Neemt deel aan den strijd! Sociaal-Democratische Arbeiders-Partij. Maassluische Moppen. niet mee mocht dansen, ging daarover naar den pastoor, en deze keurde het af dat de armen werden buiten geslo en en hjj beloofde zijn best te zullen doen, dat er alsnog verandering in kwam. Zjjn Eerwaarde is blijkbaar niet te best geslaagd, althans de Katholieken mogen niet in het gebouw van den R. K. Volksbond dans n, zij zullen het nu in de H rmonie gaan doen. Wij veroorloven ons hier twee vragen: Wat zeggen hier de antirevolutionairen van? En heeft, dit niet wonderveel weg van klassenstrijd in de R. K. kerk? Een gelukkige debuut. „De Hanze" is een vereeniging van Katholieke middenstanders. Zij stelt zich tot taak den middenstand, in't bijzonder de katho lieken, uit de misère te halen, waarin hoofdzakelijk de kapitalistische voortbrengingswijze haar gebracht heeft. Ter bereiking van dit hoog-mikkend doel is ze echter in de keuze harer middelen niet bizonder gelukkig. Men herinnert zich het plan van den heer Buters om Vlaardingen tot loodshaven te maken, omdat Vlaar- dingen dichter bij zee ligt dan Maassluis en thans is er weer een adres van die vereeniging verongelukt. Daar werd in gevraagd het marktgeld te verhoogen. Het adres bleek in strijd met de wet te zijn, zoodat het eveneens den nek werd omgedraaid. De heeren moeten als ze weer op de vlakte willen komen, eerst maar eens bij mr. Aalberse advies vragen. Dat is sekuurder. Kuipersgezelleu-Vereen!ging. Deze vereeni ging verzond het volgende adres Aan Zijne Excellentie den Minister van Landbouw, Handel en Nijverheid. Geeft eerbiedig te kennen de Vlaardingsche Kuipersge- zellen-Vereeniging „Wjj streven naar Verbetering" goed gekeurd bjj koninklijk Besluit van 4 November 1890, nader gewijzigd bij Koninklijk Besluit van 24 Juni 1902. dat zij met begrijpelijke belangstelling heeft kennis genomen van het advies, hetwelk door de Kamer van Koophandel en fabrieken te Rotterdam aan Uwe Excel lentie is verstrekt geworden, in antwoord op eenige door Uwe Excellentie gestelde vragen omtrent „beper king van den arbeidsuur in met het Visschersbedrijf verband houdende bedrijven", welk advies wordt ver meld als te zijn samengesteld door „een uitnemend des kundige te Vlaardingen"; dat zij in de eerste plaats haar leedwezen er over wenscht te kennen te geven dat niet door Uwe Excel lentie is getracht, ook van de zijde der Werklieden- Vereenigingen in het Vlaardingsche Kuipersbedrijf, van welke er een drietal bestaan van verschillende richting, gegevens te verkrijgen waar het hier toch betreft een arbeids-kwestie bij uitnemendheid dat zij zich, meenende dat zulks voor Uwe Excellentie niet anders dan aangenaam kan zijn, veroorlooft, ook ongevraagd harerzijds een advies te geven, over deze voor een groot deel der Vlaardingsche arbeidersbevolking zoo belangrijke kwestie, zullende trachten, dit advies met minstens even waardevol materiaal te motiveeren, als dit met het genoemde advies der Rotterdamsche Kamer van Koophandel het geval is dat in genoemd advies de mogelijkheid beperking van den arbeidsduur van volwassen mannen wordt ontkend, en evenzeer de afschaffing van den nachtarbeid en van vrouwen- en kinderarbeiddoch integendeel wordt ge adviseerd, om den bestaanden toestand, met het oog op de belangen van het bedrijf, te doen bestendigen dat evenwel, naar adressante meent, niet alleen de vrouwen- en kinderarbeid gemist zou kunnen worden, zonder dat het Haringpakkers- en Kuipersbedrijf daar onder zou lijden, maar ook