Ditjes en Datjes.
Vakkroniek.
Het begin.
Ay ziet, hoe lief zij elkander hebben!
Groot- en kleinbedrijf.
Mosterd na den Maaltijd
need'rig van harte als we zijn heelemaal niet
grooter lijken dan we zijn en erkennen, bij onze andere
politieke broers ver achter te staan. Maar voor wie
'reis achter de schermen gekeken heeft, zal 't raadsel
wel opgelost zijn, hoe we ditmaal zoo onnatuurlijk klein
bleken 't mocht ons niet gelukken de menschen aan
't verstand te brengen dat ze door op v. Leeuwen te
stemmen Loopnyt geen afbreuk deden. Dat schijnt een
bar moeielijke berekening te wezen waarop we te
gelegener tijd terugkomen.
Eigenaardig is het op te merken, hoe in ieder dis-
strict in Schiedam bij deze verkiezing de kerkelijke de
meerderheid hadden. Zelfs in III, het z g.n. liberale.
En in II, waar twee weken geleden de nu gekozen
candidaat viel! Maar enfin, dat zijn verkiezings-pro-
blemen, aan welker oplossing wij ons niet wagen.
De S. Ct. meent, dat hoe ongunstig de uitslag ook
voor de liberalen moge wezen, er nog geen reden is den
moed op te geven. De nu gevoerde strijd kan voor
hen een krachtige les wezen, want, zegt zij,
zij zal er uit geleerd hebben dat haar taak nu
behoort te zijn de kiezers voor te lichten. Niet
enkel in verkiezingstijden, maar van heden af regel
matig, systematisch. Zij moet duidelijk doen uiteen
zetten, wat die partij beoogt, wat zij belijdt, wat
haar beginselen zijn.
Zij moet het den kiezers zoodanig doen mede-
deelen dat deze niet meer door onjuiste leuzen aan
het wankelen worden gebracht, het vertrouwen in
de partij moet wederkeeren door het verkondigen
harer beginselen en eerst dan zal zij als vroeger
weder overwinnend uit den strijd treden."
Nu, 't recept kan goed bedoeld zijn, maar de uitwer
king kan nog wel twijfelachtig genoemd worden. Aan
den afgeleefden boom zullen geen groene lootjes meer
ontluiken en zoolang de liberale partij zich niet eens
grondig herzien heeft en haar beginselen eu haar tak-
tiek aan de modernen tijd leert aanpassen, is er met
haar geen land te bezeilen.
Maar misschien wordt ze met schade en schande
wijs 't Is althans in Schiedam of de one tante ineens
wakker is geworden en men zint op alle middelen tot
revanche in 1905.
Wat de tijd dan baren zal!
Door de bakkersgezellen worden in het Agneta-park
te Delft, daartoe door den heer Van Marken welwillend
afgestaan, aanstaanden Zondag, namiddag 1 uur, een
meeting gehouden ten gunste van afschaffing van den
nachtarbeid. Spreken zullen Mevr. A. v. Herwerden
Steffens en H. Spiekman, beiden van Rotterdam. Zang
en muziek dienen ter opluistering.
Het doel moet de meeting goed doen slagen en niet
alleen alle vakgenooten, niet alleen de broodbereiders,
maar ook alle broodefers moeten protesteeren tegen dit
vloekwaardig euvel, opdat de wetgever de wil des volks
leere kennen en in zijn Arbeidswet er rekening mee
houden zal.
De Schiedammers vertrekken met den trein van 11.59
(stadstijd).
Onlangs vermeldden we dat de beide typografische
vereenigingen alhier in een schrijven aan alle boek
drukkers-patroons hadden verzocht, hun personeel in 't
genot te stellen van enkele vrije dagen per jaar.
In Ons Vakbelang, het orgaan van den A. N. T. B.
lezen we nu om. het volgende:
„Zooals reeds gezegd, veel succes hebben wij tot
heden niet van ons werk. Slechts van enkele patroons
mochten wij een antwoord ontvangen, dat tot te
vredenheid stemde. Enkelen gaven in het geheel geen
antwoord, en anderen weer trapten de beide ver
eenigingen in het stof. Deze laatsten waren voor
namelijk de heeren H. A. M. Roelants en H. J. C.
