Ditjes en Datjes. Ons Paaschcongres. Afdeelingsn?euws bevat, niets beveelt omtrent christelijke of neutrale vakorganisatie, geen voorschriften geeft betreffende individualistische of socialistische productiewijze. Deze uitspraak doet wèl de grondgedachte vallen van de stelling, dat het socialisme „de economische vorm" is waarin „zich het Christendom openbaart Want wanneer het N. T., „de wetgeving voor ons geestelijk leven", geen economische regelen bevat, dan kan het ook geen openbaring van een door het Christendom economischen vorm bevatten. Ook het Christen-Socialisme van onzen tijd gaat uit van de begeerte tot „levensreformatie van het individu." De heer van der Zee constateert dat met even zoovele woorden in zp brochure. In den grond is het dus even ascetisch als alle „Christen-socialistische" bewegingen van vroeger eeuwen en dus ook even „sectarisch" als vroeger. Vandaar dat de tegenwoordige christen-socia listen een afzonderlijke „secte" zijn gaan vormen even als alle vroegere ascetische christengroepen. Door hun ascetische opvatting van het christendom kunnen zij zuiverend werken in christelijke kringen, zooals alle ascetische bewegingen steeds deden. Maar ook niet meer. Door hun sectarisch optreden kunnen zij bij het voort- werken van hun beweging scheuring brengen in de christelijke kerkgenootschappen en deze daardoor ver zwakken. Maar ook niets meer. En hoe verder zij gaan met hun propaganda voor een ascetisch christendom als drijfkracht naar een soci alistische maatschappij, hoe meer zij in allereerste en ten slotte ook in de allerlaatste plaats niets meer dan asceten zullen worden, zonder voornitstuwende maat schappelijke kracht en terughoudend belemmerend inwer kende op de organisatie der proletarische massa, die het socialisme moet opbouwen. Het staat hun onvermijdelijk te wachten, dat zij aldus verloopen zullen in een „meer christelijk dan sociaal" zijn evenals al hun voorgangers, omdat ook zij het economische en maatschappelijk leven niet zuiver opvat ten en niet juist beschouwen. Dat zjj dit niet doen, blijkt ook uit de behandelde brochure. In de aangehaalde zinnen van blz. 8 beschul digt de heer van der Zee de christen-socialisten van vorige eeuwen o a.. hiervan, dat zij „de veel-omvattend- heid der christelijke idee niet in haar volheid hebben begrepen" en bewijst dit dan door hun protest-loos meeleven in den slaven-tijd, het stil zwijgend aanvaarden van 't feodale stelsel het meê tot bloei helpen brengen van het gilde-wezen, en het in stand doen houden van de kapitalistische pro ductiewijze. De heer van der Zee heeft blijkbaar nog niet ingezien, dat ieder productiestelsel zp eigen over eenkomstige maatschappij en daaraan beantwoordenden regeeringsvorm heeft, en dat ook de godsdienstige en kerkelijke opvattingen een daarmee in harmonie zijnden vorm aannemen. Toen in 't Romeinsche rijk het productiestelsel berustte op grootgrondbezit en slavenarbeid, legden ook de christenen zich daarbij neer en verkondigden zij denkbeelden, die niet met de gronddenkbeelden van het toenmalige productiestelsel in strijd waren. In een ander, later tijdvak, toen de G-ermaansche adel de bezitter van den grond en de beheerscher van de bewoners van zp grond was ge worden, verkondigde de christelijke kerk denkbeelden, die niet in strijd waren met die adelmacht en het daar- ondergelegen feodale voortbrengingsstelsel. Nog weer later, toen de eerste burgerlijke organisatie der voort brenging het gildewezen in 't leven riep, erkende de christelijke kerk ook dien organisatievorm. En nu, nu het kapitalistische voortbrengingsstelsel heerscht, nu erkent de christelijke idee ook dat. Zooals het christendom later, wanneer de kapitalistische voortbrengingswijze door de socialistische vervangen zal zijn, die socialis tische zal erkennen. De 4 voortbrengingsvormeD, door den heer v. d. Zee genoemd, zp achtereenvolgens alle erkend door de officieele christelijke kerkgenootschappen en kerkleer, daarna ieder op zijn beu t bestreden door kerkelijke groepen die allen in sterker of minder sterke mate „christen-socialistisch" en ascetisch waren, en ver volgens opgeruimd door de nieuwopgekomen maat schappelijke klasse zonder dat die ascetische christen socialisten aan dien beslissenden klassenstrijd deelnamen. Wat blijkt uit deze feiten, voor zoover het „de christelijke idéé" aangaat? Niets anders maar ook niets minder dan dit: dat de christelijke idéé bij iederen nieuwen klassenstrijd zich splitst in tweeën waarvan de ééne de heerschende klasse ondersteunt en de andere een ascetisch