Ditjes en Datjes. Uit het branderij-leven. Ook een feest. Arbeidswet en Arbeidscontract. gaan. Nu, dat kan men begrijpen. Het socialisme immers wil de onteigening der bezitters, en de godsdienst zegt: gij zult niet stelen. Zij staan dus lijnrecht tegenover elkander, De socialisten trachten ons nu aan 't verstand te brengen, dat het toch eigenlijk dwaas van ons is altijd te komen aan dragen met dat woordgij zult niet stelen. Waar- achten zeggen ze, gelooft ons, wjj meenen het zoo goed met jelui, je moest den godsdienst er buiten houden, want jejbederft je eigen zaak. Veronder stel eensprivaat bezit moet plaats maken voor het gemeenschappelijk bezit, dan gaat de godsdienst, die zich aan het privaat bezit vastklampt, ook naar de maan. Stelt u gerust, heeren socialisten, wij hebben de belofte Gods, dat wij blijven tot het einde der eeuwen „de poorten der hel zullen haar (de kerk) niet overweldigen." Maar al ging ook de wereld op den kop staan, wij zullen toch steeds blijven verkondigen de Wet Gods: „gij zult niet stelen." Dat zullen wij doen, omdat God het wil, en ook omdat ons verstand ons leert, dat de wereld te gronde gaat, wanneer dit verbod niet meer geldig is. Ze zeggende godsdienst is veel te verheven öm zich met aardsche zaken bezig te houden. De godsdienst moet zich bezig houden met den geest, met de ziel, met het onvergankelijke en niet met het overgankelijke. Dat is wel mooi uitgedacht door die would-be bezorgden voor de zuiverheid van den godsdienst, en toch is het een echt zakkenrollers kunstje. Kijk naar den hemel zeggen ze en ondertusschen halen ze de portemonnaie uit je zak. Maar wij willen hier op aarde evengoed meepraten als de socialisten over de inrichting der maatschappij, want we moeten hier ook leven, evengoed als zij, en bij die inrichting willen en moeten wij ons richten naar de geboden Godsook hierin moeten wij God dienen. Eindelijk zeggen zede maatschappij heeft al zooveel veranderingen ondergaan en de godsdienst heeft dat alles meegemaakt. Zeker, maar verandering, zooals de socialisten voorstellen, die berust op stelen en ontrooven, zal de Kerk nooit mee maken, want zij moet en zal altjjd blijven verkondigen„Gij zult niet stelen." We hebben in dit pracht-product van klerikaal schrijvers-talent enkele zinnen gecursiveerd, die nog extra aandacht verdienen. Maar dat straks. 't Is wel eigenaardig, dat we voorstanders en ver dedigers van het privaat-bezit óns, de bestrijders ervan, willen keeren met de leuzegij zult niet stelenDa's komiek 't klinkt net zoo grappig, als dat men den heer Sybrandi hoort prediken„gij zult niet liegen ofte wel valsche getuigenis spreken." De redactie van de Aktie speculeert héél ver op bot- verstand bij haar lezers. Want men zij voorstander van privaat-bezit, heel wel, maar men kan nooit ont kennen dat het stelsel berust op diefstal. Het bezit van grondstoffen geeft recht op de meerwaarde van den arbeid van anderen. Het bezit van grond geeft recht op het leeuwenaandeel in de productie na den pro ducent (voortbrenger) met een fooi te hebben afgescheept. Komt er f 1000.hooi van 'n stuk land de arbeider „verdient" er f300.van en f700.zijn als beloo ning voor den dienst dat men een stuk land bezit. Met welk recht wordt dat geld door den grondbezitter in gepalmd Met welk recht strijkt de fabrikant de winsten op van den arbeid zijner werklieden? Omdat ie van vader, oom of tante de fabriek of het benoodigde kapitaal ervoor geërfd heeft? Dit zijn toch zeer schrale verdiensten waarvoor héél weinig verstand en kunde vereischt wordt. „De arbeider is zijn loon waard," leert de Christen. Als hij dat in praktijk brengen wil, moet ie sociaal- demokraat worden. Want nu in de burgerlijke maatschappij krijgt de arbeider zijn loon nooit wat de vrucht van z'n arbeid was komt zelfs voor het overgroote deel bij een ander terecht. Is hier diefstal in 't spel En wie ver dedigen het: gij zult niet stelen? Dit is al een jammerlijke poging om godsdienst en socialisme tegen elkaar uit te spelen. Wij staan in dit opzicht niet lijnrecht tegenover elkander, maar broeder lijk naast elkander. Eén bewering in het artikeltje van de Aktie onder schrijven wij wél, dat als het privaat-bezit moet plaats maken voor het gemeenschappelijk bezit, de godsdienst, die zich aan het privaat-bezit vastklampt, ook naar