Hoe de Nederlandsche Jeugd
onderwezen wordt.
De tien-urendag.
minking der kinderen in den nachtarbeid. En Talma
gaf toe Met eenige beperking werd om te beginnen nog
maals vijf jaar nitstel gegevennaar het heetteom
de eischen der practijk. Hoezeer dit pnre onzin was,
bewees de organisatie der glasblazers en de minister
moest in zp memorie van antwoord (wijziging arbeids
wet) zeggenik heb mij vergist, ik neem den over
gangstijd terag.
Bravo, Talmabeter ten halve gekeerd Maar
neen, christelijke arbeiders, zelfs toen bleef het ver
langen der patroons voor Talma wet.
In de toelichting van het gewijzigd ontwerp-arbeids-
wet stelde Talma opnieuw voor een deel der kinderen
af te staan aan de ellende van den nachtarbeid. Heeft
dit allereerst voor een beperkt aantal kinderen afschu
welijke gevolgen, ook voor de andere jeugdige arbeiders
zal het tot een arbeidsverdeeling voeren die niet alleen
slecht is, maar nu vast in de wet wordt neergelegd...
wie weet voor hoeveel jaren.
Want de kinderen van 13 jaar, die men het dagwerk
van indragen zal opleggen, worden dan 's avonds afge
lost door 17-jarige indragers voor wie nachtwerk
regel wordt.
Zoo wordt de heerlgke toekomst voor de kinderen
een deel begint met nachtwerk, een grooter deel pro
fiteert 10 uren daags van dagarbeid, maar wordt na
het 16e jaar voor de keus gesteldvoortaan altijd
nachtarbeid of de straat op, om, zonder eenig vak ge
leerd te hebben, het leger der ongeschoolden te gaan
aanvullen.
Wel vroeg dus zal deze Minister van Arbeid de
kleinen inprenten, dat zij zweetend en zwoegend in den
feilen gloed der ovens met blijmoedigheid zich ten offer
moeten brengen aan den winsthonger van geloovige en
ongeloovige kapitalisten.
Wij vragen of de christelijke arbeiders, de katholieken
zoowel als die van Patrimonium en de christelijk-
nationalen, voor hun geweten, als arbeider,
deze daden van Talma kunnen verdedigen
Of zij dezen minister, den weifelenden dienaar
van het Kapitaal, kunnen steunen met liefde en
overtuiging.
Wat hun antwoord ook zijn zalin hun binnenste
zullen zij moeten bekennen
„Slechts door eigen machtsvorming der arbeiders,
slechts door den str\jd voor het Algemeen
Kiesrecht, is goede sociale wetgeving te veroveren".
Th. v. d. W.
Wat zegt nu die vervloekte openbare school tot deze
dingen Niets anders, dan dat zoowel van Protestantsche
als Katholieke zjjde gruwelen bedreven zijn. Meer kan,
mag en behoeft de openbare school niet 'te zeggen. Die
beschouwt de hervorming met zjja martelaren als een
verschijnsel, passende aan den tijd van toen, de marte
lingen als een gebrek aan beschaving. De Tijd zegt
het wel juist„De openbare school mag geen
geloofshaat prediken, dns geen godsvrucht".
De bijzondere school mag wèl geloofshaat prediken.
Wat moet er bij de behandeling der leerstof „Marte
laren" wel in die kindergeesten omgaan.
Treden we een prot. christ. school binnen. Voor de
kinderen ligt Ter Borg en Wiersinga opengeslagen bjj
een afschuwelijk plaatjeJan de Bakker op den brand
stapel.
„Ja jongens", zoo spreekt de Christen-onderwijzer,
„de gemeente des Heeren heeft wat te lijden gehad
van de Roomsche dwepers, die hun dwaalleer stellen
boven ons geloof, zooals de Heilige Schrift dat leert.
Zoolang Rome de macht had, heeft het ons Christen
volk vervolgt, vermoord, op den brandstapel gebracht.
(Zie die kleine anti-revolutionaire vuistjes zich kramp
achtig samentrekken. O, konden ze het die papen eens
betaald zetten). Maar onze martelaren, zjj zijn een
voorbeeld voor ons, te volharden in 't geloof, dat zijn
grond vindt in 't Heilig Woord, ons door Gtod geschonken.
