Uit ons Yereenigingsleven.
Vlaardingen.
Vlaardingsche IJzerkoekjes.
het Kon. Besluit, houdende de benoeming van een
nieuwen burgemeester dezer gemeente, binnen eenige
dagen in de Staatscourant verschijnen.
Zien of 'twaar is!
Bevolking.
Loop der bevolking gedurende het jaar.
Op 31 December 1904 bestond de bevolking der ge
meente uit 13555 mannen, 14735 vrouwen, totaal 28290.
Zij onderging in 1905
vermeerdering door:
M.
V.
T.
a.
geboorte
460
453
913
b.
vestiging in de gemeente
1229
1181
2410
1689
1634
3323
en vermindering door:
M.
V.
T.
sterfte
225
203
428
b.
vertrek uit de gemeente
967
990
1957
1192
1193
2385
Zoodat het aantal inwoners is vermeerderd met 497
mannen, 441 vrouwen, totaal 938.
Op 31 December 1905 bestond derhalve de bevolking
uit: 14052 mannen, 15176 vrouwen, totaal 29228.
B ij zonderheden betreffende den loop
der bevolking gedurende het jaar.
In de gemeente werden geboren
M. V. T.
Wettig454 456 910
Onwettig10 2 12
Totaal der geboorten
464
458
922
Hier geboren en elders woonachtig
10
5
15
454
453
907
Elders geboren en hier woonachtig
6
6
460
453
913
Levenloos aangegeven wettig
10
12
22
Aantal huwelijken
197
echtscheidingen
3
In de gemeente zijn overleden
222
198
420
Hier overleden elders woonachtig
7
1
8
215
197
412
Elders overleden, hier woonachtig
10
6
16
Totaal
225
203
428
Typografen. De Schiedamsche correspondent
van het Grafisch Weekblad (vroeger: Ons Vakbelang,
orgaan A. N. T. B.) meldt
Het eerste bericht dat wij den lezers van ons
nieuwe weekblad in dit jaar schrijven, geeft ons
moed om op den ingeslagen weg te blijven voort
gaan. Wat toch is het geval? Zaterdag 30 Dec.
kwam men mij vertellen, dat het personeel van de
firma H. A. M. Boelants met ingang van 1906 in
het genot was gesteld van drie vacantiedagen met
behoud van salaris. Zulk een bericht doet zeer
aangenaam aan en wjj hopen dan ook, dat het
personeel van die vacantie een nuttig gebruik zal
maken. Nu kunnen ook zij, evenals reeds al hun
collega's te dezer stede, a. s. zomer een wijle de
roetstad ontvluchten en hun hooiden verfrisschen
in de vrije natuur. De firma Roelants onzen op
rechten dank.
Is dit nu niet een beetje al te zoetsappig? Als de
firma eens geheel op eigen initiatief deze stap had
gedaan, kon er rede zijn te spreken van „oprechten
dank." Als ze niet eerst de verzoeken daartoe had
algewezen en de organisatie's der typo's voor den kop
gestooten had, zooals ze deed.
We mogen met onze kritiek niet zoo haastig willen
zijn, laten we met onzen dank vooral niet te vlug wezen.
Anders gaan de heeren zich erg spoedig inbeelden, dat
ze eigenlijk al te veel doen.
Brandersknechts. Zaterdag 6 Jan. hield de
•vereeniging „Bond v, Branders- en Dist.kn." haar 3e
jaarvergadering. Uit het verslag van den secretaris
over het afgeloopen jaar, bleek dat de vereeniging
steeds vooruitgaande is.
Aan verschillende meetings, betoogingen enz. werd
door den Bond deelgenomen; tot meerdere propaganda
voor Algem. Kiesr. is gevormd een reisclub, teneinde
aan de a. s. meeting(s) zonder te groote financiëele
bezwaren te kunnen deelnemen.
Opnieuw zal aan den betrokken minister een adres
worden gezonden ten einde te geraken tot afschalfing
van nachtarbeid.
De altredende bestuursleden (penningm. en 2 commis
sarissen) werden bij acclamatie in hunne functien
herkozen.
De penningmeester toonde in zijn verslag aan dat de
stand der kas zeer bevredigend is te noemen.
Staande de vergadering traden eenige personen als
lid toe.
Diegenen welken nog deel willen uitmaken van de
Reisclub, moeten zich spoedig aanmelden bjj den secre
taris of bij B. van Woerkom, Henderinastraat 17, de
inleg is 5 cent per week.
Glasblazers. In antwoord op het schrijven van
de glasblazers-vereenigingen aan den heer J. C van
Deventer (zie vorig no.) heeft deze patroon schriftelijk
bericht, dat men zich te wenden heeft tot den Patroons
bond.
Dit zal wel een uitvlucht zijn met het doel, de zaak
op de lange baan te schuiven.
Voor de glasblazers zal oppassen de boodschap zijn.
Want meneer kan wel meer van die aardigheden ver
zinnen.
Denkt om de uitvoering van „Excelsior" op Zater
dag 13 Januari, 's avonds 8 uur, in het Gebouw van
den Volksbond, aan de Haven te Vlaardingen.
