H Ufcïïr
nam <L ATEM
S LAD «lésM ekc <W
hCNsTEK
betrokkenheid toonden, waardeerden daarentegen zijn
intensieve en intellectuele aanpak en voelden zich
aangesproken en uitgedaagd om met hem in debat te gaan.
Tenslotte presenteerde Nijenhuis zijn derde stelling: 'Uit
wanhoop wordt toekomst geboren' en beëindigde zijn jaar
met het publiceren van 'De schaduw van het ongedachte'
(uitgeverij Episode).
De derde HoogstraatMaker werd kunstenaar Coen de Jong uit
Delft die het project 'Doen' zou uitvoeren. De Jong werd door
Nijenehuis al betrokken bij diens project. Op verzoek van
Nijenhuis legde De Jong als registrator het jaar van het
Denken op video vast. Deze werd onderdeel van het
einddocument van Nijenhuis 'De schaduw van het
ongedachte'. Vanuit zijn rol van registrator had De Jong een
visie op het HoogstraatMakerschap ontwikkeld die de
sollicitatiecommissie erg aansprak: hij wilde de relatie tussen
de identiteit van de Vlaardinger en de Hoogstraat als oudste
straat van Vlaardingen onderzoeken.
De twee voorgaande jaren bleek de onduidelijkheid van de
functie een lastig gegeven. De Jong verplaatste zijn Delftse
atelier naar de Hoogstraat, waardoor hij bijna alle dagen van
de week aanwezig was. Hij noemde het zelf 'een
neringdoende tussen de neringdoenden'.
Als de winkeliers na een dag werken de winkel sloten, was
De Jong nog aanwezig in het HoogstraatMakerspand. De
winkeliers stapten binnen voor een praatje, Coen de Jong
werd één van hen.
Later in het jaar werd De Jong uitgenodigd voor
bijeenkomsten van bijvoorbeeld de winkeliersvereniging maar
ook voor culturele avonden in De Salon. Men vroeg zich niet
langer af wat een HoogstraatMaker nu eigenlijk doet.
De Jong lanceerde direct de website: www.hoogstraatmaker.nl
en vervolgens organiseerde hij de wedstrijd 'Mijn straat in de
Hoogstraat'. In samenwerking met het huis-aan-huis blad
Groot Vlaardingen konden de inwoners van Vlaardingen hun
straten nomineren voor de uitvoering van een kunstwerk
waarin hun straat zou worden afgebeeld op de Hoogstraat
zelf. De eerste prijs was voor mevrouw L.C. Bot-Dondie die de
Arnold Hoogvlietstraat voor dit doel voordroeg. Zij schreef; 'In
1939 verhuisden we naar de Arnold Hoogvlietstraat. Een
juweeltje van een straat. Een straat met gratie, huizen van
meer dan een eeuw oud, 1895. Met gevels zo mooi! Een
éénheid in verscheidenheid, de huizen worden zo goed
verzorgd en bijgehouden, de saamhorigheid is er goed. Bij de
indeling van de straat was er inspraak, is milieuvriendelijk
met de bloembakken, geen verkeersdrempels of slalom rijden,
spaart de rug van de automobilist. Met de feestdagen is menig
raam of gevel zeer bescheiden beschaafd verlicht. Kortom: u
begrijpt het al. Mijn favoriete straat is de Arnold
Hoogvlietstraat.'
Het 'Maken van de Hoogstraat' was al met al een bijzonder
kunstproject. Niet eerder werd een Vlaardingse straat drie jaar
lang door kunstenaars onder de aandacht gehouden. Vanuit
verschillende hoeken werd de Hoogstraat bekeken, bevoeld,
bevraagd, beluisterd en betast. Het resultaat mag er wezen,
drie jaar lang passeerden vele kunstwerken, vele
interpretaties en heel veel woorden de revue. In het
straatbeeld, in etalages, op het internet en in Groot
Vlaardingen, om tenslotte, begin december 2006 met het werk
'Mijn straat in de Hoogstraat' van Coen de Jong zijn
definitieve vorm te vinden in het plaveisel van de oudste
straat in Vlaardingen.
Op 13 december 2006 kopte Groot Vlaardingen hierover
'Hoogstraat leeft weer. Herinneringen centraal tijdens opening
kunstwerk'. Een mooiere slotzin voor een driejarig
kunstproject kan niet worden bedacht.
VC'IR,
wodcAc jp^TA M 01
«A tfjc "V 'te
(v'4rv
Foto's: Esther Didden