FEUILLETON.
ARBEIDSBEURZEN.
Van heinde en verre.
Sehiedamsch Volksblad en de
Middenstand."
in een zuivere dubbeltjes-kwestie. De heer Verhallen
verkoos niet langer voor plukboom dienst te doen, nam
ontslag, kreeg ontslag, doch mocht bij de oproeping ook
weer meê-solliciteeren, van welke speciale gunst(?) hij
geen gebruik wilde maken. Toen schijnt erdevoo-keur
aan gegeven te zijn, in stilte een kapelmeester op te
doen. En ook wat muzikanten, waar broodsgebrek aan
was
Een instelling, welke een niet onbelangrijke subsidie
uit de gemeeetekas geniet, moest wat meer staan onder
de controle van het publiek eu niet het gebied kunnen
wezen, waarop een of ander alleen-heerscher z'n kunsten
vertoont.
Waarover zoo'n krantje al geen boom durft opzetten!
Maar 't is een groote boom zonder bladeren hoor!
Tenminste de middenstand zal er heel weinig van
plukken.
De liberalen krijgen op d'r kop omdat ze „ons volk"
tot de achterblijvers op allerlei gebied gemaakt hebben,
waarvan de middenstand de dupe zou zijn. Het liberalisme
heeft zich maar blind getuurd op de eischen van den
groothandel.
Wel, wel, Sehiedamsch Volksblad, zijn die liberalen
zulke kapitalistendienaars? En de clericalen dan?
Heeft Dr. Kuyper met zijn clericale meerderheid in
de kamer niet de beruchte dwangwet en de dito speetwet
tot heil van den Kapitalistischen Staat gemaakt, en is
den spoorwegarbeide's niet het stakingsrecht ontnomen?
Was Dr. Kuyper soms de oogendienaar der arbeiders!?
Neen „Sehiedamsch Volksblad," je praat je neus
voorbij hoor, je bent alweder geheel bezijden de waarheid.
De eenige waarheid is, dat èn liberalen èn clericalen
hunne kapitalistische maatschappij hebben te verdedigen
zoolang het hun mogelijk is. Tegen die twee machten
komt de sociaaldemocratie als de revolutionnaire partij
op om een betere maatschappij te verkrijgen, om van
die twee machten iets af te dwingen ten voordeele der
arbeiders.
„Waar blijft nu de middenstand?" zult gij misschien
vragen, want daarover hebben wij het nu!
Kijk eens, voorlichter van Christelijke arbeiders. Er
heeft en de maatschappij een strijd plaats tusschen twee
groepen. De groep die bezit, dat is de kapitalisten
klasse, in de groep die niet bezit is de arbeiders klasse.
Deze strijd, de klassenstrijd kan slechts eindigen met
de overwinning der onderliggende klasse, welke over
winning ons een nieuwe en betere maatschappij brengt.
Tusschen die twee kjassen bevindt zich nog een
groep, die noch tot de arbeiders klasse noch tot de
kapitalisten kla: se kan worden gerangschikt, maar veelal
aan bezit van kapitaal eigen arbeid paart. Die groep
is de middenstand. Deze groep zal door den klassen
strijd verdwijnen, omdat zij slechts dienst doet als de
nijvere bij die den honig naar de korven brengt,
of indien gp ons niet begrijpt, die terwille van de
kapitalistenklasse als zuigpomp op de beurs der arbeiders
wordt gezet.
In het werkje „Arbeitlosen unterstiitzung und Arbeits-
nachweis" uitgegeven in 1901 door het Zwitsersche
arbeiderssecretariaaf, Schrijver Herman G-reulich, komt
het navolgende voor, betreffende
Het arbeidsverdrag is niet, zooals het koopen van
een paar laarzen, eene voor de gemeenschap onverschil
lige zaak, doch voor haar van het grootste belang, daar
hierbij physische, intellectueele en ethische welvaart van
het proletariaat ten nauwste is betrokken.