de beperking van den arbeids duur van volwassen mannen zeer wel mogelijk zal zijn, en dit in hooge mate gewenscht moet worden geacht voor de daarbij betrokken werklieden uit lichamelijk, moreel en sociaal oogpunt redenen waarom adressante, onder beleefde verwijzing naar bijgaande toelichting, zich tot Uwe Excellentie wendt, met het dringende verzoek om, mocht het voor nemen bestaan om tot eene wjjziging van art. 5 der Arbeidswet over te gaan, het daarheen te willen leiden, dat a. voor de volwassen mannelijke personen, d. w. z. voor hen die den leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, worde bepaald een werkweek van ten hoogste 6u uren; b. de nachtarbeid in de Haringpakkerijen in den seizoentijd slechts daar en in zulke gevallen worde toegestaan, als overtuigend de noodzakelijkheid daarvan kan worde getoond, en dus als uitzondering; c. de arbeid van vrouwen en kinderen geheel worde verboden. 't Welk doende enz., Vlaardingen, 6 November 1907. Dit adres werd vergezeld van een uitvoerige memorie van toelichting, waarin het advies der Kamer van Koop handel op den voet wordt gevolgd en deels weersproken, deels aangevuld. De hoofdzaken nemen wjj daar uit over; 1. Tegen de invoering van vrouwenarbeid „voor de behandeling van vischwaren" (te Vlaardingen niet voor komende, maar wel te Katwjjk en Scheveningen) wordt opgekomen om 2 redenen, vooreerst omdat het doel dier invoering alleen is den „goedkooperen" vrouwenarbeid te kunnen gebruiken, en vervolgens omdat het „voort durend staan in gebukte houding en het voortdurend werken in haring-pekel", voor den man reeds schadelijk, „voor de vrouwen nog schadelijker uitwerking op den lichamelijken toestand hebben zal." 2. Over kinderarbeid (jongens beneden 16 jaar) wordt door de K. v. K. gezegd, dat daarvan slechts weinig gebruik gemaakt wordt. De adresseerende vereeniging komt daarentegen tot een getal van 70 in droge kuiperijen en 40 in haringpakkerijen, terwijl van die 70 weer een gedeelte werkzaam is in „een hier bestaande stoom- kuiperij en een tabriek voor machinale houtbewerking", wat gevaarlijk en loondrukkend is. 3. Over den arbeidsduur geeft de adresseerende ver eeniging zeer belangrijke aanvullingen. De eerste is deze: „Er zijn gedurende de laatste drie jaren, in den tijd dat de z.g. „natte kuipers" in de droge- of handkuiperijen plaatsing vinden, respectievelijk 80, 60 en 50 werklooze kuipers geweest, met een tijd van werkloosheid variee- rend van 5 tot 20 weken, die voor het grootste gedeelte hun toevlucht zoeken in het zich laten aanmonsteren op de haringloggers, onder voorwaarde dat zjj in dien tusschentijd (van ongeveer Februari tot Juni) nog worden geplaatst op een „droge" kuiperij, waarin dezen „slappen tijd" werkdagen worden gemaakt van 11 tot 16 uur, en waar de productie van het stukwerk zóó hoog wordt opgevoerd, dat het onhoudbaar en een werkelijk gevaar is geworden voor de daarbij betrokken arbeiders. Behalve de stoomkuiperijen met een gemiddelden werkdag van 11 uur, hebben slechts een drietal kuiperspatroons in hun „droge" kuiperpen een „vasten werkdag" ingevoerd van 11 en twaalf uur daags. Al de andere patroons, ongeveer 73 in aantal, vinden zulk een „vaste werkdag" nog te beperkt, en op deze weikplaatsen beerschen werktijden van 13 en 14 uur en komen werktijden van 16 uur dikwijls voor." De tweede is er een over den arbeidsduur zooals die in het „drukke seizoen" in dit jaar in eenige der voor naamste werkplaatsen was; voorat wordt dan de op merking gemaakt, dat er zelfs in het „drukke seizoen" nog werkloozen in het bedrijf rondliepen en er dus „goede werkkrachten" genoeg nog bij te krijgen waren geweest. Het drukke seizoen, begin Augustus tot midden October, 10 weken, gaf na aftrek der schafttijden weken in het: le geval van 81%, 84%,, 81%, 91%, 77, 74%, 86 91%, 72 en 84% uur, 2e geval van 84, 7782, 87, 82%, 92, 88, 74, 80% en 98 uur, 3e geval van 68 (in 5 dagen), 76. 