christen-socialisme in 't leven roept dat in den aanvang den klassenstrijd aan de zijde der ver drukten meestrijdt, maar later in een zuiver ascetisme verloopt. In het licht van deze feiten verschijnt het heden- daagsche christen-socialisme anders als de heer v d. Zee van zuiver theoretisch standpunt uit voorstelt. Ook nu weer is een nieuwe klassenstrijd bezig, den ontwikke lingsgang van het voortbrengingsstelsel, de maatschappij en den staat in handen te nemen, aan zp strijdeischen te onderwerpen. De leelijke tegenstelling tusschen Jezus'leer en de maatschappelijke toestanden, ook door het heerschende christendom verdedigd, heeft een deel der christenen van dat heerschende christendom afkeerig gemaakt en tot den eisch van nieuwe acsese gebracht. Maar daar het de afzichtelijke maatschappelijke toestanden zijn, die deze groep van christenen tot hun acsetischen eisch brachten, is hun beweging ook ten deele sociaal, in onzen tijd dus socialistisch. Deze gevolgtrekkingen kan men ook uit de aange haalde brochure van den heer van der Zee maken, maar geen andere. En de stelling, dat het socialisme „de economische vorm is waarin zich het christendom open baart", is nog in 't minst niet daarmee bewezen. Vol gens onze opvatting is die stelling ook volkomen onbe wijsbaar, omdat ze in strijd is met de historische ont wikkeling én van de klassenstrijden èu van de christe lijke kerk en „de christelijke ideën" beiden. ZATERDAG 10 APRIL. Feestavond, 's avonds te 8 uur. Feestrede door Troelstra. Entrée 15 cent. ZONDAG 11 APRIL, 's Morgens 10 tot half 1, en 's middags half 2 tot halt 6, (voorstel P. B 's Morgens half 9 tot half 1, s avonds huish. verg. vanaf 's Morgens 10 tot half 1, MAANDAG 12 APRIL 's middags half 2 tot 5, half 8, (voorstel P. B.) DINSDAG 13 APRIL. 's middags half 2 tot 4. Partijgenooten hebben vrij toegang op vertoon van diploma.. Niet-Partijgenooten kunnen voor het geheele congres een toegangskaart krijgen voor 50 cent, voor ieder afzonderlijke zitting voor 10 cent. Vergaderzaal: het Gebouw voor Kunsten en Weten schappen aan den Binnenweg. Volgorde der te behandelen punten (voorstel P. B I. Jaarverslag van den partijsecretaris met de voorstellen 45 (uitgeven van bladen), 86—38 (royeering), 39 (partijraad) 48 (verspreide leden) 55 (stedelijke federaties), 56 (partijsecretaris), 57 (verkiezing leden P. B.). 59 (S. D. Kamer fractie), 61—62 (Beschrijvingsbrieven). Verslag der Kamerfractie. Daarna de voorstellen 10 (premiebetaling), 1112 (Ongevallenwet), 13 (arbeidscontract), 16—17 (moederschapver zekering). Benoeming Redactie „Volk" en de voorstellen 1820 (Red. „Volk"), 2425 (Blad voor pro pagandisten). VerkiezingenAlgemeene inleidingP. J. Troelstra Staatspensionneering W. H. Vliegen 10-urendag J. v. d. Tempel en Woningkwestie F. M. Wibaut. Daarna de voorstellen 1—9, alle met deze onderwerpen in verband staande. Finantieele verslagen en begrooting partijkas, met de voorstellen 40—41 (contributieregeling), 49 (steunfonds), 50 (kosten congres), 42—47 ("propagandisten). Verslag Brochurenhandel, met de voorstellen omtrent jaarboekje, scheurkalender en propa- gandalectuur. Aanwijzing plaats voor het volgend congres. Organisatie van Jongelieden (5254). Bond van soc. dem. vrouwen-propagandaclubs (63). Partij en Werkloosheid (14). Onderwijs (15). S. D. A. P. en Geheelonthouding (51). Partij en Bestuurdersbonden (58). Verplicht lidmaatschap vakorganisatie (60). Diversen (64). II. III. IV. V. VI. VIL VIII. IX. X. XI. XII. XIII. XIV. XV. Kiezerslijst- Van nuaf tot 14 April ligt de voorloopige kiezerslijst in Constantia ter inzage. Niemand verzuime te kijken of hij zelf of anderen er wel op voorkomen. Gedurende de Paaschdagen zullen zeker vele wel gebruik er van maken. Feestavond voor liet Congres. Zaterdag avond gaan wij gezamenlijk naar den feestavond voor het Congres te Rotterdam. Aan den Burgemeester van Rotterdam is permissie gevraagd om in optocht met muziek en banieren vanaf Delfshaven tot aan het feestgebouw te wandelen. Z'n antwoord is, op 't oogenblik van dit schrijven, nog niet in ons bezit. Verdere gegevens bevat waarschijnlijk Het Volk van Vrijdagavond. Het Bestuur. Hnisli. Verg. - Zondagmorgen hield onze af- deeling hare voortgezette huishoudelijke vergadering, welke matig bezocht was. Het 3-maandelijksch verslag van De Moker gat nn geen stof tot discussies. Als afgevaardigden werden gekozen J. Dinkelaar, Dr. J. van Leeuwen, A. de Wit en Mevr. de Wit. De Congresvoorstellen daarentegen maakten weder een geruimen tijd zoek. Vooral bij de besprekingen aangaande