No. 7.
ZATERDAG 16 April 1910.
10e Jaargang.
SOCIAAL-DEMOCRATISCH WEEKBLAD VOOR HET KIESDISTRICT SCHIEDAM.
Stukken ïoor 't eerstvolgend nnmmer moeten uiterlijk Woensda g a. s. 's middags 12 nur in het bezit der Redactie zijn.
De Moker
Kinderfeest.
Op weg naar de overwinning.
Reuzenbedrijven.
REDACTEUR: Dr. J. VAN LEEUWEN.
ABONNEMENTSPRIJS:
35 cent per kwartaal
franco per post 40 cent hlJ ^ormtbetahng.
Losse nummers 3 cent.
Redactie-adres: St. Liduinastraat 50.
Administratie-adresGebouw „Constantia".
ADVERTENTIEN:
3 cent per regel.
Bjj abonnement belangrijke korting.
is eiken Zaterdag verkrijgbaar':
Te ScHiEEjAMNieuwsticht N. Z. 32.
f* Zalmstraat 22.
Const an tia", Boterstraat 30.
Te VlaLr^ngen J. van Driel, Oosterdwarsstr. 27.
Aan bovengenoemde adressen worden ook abonne
menten aangenbmen.
De abonné's worden verzocht bij adresverandering
isarvan kennis te geven aan de Administratie.
Zie het programma is dit nummer. Een beperkt
aantal plaatsen a 10 cent persoon is beschikbaar.
De Feestcommissie.
Wandeltocht door „Kunst en Stryd" op
Zondag 17 April 's avonds te 7Vs nur.
Aantreden bij de fabriek van Landman.
Het Bestuur.
Het Bnrean voor Arbeidsrecht. Gedurende
het eerste kwartaal 1910 werd het bureau bezocht
door 63 personen en werden behandeld 31 zaken, ver
deeld als volgt 'f
9 Loonvörderingen, 2 Ongevallenwet, 5 Belasting,
2 Militie, 12 Burgerlijke zaken en 1 Hinderwet.
Zondag 10 April zal een gedenkdag blijven, niet
alleen voor de duitsche, maar voor de internationale
arbeidersbeweging. Het is een van de dagen geweest,
waarop de heele wereld, als met een tooverslag, stond
voor de mogelijkheid van het socialisme. Een van de
dagen, waarop het regime van de heerschende klasse
als door een tooverslag was verdwenen, had plaats
gemaakt voor de heerschappij van proletariaat. En de
grond spleet ni>-t, het zwerk werd niet verduisterd, de
rivieren traden niet uit hun oevers, geen bliksemstra
len schoten neer, het menschdom werd niet door de
aarde verzwolgen, noch door de zee, noch door het
hemelvuur vernietigd, van de sombere oud-testamentische
profetiën, zoo vaak tegen het socialisme geslingerd,
ging geen syllabe in vervulling, het was een Aprildag
als de vorige en de volgende. Maar op dien Aprildag
zonk een systeem ineen, dat tot nog toe door de dra
gers van het gezag in Duitsland, onmisbaar was ver
klaard voor de handhaving der maatschappelijke orde,
en een ander systeem nam zijn plaats in, uitgekreten
als onmogelijker dan onmogelijk, als het non plus ultra
van verwarring, van rampzalige anarchie het bleek
een systeem, waarin gezag en vrijheid zijn samengewe-
ven tot een tucht, straf en humaan tegelijk, eerbied
waardig van zachtheid en van kracht, een stuk be
schaving, dat voor altijd het barbaarsch karakter heeft
vastgesteld van den politiestok, die tot heden Duitschland
regeerde, ten koste van bloed en tranen.
Van den diepen indruk dien deze dag heeft gemaakt
op burgerlijke gemoederen, getuigen de corresponden
ties uit Berlijn in onze groote pers.
(Na een groote aanhaling uit de Berljjnsche corres
pondentie der Nieuwe Hotterdamsche Courant, ver
volgt dan Het Volk
De correspondent van het Handelsblad schrijft geheel
in denzelfden geest. Voor deze burgerlijke journalisten
heelt wat zij zagen geen andere les, dan dat een Pruis
een geboren politie-agent is. Maar de sociaaldemokra-
tie zal wel zorgen dat de beteekenis van dezen Zon
dag in zijn vollen omvang tot de machthebbers door
dringt. Hier is ten eerste bewezen, dat indien men het
georganiseerde proletariaat vrijheid schenkt, met ver
antwoordelijkheid voor zjjn eigen orde, dat dan alle
geweld overbodig is. Daarmede valt de volle verant
woordelijkheid van alle slagen, te Berlijn en elders in
den kiesrechtstrijd gevallen, van het bloed, daarbij
vergoten, op de heerschende klasse. De geweldige po
litie, en het nog geweldiger leger, keer op keer tegen
de betoogende arbeidersmassa's aangevoerd, kan men
niet meer machten van orde, slechts machten van ge
weld noemen, die om de heerschappij der bezittende
klasse te handhaven, barbarenmiddelen moeten bezigen
tegen een proletariaat, dat in zijn eigen rijen, zonder
dwang, zonder dril, zonder kerker tot zijn beschikking,
een tucht heeft gekweekt, door haar demokratischen
oorsprong sterker dan ooit eenige militaire discipline
kan zijn.