Dit geldt niet alleen voor de materieele zijde van
het arbeidsverdrag, zooals het bedingen van loon en
arbeidstijd door den arbeider, doch evenzoo voor de
wijze waarop het gesloten wordt, voor de arbeidsmarkt,
waarop de verkoopers der arbeidskracht, de arbeiders,
en de koopers dezer waar, de werkgevers, elkander
ontmoeten.
Na bet, optreden van het beginsel van den klassen
strijd in de vakvereenigingen, waarmede ook hare ver
splintering een aanvang neemt, woedt er een onophou
delijke strijd over de leiding op de arbeidsmarkt
Voor een deel greep de wetgeving ten gunste der
patroons, in dien strijd in, zeer dikwijls echter behielden
de arbeiders de leiding bij het aanstellen van werk
zoekenden.
Op sommige plaatsen, vóór circa 40 jaren, konden
hoedenmakei s, kopersmeden e. a. slechts in herbergen
aanwijzing verkrijgen, waar en bij wie plaatsing be
stond en moesten de oudste gezellen bij eventueele
plaatsing vóór de patroons erkend worden. Dit gebruik
verdween op het vaste land door het voortschrijden en
de ontwikkeling der groot industrie. De strijd om de
arbeidsmarkt wordt tegenwoordig vootgezet tusschen
de organisaties der arbeiders en die der werkgevers,
Gij zegt zelf: „de industrieele en handeldrijvende
middenstand heeft vooreerst een machtigen concurrent
in het gr< ot kapitaal.
Dat is nu eens waarheid spreken! Goed gezien,
Sehiedamsch Volksblad. De kapitalistenklasse neemt den
middenstand de taak uit de handen. De kapitalisten
gaan zelf winkeltje doen, en helpen den middenstand
er onder! Overal verrijzen Warenhuizen, de groote
fabrieken vestigen in alle steden hun depóts, agent
schappen enz. Waar blijft nu de eerzame middenstander
Klagen doet hij ve schrikkelijk! En congressen op
touw zetten! Wat ze er doen..eten, drinken, tentoon
stellingen bezoeken.... wat nog meer? Elk jaar komen
op hun congressen dezelfde vragen in behandeling omdat
ze nooit worden afgedaan en ook niet kunnen worden
afgedaan. De verdwijning van den middenstand wordt
een feit.
Het eenige middel, Sehiedamsch Volksblad, om de
middenstanders het leven e»n beetje dragelijk te maken,
hebt gij in al uwe „Christelijkheid" niet genoemd. Dat
middel is een belastingstelsel, waardoor de arbeidende
klasse en de middenstand het minste worden getroffen,
maar waardoor het geld wordt gehaald bij hen die het
hebben, bij de groot-kapitalisten. Durf dat eens aan
Sehiedamsch Volksblad.
Dr. Kuyper was op het laatste middenstandscongres,
eenige weken te Maastricht gehouden, uitgenoodigd om
het congres met zijne eminentie te komen opluisteren....
maar hij vond het maar beter weg te blijven. Hij heeft
ook al zooveel voor den middenstand gedaanhij heeft
een commissie benoemd die de vraagstukken die den
middenstand betreffen zal onderzoeken, hij heeft.... meer
niet, Sehiedamsch Volksblad.