7772. 911/284, 72%; 86, 88, 77 en 82 uur, 4e geval van 82, 94y3, 8iy2, 93, 85, 84, 92y2, 87 72, 85 en 79 V3 uur. En daar voegt de adresseerende vereeniging nog dit aan toe „Uit de bovenstaande gegevens mog Uwe Excellentie het onhoudbare van den toestand blijkenWe vestigen er hierbij nog speciaal de aandacht op, dat niet, gelijk nog ia het advies K. v. K. wordt beweerd, wanneer des avonds laat, tot laat in de nacht is gewerkt, den vol genden morgen om 9 a 9y2 uur wordt begonnen, maar op uitzonderingen na, des morgens om 6 uur de arbeid weder wordt aangevangen. „Daartegenover staat dat vooral van half November tet einde December het dikwijls voorkomt dat de werk lieden van 's morgens 8 a 9 uur in de werkplaatsen aanwezig zijn tot 's avonds 6 uur, natuurlijk onderbroken door schaftjjden, en er dan in 't geheel niet gewerkt wordt en door het stukloon ook niets verdiend." 4. Over de moeielijkheid en zwaarte van den arbeid in de kuiperijen, dien de K. v. K. niet zwaar noemde, schrijft de gezellen vereeniging „Daarnaast had stellig wel vermeld mag worden, dat de arbeid in de „droge" kuiperijen integendeel ontzet tend zwaar is en demoraliseerend door het voortdurend stukwerkdat in het haringpakkersbedrijf, door het voortdurende, gedurende zulke ontzettend lange werk dagen, in gebukte houding staan, ongeloofeijk afmattend werkt op het lichaam en dat verder herhaaldelijk, door het werken met scherpe gereedschappen^n scherpe ijze ren banden, de handen verwond worden, welke verwon dingen door het werken in de haringpekel heel moeilijk geneest, terwijl door de lange werkdagen een goede be handeling dezer handwonden geheel ontbreekt. „En onzerzijds veroorlooven we ons nog, Uwe Excel lentie er op te wijzen, dat door deze lange werkdagen bij vermoeiden arbeid, het gezinsleven er ten zeerste onder lijdt, ja het gezinsleven ale 't ware er door wordt vernietigd." 5 En het adres eindigt dan met deze opmerkings waardige mededeeling, die de patroons weer in al hun kapitalistische slechte eigenschappen vertoont „Ten slotte meenen we, aan het bovenstaande nóg dit te moeten toevoegen, dat elke poging, uit den kring der arbeiders beproefd, om, in hun lichamelijk, geeste lijk en geziusbelang, eenige vaste regeling omtrent den werktijd, en daarmee eenige beperking te brengen in het bedrijt, mislukt is, omdat de handelaren-werkgevers daarvan afkeerig schijnen. „Reeds in Mei 1904 is door onze Vereeniging ëen circulaire gericht aan H.H. Werkgevers in het Haring pakkersbedrijf, met het verzoek een nachtarbeid tot een minimum te willen beperken, en althans één vasten wekelijkschen rustdag te willen invoeren van des Zater dagsavonds 6 uur, tot des Maandagsmorgens 6 uur. „De antwoorden, daarop ingekomen, betoogden wel iswaar allen de wenscoelijkheider werd ook op gewezen dat de arbeiders zelf zulk een langen werktijd wenschen, maar van eenigerlei ernstige poging om ook te komen tot daden, ten einde in den abnorraalen toestand van thans verbetering te brengen, is nog niets gebleken. Het eenige gevolg is geweest, dat sommige werkgevers hebben order gegeven, dat alleen