De muziek-vereeniging „Voorwaarts" verleent mede
werking.
Hermans van Rotterdam houdt een causerie.
't Zal zeer zeker een gezelligen en genotvollen avond
worden
Verzuimt niet de uitvoering bij te wonen!
Het jCircus Carré.
Tot de ondankbare openbare „postjes" die zijn er
heel wat in onze samenleving behooren zonder twijfel
wel die vanBurgemeester en Wethouder.
Doen zij iets goed, nu ja, zegt men dan dat is
plicht of „het is ook niets meer dan zaak", en doen zij
iets wat minder goed lijkt, dan zet het publiek als zoo'n
echt knaagdier hare landen er in.
Eén ding komt hierbij dat de zaak compenseert
(vergoedt) dat is in zeer vele gevalleneen goed
traktement. Bij ziekte gaat dat onverminderd door,
van slapte of werkloosheid weten zy niet „er is
altijd werk aan den winkel," en van werkstaking hoort
men zelden.
Het aloude spreekwoord van „Vader Cats": „wie
timmert langs den weg heeft veel berecht", heeft voor
hen inzonderheid z'n volle waarde uog, m.a.w. het is
de openbare critiek die dikwjjls als een geesel op hun
edelachtbare ruggen neêrdaalt, zoo elders, zoo ook hier.
Waar wij ditmaal onze meening en critiek aan wil
len wijden, dat is een voorstel van B. en W. over het
al of niet toestaan aan den heer Oscar Carré, om in
de maand April alhier eenige Circusvoorstellingen te
mogen geven, en dan daarvoor af te staan een stuk
gemeentegrond, (in bruikleen).
B. en W. stellen aan dén Raad voor hierop afwij
zend te beschikken, en ter verdediging hiervan zeggen
zij woordelijk het volgende
Behalve priucipiëele bezwaren, die tegen inwilliging
van dergelijke verzoeken kunnen worden aangevoerd,
hebben wij gegevens, dat een gunstige beschikking op
dit adres zeker door meerdere aanvragen van dien
aard zullen worden gevolgd, die dan met minder recht
kunnen worden afgewezen en de eerste stap tot terug
keer zij het dan ook in eenigzins anderen vorm,
naar de Kermis. O. i. behoort te worden vermeden.
Ook de tegenwoordige maatschappelijke toestand
zoo zeggen zij in onze Gemeente heeft invloed ge
had op het uitbrengen van dit advies.
Tot zoover B. en W.
Wij willen allereerst de aandacht vestigen op het
woordje bruikleen
Of dit woord opzettelijk dan wel toevallig gekozen
is weten wij niet, maar willen toch even opmerken
dat, „in bruikleen" ons doet denken aan: gratis
gebruiken.
Wij weten het niet, maar kunnen toch op logische
gronden vermoeden dat Carré die grond wél in huur
heeft aang. vraagd en niet in bruikleen. Hierin ligt o. i.
een verschil van groote beteekenis n.m. finantiëel.
Wij kunnen verwachten dat de heer Carré als onder
nemer geen gesjochte jongen is, zoodat wanneer hij
grond en vergunning vraagt, dit wel wil betalen met
een aardig sommetje geld enonze Gemeente
zit op de „matten", aldus kan ze zoo goed gebruiken.
Nu willen wij de eerste zijn om te verklaren dat B.
en W. (als antikermismenschen) moeielijk een ander
advies konden uitbrengen althans wat punt 1 en 2 be
treft, maar willen al dadelijk de vraag stellen is met
„Flardinga" ook niet de kermis teruggekeerd, al is het
dan ook in anderen vorm? Ja zelfs zijn wij zoo vrij aan
te nemen, dat die enkele circusvoorstellingen in een
afgesloten tent, minder het cachet zal dragen van
openbare luidruchtigheid dan de feesten van „Flardinga."
Waar nu aan dc laatste uit onze berooide
Gemeentekas een aardig bedrag als subsidie wordt
gegeven en van de Onderneming Carré geldelijk ge
profiteerd kan worden, daar constateeren wij, dat die
voorheen plaats gehad hebbende kermisafschaffing
(zonder eenig zedelijk voordeel!) toch wel een beetje
lastig moet worden.
Behalve het derven van het staangeld wat des
tijds aardig wat bedroeg, voelt men zich konsekwent
verplicht elk faveurtje van dien aard, ook al is de
zaak van nog zoo onschuldigen aard, van de hand te
wijzen.
Wij kunnen het ons begrijpen- hoe B. en W. somtijds
met de handen in 't haar zitten, hoe het hen te moede
wordt, eenerzijds voor te moeten stellen belasting-
verhooging tot dekking van een tekort, en anderzijds
belangrijke voordeeltjes voor de Gemeentekas afte
moeten slaan als gevolg van het drijven van een groep
dweepers.
Waardoor wij zoo denken, dat is het fier en mannelijk
woord van B. en W. dat wij niet ligt zullen vergeten
en zullen gebruiken als dat noodig is toen ver
schillende kerkeraden en clubjes onlangs verzochten
om een gedeelte van den Zondag de café's te sluiten
(in 't zedelijk belang van de burgerij.)
