7 Musis dat de uitstraling van deze historische omgeving opgewaardeerd wordt. Het straatbeeld met de geparkeerde auto's maakt een rommelige indruk; de haven straalt evenmin evenwichtigheid uit; er moet meer aandacht komen voor de ligplaats van - niet per se historische - vissersschepen. Hier hebben de directie en de Stichting Exploitatie Museumkade hun grenzen bereikt. Ook de gemeente Vlaardingen zal een bijdrage moeten leveren. Wat wil ze met de haven waar nu wat onduidelijk drijvend spul ligt; er dient een havenbeleid te komen. Kan dat niet anders met die auto's zodat kraan, ligplaats voor vissersschepen en paviljoen het volle zicht krijgen; zodat ze niet hoeven concurreren met dat blik; zodat de rommeligheid niet daarop overslaat. Ook de VW moet er met de schouders onder. Het concept is een produkt geworden om te verkopen tot ver buiten de gemeentelijke grenzen. En dan komt de vraag of de museumkade aanslaat. Wordt de kade een toeristische attractie met een grote 'belevingswaarde' die uitgebuit wordt in een grote opeenvolging van historiserende evenementen die je meegemaakt moet hebben. Of wordt de kade een gebied waar het weer prettig is om wat te flaneren langs de levendige vissershaven, waar je ook wat kunt drinken en ook nog een tentoonstelling in het museum mee kunt pikken. Of blijft het bij de documentaire waarde van het gebruik van de kraan - 'hoe deden ze dat nou?' - voor tweemaal per jaar een handjevol historisch geïnteresseerden? Tot de verbeelding sprekende steden als New York, Liverpool en Londen hebben rondom hun maritieme en visserij musea kades en dokken weer tot leven gewekt. Werkende historische installaties wekken daar de belangstelling van publiek op. Leeggeraakte bedrijfspanden hebben nieuwe bestemmingen gekregen, veelal voor horeca. We kunnen ook wat dichter bij huis blijven. Naast het Marinemuseum in Den Helder is de onderzeeboot 'Tonijn' op de kant gezet. Het bezoek aan de onderzeeër is een ware belevenis. Dit heeft voor een enorme toename van bezoekers aan het Marinemuseum gezorgd, voornamelijk afkomstig van hun vakantiebestemming in de buurt. Bij het Scheepvaartmuseum in Amsterdam is een reconstructie van een VOC-schip aangemeerd, de 'Amsterdam'. Dit heeft eveneens voor een enorme bezoekersaanwas gezorgd. Museum Scheveningen zou worden verplaatst naar waar de 'belevings'aspecten groot zouden zijn, de vissers- en plezierhaven. Dit idee lijkt te stranden op de hoge (lokatie-)kosten. Al eerder heeft dit museum in haar entreeprijs de toegang opgenomen tot de Scheveningse vuurtoren. Dit blijkt een schot in de roos: het belevingselement van vuurtorens is groot. Nog dichter bij huis. De combinatie van Maritiem Buitenmuseum en Maritiem Museum Prins Hendrik lijkt niet een combinatie waar beiden wijzer van worden. Het buitenmuseum heeft een hoge belevingswaarde en lijkt door zijn grote mate van toegankelijkheid de bezoekers bij Maritiem Museum Prins Hendrik (het binnenmuseum) weg te houden. Over 1998 heeft dit weliswaar een hogere bezoekersscore maar die lijkt het nu juist meer door de eigen museale kracht: een velen tot de verbeelding sprekende tentoonstelling over de Holland Amerika Lijn. Een eenduidige succesformule is er niet. Wel zijn er wat 'randvoorwaarden': hoge historiserende beleving of inlevingsmogelijkheden, een historische omgeving die klopt, dat wil zeggen niet verstoord door blik en polyester, en een heldere marketing; en verder een grote dosis optimisme. Om met Frits Loomeyer te spreken 'Als je niet opti mistisch bent, gebeurt er nooit wat.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 1999 | | pagina 7