Jongens, onthoudt het goed, het bloed der martelaren
was het zaad onzer kerk.
De papen moesten het aanzien dat onze martelaren
psalmzingend den marteldood stierven. Laten we de
namen van hen, die hun bloed gaven voor hun geloof,
onthouden. Het plaatje vertelt ons van een dier helden,
die als slachtoffer vielen van de geloofsvervolging.
Ziet priester en monniken pogingen doen, om hem zijn
zalig geloof te ontnemen, om hem te doen terugkeeren
tot de dwalingen der Roomsche Kerk. Maar hjj, vast
in zijn geloof in den Eeuwigen Zoon Gods, houdt stand
en sterft een zaligen, roemrijken dood.
Jongens, laten we nu eens de les lezen om meer
bijzonderheden te leeren aangaande dien droeven tfjd
voor de kerk van Christus.
De openbare school mag geen geloofshaat
prediken, dns geen godsvrucht. (De Tijd.)
Treden we nu een Katholieken School binnen en
luisteren we naar den onderwijzer, stoelende op eenen
wortel des geloofs met zijn voorganger. Voor de kin
deren ligt: Schets onzer Vad. Gesch. Tilburg of
De Jonge Nederlander Tilburg of Schetsen
uit de Geschied, van ons Vad. door Tielemans.
De onderwijzer spreektJa jongens, Willem van
Oranje bad het vuur des opstands van een deel der
Nederlanders tegen hun wettigen koning en heer ge
stookt en langzamerhand was onder zijne leiding het
verzet tegen den vorst in een godsdienstoorlog
der Calvinisten tegen de Katholieken ontaard.
In dien strijd ontzag Oranje zich niet, gebruik te
maken van de hulp der Watergeuzen. Deze hadden
als leus aangenomenLiever Turksch dan Paapsch en
bewezen dat door allerlei gruwelen te bedenken over
gevangen genomen priesters. Ja, ze ontzagen zich niet
de Katholieken met geweld te dwingen onze Alleenza
ligmakende Moederkerk te verlaten en Calvinist te
worden. (Zie die kleine Katholieke vuistjes zich kramp
achtig samentrekken. O, konden ze het die Calvinisten
eens betaald zetten.) Velen zjjn in den strijd voor onze
Heilige Kerk gevallen. Maar onze martelaren, ze zijn
een voorbeeld voor ons te volharden in ons Heilig
Geloof, als Heiligen zijn het heden voor ons Bemidde
laars om door de Kerk te komen tot de Zaligheid. En
de Watergeuzen, ze moesten het aanzien, dat onze
martelaren blijmoedig voor hun geloof den marteldood
stierven. Laten we de namen van hen, die hun bloed
gaven voor hun geloof, in heilig aandenken onthouden.
De les vertelt ons van de Martelaren van Gorkum, door
Paus Pius IX tot Heiligen verklaard. Laat ons nu
gaan lezen, hoe deze Heilige mannen vielen als slacht
offers van de woede der Calvinisten.
Wat zegt de Openbare school tot deze dingen?
Och, die mag geen geloofshaat' prediken, dus kan
ieder, van welke richting hij ook zij, zjjn kind daar
gerust sturen. Hoe uit het prediken van geloofshaat
godsvrucht zal voortkomen, kan De Tijd ons misschien
leeren. Voor het begrijpen van haar logika moet men
in geloofshaat opgevoed zijn. Daar onnationaal
is hetDat staat vast, of blijkt niet uit wat den
kinderen voorgezet wordt, dat 't eene volksdeel tegen
het andere in 't harnas gejaagd wordt En toch
schrijft het politieke, Christendom Voor hen, die gebro-
IEDERE FLINKE VENT
DOET WAT HIJ KAN VOOR 'T
VOLKSPETITIONNEMENT.
ken hebben met de Heilige Schrift, is de Openbare
school wellicht bruikbaar. Puttensche Courant.)
De openbare onderwijzer moest er zich toe bepalen
de zoogenaamde maatschappelijke deugden aan te prij
zen echte liberale koopwaar. (UitZelandia).
