Mei. Het Meifeest en de a-s- Verkiezingen. 8 uur werken, 8 uur slapen, 8 uur rusten. Een overzicht. Ons Congres. Arbeider, zie Hier uw woning waar is lucht en licht? Reinheid geeft dat niet; omdat ge een dak hebt boven 't hoofd is dat woning?... Ook varkens zijn beschut méér hoeven zjj niet. Maar gij Is uw vrouw, is uw kind, zijt gij zelve m e n s c h waarom dan huist ge in een krot En zie Zie dat bleekevan vrouw en kind gij weet, vanwaar het komt; gij kunt niet helpen het is de som van 't ied'ren-dag-tekort van 't altijd worst'len met gebrekvan 't lijden Gij perst de tranen uit het oog; balt de vuisten; ge vloekt dat lot, dat walgen doet van 't leven dichtsnoert den keel; beklemt den borst, tot stikkens [toe O zié Zie, het vlammend schrift, met vaste hand geschreven Gewogenmaar te lichtdat zegt de praal [van Mei van 't heden; omhóóg het hoofd, gij slaaf zie uw [bevrijding gloren ruk aan de keet'nen, die ge door Onrecht draagt; en zet den breeden rug als rots terneer; en grijp met forschen vuist de roode vrijheidsvaan en win een wereld.... Het internationale Meifeest, het feest van den arbeid onder alle „moderne" volkeren, het jaarfeest van het zich steeds meer vrijmakende proletariaat, het feest van de strijdende arbeidersmassa, ieder jaar komt het even met heldere vreugdeklanken over de heele wereld heen een blij lied van een zonnige toekomst zingen, van een lichte toekomst, waarin vreugde en liefde de menschenwereld zullen regeeren, en waarin niet zooals nu voor de meesten der menschen het leven op aarde een donkere tijd met weinig meer dan zorgen en angsten zal zijn, maar waarin het genot van mensch te zijn de menschen- maatschappij zal doortrekken met een oneindige levens blijheid. Ook nu weer komt het met diezelfde klanken; ook nu weer brengt het de heerlijke zonnigheid van ons heilig ideaal in zijn feestkleederen mee zooals men in zijn kleeding de frissche buitenlucht meebrengt in de warme kamerook nu weer vernieuwt het in ons allen het opwekkende, levenwekkende bewustzijn, dat ons toekomst-ideaal eens heerschen zal op aardook nu weer brengt het- nieuwe wijding aan den grooten strijd, dien wij strijden, den alles vermeesterenden strijd voor vrijmaking der uitgebuite massa's, voor opheffing van het neergedrukte arbeidersvolk. En vooral in dit jaar 1905 heeft in Nederland dit Meifeest een bijzondere beteekenis. Terwijl alle politieke partijen goochelen of konkelen met hun beginselen, ter wijl de in 2 coalities verdeelde bourgeoisie geen ander ideaal blijkt te bezitten dan de vesrovering der regeerings- macht ter handhaving van hun klassemaatschappij, en terwijl frischheid, zuiverheid en grootheid van denk beelden en meeningen bij al die verdeelde en vereenigde burgerpartijen volkomen ontbreken, kan de politieke partij van het georganiseerde proletariaat, de S. D. A. P. met trots en fierheid er op te wijzen dat zij als het kan nog sterker, nog flinker, nog duidelijker dan te voren den zuiveren beginsel- en denkbeelden-strijd voert, dat zij onder alle burgerpartijen haar frissche, hooge, groote meeningen komt verkondigen, van alle zijden krachten naar zich toetrekkende door den adel, de warmte en de reinheid van haar ideaal. Wij voelen het al sterker dan een maand geleden, en veel sterker dan 3 maanden geleden, dat ons werk, dat onze liefdevolle rustelooze arbeid, onder den louterenden invloed van ons reine ideaal, bezig is krachtig leven te vormen en tevens overal de dufheid van opgeteerd leven te verjagen. En