HUISHOUDELIJKE VERGADERING
De Moker
No. 17,
Zaterdag 24 Juni 1911.
11e Jaargang.
SOCIAAL-DEMOCRATISCH WEEKBLAD VOOR HET KIESDISTRICT SCHIEDAM.
Berichten.
Wat wij willen en ook doen.
Het hinkend paard.
aan-
3 te
neen
vaar
zal
d de
■echt
Op
met
eiken Zaterdag verkrijgbaar:
Te Schiedam: Nieuwsticht N.Z. 32.
Zalmstraat 22.
„Constantia", Boterstraat 80.
Te Vlaardingen J. van Driel, Oosterdwarsstr. 27.
Aan bovengenoemde adressen worden ook abonne
menten aangenomen.
De abonné's worden verzocht bij adresverandering
aarvan kennis te geven aan de Administratie.
ABONNEMENTSPRIJS:
35 cent per kwartaal j
franco per post 40 cent 1 bij vooruitbetaling.
12 cent per maand t
Losse nummers 3 cent.
Redactie- en Administratie-adres
GEBOUW „CONSTAMTIA".
Ingezonden stukken voor het eerstv. nummer moeten
n i t e r 1 ft k Dinsdagsavonds 9 uur in ons bezit zijn.
ADVERTENTIËN: 71/, cent per regel.
Arbeidersvereenigingen 3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting.
Afdeeling SCHIEDAM S. D. A. P.
op Zondag 25 Juni a s. 's morgens ten
10 uur, (precies).
Agenda
Opening. Notulen.
Ingek. stukken. Mededeelingen.
1, Verkiezing Voorzitter.
3/maandelijksch financieel verslag „Moker",
i. Expl. „Constantia".
Raadsverkiezingen.
Rondvraag.
HET BESTUUR.
Wanneer de tijden der verkiezingen naderen, zien
we de burgerlijke partijen, zoowel vrijzinnige als chris
telijke, hartstochtelijke pogingen aanwenden om zich
ijj voorbaat van de stemmen der arbeiders, het wer-
tende deel der menschheid, te verzekeren. Dan wordt
in speciale verkiezingskranten, of oranjekleurige strooi
biljetten, de arme sloebers in vlijige taal een rad voor
de oogen gedraaid, door te beloven, dat ook hen de
jelangen van den nyveren werkman ot kleine luiden
zeer ter harte gaan.
In 't bijzonder de oranjekleurige want zelfs de
kleur moet meewerken om Jan Boezeroen op gewenschte
hoogte te krijgen druipen dan van flauwigen weeïgen
onzin of zeer onchristelijke leugenachtigheden aan het
adres der tegenstanders.
Wij hebben bjj elke verkiezing, waar we aan meededen,
den arbeider steeds gewaarschuwd voor de nonsens
welke in die biljetten neergeklodderd wordt, hen steeds
voorgehoudenbekijkt de zaken nuchter.
Het viel ons dan ook nooit moeilijk de leugenachtig
heid in gore pamfletten aan te toonen. We wezen slechts
op het arbeidersvijandelijk optreden der heeren, wanneer
zjj eenmaal op het groene kussen hadden plaats geno
men. Men zal zeggen, doch ook gij sociaal-demokraten
hebt in verkiezingsdagen druk met verkiezingslectuur
gewerkt. Volkomen juist, mijn waarde. We weten ons
nogal te roeren in die dagen, meer nog dan eenig andere
partij. Wij zijn b.v. steeds gewoon by gemeenteraads
verkiezingen met onze candidaten voor 't front te komen
en in openbare vergaderingen onze gemeenteraadspol tiek
uiiéén te zetten. Wij konkel n en knoeien niet om aan
een zeteltje te komen, wij willen er om vechten, er
strijd voor voeren, maar dan een nobelen, eerlijken strijd,
zonder de vunzige middelen, welke wjj in 't bijzonder
uit den zwarten hoek gewoon zijn.
Wij doen dus zeer zeker even h rd mede om de
kiezers op de hoogte te stellen van ons willen en stre
ven in den gemeenteraad, maar, en daar komt het nu
juist in hoofdzaak op aan, ons werken in den raad is
volkomen paralel aan ons optreden daar
buiten.
Wanneer wjj, zooals herhaalde malen is geschied,
met een verkiezingscampagne de arbeiders beloven op
te zullen komen voor hun rechten, welke ook in den
gemeenteraad nogal eens aangerand worden, dan is
dat onze volle ernst en zullen we ook steeds die rech
ten verdedigen. En het bewijs dat dit geen ijdele
woorden zijn, wij kunnen u het werken van de Bruin als
voorbeeld stellen, heel het werken van onzen partijgenoot
in den raad is de aflossing van hetgeen hij voor zijn
verkiezing heeft verklaard te zullen doen.