in uiterste gevallen na middernacht mag worden gewerkt". Nu is het woord aan den Minister, den vrijzinnig democraat Mr. Veegens. Wij zijn er nieuwsgierig naar, in hoever deze rekening zal houden met de gezellen, in hoever met de patroons. Zijn democratie kan bjj deze kwestie behoorlijk worden getoetst aan zijn daden. Sluit U aan bij de Geestverwanten. Zet Uwe sympathie met ons werken om in daden! Schijnmoraal en Krokodillentranen. „Vanmorgen is een nog onbekende Calandstrater, waarschijnlijk uit Delft, die voor het eerst aan boord van het s.s. „Moravitz" aan de lossing zou deelnemen, vermoedelijk door overspanning dood gebleven. Toen het lijk van den zoogenaamden onderkruiper door de politie vervoerd werd, ging uit een troep stakers een luid hoera op.u Aldus een bericht uit Rotterdam, waarbij de Gelder lander aanteekent „Het weerzinwekkend feit, in de cursieve regels vermeld, stemt tot ernstig nadenken en dringt de vraag op de lippenis het dan met de zedelijke verbastering en ontaarding van ons volk reels zóóver gekomen, dat arbeiders juichen kunnen bij het lijk van een uit over spanning bezwekene, die den zwaren arbeid toch ook niet uit weelde op zich genomen zal hebben Het blad wijst er dan verder op, dat van dezen juichkreet tot geweldpleging jegens onderkruipers de afstand gering is, betreurt het hevige van den econo- mischen strjjd en stelt het feit als „waarschuwend mene „tekel voor allen, die op sociaal gebied arbeiden, om „toch steeds op de allereerste plaats de geldelijke ver betering der individuen ter hand te nemen" en nu we komen tot het fraaiste van alles „Iets, waarin de sociaal-democratie maar al te vaak te kort schiet.(Cursiveering van ons). Wat een huichelarjj Niet het feit, dat hier een bljjkbaar te zwak man valt als slachtoffer van den havenbaronnenstrijd, niet een jammeren over de ellende, die het vervloekt ka pitalistisch stelsel dagelijks brengt aan duizenden arbei ders, neen, krokodillentranen geschreid over de zede lijke verbastering van die slechte stakers. Het feit zelf, waarover 't hier gaat, het juichen om dat er een onderkruiper gevallen is, willen we niet in bescherming nemen. Voor alles denken wij daarbij aan het slachtoffer in dubbelen zin van 't door en door rotte stelsel, dat iets dergelijks mogelijk maakt. Op het kapitalisme rust nu eenmaal de vloek, dat het een proletariaat schept, een proletariaat, dat nu en dan in verzet moet komen, als 't te etg wordt, dat zich verzet tegen een te willekeurig, te barbaa' sch uit - zuigsysteem. Zoo'n verzet, zoo'n strijd zien we thans weer in Rot terdam. Bleef die kamp nu maar beperkt tot de twee erbij betrokken partijen, 't bleef althans een eerlijken strijd, maar wat zien we gebeuren? Het kapitaal krijgt hulp en van wie? Juist van het meest weerlooze deel der proletariërs van de ongeor ganiseerden, tot wie nog het licht van de wetenschap der toekomstige bevrijding niet is doorgedrongen! Zijn hulptroepen betrekt het voornamelijk uit de laagststaanden, uit het bezinksel der proletariërsklasse. Treurig, maar waar is het, dat juist de hulp geboden wordt door diegenen, die het felst moesten slaan in den strijd tegen de uitbuiters. Zij toch zijn de menschen zonder geregelden arbeid, die door hun slechte woningen en onvoldoende gevoed zijn, hun troost in jenever zoekend, zich telkens weer latend gebruiken om hun klassegenooten iu den rug aan te vallen en als handlangers der heerschers te fungeeren.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1907 | | pagina 3