de maan gaat. Maar het Geloof zou er o. i. in waar heid en reinheid slechts bij winnen. Het geloof van het oogenblik: God en het kapitaal zijn heilig" is een valsch geloof. Een geloof dat de goê gemeente in de ooren geknoopt wordt om ze rustig en onderdanig te houden. Waartoe zich de bedienaren van het Woord, helaas! algemeen gebruiken laten. Kijk naar den hemel, zeggen ze en ondertusschen halen ze de portemonnaie uit je zak. Och neen, niet letterlijk, want de portemonnaie van een arbeider loont de moeite van 't zakkenrollen niet. Maar kijk naar den hemel, arbeiders, dan zie-je uiet hoe je belogen en bedrogen wordt; dan zie je niet hoe je bestolen wordt; kijk naai den hemel, dan zie je ook niet, hoe wij uw geestelijke herders, grijnslachen, terwijl we je de misdadigheid voorkauwen van hen die dat alles anders willen maken, die afschaffing van Privaatbezit eischen, die streven naar een maatschappij, waarin den arbeider zijn loon verkrijgen zal, waar méér dan nü het: „gij zult niet stelen" geëerbiedigd wordt waar Vrijheid en Kecht zal wezen voor allen. Kijk naar den hemel, arbeiders, dan zie je niet met welke middelen wij het socialisme trachten te verdelgen. De almachtige meesterknecht. In de branderij van Werxel Co., aan den Noord- vestsingel, waren eenige manifesten verzeild van het agitatie-comité inzake „A-beidswet en Arbeidscontract." De meesterknecht, J. v. Giesen, (tusschen twee haakjes lid van den Ned. K. K. Volksbond) smeet ze in 't vuur. Deze en gene raapte er echter een op en ook de 3e knecht V. wilde er een lezen, dat hem door een molenaar gegeven werd. Monseigneur v. Giesen vroeg aan V. of hij óók socialist was; hij wilde niet hebben dat V. dat ding lasdie socialisten moesten allemaal (krek als die pampieretjesverbrand worden. Eenmaal aan de rol, maakte het manneke zich verder zóó boos, dat ie V. ging verwijten dat deze bij de Statenverkiezing voor de S. D. A. P. met 'n bord geloopen had, (V. was toen zonder werk en verdiende er een daggeld mee!) en tot slot van de historie gaf ie aan V. (die als 3e man f 9.— verdiende) ontslag! 't Schijnt vér van verstandig van den heer v. Giesen zich om zulk een bagatel als 't lezen van een strooi- billet zóó boos te maken 't schijnt verre van edel om ziilk een reden iemand broodeloos te durven maken. Of is de liefhebberij van branden gepaard aan de liefde tot verhongeren? Wat is toch een braaf katholiek-christengemoed 'n zonderling ding. 't Schijnt zich gewoonweg naar alles te kunnen voegen! Een branderspatroon als worstelaar. In een branderij, staande in den omtrek van de Lange Haven, kwam de patroon 's nachts 'n paar keer „buren". Hij scheen niet erg goed gemutst. Dit zijn altijd rare zaken voor een branderspa troon zoo goed als voor een ander. D'r is alüjd kans, als de hemel eenmaal bewolkt is, dat 'r een donderbui komt ook. En dit was ook nu het geval. Toen ie dien nacht weer eens de branderij kwam inzetten, zag ie dat z'n meesterknecht een emmer water bij de gist deed zooals haast overal gebeurt, omdat een meesterknecht zorgen moet, dat ie véél gist heeft. Maar nu barstte de bui los en werd meneer zóó boos, dat ie z'n meesterknecht eens voelen liet, hoe sterk of een branderspatroon wel zijn kan. Meneer toonde zich een uitstekend worstelaar, en de meesterknecht delfde het onderspit. Maar daarmee was nog de bui niet over. Een andere meesterknecht moest gehaald worden de „ontrouwe" mocht als gistzifter slechts in dienst blijven. Voor welke gunst deze beleefd paste. Een andere meesterknecht is nog niet in dienst nóg fungeert de „boosdoener" als zoodanig. Maar of het niet zoover komen zal, dat de man er uit gaat? 't Is opmerkelijk, dat ook deze model-patroon weder behoort tot de beste katholieken. We hebben in den laatsten tijd al een héele verzameling van zulke „kris tenen" bijeengegaard. Een ongeluk. In een branderij aan de Westerhaven heeft de 22- jarige brandersknecht M. bij 't afslaan van den helm, zich deerlijk verbrand. Volgens declaratie moest om 2 uur de ketel „af" zijn en nu kwamen circa half drie een paar commiezen in 't zicht en de ketel was nog niet af. Teneinde een proces-verbaal te ontgaan, wilde M. nog gauw den helm afslaan, met het bekende on gelukkige gevolg. Dat is risico van den arbeid met 'n achtergrondje. Want als er geen minderwaardige grondstoffen werden gebruikt en er gestookt kon worden, zonder gevaar den ketel aan te branden, ware het ongeluk niet gebeurd; dan was op tijd afgestookt kunnen worden. Doch nu ging het zooveel langzamer en kwam men over den tijd heen. Aan wien de schuld 't Wordt tijd dat men van „boven af" zich ook eens met de branderijen bemoeien gaat. We zullen zien als straks de Arbeidswet in behandeling komt, of de minister toonen zal, ook van deze gevallen kennis te dragen. 