De mogelijkheid van een nieuwe maatschappelijke
orde heeft de arbeidersklasse van Berlijn Zondag aan
de wereld laten zien. Het was nu nog maar de orde
in het openbaar verkeer, die zij tot verbazing van ieder
voorbeeldeloos handhaaft. Maar een arbeidsklasse die
hiertoe in staat is, kan ook grootere dingen. .De orde
van de pruisische overheid dient tot verdediging van
een maatschappelijke wanorde, waarbij de talrijkste
helft der menschheid leeft in gestadige onzekerheid
van bestaan, leeft in een eeuwig tekort aan stoffelijke,
en niet minder nijpende geestelijke behoeften. De Ber-
lijnsche sociaaldemokraten hebben Zondag het verschiet
geopend van de nieuwe maatschappelijke orde die de
arbeidersklasse voorbereidt, waarin welstand, vrijheid
en beschaving het deel zijn van allen. Zij hebben een
boodschap van hooge blijdschap gezonden aan al wat
buigt en lijdt onder het wreede juk der heerschers,
een boodschap van het ter kimme neigen hunner zon
aan alle machtigen van het het kapitalisme!
(Het Volk.)
Een onzer argumenten voor de zekerheid en onver
mijdelijkheid der socialistische maatschappij isdat het
kapitalistisch voortbrengingsstelsel zelf door de schepping
eerst van grootbedrijven, daarna van reuzenbedrijven,
daarna van monopolistische reuzenbedrijven, de geheele
productie en de geheele verdeeling der produkten steeds
meer maatschappelijk leert regelen maar dat ge
schiedt alleen om de winst ten behoeve van de be
zitters der productie-middelenzoodra nu de een of
andere bedrijfstak zich tot een monopolistisch reuzen
bedrijf (eerst nationaal, daarna internationaal) heeft
ontwikkeld, is de geheele gemeenschap afhankelijk ge
worden van dat éène bedrijf v00r den koop en de prijs
der door dat bedrijf voortgebrachte waren en geleverde
diensten (bijv. in het vervoer van personen en
goederen de geheele gemeenschap is dan bovendier
gedwongen mee te werken aan de winstvorming dien
bedrijfseigenarenzoodra deze door levering van
minderwaardige waren, door' onvoldoeude levering der
vereischte diensten of door prijsopdrijving ter ver
meerdering van winst voor de gemeenschap een sta-
in-dén-weg worden, is 't oogenblik daar, om zulk een
bedrijf aan de gemeenschap te brengen, met andere-
woorden over te gaan tot socialisatie van zulk een bedrijf.
Voortdurend komen er nieuwe bewijzen in alle deelen
der kapitalistische wereld, dat het voortbrenjingsstelsel
zich in deze richting ontwikkelt en dat het tijdstip van
socialisatie van allerlei bedrijfstakken dichter bjj komt.
Nu is de socialisatie, zelfs van alle bedrijven, nog
alles behalve socialisme. Maar een dergelijke socialisatie
is een der absoluut onmisbare voorwaarden voor een
socialistische maatschappij. En daarom is de nadering
van zulk een socialisatie tevens de nadering van het
socialisme.
Die socialisatie is onmisbaar omdat alleen dan, wan
neer de gemeenschap eigenares is der voortbrengings-
middelen en dus ook de verdeeling daarvan in handen
heeft, mogelijk is wat het socialisme in dit opzicht wil,
n.l. een voldoende arbeidsregeling in verband met het
aantal werkbehoevenden, een arbeidsbetaling zich rege
lende naar de lichamelijke en geestelijke behoeften der
arbeidleverende menschen, en een arbeidsverdeeling be
rustende op de individueele eigenschappen der werkers.