Dr. Kuyper, heeft altijd gezegd voor de „kleine"
luydeu op te komen, heeft in zijn vierjarig minister
schap getoond een kapitalistendieuaar te zijn, Sehie
damsch Volksblad. Zal nu de Christelijke idéétot
redster van den middenstand promoveeren
De Ministeriëele crisis in Nederland. De Tweede
Kamer, die in de maand Juni werd samengesteld be
staat uit 48 clericalen, 45 vrijzinnige en 7 sociaal
democraten. Dr. Kuyper vindt dus geen meerderheid
(die uit minstens 51 man moet bestaau) in de Kamer
om zijn clericale praktijken voort te zetten, en is dus
gedwongen om zijn biezen te pakken. Wat nu Ver
schillende staatslieden zijn gehoord door de Koningin,
maar veel succes heeft ze zeker niet gehad. De oud
minister Borgesius heeft getracht een ministerie te
vormen, wat uit vrijzinnigen zou moeten bestaan, maar
zoo'n ministerie zqu ook niet op een meerderheid kun
nen steunen, want er zjjn slechts 48 vrijzinnigen, dat
is dus 3 minder dan de kleinste meerderheid, Boven
dien is Mr. Drucker, de leider der vrijzinnigdemocraten
op reis gegaan, zoodat het vermoeden voor de hand
ligt dat die fractie geen aandeel zal krijgen in de
aanstaande regeering. Er zal dus een coalitie moeten
plaats vinden tusschen de conservatieve groepen alles
wat behoudend is wordt op een hoop gejaagd, en zal
waarbij iedere partij zijne invloed wil laten gelden bij
vaststellen en handhaven van arbeidsvoorwaarden,
voornamelijk wat de loonkwestie betreft. Dat het
bezit der arbeidsbeurs ot arbeidsbezorging een ge
wichtig strijdmiddel zijn kan ligt voor de hand. Daarom
hebben de Engelsche vakvereenigingen haar ook veroverd
en passen wel op, het heft in handen te honden. Zij
hebben hiermede bereikt dat geen arbeider in een
Unionsrayon werk vindt, welke zich niet onderwerpt
aan hare voorschriften bet effende loon, arbeids
duur enz."
Na eene beschouwing over de ongunstige positie van
den arbeider tegenover den werkgever, zoowel voor als
na de kapitalistische productiewijze, stelt Greulich vast,
dat de arbeider bij verkoop van zijn arbeidskracht geen
vrije contractant is, doch Onder den sterksten dwang
staat werk te moeten aannemen om te moeten leven.
Hij is niet in staat over den verkoop zijner arbeids
kracht te onderhandelen, doch wordt gedwongen zijne
kracht bijna altijd zoodanig aan de markt te brengen,
dat de werkgever alleen de arbeidsvoorwaarden bepaalt.
Hierbij vestigt hij de aandacht op de ongunstige getal-
verhouding der twee partijen, waai bij het getal der
verkoopers van arbeidskracht zoovele malen grooter is
als dat der koopers.
Naar algemeen gebruik is de warenmarkt, de waren-
beurs, in handen der verkoopers en niet meer als billijk
dat de werkgevers het recht der arbeiders op de markt
(als verkoopers) erkennen zullen. Dat deze beschouwing
door velen als de juiste wordt erkend^ bewijzen de toe
name van arbeidsbeurzen in Frankrjjk en Italië, waar
staats- en gemeentebesturen de verplichting erkennen
den arbeiders met sterke middelen bij te staan in hun
rechten op de arbeidsma-kt. Op deze wijze ontstonden
in Frankrijk de vele arbeidsbeurzen en in Italië de
arbeidskamers.
Al deze inrichtingen staan onder volkomen beheer
der in vakvereenigingen en -bonden georganiseerde
arbeiders, ter wiens beschikking de noodige geldmid
delen en- gebouwen, in groote steden van beduidende
er alzoo een scherpe scheiding komen tusschen hervor
mingsgezind en conservatief.
Wat bljjft er dan van de antithese „christendom" en
„Paganisme" van Dr. Kuyper over Totaal niets.
Clericaal en Anticlericaal zullen elkaar moeten helpen
om Nederland te redden en weg is de antithese
De meest-benijdbare positie heeft in dezen strijd wel
onze partij. Zij heeft de clericalen en anti-clericalen
zoo netjes in twee deelen opeengejaagd, dat geen van
beiden alleenstaande kunnen regeeren. De socialisten
dwingen dus de burgerlijke partijen een andere partij
formatie te doen plaats hebben.
Wij staan zegevierend tusschen die 2 partijen en
deelen zoowel links als rechts onze zweepslagen uit.
Met dat al is Dr. Kuyper toch van de baan en dat
is maar goed ook.
In Hongarije, waar het een Janboel is in de regee
ring, wil men thans een middel beproeven om nieuwe
elementen in de Kamer te krijgen, waarvoor een uit
breiding van het kiesrecht moet pKenst doen.
