Daden van overmoed.
Ontoerekenbaar
Parlementaire Kroniek.
er wordt door schoolgeld en dergelijke toch nog te veel
van die zorg op hun schouders gelegd, terwijl ze toch
feitelijk door de geheele gemeenschap mo>-st gedragen
worden. Daarom is de totale bekostiging van het onder
wijs door de gemeenschap niets meer dan een rechtvaar
digheid en een plicht, van de gemeenschap tegenover de
toekomst.
Vooral wanneer de ouders tot die klasse der maat
schappij behooren, die jaar in jaar uit met moeite dooi
de wereld scharrelen, is het opentop onzedelijk en on
rechtvaardig, wanneer de gemeenschap zulke ouders nog
extra laat bijdragen in de onderwijskosten door hun
een schoolgeld op te leggen.
Voor het ambachtsonderwijs is het aangevoerde nog
meer van toepassing dan voor ander onderwijs, omdat
de onders, wier kinderen voor een dergelijk onderwijs
in aanmerking komen, op enkele uitzonderingen na
allen wel de verdiensten van hun 12 jaar geworden
kinderen noodig hebben, maar niet voor die 12 jaar
gewordenen nog langer geheel kunnen zorgen en aller
minst er extra-uitgaven voor zullen kunnen doen.
Begrijpt de gemeenschap haar plicht, dan zal zij dit
ambachtsonderwijs in elk geval volledig kosteloos maken
voor de deelnemers en het laten betalen door de geheele
gemeenschap. En dan zal zij ook er voor zorgen, dat
zij, die er wel van gebruik zouden willen maken maar
uit volledig gemis aan voldoende inkomsten der ouders
er niet van kunnen profiteeren, toch in de gelegenheid
worden gesteld.
Alleen de gemeenschap, in dit geval de gemeente, kan
zich behoorlijk kwijten van de genoemde verplichtingen,
omdat alleen zij op de geheele gemeente dat stuk zorg
voor het toekomstig geslacht kan laten drukken.
Daarom is een gemeentelijke ambachtsschool de eenig
werkelijk goede.
Maar er zijn ook nog eenige andere redenen, waarom
een particuliere ambachtsschool niet gewenscht is. Wp
zullen er thans eenige van noemen. Later zal er mij
gelegenheid te over voor zijn, daarop nog uitvoeriger
terug te komen.
De ambachtsschool zal het van particuliere bijdragen
moeten hebben. Behalve van rijk en provincie zullen
die overal moeten komen van de belanghebbende indus-
triëelen. Dat wordt door de voorstanders eener particu
liere school ronduit gezegd. Maar snapt men dan niet,
dat dit stelsel van steun van belanghebbende industri-
ëelen van de ambachtsschool een middel maakt tot ver
betering van de toestanden en werkkrachten voor de
industriëelen in de eerste plaats
De ambachtsschool, de particuliere altijd, zal het ver
der ook van schoolgeld moeten hebben. Wel zal het rijk
eischen, dat er ook gelegenheid is voor kostelooze toela
ting. Maar een ieder weet, dat die kostelooze toelating
steeds buitengewoon beperkt is en bij n odzakelijkheid
van schooluitbreiding wordt opgeheven! Het gevolg
daarvan is dus, dat verreweg het grootste deel der arbei
dersbevolking, die van ambachtsonderwijs veel zou kunnen
hebben, van te voren er reeds van wordt verstoken.
Wij zullen, terwille der plaatsruimte, er nu niets meer
van zeggen. Alleen brengen wij nog even in herinnering,
dat de motie, die Van Leeuwen voorstelde op de op
richtingsvergadering met het doel om te sturen in de
richting van de oprichting van een gemeentelijke am
bachtsschool, door de vergadering, wa rin ongeveer
geen arbeiders waren, niet eens in stemming werd ge
bracht. Op alle mogelijke manieren trachtten de aan
wezige bourgeois zich eraan te onttrekken. Totdat Van
Leeuwen, om de boel niet geheel te laten verloo^en,
zijn motie introk. Het kapitalistische hart had ge
klopt en gewaarschuwdTeekenend
De katholieken hier ter stede hebben weer een bru
taal stukje aangedurfd.
Zondag 1.1. zou de anarchist Kloosterman in Musis
Sacrum" spreken over het onderwerp „In naam van
Christus."