Roelants, Gfenoemde heeren berichtten ons als ant
woord op ons schrijven, dat hun personeel, als zij
wat te vragen hadden gehad steeds een open oor
gevonden hadden en dat zij er het nut niet van
inzagen, dat derden zich nu met hun zaken gingen
bemoeien. Als men nu weet dat de heer H. A. M.
Roelants nota bene beschermheer is van „Adelphis-
mns" en H. J. C. Roelants lid van de Kamer van
Arbeid voor de voedings- en genotmiddelen, dan kunt
ge begrijpen dat wij een dergelijk antwoord niet
verwacht hadden.
Vooral van den heer H. J. C. Roelants, die ver
leden jaar nogal in een commissie heeft zitting
gehad, welke aan al de Schiedamsche patroons het
verzoek richtte, hun personeel bij de komende feest
dagen (Kerstmis en Nieuwjaar) eenigszins tegemoet
te komen, door hun deze dagen niet op hun loon
te korten en ze tot ware feestdagen te maken.
Enfin, een mensch is veranderlijk, en zoo is het
ook met den heer H. J. C. R. gesteld. Wel vond
bij ons verzoek netjes van vorm en zelfs heel aar
dig, bij een gesprek dat hij hierover had met een
zijner chefs, voor hij ons het antwoord zond, maar
hij schijnt later weer van gedachte veranderd te
zijn. En dan zou ik genoemde heer nog wel eens
willen vragen, wanneer zijn personeel dat geopende
oor gevonden heeft, want mij is slechts één geval
bekend, dat het zich tot hem gewend heeft, en
toen heeft hij het nog niet eens noodig geoordeeld
om hun van antwoord te dienen. Wel is toen aan
het verzoek voldaan, maar het adres, toen door het
personeel tot hem gericht, is geheel buiten bespre-
- king gebleven.
Ik zon dus den heer Roelants maar aanraden te
bedanken als lid van de Kamer van Arbeid, want
zoowel hij niet duldt dat derden zich in zijn zaak
mengen, kan hij tocli ook niet als zoodanig in eens
anders zaken optreden."
Uit het feit dat „het -personeel steeds een open ooi-
gevonden had spreekt een volkomen negeeren der vak-
vereeniging. En dit zou in de toekomst bij ernstiger
gelegenheden toch wel eens tot bepaalde conflicten aan
leiding kunnen geven. Zou 't geen aanbeveling verdienen
den heer Roelants 't goed recht van bestaan der vak-
vcreeniging eens onder 't oog te trachten te brengen?
Is het niet in Schiedam (en overal elders) de groote
Amerikaansche Petroleum-Maatschappij (adres Breed-
straat alhier# die het werk van petroleum-verkoopen
den kleinen neringdoenden uit de handen neemt, en
zelf als Petroleum-verkooper-in-het-klein arbeidt?
Wij zouden deze feiten natuurlijk met tientallen
kunnen vermeerderen, al was het alleen maar uit
Schiedam-zelf, doch iederen neemt ze overal waar, en
wij socialisten zien al deze feiten met een nuchter oog
aan, omdat wij weten dat dit alles gebeuren moet,
ingevolge de ontwikkeling der kapitalistische productie
wijze die leidt tot de communistische.
