No. 31.
ZATERDAG 29 September 1906.
6e Jaargang.
ORGAAN van de Afdeeling Schiedam der Sociaaldemokratische Arbeiderspartij.
Stekken voor 't eerstvolgend nnmmer moeten uiterlijk Woensdag a.s. 's middags 12 unr in het bezit der Redactie zijn
Vlaardingen.
Ontwikkeling.
De uitsluiting te Enschedé.
Uit de Vakbeweging.
ABONNEMENTSPRIJS:
25 cent per kwartaal 7 7.
franco per post 30 cent j voorm^efa^nff-
Losse nummers 2 cent.
Bureau van Redaktie en Administratie
Gebouw „CONSTlSiTIA", Hoogstraat.
Spreekuur voor de Redactie:
's Woensdagsavonds van 7l/i—uur.
ADVERTENTIEN:
3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting.
Eiken Zaterdag is dit blad verkrijgbaar bij
J. VAN DRIEL,
Oosterdwarsstraat 27.
VlaardingersKnipt dit berichtje uit en bewaart het,
waar ge het geregeld en telkens kunt lezen en herlezen
Maakt propaganda voor dit blad, de Moker, die ook
in uw belang werkt!
Hoe vele malen gevoelt niet de arbeider, die niet
meer genoot, dan wat de lagere school het kind geeft,
dat zijn ontwikkeling uiterst karig is verzorgd geworden?
Het kan _niet ontkend worden, dat heden ten dage
het onderwijs beter geregeld is dan het vroeger was,
bijv. een 50 jaar geleden. Wanneer men nog eens
vergelijkingen hoort maken door hen, die toenmaals
onderwijs genoten hebben; wanneer men het oordeel
van dezulken eens verneemt, over al de „gekheid,"
die ze tegenwoordig den kinderen leeren, die ze allemaal
„prefessor' willen laten worden; ja, dan erkennen we
zeker volmondig op onderwijs-gebied met reuzenschreden
te zijn vooruitgegaan. De nieuwere leermiddelen, behoor
lijke onderwijs-inrichtingen, die de stal, schuur of het
zolderkamertje verdrongen hebbende onderwijskrachten,
behoorlijk onderlegde, voor het vak (het onderwijs wordt
door velen nog wel niet als zoodanig beschouwd, maar
is het daarom niet minder) opgeleide menschen, die den
liefhebbenden barbier en scheepmaker vervangen
hebben, zijn verwisselingen, die door den meest behoud
zuchtige toch niet zullen worden betreurd.
Moge dit alles dankbaar stemmen, het is er nog
verre van, dat men over den tegenwoordigen toestand
voldaan zou kunnen zijn en bij de pakken neerzitten.
Het valt te betreuren dat de eerstbelanghebbenden,
de arbeiders, in het algemeen zoo weinig zich bekom
meren om de vraagstukken op onderwjjs-gebied en het
groote belang van goed onderwijs voor hun kinderen
nog steeds niet beseffen.
Want er ontbreekt aan het onderwjjs, dat het arbeiders
kind is toebedeeld, nog zoo ontzettend veel, waarvan
de volwassen arbeider wel het begrip krijgt, omdat hij
met eiken nieuwen dag ontelbare malen gevoelt, hoe
onbeholpen hij is ten opzichte van verschillende belang
rijke zaken maar toch, helaas, is dat begrip nog
niet zóó diep doorgedrongen in de hoofden dier mis-
deelden, dat ze eens krachtig mee aanpakten het werk
van hen, die steeds voor verbetering van het onderwijs
in de weer zijn in de eerste plaats de onderwijzers en
beter onderwijs eischten voor hun kinderen, die straks,
evenals zij voorheen, de maatschappij zullen intreden
en zich er een plaats veroveren, met geen andere
middelen dan hun arbeidskracht en hun hersens.
In ónzen tijd vooral moesten de arbeiders het begrijpen,
dat het in de toekomst zeker niet meer voldoende zjjn
zal over een paar gespierde armen te beschikken. Waar
steeds de arbeidsmarkt méér overvoerd wordt; waar
het aanbod van arbeidswilligen de vraag naar arbeids
kracht steeds meer gaat overtreffen, daar zullen steeds
hooger eischen worden gesteld door de werkgevers
klasseeischen in de eerste plaats, ten opzichte van
behoorlijke ontwikkeling, omdat de voortdurend meer
ingewikkelde, gecentraliseerde produktie-wijze ook eischen
meebrengt op technisch gebied, welke door de meest
ontwikkelde arbeiders het beste worden voldaan.
Daarom had het tegenwoordige geslacht een beter
verzorgde opleiding noodig dan het voorgaandedaarom
ook zal van het opkomende geslacht meer worden
gevergd dan van het tegenwoordige.