't Is nog een feest geworden de herinnering aan den 40-jarigen schutterijdienst des heeren A. H. van der Most. De flauwe, opgesmukte geschiedenis, welke de Schied. Crt. er van op wist te disschen, heeft dus aan haar opzet beantwoordt. Al bljjft 't ons in hoofdzaak nu nog een raadsel, hoe men het in z'n hoofd halen kan, van zulk een gebeur tenis een „gedenkdag" te willen makenbuitendien hebben we, wanneer we 't dan met donder en geweld tóch doen willen, óók eens te overpeinzen, in welken graad de jubilaris wel in de achting van 't publiek staat, welke populariteit hij zich in zijn „gewichtige" en „beteekenisvolle" functie wel wist te verwerven. En wanneer we dan, geachte collega Schied. Crt., te dezen opzichte bjjgeval niets weten te vertellen, als we soms de overtuiging krijgenja, populair is hij eigenlijk nergens, dan doen we héél wat beter misschien over die dingen te zwijgen, dan er maar wat over te raaskollen. Enfin, de officiersclub, de kaderbond en „Het Vaandel" plus het corps muzikanten hebben den heer Van der Most hulde betuigd. De Schied. Crt. geeft daarvan al weer een roerend verslag van een jubilaris te midden van opgaand groen en menig glas, geheven tot huldi ging- Zoo in gedachten zie je al een tableau dat klinkt als 'n klok. Ja, ja, zoo'n feest is wat waard Door de vergadering van Hoofdbesturen op 5 Juni te Utrecht gehouden is op goede, wel overwogen gronden uitgesproken, dat zij liever geen arbeidscon tract had, dan het thans door Minister Loeff aanhangig gemaakte. Door het Agitatie-Comité is in zijn „Manifest" en in zijn artikel „Het arbeidscontract en de arbeider" dui delijk gemaakt, welke gevaren voor de arbeiders per soonlijk en voor de arbeidersklasse in zijn geheel dat ontwerp bevat. De mooie „plaat" geeft op zeer duidelijke wijze weer, wat die wet zal brengen voor den patroon en voor den arbeider, terwijl de weldra te verschijnen brochure op eenvoudige, heldere wijze uiteen zet, waarom de ar beiders zich tegen de aanneming van dit ontwerp moeten verzetten. De bezwaren der arbeiders hebben weerklank ge vonden in de afdeelingen der Tweede Kamer. Het voorloopig verslag getuigt er van. En nu Minister Loeff zich moet zetten tot beant woording daarvan, roept het Agitatie-Comité deNeder- landsche arbeiders op, om den 28sten Augustus te Utrecht te demonstreeren tegen dit ontwerp. Dat is juist gezien van dat Comité. Ondubbelzinnig moet blijken, dat de modern georganiseerde arbeiders van dit ontwerp niet gediend zijn. De Minister zal zich dan niet kunnen verschuilen achter de phrase van niet te weten, wat de arbeiders willen. Hij zal met het dan ondubbelzinnig uitgesproken verlangen van een groot deel der arbeiders rekening moeten houden. Die demonstratie is dus in het belang der arbeiders- zelve. Zij moet dus slagen en de arbeiders hebben te zorgen, dat hun later geen enkel verwjjt kan treffen. Er moet dus hard gewerkt worden. Gewerkt in de vakvereeniging, gewerkt ouder vakgenooten, onder kameraden. Gewerkt ook onder de vrouwen, opdat die hun mannen aansporen op te trekken naar Utrecht, opdat die zoo mogelijk mede gaan. Onderdrukking van den man beteekent toch ook onderdrukking van de vrouw. Hard gewerkt overal. De 28ste Augustus moet een mooie dag in de Neder- landsche arbeidersbeweging worden en wie het maar eenigszins kan bekostigen, (de reis van hier naar Utrecht is, jammer genoeg, voor velen tè kostbaar) hij ontbreke niet. De Schiedamsche Bestuurdersbond zend als afge vaardigde J. J. Schroots. In het Maandblad voor de Coöperatie, het Augustus nummer, komen enkele mededeelingen voor over de Algemeene Coöperatieve Bakkerij alhier. De onder neming is nog altijd vooruitgaandehet ledental be draagt 539de uitdeeling zal denkeljjk 6 a 7 pCt. Bezoekt allen de meeting voor Alg. Kiesrecht

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1904 | | pagina 2