de verkiezingen waren nogal verschillen van meening. Het slot was dat de afgevaardigen blanco mandaat voor dit voorstel meegegeven werd. Aangaande de contributie regeling werd besloten dat de afgevaardigden zullen voorstellen, de maximum con tributie 5 X in plaats van 3 X het minimum zooals het P. B. voorstelt. Wederom trad een nieuw lid toe. De Secr. Verkeerd begrepen. De vorige week bevatte de Sch. Courant het bericht overgenomen uit „Het Volk" dat men tot f 600 inkomen 5ya pCt betaalt als lid onzer afdeeling. Iemand maakte toen (de leuke op merking dat het nogal kras was bij een (inkomen van f 600 f 33 contributie per jaar te betalen. Dit is even wel zoo niet; bij een inkomen van f 600 betaalt men 33 cent per maand, dus f 3.96 per jaar. De „Volk" corr. was een beetje beknopt in z'n mededeeling. Ter verduidelijking zullen we de contributie regeling in z'n geheel plaatsen zooals ze door de afdeeling is aange nomen, maar nog op de goedkeuring van het P.B. wacht, in welke dan wel eenige wijzigingen zullen worden gebracht, betreffende het maximum bedrag. Kinderkoor. Onze flink vooruitgaande onder- afdeeling „Execlsior" is er in geslaagd een kinderkoor op te richten en haar directeur den heer Scheffers over te halen zich met de leiding daarvan te belasten. Bravo! Dat gaat goed! Wij wenschen „Excelsior" ook hiermee geluk en.veel succes. Bond van Werklieden in Alc.li. en Alc, vrije dranken. Deze bond zal zijn 6e jaarver gadering den 22 Mei a.s. houden in „Constantia". De Beschrijvingsbrief is geheel gewijd aan de orga nisatie van den Bond en zijn afdeelingen. Een faillissement. De tooneelliefhebbers heb ben 1.1. Woensdag volop genoten. Het Bestuur van het „Volkshuis" had een tooneelavond georganiseerd, waar het in Schiedam gunstig bekende Rotterdamsche Too- neelgezelschap „Een Faillissement" opvoerde, tooneelspel van Björnsterne Bjornson. Met de meeste belangstelling heeft het publiek ge noten van het heerlijke spel vooral van den heer Tar- taud. Op meesterlijke wjjze vertolkte deze den bankroetier, die zich door leugen en bedrog er zich boven op ziet te houden. De heer Dahlman, koopman, ziet zp onder gang tegemoet. Door allerlei slinksche streken bedreigt hij vreemden, vrouw en kinderen, totdat de advocaat Berent met krachtige hand aan al deze zaken een einde maakte. Treffend waren de oogenblikken waarop de heer Dahlman (Tartaud) op zp knieën smeekte, medelijden te hebben; doch overbiddelijk het klonk „neen! neen! neen De andere rollen behoeft het nog aparte vermel ding waren in goede handen. Mevrouw Dahlman (Mevr. v. Eijsden—Vink) kende den toestand van haar man volkomen. Ziekelijk van aard voorkomt zij toch alle wenschen van Dahlman. Als tooneelstuk voldoet het werk ons niet volkomen, Dat door liefde alles geheeld zal worden, wie gelooft dat Terwijl wij wel zien, dat door „leugen" en „bedrog" de geheele maatschappij beheerscht wordt Doch het spel doet ons weer sterk verlangen naar het Rotterdamsche Tooneelgezelschap. Wij hopen dat wij nog meermalen van zulke avonden mogen genieten. Vreemd, dat er niet meer menschen waren opgekomen. D. Misdadige weelde. In de bladen lezen wij het volgende bericht „De New Yorksche millionair George Gould heeft dezer dagen ter eere van zijn dochter Marjorie, die haar intrede in de groote wereld deed, een feest gege ven, dat een „record" in overmatige pracht en luister heeft gemaakt. Er was een geheele verdieping van het Palazahotel, ruim 20 eet-, dans- en rookzalen, afgehuurd, en alleen voor de versiering van die zalen was f 36.000 uitge geven. Er stonden groote boomen in de elegante ver trekken, bij welker groen de fijne tinten van duizenden orchideeën en de schitterende kleuren van ontelbare rozen lieflijk afstaken. Overal was electrisch licht aangebracht om het effect te verhoogen. Er waren 80 knechts om de 250 gasten aan tafel te bedienen rn de gastheer had f 24.000 besteed aan cotillon-geschenken voor zijn gasten kostbare kanten kussens, geborduurde parasols, juweelen en andere sie raden. Iu het geheel heeft de partij ruim f 120.000 gekost. De heldin van het feest vormde een merkwaardige tegenstelling met al die pracht. Zij had een eenvou dig wit kleedje aan, met eenige bescheiden zilverbor duursels. Haar donker haar was zeer eenvoudig gekapt en de millionairsdochter droeg geen enkel kostbaar sieraad, geen broche, haarnaalden, armbanden of ringen." Kort geleden lazen wij, dat in New-York menschen waren doodgevroren, menschen, die, gelijk tienduizenden

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1909 | | pagina 2