wij weten het, dat deze verkie zingsperiode voor ons er een is van geweldige ontwik keling en vooruitgang in dezen zindat onze denk beelden en gedachten den toegang hebben gevonden tot tal van personen en kringen, waar die tot nu toe on bekend waren. Dit behoeft niet onmiddelijk in stem- buscijfers te blijkenhet is mogelijk van wel en van niet dat de stembus zooiets aan zal wijzenmaar zeker is het, dat binnen korten tijd overal blijken zal, dat breede scharen van krachtige strijders zich opmaken om zich met ons te vereenigenwij die den dagelijk- schen strijd ook thans met groote onvermoeidheid voeren, wij weten het uit onze ondervinding van alle dagen. En daarom is het een goed ding, dat vóór de aller laatste weken van deze verkiezingsperiode het Meifeest ons ideaal, het blijde, vreugdevolle van ons werkdael nog eens even op den voorgrond stelt. Nog helderder zal dan dat glorievolle licht van ons sociaal-democra tisch einddoel nit onzen arbeid oplichten en boven onze strijdende scharen zijn hoopvolle beloften uitzenden. Leve de internationale sociaal-demokratie Wat willen ze toch, met dien len Mei? Wat hebben ze toch voor met dien arbeidersfeestdag"? Wat leute ren ze toch van verbroederingsdag enz. enz.? O, het is zoo ontzettend dwaas in de oogen van velen, om den 1-Meidag als feestdag te gedenken. Kijk, dat is nu weer het fantastische in de arbeiders-beweging, grenzende aan het idiote. Wat heeft die 1-Mei-viering om 't lijf? Kent ge den oorsprong van den 1-Meidag? Kent ge zijn geschiedenis? Veelal niet, in den regel hebben de brave zielen, die er zoo handig bij zijn, al wat hun ietwat buitengewoon voorkomt, onder het „dwaze" te rangschikken, hun oordeel reeds gereed, alvorens zij hun ofier onder de oogen hebben gehad. Welnu, ge moogt veroordeelen. Gemoogtons dwazen heeten; ge moogt de schouders medelijdend optrekkenge moogt over al die gekheid lachen. Maar ge neemt niets af van de groote beteekenis, welke de 1-Meidag voor de bewuste arbeiders heeft; ge neemt niets af van de geestdrift, waarmede wij jaar op jaar hem weer gedenkenge neemt niets af van den machtigen invloed welke de manifestatie van den len Mei moet worden toegekend. Glimlach daarover! Op het eerste internationaal congres, gehouden te Parijs in 1889, werd besloten, dat op 1 Mei 1890 de arbeiders in alle steden van Europa en Amerika in 't openbaar zouden optreden ten gunste van een normalen arbeidsdag van 8 uur. Op het tweede intern, congres te Brussel werd het volgende voorstel ingediend en eenstemmig aangenomen: „Ten einde aan den len Mei zijn eigenlijk economisch karakter van den eisch van een 8-urigen arbeidsdag en van den klassenstrijd te waarborgen, besluit het Congres „le dat een gemeenschappelijk feest voor de arbeiders van alle landen doelmatig is, 2e dat .dit feest den len Mei zal worden gevierd, terwjjl het aanraadt, den arbeid overal waar dit niet onmogelijk is, neer te leggen." En nu is er al menig woordje aan besteed om te betoogen, wat mal en nutteloos eigenlijk zoo'n beweging voor een 8-urigen werkdag wel is. De lui, die zulke resoluties samenstelden en aanvaardden, waren zeker wel stapelgek! Best mogelijk, maar tóch zien we schier in alle be drijven de „dwaasheid" in vervulling komen. Tóch zien we ove-al den arbeidsdag verkorten. Nog niet tot 8 uren, da's waar. Doch wat niet is, zal komen, móét komen. De vooruitgang der machinale productie vordert het; de oplossing van het werkloo- zen-vraagstuk vordert het; gezondheid en