande van de juiste
meening, dat het partijorgaan geen kroniek is van nieuws
over afdeelingen en partijgenooten in de eerste plaats,
maar een strijdmiddel der partij tegen de vijandige
partijorganen. De kleine pers zal langzamerhand overal
den localen arbeid moeten gaan verrichten, dien velen
thans van Het Volk eischen.
De Maandagmiddag werd bijna geheel in beslag ge
nomen door een zeer heldere en logische behandeling
der kwestie van invoerrechten en bescherming en van hei
protectionistisch ontwerp-Harte. De conclusie van Troel
stra was, dat de sociaaldemokratie noch den dogmatischen
vrijhandelstrijd, noch den dogmatischen protectiestrijd
kan meevoeren, en dat het ontwerp-Harte zoo krachtig
mogelijk moet worden bestreden. In een volgend nummer
zullen wij deze belangrijke inleiding van Troelstra uit
voerig weergeven.
Maar op nieuw moet ons de vraag van het hart
waartoe deze inleiding op het congres het congres
dient daarvoor niet.
Laat op den middag kwam Henriëtte Roland Holst
aan het woord om een inleiding te geven over BAlge
meene Werkstakingin verband met een resolutie dien
aangaande, voorgesteld door het Partijbestuur. Deze
resolutie bedoelt de besliste veroordeeling en verwerping
van de anarchistische algemeene werkstaking" en tevens
de erkenning, dat een politieke werkstaking in het aller
uiterste geval als uiterste strijdmiddel mogelijk moet
worden geacht.
Een zeer lang debat werd naar aanleiding van deze
inleiding gehouden en nam een belangrijk deel van den
Dinsdagmorgen in beslag. Bij dat debat bleek, dat een
deel der partij, het sterkst vertegenwoordigd door
Vliegen, in geen geval iets wilde weten van de politieke
werkstaking en die voor goed wilde bannen uit de lijst
der strijdmiddelen van het proletariaat. Een ander deel,
de overgroote meerderheid, was het evenwel met de
motie van het partijbestuur eens, zoodat deze ten slotte
met 135 tegen 39 stemmen werd aangenomen.
Bij de behandeling dezer kwestie bleek het, dat velen
zich niet los konden maken van de indrukken der April-
staking in ons eigen land, tengevolge waarvan zij iedere
politieke staking wilden verwerpen, zonder te bedenken
dat de oorzaken van de mislukking der Aprilstaking
de onvoldoende organisatie en het gemis van voldoende
weermiddelen waren.
De abonnementsprijs van Het Volk werd vervolgens
aan de orde gesteld. Namens de commissie van beheer
van Het Volk werd bij monde van Wibaut aangetoond,
dat verlaging der prijs tot 10 cent onmogelijk is. Want
dan zou, indien het aantal abonné's 2 maal zoo groot
werd, en de opbrengst van de advertentiën eveneens
DE MOKER