Reeds in ons vorig no. vermeldden wij, hoe de redactie
van de Nieuwe geheel de kluts kwijt scheen te zijn,
hetgeen bleek uit d'r .malle schrijverij over het gebouw
„Musis Sacrum," dat in de laatste jaren maar voor
iederen spreker veil schijnt te zijn" en de direkte aan
sporing „hen die belast zijn met het handhaven van
orde en rust" om het optreden van Kloosterman te
verhinderen.
Na dit bericht voorzagen wij reeds bizondere gebeur
tenissen. En het is gebleken dat we onze pappenheimers
volkomen kennen.
De eigenaar van „Musis," de heer Van Dijk, is klein
zielig genoeg geweest om te buigen voor de pressie
der katholieken en, ofschoon de zaalhuur reeds betaald
was en hij daarvoor gekwiteerd had, weigerde hij de
vergadering iu „Musis" te laten doorgaan.
Kloosterman en enkele geestverwanten konden hem
niet te spreken kijjgen; vervoegden zich eindelijk aan
het bureau van politie en vernamen daar dat de pachter
van „Musis" zich bereid verklaard had schadevergoeding
te geven.
Het gebouw „Musis" werd door een aantal agenten
bewaakt.
Kloosterman arriveerde ten slotte in „Constantia" en
terwpl hij daar vertoefde, verzamelde zich buiten onze
Volksbonders, waaronder de h.h. Mouwens, Frederiks,
Marrevee en het raadslid Smit zoowat als de bevel
hebbers waren op te merken, wachtende totdat het
voorwerp hunner vervolging naar buiten zou komen.
En toen dit eindelijk geschiedde heeft die .wakkere
garde het haar plicht geacht den man uitgeleide uit
de stad te doen, bpj welke gelegenheid het dan de
noodige liefelijke en van christelijke naastenliefde ge
tuigende (misschien pas in de kerk uitgepreekte) schimp
scheuten niet ontbrak.
Toen trok men in optocht naar het gebouw van den
R. K. Volksbond, waar de „schitterende overwinning"
werd gevierd!
Men heeft ons (als sociaal-demokraten) zeker niet te
verdenken van al te veel sympathie te gevoelen ten
opzichte van den heer Kloosterman en de door hem
verkondigde theoriën. Neen, men leert juist nu wel
zoo wat algemeen de sociaal-demokraten als de meest
principiëele bestrijders van de anarchistische theoriën
kennen.
Maar dat neemt niet weg dat we ten krachtigste
protesteeren tegen het infame optreden der katholieken,
op jl. Zondag, des te brutaler, waar het op klaarlichten
dag ('s nam. c.a. I2Y2 uur) plaats had. We durven ons
zelfs geen voorstelling maken van 't geen te gebeuren
had gestaan, indien de vergadering 's avonds was uit
geschreven geweest. Want in 't donker zijn de heeren
toch maar het meest in hun element.
Dan had, nu Kloosterman en de zijnen slechts een
klein troepje waren, het verloop wel eens anders kun
nen zijn,, dan toen onze partijgenoot priester Van den
Brink h er gesproken had en óók werd opgewacht door
die menschen van orde-zoo-lang-'t-in-hun-kraam-te-pas-
komt", maar over een behoorlijk geleide te beschikken
had.
Het gebeurde van Zondag, dat zeker niet „toevallig"
plaats had, maar wel een georganiseerd plan is geweest,
heeft een groote beteekenis.
Het beteekent, dat onze katholieken op bevel van
enkele d weepers, die nog de brutaliteit hebben te mee-
nen dat zij te oordeelen hebben over wat „ordelijk",
„zedelijk" enzoovoort is; de brutaliteit hebben te meenen
dat zij te ooideelen hebben wat „geoorloofd" of „onge
oorloofdzou zijn het gebeurde van jl. Zondag be
teekent dat onze katholieken nog totaal willooze werk
tuigen zijn in de handen van enkele fanatieke drijvers,
die waanwijs genoeg zijn te meenen, gedachtig der
jezuïten-spreuk „het doel heiligt de middelen", dat zij
het monopolie bezitten over de vrijheid van beweging,
en anderen, die gebruik maken van een vryheid
hun door de grondwet gewaarborgd, dat recht te
mogen ontzeggen.
Tegen dat fanatisme, tegen deze waanzinnige drijverij,
komen we ten sterkste in verzet En wekken ieder op,
onverschillig van welke richting, die de vrijheid van
beweging wenscht hoog te houden en deze niet wil
overgeven in de handen der klerikale leiders, mede
front te maken tegen handelingen van katholieke zijde
als j l. Zondag aangedurfd zijn.
Want vooral den katholieken is het recht te ontzeggen
de vrijheid van vergaderen aan anderen te belemmeren.