zedelijkheid der arbeidende klasse, thans afgemat, zenuwachtig door het altijd gejaagd zijn, zonder behoorlijke rust om ver loren krachten te herwinnen, worden er door gebaat en ekonomisch en polit ek opleven zal de arbeider eerst dan, wanneer lichaam en geest niet meer afgestompt zijn op enkel arbeid. Tóch een mal verzinsel, die manifestatie voor den 8-urigen werkdag! Les idees marchent.... Ook in Schiedamal gaat het hier wat moeielijk en langzaam, ook hier gaan de begrippen vooruit. Én we kunnen vooral sinds het vorige jaar dien vooruitgang krachtiger zien toenemen. Het verschijnsel deed zich hier toch voor, dat de' politieke arbeiders-beweging werkelijk in Schiedam vrij sterk ging opbloeien, althans zóódanig, dat ze de vakbeweging nog vèr achter zich liet. Deze betee- kende tot voor korten tijd zooveel als heelemaal niets. Een enkele uitzondering dient genoemdde Bond van Branders- en Distillateursknechts wist zich te hand haven, doch deze vertegenwoordigde dan ook bijna de geheele Schiedamsche vakbeweging. Vakbeweging och, de Schiedamsche arbeiders kenden het artikel nietze behoefden het niet. Ze wisten van werken wel; ze wroetten van 1 Januari tot 31 December in de fabriek, de werkplaats, de branderij ze verwerken hun arbeidskracht ten gunste van den kapitalist of patroon; ze zien zoo nu en dan ook bier een machine verschijnen, die enkele hunner kameraden van zijn plaats wegdringt en toevoegt aan de rijen der werkloozen;- maar och, wat zullen ze er voor notitie van nemen? Of er een deegmachine kómt, wat heeft daar een bakkersgezel over te vertellen! Of er een zetmachine komt wat zou een letterzetter daartégen doen? Of er een elevator wordt opgesteld, wat kunnen onze bootwerkers er anders mee doen, dan er eens naar kijken? Zoo half-en-half beseffen ze wel de gevolgen, welke de entree van zoo'n ijzeren kameraad voor hen hebben zal nou ja, daar is immers toch niets aan te veranderen? Aan vakbeweging denken ze niet. Dat door een flinke en gezonde vakbeweging de arbeidstijd kan worden verkort voor hen die veel te lang werken, te gauw zijn afgebeuld, ze begrijpen 't niet. Oök niet dat de werkloosheid op die wijze kan en moet worden bestreden; als er twee arbeiders 14 uur per dag werken, is er plaats voor drie wanneer de arbeids dag wordt verkort tot 9 uur. Dat het door een flinke vakvereeniging mogelijk is, het schamel loon iets verhoogd te krijgeneen betere verdeeling van den arbeid te krijgen; aan de willekeur en tyrannie van kleine despootjes een eind te maken, enz. enz., dat gevoelen onze Schiedamsche arbeiders nog maar o zoo weinig. Ze werken, werken, werken. Van meer weten ze niet. En toch gaan we vooruit. Het uiterst teere plantje, dat hier ter stede niet scheen te kunnen opbloeien, hetgroeit! Dat zien we nü. Onze beste vakvereeniging, de Bond van Branders- en Distillateursknechts wint nog aan sterkte. Moge aan direkte aktie nog niet kunnen worden gedacht, de tijd van rustige propaganda en organisatie wordt niet ongebruikt gelaten. Altijd, zoo er aanleiding toe bestaat, zien we teekenen van leven. Een mooie, doeltreffende aktie zien we ontwikkelen door de organisatie der Onderwijzers, daarin bijgestaan door de andere, haar sympathieke arbeiders-vereeni- gingen. De afd. van den Alg. Ned. Typografenbond ging in ledenaantal belangrijk vooruit, en zal voorzeker te zij ner tijd blijken van haar bestaan geven. De afd. van den Nederl. Bakkersgezellenbond omvat reeds circa 60 a 70 °/0 der Schiedamsche Bakkersge zellen