Hebben wij niet den grooten zedelijken plicht, de
toekomst van het komende geslacht zoo goed mogelijk
te verzorgen
Goed onderwijs is daartoe een eerste vereischte.
Intusschen we hebben ook verplichtingen in dat
opzicht tegenover onszelf, tegenover ons gezin.
Wjj, volwassen arbeiders, gevoelen wat we zijn tekort
gedaanwij gevoelen, hoe zwak we staan in het maat
schappelijk worstelperkde eerste plicht, de onafwijs
bare plicht is ons te versterken, te werken aan eigen
ontwikkeling, steeds te pogen onze kennis te verrijken,
waar we dit slechts kunnen.
Dit zijn we verplicht als sociaal wezen, tegenover
de geheele maatschappij dus, dit zijn we als arbeiders
ook verplicht tegenover onze klasse. Wij allen, die
werken aan de verheffing onzer klasseop coöperatief,
op vakvereenigings-, op politiek gebied, wij hebben den
duren plicht steeds aan eigen en anderer ontwikkeling
werkzaam te zijn.
Het is wel niet gemakkelijk, na een geheelen dag
zwoegens in fabriek en werkplaats, nog eenigen tijd te
gaan besteden aan ontwikkeling, maar bij eenig over
denken van onze achterlijkheid, zal het u allen, gjj
coöperators, gij vakvereenigiugsmannen, gij leden van
een strijdende politieke partij, duidelijk worden dat het
plicht is hier werkzaam te zjjn.
Het moet, vrienden
Nu de wjnter nadert, is dra de beste tijd daar om
de handen aan den ploeg te slaan.
De tijd nadert de gelegenheid wordt geboden.
Een uitmuntend plan is het van den Schiedamschen
Bestuurdersb >nd om dezen winter een cursus te openen
in de Nederlandsche Taal en in Schrijven. De
bedoeling is practische kennis der Nederlandsche Taal
aan de cursisten te verschaffen en slechte schrijvers
beter schrijven te leeren, waartoe zich een viertal onder
wijzers beschikbaar stelden.
Laten nu alle arbeiders die het groote belang van
een goede ontwikkeling begrijpen laten in het bizonder
zij, die - in de arbeidersbeweging op eenigerlei gebied
een werkzaam aandeel nemen, deze gelegenheid niet
ongebruikt laten hun kennis te verrijken, hun werk
kracht te vergrooten, in het belang van zichzelf, hun
gezin en hun klasse.
Zoo zjj het
Per wijl nog de staking der Leidsche timmerlieden in
vollen gang is en de georganiseerde Nederlandsche
arbeiders in hun bewondering voor de standvastigheid
dier fiere kerels in den harden strijd om een beter
menschwaardig bestaan, hun offers brengen, opdat de
strijd tegen de onverzoenlijke, tyrannieke patroons niet
behoeft te worden opgegeven uit gebrek aan een stuk
brood, komt de trotsche overmoed der katoenbaronnen
in Overjjsel het teeken onzer dagen, van den wanhoops-
strijd der bezitloozen tegen de heersch- en uitbuitings-
zucht der bezitters, nog verscherpen.
7000 menschen worden daar zonder pardon op straat
gesmeten
Waarom? Wat is er aan de hand?
Och, niets nieuws. De h.h. fabrikanten geven prak
tisch onderricht in de leer van den klassenstrijd. Hun
solidariteitsgevoel als fabrikanten is aan 't woord.
Een dertigtal arbeiders aan de fabriek „Bamshoeve"
hadden een aantal grieven, welke zij dachten het best
te kunnen opruimen door een even domme, als misdadige
werkstaking te beginnen. Door de staking dezer 30
menschen (drossers) moest de fabiiek worden stop gezet
en kwamen circa 200 menschen werkloos.
De arbeiders in de weverijen en spinnerijen zijn slecht
georganiseerd. Van de 8000 zijn ongeveer 1000
vereenigd. 60 a 80 in de anarchistische organisatie,
600 in de afdeeling van den Textielarbeidersbond en
de rest, 300 a 350, is lid van de „christelijke" vereeniging
„Unitas." 7000 dus ongeorganiseerd. Van de 30 stakers
(onder anarchistischen invloed staande) waren er hoogstens
10 georganiseerd. De, vakvereenigingen waren niet in
hun optreden gekend ze staakten maar op eigen
houtje.
Pogingen van den verzoeningsraad uit de kamer van
arbeid om het geschil bij te leggen, hadden geen
resultaat.
De textielfabrikanten hebben een sterke vereeniging,
die in haar statuten bepaalt, dat, wanneer een geschil
ontstaat tusschen een lid en de textielarbeiders, dat
geschil in handen moet worden gesteld van de fabrikanten-
vereeniging.