Toen adviseerde B. en W. hierop afwijzend te be
schikken, en zeiden in hun motiveering zeer terecht,
dat de zedelijke verbetering van 't volk een taak was
van adressanten in de eerste plaats.
Zij wilden m. a. w. hiermee dit zeggen
„Heeren predikanten en kerkeraden, zorgt gij maar
dat het Volk zoodanig in zedelijkheid toeneemt, dat
maatregelen als deze van bovenaf niet noodig zijn.
Het laatste punt hunner motiveering voor het
afwijzend advies geeft ons gelegenheid nog iets anders
op te merken.
Het zou n.l. de tegenwoordige maatschappelijke toe
stand der Gemeente d. i. der Gemeentenaren zijn,
die hen zoo deed adviseeren.
Maar eilieve, niemand wordt toch gedwongen in zoo'n
circus te gaan, dat is toch elks vrijen wil, gelooft men
dan, wanneer zoo'n onderneming eenige dagen alhier
vertoefd, mét zich brengend een groot menschenge-
zelschap, annex een groot aantal paarden en andere
dieren, dat dit verblijf alhier schadelijk zal zijn voor
de burgerij
Integendeel, zeer vele neringdoenden en die kun
nen het juist tegenwoordig heel goed gebruiken
zullen in die dagen door het leveren van de onvermij
delijke leeftocht van dit groote gezelschap belangrijk
gebaat zijn. Aldus beteekent weigering: Schade voor
de Gemeentekas en schade voor de Burgerij.
De Vlaardingsche fnstverbruikers aan
het Vinkennet.
Over de prijs der waren en deszelfs oorzaken, heerscht
nog al meeningverschil.
Zoo beweren sommigen dat: met een verhooging
der loonen in 'n bedrijf, in diezelfde mate de prijs van
't artikel stijgt, dat wat men eenerzijds meer ontvangt,
men anderzijds meer moet uitgeven, zoodat men bij slot
van rekening nog precies dezelfde Flijft en maar beter
doet de zaak te laten rusten. Deze belachelijke theorie
wordt nog al eens verkondigd door zeer vooruitstreve-
rige burgerlijk liberaal denkenden.
Over deze materie is reeds heel wat geschreven en
zou hier nog heel wat geschreven kunnen worden, wij
willen echter volstaan met te beweren, dat bovenge
noemde theorie niet opgaat, ^integendeel, het is in veel
gevallen de prijs der waren, die de loonen daarvan
bepalen en vaststellen.
Dit geldt vooral met artikelen, die men zou" kunnen
noemen marktartikelen, die als stukwerk in slappe
tijden in voorraad worden vervaardigd, artikelen, waar
van de prijs afhangt van geheel toevallige en wissel
vallige omstandigheden en die zeer zeker in de eerste
plaats onder den invloed staan van de kwestie van
vraag en aanbod.
En van dat soort artikelen wordt hier ter plaatse heel
wat geproduceerd, hetwelk aan de handelsmarkt onder
den naam van „fust" of wel tonnen en tonnetjes in
verschillende afmetingen, speciaal vervaardigd voor de
verzending van haring en andere vischsoorten.
De prijzen dier fusten dalen en rijzen als de wijzer
van een barometer. Wordt er veel haring gevangen
dan is er veel aanvraag naar fust, dan stijgen de prijzen
en dank het werk der Gezellenorganisatië s gaan
de loonen dan ook omhoog.
Het kost den gezellen wel eens wat moeite, maar
gewoonlijk slagen zij.
Nu is het afgeloopen jaar zooals men weet, niet
voordeelig geweest voor de kuipers.
Er is niet voldoende haring gevangen in verhouding
tot de fusten die in voorraad waren en. nog gemaakt
werden, zoodat een overproductie het gevolg was, de
prijzen niet stegen doch daalden, en de loonen er niet
beter op werden.
Behalve echter dat de loonen er niet beter op werden,
trad voor velen het spook werkloosheid op den voorgrond
en ziet men het thans gebeuren dat geheele groepen
werklooze kuipers loopen te slenteren lan;;s 's heeren
straaten of wel zich posteeren in de beurs Vischbank.
Dat de fustverbruikers hiervan profiteéren is logisch
denkbaar, dat zij voor zoover zij kapitaal en berg
ruimte hebben fusten koopen voor een prijs verre
beneden het middelmatige snapt ieder die wèet wat
zaken doen is; dat er bij den inkoop dier fusten niet
op den voorgrond treden humaniteitsoverwegingen, is
voor elk duidelijk, dat daarbij geen rekening wordt
gehouden met de overweging dat aan fusten van zulk
een prijs het bloed en zweet van medemenschen
kleeft, hieraan wordt niet gedacht, ja zelfs wanneer
er waren die daaraan dachten, zouden zij eenvoudig
uitgelachen worden door anderen, men zou hen eenvoudig
kwalificeeren als niet te zijn mannen van zaken".