Het kapitaal werpt zich op alles wat het meent voor
zich winst-gevend te kunnen maken kolensyndicaten,
petroleumtrusten, broodfabrieken enz. enz., alles is
welkom, tot de begrafenis-onderneming toe. Maar de
proletariërs, die het alzoo maakt, zullen in onze rijen
geschaard zijnde, mee-arbeiden aan zijn eindelijken
ondergang
Het Volk schrijft:
De politieke schaar moet in het Haagsche
Statendistrict gezet. Als geheel vaardigt Den Haag
enkel liberalen af, in drieën geknipt, zooals voor
de Kamer, kiest het tot nu toe op twee liberalen
één klerikaal Op dat derde deel is dr. Kuyper
begrijpelijkerwijze verlekkerd en zoo heeft hij aan
het advies der Zuid-Hollandsche Staten onderwor
pen een voorstel om Den Haag ook in drie Staten-
districten te kiezen, elk met vier leden, zoodat het
aantal Zuid-Hollandsche Staten-leden dan met 2
vermeerderen zou.
De liberale pers is natuurlijk woest. De N. Rott.
Ct. briescht dag aan dag.
Wij meenen dat dit bericht in andere bewoordingen
had kunnen worden gesteld. Want ook ons verbittert
het, dat zelfs nog maar in de hoop op de overwinning
de verkiezingen hadden nog niet plaats gehad toen
de agenda voor de Staten-vergadering werd opgemaakt
dr. Kuyper zóóver gaan durfde, 't Geeft een sma
kelijk voorproefje van wat er straks nog zal worden
opgediend een reeks van partij-belangen en be
langetjes, een gewurm om zich door alle kunstgrepen
op z'n veroverde plaats vast te nestellen.
Tegen dat gedoe past nóch een „brieschen", nóch een
gekscheren maar een krachtig protest.
In een branderij van een Roomsch-katholieken bran
der aan de Nieuwe Haven was een R.-Kath. branders-
knecht sinds jaren werkzaam, wiens kinderen „prote-
stantsch gedoopt" waren omdat de moeder protestant
was. Dezer dagen, juist toen de onderlinge liefde der
„christelijke" partijen zich zoo roerend openbaarde aan
de stembus, werd den R.-Kath. knecht door den R.-Kath.
patroon de eisch gesteld zijn kinderen „katholiek te
iaten doopen" of de laan uit te gaan. De kinderen
zijn niet protestantsch gedoopt en de R.-Kath. knecht
is de laan uit.
Een kind van 7 jaar, de vader Roomsch, de moeder
Protestant, kwam dezer dagen van school (een Roomsche
school) thuis met de opmerking dat „moeder ook tot
de dolenden behoort"; dat had het, kind op school ge
leerd, want alleen de Roomschen zijn „echte' christenen,
de anderen niet. „Hebt uwe ouders lief", „Eert uwen
vader en uwe moeder", dat is de theorie, maar de
praktijk -
't Farizeeïsrae begint aan zijn recordoefeningen.
Dezer dagen werden we door een advertentie in de
Schiedamsche bladen eens goed op de hoogte gebracht
van de verhouding die er bestaat (of eigenlijk: die er
niet bestaat) tusschen de „Eerste Schiedamsche Be
grafenis-Onderneming" en de Onderlinge dito.
De directie der „Eerste", bij monde van den Heer
H. Gabel, verklaarde namelijk dat er tusschen de twee
vereenigingen volstrekt geen overeenkomst bestaat.
Ons, sociaaldemocraten, verwondert een dergelijke
verklaring niet!
Hier wordt wederom bevestigd wat wij steeds ver
kondigen dat het kapitaal zich van elk terrein meester
maakt, waar eerst nog middelstand vrijwel de baas was.
En zou men nu denken, dat het kapitaal met middel
standers overeenkomsten zou sluiten om gezamenlijk
„het terrein" te bewerken?
Men moet wél een bijzonderen kijk op de dingen
hebben om zoo iets te veronderstellen.
Zien we niet overal hetzelfde gebeuren?
De warenhuizen, zooals te Rotterdam, bv. het magazijn
van Cohn Donnay Co., drijven de kleinere winkeliers
in de engte, om als heerschers dividenden te kunnen
uitkeeren aan niet-winkeliers oftewel niets-doende kapi
talisten.