Wij tarten dan ook elk tegenstander, om aan te toonen
dat de Bruin ook maar in één enkel geval zich tegen
over de belangen der arbeiders heeft geplaatst, al is
het maar één enkel klein gevalletje. Het kan niet gedaan
worden. Als goed sociaal-democraat heeft hij zich vol
gens het socialistisch beginsel verzet tegen elke verdere
ontrechting der arbeidersklasse.
Onze partijgenoot heeft gedurende vier jaren van zijn
raadslidmaatschap herhaalde malen gepoogd door middel
der progressieve belasting (belasting naar draagkracht)
een billijker belastingstelsel ingevoerd te krijgen. Ware
deze poging gelukt, de meeste arbeiders, welke nu
gedrukt worden door een te zware belasting, hadden
vrijgesteld geweest of althans veel minder behoeven op
te brengendoch hij vond voornamelijk de christelijke
volksvrienden tegenover zich.
Evenzoo was het met het openbaar onderwijs gesteld,
steeds is door de zwarte meerderheid het bouwen eener
nieuwe school tegengehouden en liefst hadden de heeren
er maar in 't geheel niet toe over gegaan, doch door de Bruin
en ook door de vrijzinnigen werd herhaalde malen aange
drongen op wat spoed. Onderwijs aan achterlijke kin
deren, de sociaal-demokraat streed er hardnekkig voor,
de christelijke volksvrienden pasten er voor en het
voorstel kelderde.
Goede arbeiderswoningen. Door de Bruin werd
gepleit voor gemeentelijke bouw van goede woningen
voor de arbeiders. Het baatte nietHet voorstel kel
derde. Ook de vereeniging Volkshuisvesting, welke
eenigszins trachtte goede woning te bouwen, werd de
door den Staat toegekende subsidie onthouden en zoo
doende het bouwen van meerdere huizen onmogelijk
Werkloozenzorg. Men kent de ellendegeschiedenis.
Door het fanatiek drijven van de christelijke raads-
meerderheid, onder aanvoering van het „eminente"
raadslid, den heer Goslinga, wordt het den modernen
vakvereenigingen onmogelijk gemaakt zich aan te sluiten
bij het gemeentelijk fonds.
De Ziekenhuiskwestie. Ook deze zaak is bekend.
Door de Bruin werd de erbarmelijke toestand, waarin
deze inrichting verkeert, ter sprake gebracht en aan
gedrongen op verbetering. Doch de Bruin overdreef,
heette het. Zoo erg was het niet, meenden de heeren.
Totdat het rapport van den Directeur, Dr. de Bruin,
de Bruin in 't gelijk kwam stellen en de heeren moesten
erkennen, dat verbetering gebiedend noodzakelijk was.
Tot den bouw van een nieuw ziekenhuis werd besloten,
doch tot heden is, ondanks dat onze partijgenoot her
haaldelijk aandringt op spoed in deze zaak, geen uit
voering aan het besluit gegeven.
Zoo zouden we door kunnen gaan met het opsommen
van het werk, dat de sociaal-demokraat heeft verrich
in het belang van de arbeiders, doch we zullen het er
voorloopig bij laten.
Zijn optreden ten bate der gemeente-werklieden en
politie-beambten komt mogelijk later nog wel eens in
bespreking, doch wij vragen kan hetgeen, wat we hier
heel in 't kort gememoreerd hebben, ook van de burger
lijke gemeenteraadsleden gezegd worden? Neen natuurlijk!
Erger nog dan dit, bij elk ernstig pogen van den
sociaal-demokraat, om bij stukjes en beetjes verbetering
te brengen in het lot van het proletariaat, vond hij de
heeren, speciaal de christelijke meerderheid, steeds
tegenover zich. Herhaaldelijk zijn de pogingen van De
Bruin afgestuit op de onwil van hen, die bij verkiezingen
de arbeiders met de frase „voor God, Nederland en
OraDje" trachtten te bewegen hun stem niet op den
sociaal-demokraat uit te brengen.
Zjj zeggen dan tevens veel te voelen voor het lot
van den werkman en mee te zullen werken tot ver
betering van dien toestand. Doch niets is minder waar
dan datzijn de heeren eenmaal gekozen, dan zijn zy
het, die de felste vijanden zijn van elke poging, in het
belang der arbeiders gedaan. Dat kan ook niet anders,
zij zijn gekozen als handhavers der maatschappe
lijke orde en zullen dit dan ook doen ten koste van
het arbeidersbelang.