Deze vereeniging besluit, als een werkstaking uit
breekt, zonder dat de opzegtermijn van 14 dagen in
acht is genomen, dat een commissie uit de fabrikanten
binnen 3 dagen met de betrokken arbeiders overlegt
en het geschil oplost. Is dat niet het gaval, dan zijn
de werkgevers, die allen bij de fabrikantenvereeniging
zijn aangesloten, genoodzaakt de uitsluiting voor hun
werklieden te proclameeren. De eerste week worden
de fabrieken 2 dagen stop gezet, de tweede week 3
dagen en zoo vervolgens.
Tot die gruwelijke maatregel hebben nu de trotsche
fabrikanten hun toevlucht genomen, aldus toonende, hoe
eensgezind de werkgeversklasse, bij alle verschil van
godsdienstige of pol'tieke richting, als uitbuitster van
den arbeid is.
Zoo kwam én door de onbekookte handelwijze der
stakers én door de misdadige solidariteit der patroons,
de Enschedésche bevolking, met den winter in 't ver
schiet, voor een uitsluiting als ze nog nimmer heeft
gezien.
In Het Volk xan j.l. Zondag kwam een artikel voor
over de uitsluiting, vol bitterheid, maar met een vol
komen helderheid het gruwelijk belrijf der Twentsche
tyrannen in 't licht stellend.
Juist aldus Het Volk door de positie, waarin
het kapitalisme de arbeiders heeft gedrongen, juist om
dat het de arbeiders geplaatst heeft buiten elke
zeggenschap over de regeling van den arbeid, hebben
de_ arbeiders ook niets te zeggen over hun 30 medear
beiders, die zich niet aan het geheel verkiezen te
onderwerpen. Maar voor hun daden wordt het geheel
verantwoordelijk gesteld.
Als stakende arbeiders een enkeling dwingen om
mee te staken, staat de gevangenis wagenwijd voor
hen open. Thans straft men de arbeiders in hun ge
heel, omdat zjj enkelen niet kunnen dwingen aan het
werk te gaan. Men verbiedt de arbeidersorganisatie
den enkeling te dwingen in de eene richting, maar
men eischt van haar, dat zjj denzelfden enkeling dwingt
in een andere.
Het zou belachelijk zjjn als het n:et zoo treurig was.
Er is geen anti-maatschappelijker ding denkbaar dan
zoo n patroonsorganisatie, die om de kleinste kleinigheid
de pr-jduktie in een heele stad braak legt, het ekono-
misch leven laat afhangen van een reglementsartikel,
door hun kliek gemaakt, en dat meer kwaad doet dan
de meest reaktionnaire staatswetten.
In een staat, d'e werkelijk 't algemeen belang diende,
zouden deze fabrikanten als misdadigers worden ver
volgd. Wie den watertoevoer tot een dorp of een veld
afsnijdt, is strafbaar, wie een waterbron bederft, is
strafbaar, wie een brood steelt om iemand in het leven
te houden, is strafbaar... Wie, al? deze fabrikanten,
uit pure willekeur, de levensbronnen afsnijdt van duizen
den en duizenden menschen, gaat vrij uit, blijft geacht
en geëerd, zit in Den Haag mee wetten te maken.
Bittere waarheid, die den arbeiders onder 't oog ge
bracht moet worden, opdat ze leeren te doen als hnn
broodheeren - als klasse zich organiseeren tot verzet
tegen de ingebeelde almacht van geloovige en onge-
loovige tyrannen.
Een ruïne.
Zondag en Maandag van de nu afgeloopeD week had
te Amsterdam de negende jaarvergadering plaats van
den Metselaarsbond, den eenigen vakbond van belang,
die nog bij het anarchistische N. A. S. is aangesloten.
Deze vergadering was niet zoozeer van belang, om
wat er van den Bond als zoodanig werd gezegd en
besloten, dan wel, omdat er uit bleek, dat het deel der
vakbeweging, waarop het anarchisme nog zijn invloed
kan doen gelden, niet meer dan een ruïne, een bouw
val is.
Eerst een enkel woord over den Bond zelf. Tot voor
eenige jaren- nog een stevige organisatie, die zelfs hiel
en daar, met name in Amsterdam, belangrijke voordeelen
wist te behalen, is hij na 1903, toen het desorganisee-
rend anarchisme hen geheel in zjjn greep kreeg, met
den dag achteruit gegaan. Niet alleen in ledental, maar
ook aan invloed op de arbeidsvoorwaarden. Men kan
zeggen, dat tusschen de afdeelingen en het hoofdbestuur
zoo goed als geen Bond meer bestaat, dat de voor
naamste funkties in het hoofdbestuur en in de redactie
van het vakblad worden vervuld door menschen, die
voor die taak onbekwaam zijn, dat, in één woord, aan
de eerste en noodzakelijke voorwaarden voor degelijke
organisatie niet wordt voldaan. Het gaat dien Bond,
zooals het allen andere gaat en gegaan is, waarop de
vloek van het anarchisme, de directe actie, de desor
ganisatie rust.
MOKER