Juist zij zijn het, die van die vrijheid het grootste
misbruik maken. Zij beleggen vergaderingen (l.l. Woens
dag werd er weer een gehouden) waarin de tegenstan
ders op de meest onhebbelijke manier worden afgekamd,
zonder dat hun gelegenheid wordt gegeven zich te
verdedigen.
Ver boven de katholieken staan in dit opzicht nog
de anarchisten.
En nu verweten zij zich op te treden tegen dezen;
lukt het, dan komen straks de sociaal-demokraten, dan
de vrijzinnig-demokraten en liberalen, ten slotte wellicht
de koalitie-vrienden aan de beurt.
Front tegen die drijvers!
Al wat vrijzinnig denkt en gevoelt, heeft hier een
plicht te vervullen: te strijden tegen den brutalen over
moed dier zwarte bende.
Wij willen niet aanbevelen dezelfde middelen toe te
passen op hen, als welke zij gebruiken tegen anderen.
Wij willen niet opwekken htm vergaderingen te beletten
of hun sprekers te molesteeren, maar eischen voor ieder
de vrijheid, welke de grondwet aan ieder waarborgt.
En dan hebben we ten slotte aan onze politie-auto-
riteiten nog de uitnoodiging te richten, alleen haar plicht
te doen en zich in geen geval tot handlangerdiensten
aan de katholieken te leenen.
Als er iemand Zondag jl. voor „Musis" bleef stilstaan,
werd „doorloopen" bevolen, ma r die bende voor „Con
stantia" liet de politie ongemoeid.
Dat is verre van korrekt. Meer zullen we op 't oogen-
blik daarover niet zeggen, maar als Kloosterman op
2en Kerstdag in „Constantia" spreekt, dan zullen we
voorloopig vertrouwen dat de politie zich meer onzijdig
zal houden dan verschenen Zondag.
Ze heeft den plicht de ordeverstoorders (in dit
gevalde h.h. Mouwens, Marrevee c.ste beteugelen,
maar zich van verdere bemoeiing te onthouden.
Of ze dit zal begrijpen, zullen we Dinsdag zien.
Wij hebben reeds ontelbare malen gewezen op de
soms meer dan zonderlinge wijze, waarop de redacteur
van de Nieuwe z'n taak als publiek mentor vervult
op de vaak zeer naive, meestal uiterst dwaze denk
beelden, welke de heer Dresch, namens de katholieke
partij te Schiedam, verkondigt.
En mèt ons hebben zeer velen zich reeds bij herhaling
de vraag gesteld of diegenen onder de katholieken,
welke hun zinnen behoorlijk bij elkaar hebben, zich
zelf niet geneeren zouden voor de Dresehischen mallig
heden, die zij bij slot van rekening toch nog tegenover
anderen hebb n goed te pra'en.
Hoe 't ook zij men laat dit heerschap z'n gang
gaan, zeer waarschijnlijk (en dit is een bewijs van de
voosheid der groote katholieke partij) om de eenvoudige
reden dat men roeit met de riemen die men heeft
al zijn 't dan ook nog maar spaantjes.
En 't heerschap gaat z'n gang. Over z'n
dwaasheden is reeds nu menig boekdeel te schrijven;
de hemel weet hoevele banden er nog bij komen.
Vooral in verkiezingstijden strijdt hij voor z'n repu
tatie en steeds met veel succes.
Geheel natuurlijk dus, dat de herstemming tusschen
de h. h. Cool en Houtman weer een gelegenheid voor
'm was, die hij niet ongebruikt kon laten. Of-i nu eens
bepaald z'n beste beentje heeft voorgezet, durven we
niet beslissen, maar wel meenen we, dat 't hem ditmaal
gelukt is zichzelf te overtreffen.
Ziehier een enkel citaat uit het welgeslaagde proef
schrift
Christelijke kiezers in District JII, die het hier
medegedeelde wel begrijpt, die de sluwe tactiek
van de vijanden der openbare orde wel doorziet,
beseft wat u in deze week te wachten staat! Op
u rust de zwaarwichtige taak het boosaardig opzet
der sociaal-democraten te verijdelen. De strijd gaat
zeker tusschen de voors' anders der moderne wereld
beschouwing en de belijders van Christus' Naam,
die in dien Naam hun eer en roem stellen, die dien
hoogheiligen Naam (nog in de laatstverloopen dagen
tot een voorwerp van gruwelijke onteering gemaakt)
willen geëerd en geëerbiedigd zien ook in het
openbaar en maatschappelijk leven. Maar de spits
van onze strijdmacht zij ook vooral gericht tegen
de gruwelijke onteerders van Christus' heiligen
Naam, die nog de vorige week er op uit waren
heel het christelijk Schiedam e n slag in het aan
gezicht te geven door een laaghartige daad, die
nog intijds coor de activiteit der christelijke voor
mannen verijdeld is.