Kristoffy, de minister van binnenlaudsche zaken, heeft
een onderhoud gehad met een deputatie uit het bestuur
der sociaal-democratische partij, en beloofde pogingen
te zullen aanwenden om het Algemeen Kiesrecht te
bevorderen.
Het gevolg van het uitgebreide kiesrecht zal zijn,
dat er nieuwe partijformatie komt onder de burgerpar
tijen en de politieke atmosfeer meer wordt gezuiverd.
Eigenaardig is het toch zeker, dat een regeeriug, die
geen raad meer weet om uit het moeras te komen, zijn
toevlucht neemt tot uitbreiding van het Kiesrecht
De clericale regeering van België heeft voorstellen
gedaan tot uitbreiding van de havens, maar daaraan
gekoppeld een uitbreiding der vestingwerken, die het
land eenige millioenen zal kosten.
Voor dit laatste zal de regeering waarschijnlijk niet
op hare meerderheid kunnen rekenen, omdat een groot
deel der clericale Kamerleden er tegen is, zoodat het
zeer goed mogelijk is, dat de regeering door haar eigen
meerderheid naar huis wordt gestuurd!
Koning Leopold wil thans den keizer van Dnitschland
gaan nadoen. Hij heeft op een feestvergadering de feest
vierenden toegesproken en sprak de hoop uit, dat de
Kamer de plannen, die tot heil van het land moesten
dienen, zou aannemen.
De Antwerpsche arbeiders hebben tegen die militairis-
tische plannen gemanifesteerd. Meer dan tienduizend
personen namen deel aan een grootsche demonstratie.
Het woord werd gevoerd door Demblon, Vandervelde,
Anseele en Terwogne, terwijl ook een bestuurslid der
liberale arbeidersvereeniging „Help U zelf" afkeuring
uitsprak over de wijze, waarop de burgemeester van
Antwerpen had deelgenomen aan het militairistisch
relletje.
Een motie werd aangenomen, waarin besloten wordt
krachtig te ijveren voor de nieuwe havenplannen, maar
tegen een vestingbouw, die de regeering daaraan wil
koppelen.
omvang, met bureaux en verzamel- en wachtlokalen,
worden gesteld. In Zwitserland is dit voorbeeld slechts
(1901) gevolgd door Genève waar het kanton aan de
arbeidskamers de noodige bureaux en verzamelings
lokalen ter beschikking stelde en voor het onderhoud
van dezelve zorgt, te-wijl jaa lijks een drag wordt uit
getrokken om de uitgaven voor den secretaris en het
bureau te bestrijden.
Verscheidene dezer instellingen in Frankrijk zijn
periodiek door den staat gesloten geworden, doch niet
op verlangen der werkgevers en fabrikanten, doch op
politieke gronden. Hun behoefte bleek echter zoo drin
gend, dat men ze spoedig weder moest openen en
steeds ve-meerdert hun aantal, in bloei toenoemend.
Ook in Genève wordt door werkgevers niet getornd
aan de staatssubsidie en niet geageerd tegen de
beurzen. Daar is dus de grondstelling erkend dat de
arbeidsmarkt, de arbeidsbeurs behoort in handen te
zijn en bestuurt te worden doo- arbeiders en heeft de
staat de verplichting hun daartoe de noodige middelen
te leveren.
Alvorens verder te gaan stelt Gr. vast in wiens
handen de arbeidsbeurs niet behoort te wezen of ge~
laten te worden, zoodra de staat zich voor haar
interesseert. Vóór alles behoort de arbeidsbeu's niet
in handen te zijn van particuliere bemiddelings-bureaux.
Deze drijven de zaak alleen om daarmede geld te ver
dienen en in den regel wordt de arbeidszoekende de
dupe, *en degeen waaraan het meeste wordt verdiend.
Erkennen velen de noodzakelijkheid dat arbeidszoe-
kenden op arbeidsbeurzen een gedeelte der kosten moe
ten bijdragen, aan de andere zijde mag men van den
nood der werkloozen geen gebruik maken om hen nog
meer uit te buiten.
Wordt vervolgd.)