en bezit krachtige elementen, welke een goede ontwikkeling ook in de toekomst waarborgen. Slechts de afd. van den Ned. Int. Sigarenmakersbond ontwikkelt zich niet verder, hetgeen wel hoofdzakelijk hierdoor komen zal, dat verscheidene harer leden naar andere plaatsen zijn. vertrokken. Tóch is voor haar het arbeidsveld nog breed genoeg. Betreft dit alles de vereenigingeu, aangesloten bij den Schied. Bestuurdersbond, dus die vereenigingen welke zuiver het moderne arbeiders-standpunt hebben ingenomen, daarnaast staan nog enkele organisaties, welke hier dienen te worden genoemd. Daar is allereerst uit de staking der glas-arbeiders een organisatie gegroeid, welke, te oordeelen naar den toestand tot op het oogenblik, voor de toekomst veel be looft. Zij vooral heeft met vele moeilijkheden te kam pen; waarvan de geringe ontwikkeling harer leden zeker wel de voornaamste is, doch er zijn uitnemende figuren onder, welke reeds bewezen hebben ziel aan de organisatie te kunnen geven. Ze groeit en bloeit dat het haar blijve wélgaan Verrezen is een afd. van den Gemeente-werklieden- bond, nog klein, omdat ze nog héél jong is, maar met vertrouwen zich opwerkend. Ook onder de Bierbrouwersgezellen schijnt de orga nisatiegeest op te leven dank zij de krachtige pogingen van enkelen. Als ook daar volgehouden wordt, zal 't wel lukken ook. Ten slotte de vereeniging der arbeiders van „Apollo", onze beroemd-winstmakende kaarsenfabriek beschou wende, zijn over deze onze verwachtingen het minst hoopvol. Ze is tè groot geworden, dat vereeniginkje er zijn te veel elementen in saamgevat, welke niet in een arbeiders-organisatie thuis behooren. Het weinige juiste organisatie-begrip dat er in schuilt, wordt over stemd door het wanbegrip dat de massa er op nahoudt. Welnu, het zij geprobeerd, of er iets van te maken valt maar dan dient prijs gegeven te worden die jacht naar veel ledenzij het lichaam ook kleiner, als de ziel gezond is zal de kleuter van heden in de toe komst tot rijpheid en kracht opwassen. Resumeerende mogen wij zeggen, dat in Schiedam de vakbeweging zich in 't algemeen flink gaat ontwikkelen; dat het waarachtig proletarisch sentiment onder onze arbeiders krachtig gaat opgroeien en het groote inter nationale leger van weerbare strijders tot ontvoogding van den arbeid met zijn rijen dra behoorlijk zal aan vullen. Voorwaarts op den ingeslagen weg! En met moed en volharding voortgebouwd op het fundament der toe komst. Op voor de organisatie, van den arbeid Die leuze herhalen wij op den feestdag van het prole tariaat, den len Me'. Gedurende de Paaschdagen (23-24-25 April) is te 's Gravenhage in „Tivoli", het oude „Walhalla" ons elfde jaarcongres gehouden, waarvan wij hier eenige indrukken wêergeven. Bij den aanvang (Zondagsmorgens te 10 ure) hing 'er ia de zaal een gedrukte stemming, welke op het geheele congres merkbaar bleef, en hoewel eenige par- tijgenooten op de galerij herhaaldelijk trachtten geest-, drift erin te brengen door onze strijdliederen, kon toch eerst de geestdriftige stemming bereikt worden, toen de afgevaardigden bijeen waren op den Feestavond, door de afdeeling den Haag georganiseerd. Er stond op de Agenda namelijk een punt dat de gemoederen nog al had gedrukt. De afdeeling Utrecht II had gezondigd tegen onze partijdiscipline, en was door het Partijbestuur voorgedragen tot royement uit onze gelederen. Dat feit was het eerste van dien aard, in

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1905 | | pagina 2