Als gij dat wonderlooze, ontmergde, onbijbelsche en
machtelooze Christendom leert kennen, dat als de vrij
heid der neutrale volksopvoeding aan Uw kinderen zal
worden ingestort, kunt en durft gij dan nog beweren,
dat zulk een onderwijs naar den wil van God en tot
zegen van Uw kroost is(Uit Puiël)
De Openbare school is een pest en een kanker voor
onze natie (Ds. Offringa).
De heer Heemskerk in 1888„De neutrale school
is een gruwel van afgoderij, de gemeenschap daarmee
moet door eiken waren christen worden afgesneden".
Ziezoo. De christelijke school heeft niet als de open
bare gebroken met de H. Schrift. Hoe zou anders de
leerstof kunnen verklaard worden, om den geloofshaat
te prediken
Neen, het echte Christendom, dat den Bijbel leest,
geeft de Vrije Christelijke School aanleiding de kinde-
red op te voeden „naar den Wil van God en tot zegen
van Uw kroost". Wat zou dat wonderlooze, ontmergde,
onbijbelsche, machtelooze christendom der neutrale Volks
opvoeding van uw kinderen maken? Daarom, heilig,
heilig, driemaal heilig de vrije schoolde school, pre
dikende geloofshaat en daardoor Godsvrucht.
Nederland weet te spreken van het onnoemelijke wee,
dat door de godsdienstvervolging over ons land is ge
bracht en het is bedroevend en hemeltergend dat nu
nog in de 20e eeuw het richtsnoer eener christelijke
opvoeding kan vervat worden in dezen stelregelWie
geen geloofshaat mag prediken, kan geen godsvrucht
kweeken.
Van dezen stelregel uitgaande is te verklaren de
ongeëvenaarde lastercampagne tegen de openbare school
en haar dienaren. Maar uit de vergelijking van de
leerstof der verschillende scholengroepen zullen we nog
eens trachten te bewijzen, wat Mr. Levy in 1905
schreef: „Valsch is de toelichting, als zou de openbare
school godsdienstloos zijn. Valsch de aantijging, als
zou haar invloed van godsdienstzin vervreemden. Valsch
de bewering, als zou naast haar een bijzondere school
op weerzin en tegenwerking stuiten. Meer dan valsch
echter, noodlottig is de leuze„Vóór of tegen het ge
loof", aangeheven door de herauten der confessioneele
school. Het is kun geloof, den brandenden geloofsijver,
den afzichtelijken geloofshaat, dien zij wortel willen
doen vatten. Den godsdienst der liefde dienen, de
menschenmin bevorderen, het plichtgevoel versterken,
tot rechtschapenheid en burgerdeugd opwekken, dal
kan, mag en moet, enkel en alleen „de openbare school'
Prachtig, indrukwekkend was de meeting voor dei
wettelijken tienurendag, 1.1. Zondag te Amsterdam
houden. Van heinde en ver waren de afgevaardigde!
opgekomen, getuigende van den ernstigen wil van het
Nederlandsche proletariaat met den eisch voor
wettelijken tienurendag, afschaffing van nachtarbeid ei
van kinderarbeid. Al meer en meer blijkt het, dat de
arbeiders, de laksheid en onverschilligheid van zich at
geschud hebben, sinds zij zich achter het N. V. V. ei
de S. D. A. P. geschaard hebben.
Hadden pessimisten verwacht, dat de beweging voir
den tienurendag spoedig zon verloopen, uit de effen,
die de voorzitter meedeelde, bleek, dat de actie voor
den tienurendag een omvang en een diepte heeft ver-
kregen, die de stoutste verwachtingen der grootst!
optimisten overtrof.
Terwijl op de meeting in 1907, 60.000 man verte
genwoordigd was, 83.000 in 1910, was het aantal ver
tegenwoordigden arbeiders op deze meeting gestegei
tot 86.000. Behalve de 44.000 arbeiders van liet
N. V. V. waren er nog 21000 van andere vakorganisa
ties vertegenwoordigd, verder de S.D.A.P., coöperaties,
geheelonthoudersvereenigingen enz. Er waren 540
vereenigingen, door 1010 afgevaardigden vertegenwoor
digd en voorts waren 120 sympathiebetuigingen ingekomen.