Het is volkomen in de lijn van het kapitalistische
stelsel om alles te laten zoo het is en daarom is er
voor de arbeiders, van dé burgerlijke partijen van welke
richting ook, nooit iets te verwachten.
De misdeelden dezer aarde zullen zelf de handen aan
den ploeg moeten slaan om verbetering te brengen in
inn beroerde toestand.
Welnu makkers, het zijn de sociaal-demokraten die
altijd en overal onverzwakt strijd voeren om te komen
,ot een betere samenleving, een samenleving, waarin
voor ieder de middelen zullen zijn om te leven zooals
een mensch behoort te leven en moet leven.
Ook in den gemeenteraad is daarvoor veel te doen,
van uit het plaatselijke regeerkasteel worden de
arbeiders geregeerd. Daarom gezorgd kameraden, dat
die regeerende macht zoo is saamgesteld, dat de be
langen der arbeiders behartigd worden zooals zij be
hartigd moeten worden, en dan vooral omdat ook op
gemeenteterrein de maatschappelijke strijd gestreden
moet en zal worden, een strijd, die moet voeren tot de
ondergang van de kapitalistische maatschappij.
Stemt dus niet alleen omdat de Sociaal-Democraten
meer doen, meer moeten, meer willen doen om het lot
van de arbeiders te verlichten, maar stemt hen omdat
zjj de wegberyders zijn naar een nieuwe, naar een
mooie, naar een
socialistische maatschappij.
In ons land zijn de vrije socialisten of anarchisten,
hoe men ze noemen wil, bijzonder vindingrijk in het
geven van naampjes aan bewegingen van de arbeiders
die niet denken als zij en aan de personen, die in
deze bewegingen vóóraan staan. Ten dien opzichte is
hun actie vry sterk. Iedere drukkerij, waar hunne ge
schriften gedrukt worden, houdt dan ook zeker rekening
bij de nuanceering der lettervoorraden, met het veel
vuldig gebruik van woorden alsverrader, slaper,
maffer enz.
Zoodra een beweging is begonnen, uit zich hunne
machteloosheid al dadelijk in het vinden van uitdruk
kingen om haar te ridiculiseeren.
Zoo was onze petitionnementsactie al dadelijk gedoopt
als „laffe comedie".
De ernst en de energie, waarmede duizenden arbeiders
deze actie voerden, deden na een korten tijd die uit
drukking in de pen houdenze is thans bij zoovele
anderen opgeborgen.
Het petitionnement zelve heette „een smeekschrift".
Na ons besluit, om op den Rooden Dinsdag in Den
Haag te demonstreeren, begreep men in die kringen,
dat zóó toch geen smeekschrift wordt aangeboden.
Nu is het weer wat anders. De ernst van den strijd
voor het Algemeen Kiesrecht kon niet meer ontkend
worden. Dat de Roode Dinsdag een historische datum
zal zijn in de geschiedenis der Nederlandsche arbeiders
beweging, wordt ook daar wel zoowat begrepen.
Thans is het jammer, dat de arbeiders voor zulk een
waardeloozen eisch zoo een krachtige actie ondernemen.
En dan wordt het oud cliché weer voor den dag ge
haald „De wetgeving kom toch steeds als een hinkend
paard achteraan".
Vooral in deze dagen komt de onjuistheid van deze
bewering sterk aan het licht. Er zijn inderdaad be
drijven, waar de arbeiders, mits flink aaneengesloten,
den wetgever een heel eind vóór kunnen zijn. Maar
dan ook slechts op het speciale gebied van directe
verbetering der arbeidsvoorwaarden. De arbeiders echter,
die het meest lijden onder het kapitalistisch régime,
blijken daartoe het minst in staat te zijn. Daartoe
behooren zij die werken in de geheele huisindustrie,
in het gansche vervoerwezen, en ook zy die in voor
de gezondheid zeer schadelijke bedrijven arbeiden. Zy
zyn op de wetgeving aangewezen.
Men denke slechts aan de pas afgeloopen behandeling
van de wet tot bescherming van de steenhouwers. Deze
bescherming, waarom de sociaal-democratische afge
vaardigde Heledingen indertijd gevraagd heeft, is poover,
maar ze is in ieder geval meer, dan waartoe de arbei
ders nit eigen kracht in staat bleken. De invoer van
die soorten zandsteen, by welker bewerking de arbeider
tevens zyn leven afbikt, wordt nog niet verboden. Ver
cents,