Onze strijd gaat onverminderd ook tegen hen, j
die met die gruwelijke onteerders van Christus'
diepen, eerbiedwekkenden Naam heulen, die bij
eerste stemming schijnbaar met die vermetele
heiligschenders verdeeld staan, maar bij de her-
stemming vereenigd met hen tegen de christelijke
partijen optrekken. Tegen hen ook, die den Christus
in het openbare leven niet dulden, die hem niet
de hoogste plaats toekennen, die Hem in het
maatschappelijk samenzijn toekomt, gaat onverlet
en onverminderd onze strijd.
.Christelijke kiezers, begrijpt, dat ge dien grooteu
strijd te voeren hebt met al de eerlijke middelen,
die u ten dienste staan, met al den ijver en de
toewijding die het besef van het gewicht dezer
herstemming u geeft. Uit hetgeen we hier boven
mededeelden, begrijpt ge waar 't om gaat't gaat
om het behoud van de christelijke meerderheid 1
in den Raad. 't Loopt over de vraag of het roode
gevaar zich in nog schriller kleuren zal vertoonen
of de gruwelijke onteerders van den ons allen
heiligen Naam hun intrede zullen doen in onzen
Raad, of van den gevel van ons aloud stadhuis
de roode bloed vaam zal wapperen, de S. D. A. P.
daar zal heerschen en bevelen. Deze ve kiezing
staat ontegen reggelijk in het teeken van de bloed-
vaan; zij beslist of in een niet ver verwijderde
toekomst het roode gevaar zich ook in geheel zijn
afschuwwekkende vertooniug zal doen kennen in
het huis, waar onze vroeden voor stads heil
waken.
De eenige indruk welke een gewoon mensch van't
bovenstaande kan verkrijgen, zal wel zijn dat iemand
die zulke poespas bijeen harken kan, meer (en ouder
behoorlijk toezicht) in Meerenberg thuis behoort, dan
aan de redactietafel van een blad.
Zelfs al draagt het blad den naam van Nieuwe
Schiedamsche Courant.
In het no. van Woensdagavond gaat de heer Dresch
nog verder en schrijft het optreden vau Kloosterman
op rekening der S.D.A.P.
Wij willen onze meening voorals nog niet uitspreken
over de vraag, of de redactie van de Nieuwe ontoereken
baar is voor de nonsens die ze uitkraamt, of dat we
hier te maken hebben met een schurkachtige opzet
tot volksbedrog.
Vrijzinnige bedriegers.
Ofschoon de behandeling der begrooting van Binnen-
landsche zaken, menig belangrijk moment opleverde,
moeten wij er van af zien er hier verslag van te geven,
omdat wij het volle licht willen laten vallen op het
schandelijke spel, dat door dit gemengd liberaal en
vrijzinnig-democratisch ministerie is gespeeld. Een
schandelijk spel, niet alleen met het program, waarmee
het in 1905 aan het roer kwam, maar ook met bet
moeilijk opgebrachte belastinggeld van het Nederlandsche
volk. Men herinnert zich dat voor de verkiezingen vau
1905 tusschen de Liberale Unie en den Vrjjzinnig-de-
mocatischen bond een koalitie was gesloten om de
klerikale meerderheid te bestrijden en het verloren
regeeriugskasteel voor de vrijzinnigheid te veroveren.
Op het program dier vrijzinnige koalitie stond
Bezuiniging op militaire uitgave
vooraan. Niet meer dan het noodigste zou in den
vervolge voor leger en vloot worden gevraagd.
Deze leuze heeft heel wat kleine luyden er toe ge
bracht hun stem te geven aan een vrijzinnigen kandi
daat. Want de begrootingen van oorlog en marine ver
slinden in ons klein landje niet minder dan een kleine
vijftig millioen guldens. Een dat moet uit directe en
indirecte belastingen worden betaald.
Wie dus zijn stem gaf aan een liberaal of vrijzinnig
democraat hoopte daarvan een beetje vermindering van
belastingdruk, althans aanwending van het belasting
geld in de voorziening der grootste volksnooden.
Die onnoozele kiezers zijn bedrogen uitgekomen.