kleine geschiedenis van het huis te Riviere
WmSm
267 Musis
was. In de noordwest hoek bevond zich de vrijstaande
donjon of woontoren van het binnenplein gescheiden door
een gracht. Door een schildmuur was de ruimte tussen de
donjon en de walmuur aan oostelijke zijde afgeschermd.
Hoe de situatie aan de zuidzijde was is vooralsnog
onduidelijk.
Het huis te Riviere moet gebouwd zijn tussen 1269 en 1277,
waarbij het bouwseizoen liep tussen 1 mei en 1 november.
Hoek neemt aan dat men is begonnen met de bouw van de
omwalling, waarna de omliggende gracht werd gegraven. In
1276 moet deze omwalling zijn voltooid. In een oorkonde is
dan sprake van een kapel binnen de burcht. Binnen de
omwalling moeten dus al enige bewoonbare én verdedigbare
bouwwerken hebben bestaan. Aannemelijk is dus dat rond
deze tijd Aleide zich op haar kasteel bevond en hier ook
woonachtig was.
Het kasteel van Aleide was wat betreft bouwkundige vorm
een noviteit in Holland. Tot de jaren zeventig van de
dertiende eeuw was het gebruikelijk om de burchten in
Holland volgens het ronde model te bouwen, waar de nog
bestaande burcht te Leiden een uitstekend voorbeeld van is.
De vrouwe van Henegouwen introduceerde met haar huis te
Riviere een ander model kasteel in Holland: het vierkante.
Waarschijnlijk werd zij hiertoe vanuit Henegouwen
geïnspireerd en nam zij voorbeelden van Zuid-Nederlandse
en Franse kastelenbouw mee naar haar geboortegrond. In
navolging van de burcht in Schiedam bouwde Floris V
vierkante dwangburchten in West-Friesland waarvan het
Muiderslot dat rond 1280 werd gebouwd het bekendste is.
Gezien de afmetingen van het huis moet Aleide grote
plannen hebben gehad: Riviere moest een steunpunt voor de
Henegouwse familie in Holland (en Zeeland) zijn.
Dit gegeven alleen al zegt meer dan genoeg over de politieke
aspiraties van de bewoonster. Geografisch-strategisch was
Conserverende werkzaam rond de ruïne. Foto Chr. de Ftoo