Maar die socialisatie moet ook onvermijdelijk tot het
socialisme leiden, omdat 99 honderdsten der bevolking
dan belang zullen hebben bij een socialistische regeling
der bedrijven en door hun aantal tot een dergelijke
regeling zullen kunnen besluiten. Evenwel dient hier
allerminst te worden vergeten, dat de socialisatie van
een enkel bedrijf of een paar bedrijven zoolang het
kapitalistisch voortbrengingsstelsel overheerschend is
en dus ook de bezittende klasse regeert niet tot een
socialistische regeling van die bedrijven kan voeren.
Dat wordt pas mogelijk, zoodra de groote massa der
bedrijven gesocialiseerd is en het georganiseerde prole
tariaat sterker zal zijn geworden dan de georganiseerde
kapitalistische bourgeoisie.
Een der merkwaardigste reuzenbedrijven is de
combinatie der 17 groote spoorwegmaatschappijen van
het Oostên der Vereenigde Staten van Noord-Amerika.
Deze combinatie, genaamd „New-York Central Lines",
beheerscht het geheele personen- en goederen-vervoer
in dat gebied met een lengte van 12283 mijl (19652
K.M.) in 1908 en 12430 mijl (19875 K.M. in 1909.
In 1908 vervoerde deze combinatie 72.886431 reizigers);
in 1909 was dat 77.986341 of 7 procent meer. Het
tarief per mijl (1.6 K.M.) per reiziger werd van 1.82
Amer, centen 4.55 Holl. centen) in 1908 terugge
bracht op 1.79 4.47) in 1909.
Het goederenvervoer bedroeg 138.149333 ton in 1908
en 170.094545 ton in 1909 of 23 procent meer. Het
tarief per mijl (1.6 K.M.) per ton gemiddeld werd van
0.598 Amer. centen 1.49 Holl. centen) in 1908
teruggebracht op 0.591 1.47 in 1909.
De bruto-ontvangsten uit het spoorwegbedrijf zelf en
de daaraan vastgekoppelde nevenbedrijven stegen van
211.927908 pond (f2543.134896) in 1908 tot 242.839459
pond (12914.073508) in 1909, dus met 14.5 procent.
De netto-ontvangsten, dat zjjn de bruto-ontvangsten
verminderd met de bedrijfsuitgaven, vermeerderd met
de „diverse inkomsten" en vernfinderd met de som der
belastingen (in 1909 ruim 9 millioen pond, dus ruim
108 millioen gulden), leverden een totaal netto inkomen
op van 71.676535 pond (860.118420) in 1908 en van
90.019988 pond (f1080.239856) in 1909, dus ruim 23
procent meer.
Van dit netto inkomen moesten nog betaald worden
de vaste lasten, in 1908 tot een bedrag van 51.177125
pond (f614.125500), in 1909 tot een bedrag van
49.097498 pond (f 589.169976) dus ruim 4 procent
minder, en moesten nog betaald worden aan divi
denden 18.291860 pond (f 219.502320) in 1908 en
20.242978 pond (f 242.915636) in 1909, dus 16 procent
meer, zoodat het winstoverschot 2.207550 pond
(f26 490600) in 1908 en 20.679512 pond (f248.154144)
in 1909 bedroeg.
Van het jaarljjksch winstoverschot wordt ieder jaar
een aardig centje ten behoeve der onderneming op zijde
gelegd. Zoo maakt de balans van 31 Dec. 1908 melding
van een onverdeeld winstoverschot van 53.936089 pond
(f647.233068) en de balans van 31 Dec. 1909 van
67.299974 pond (f807.599928). Verder komen op de
balansen van 31 Dec. 1908 en 31 Dec. 1909 de be
dragen van 65.391530 en 67.830180 pond (f 784.698360
en f813.962160 aan „voorschotten aan maatschappijen"
en de bedragen van 262.177329 en 293.297905 pond
(f3146.127948 en f3519.594860) aan effectenbezit voor.
En voor deze geweldige onderneming met deze
fabelachtige resultaten werd aan aandeelen geplaatst
een bedrag van 418.783.500 pond (t 5.025.402.000) in
1908 en 423.762.597 pond f 5.085.151.164) in 1909, ter
wijl de obligatieschuld 626 025.672 pond (t 7.512.308.064)
bedroeg in 1908 en 639.646,068 pond (f 7.675.752.816)
in 1909.
Halen wjj uit deze cjjfers er nog eens enkele naar
voren, dan zien dat dit reuzenbedrijf in 1909 met een
kapitaal van 12770 millioen gulden aan aandeelen en
obligaties werkte, een kapitaal van 3500 millioen gulden
in effecten had belegd, een kapitaal van 800 millioen
gulden had gebruikt om andere maatschappijen naar
haar hand te zetten („voorschotten aan maatschappijen"
noemt men dat officieel), en een winstje maakte van
242 millioen gulden na uitbetaling zelfs der dividenden.
MOKER