Heer Job heeft in de bijeenkomst in 't Vereenigings-
lokaal, ter gelegenheid van de verkiezing gehouden,
waar, 't zij tusschen twee haakjes gezegd, op echt-
schellevischachtige manier debat was buitengesloten,
omdat in den huize Gods niet mocht worden afgebro
ken, enkel opgebouwd (al zijn 't ook kaartenhuisjes!)
heer Job heeft in die bijeenkomst verteld, dat de
engeltjes in den hemel zouden juichen, als de heer Yon
Briel Sasse uit de stembus kwam.
Kan iemand ons zeggen of 't Broersveldpad op de
een of andere wijze verbonden is met het engelen-ver
blijf? Want hij zal het toch wel sekuur geweten heb
ben voor-i 't zei
Ons wordt bericht, dat dominé de Bie (te Kethel)
Zondag j. 1. gepreekt heeft over „een rood en een zwart
gevaar" dat ons land bedreigde en waarvan het volk,
helaas! het zwarte gekozen heeft.
Als dominé de Bie daarvan overtuigd was, dan had
hij héél goed gedaan, neen, was 't. z'n plicht geweest,
die preek een week vroeger te houden, 't Is nu echte
mosterd na den maaltijd
Per advertentie wordt in de Nieuwe aan belangstel
lenden bericht, dat de dilettanten-club „Alb Thijm"
zich niet heeft afgescheiden van den R. K. Volksbond,
afd. Schiedam.
Zooiets komt o. i. niet te pas. Al is er wat harre-
warderij, wij weten niet dat dat de eerwaarde adviseur
voor afscheiding z'n toestemming heeft verleend. En
wat waagt men dan?.... En ook: wat bezielt de Nieuwe
om zoo'n advertentie in z'n kolommen op te nemen
Moet het geestelijk gezag ook door eigen organen wor
den ondermijnd? Liever tien annonces, hoort ge?
over Malthusianisme, dan één over „afscheiding" van
wie dan ook van den Volksbond
Ben-je besuikerd, Nieuwe Kijk in 't vervolg uit
je doppen, hoor
Uit 't laatste gevecht.
Teneinde de zege gewisser te doen zijn, hieven wij
op 't laatste moment twee groote spiegels op, teneinde
den vijand den koers te doen kwijtraken. Een gaf 't
beeld van een graaf, de ander dat van een doktor,
't Verblindend licht dat afstraalde deed den'vijand hals
over kop den vlucht nemen. De overwinning is te dan
ken aan den betoonden moed onzer dapperen en den
zegen des allerhoogsten. Vechtgeneraal J. O. B.
Ds. H. James uit Vlaardingen (misschien beter be
kend aan „Pik en Por" dan aan de overige Mokerlezers
houdt zoo waar een soort verkiezingspreekje in „de
Zondagsbode" van 18 Juni, terwijl de verkiezingen te
Vlaardingen en Schiedam reeds achter den rug zijn.
Dominee heeft tot motto gekozen
„En zij verkozen Stefanus, eenen man vol des
„geloofs des Heiligen Geestes. (Handel. 65ó)."
In dat hoofdartikel wordt Stefanus gekenschetst als
een man vol heilig vuur voor de goede zaak van het
Christendom, en bovendien wordt de klacht erin geuit,
dat in onze dagen „schaarste heerscht aan karakters, aan
„mannen en vrouwen die den moed hunner overtuiging
„hebben."
Wij, Dominee, voelen ons gedrongen James toe te
roepen„Komt dan bij ons, in de rijen der bewuste ar
beiders daar vindt ge het heilige vuur en den strijdlust
„voor de gï ede zaak de ontvoogding van de menschheid
„uit de klouwen van den Mammon, d. i. het kapitalisme."
Dominee James zal toch ook wel weten dat 20 jaren
geleden onze propagandisten geheel anders werden ont
vangen dan heden ten dage, al laat het ook nu vaak nog
veel te wenschen over.
Werden zij niet, evenals Stefanus, met steenen begroet?
Toch blijven zij strijden en vechten met het woord, omdat
zij vol zijn van een heilig vuur, dat hen steeds aandrijft
om op den ingeslagen weg voort te gaan