Voor het eerst waren de zeevisschers vertegenwoor
digd, waaruit bljjkt, dat onze propaganda al in kringel
doorgedrongen is, waar men dat nog niet zon ver
wachten.
Prachtige cijfers! Vooral als men in aanmerking neemt,
dat het Werkliedenverbond geweigerd had deel
te nemen, omdat het Verbond niet in den opzet der
actie gekend was. Het wenschte geen bjjwagen te zijl,
Onze actie kan daar echter niets anders dan bjj win
nen. Toen de Vrijzinnig-Democratische bond besloot,
zich van de actie voor het algemeen Kiesrecht te
onttrekken, had dit tot gevolg dat de meeting in getal
sterkte steeds grooter werden.
Op de meeting werd door Schaper, Wibaut en Polak
het woord gevoerd. Scherp hekelden de sprekers de
houding en het verraad van mannen als Talma, die
over de ruggen der Patrimonium-mannen naar het regee-
ringskasteel was geklommen, van een Aalberse, die
de bekende motie voor den tieurendag indiende, doek
naderhand, terwille van Talma, de arbeiders en hnn
eisch verried.
Door Schaper werd namens de S. D. Kamer fractie
een ontwerp Arbeidswet het N.V.V. aangeboden, dat
door de S. D. Kamer fractie bjj de Tweede Kamer
ingediend zal worden. Hij vroeg daarvoor de steun aai
de Nederlandsche arbeidersbeweging.
Ten slotte werd door den voorzitter namens het
N. V. V. en het Partpestuur van de S. D. A. P. de
volgende motie gesteld en met algemeene stemmei
aangenomen.
De groote betooging, gehouden op 5 Maart 1911 te
Amsterdam op initiatief van het Nederlandsch Verbond
van Vakvereenigingen en de Sociaal-Demokratische
Arbeiderspartij en waar door 1010 afgevaardigden ver
tegenwoordigd zijn 540 organisaties, tellende 86000 leden,
handhaaft onverzwakt de navolgende eischen tot
invoering van:
lo. een wettelp vastgestelden 10-urigen arbeidsdag
als maximum voor alle volwassen arbeiders
2o. afschaffing van allen nachtarbeid, welke door
den aard van het bedr jjf niet strikt geboden is
3o. een arbeidstijd voor vrouwen en jeugdige personen,
die beperkt is tot de uren tusschen 7 uren voormiddag
en 5 uur namiddag
4o. een verbod van arbeid voor vrouwen op Zater
dagmiddag en gedurende 8 weken direkt voor en na
de bevalling
5o. dat de leeftijd, onder welke kinderen geen arbeid
mogen verrichten, worde gesteld op 14 jaar
6o. dat de leeftijdsgrens, vastgesteld voor „jeugdige"
personen, worde gebracht op 18 jaar
7o. dat landbouw, tuinbouw, boschbouw, veehouderj
en veenderij ook onder de bepalingen der Arbeidswet
zullen worden opgenomen
dringt er bjj de Volksvertegenwoordiging op aan, bf
de voorgenomen behandeling der door de regeering
voorgestelde wjjziging van de Arbeidswet, bovenge
noemde eischen te verwezelpen, resp. maatregelen te
nemen, waardoor deze hervormingen binnenkort kunnen
worden ingevoerd
protesteert met kracht tegen het verraad en het
bedrog gepleegd door de Kamerleden, die eenige maanden
voor de groote Kamerverkiezingen in 1909 zich voor
standers verklaarden van deze door de gansche arbei
dersklasse gevraagde hervormingen, terwijl zjj na die
verkiezingen zich als tegenstanders in de praktjjkdoen
kennen
zegt de S. D. Kamerfractie dank voor het spoedig
gereedmaken van een voor-ontwerp tot invoering van
den 10-urigen maximalen arbeidsdag
Noodigt de Volksvertegenwoordiging dringend uit,
dit wetsontwerp ten spoedigste in behandeling te nemen;