Hoogstads burcht was nooit geliefd
Peter de Lange
Hans van der Sloot
Architecten zijn hypocrieten.
Ze wonen nooit in het
soort huis dat ze voor
anderen ontwerpen en
hun eigen kantoor ziet er
ook heel anders uit dan de
kantoren die ze voor hun
opdrachtgevers maken
en aanprijzen als de best
denkbare werkplek.
De sneer waarmee
trendwatcher Adjiedj
Bakas een half jaartje
geleden zijn lezing in het
Delta Hotel over het ideale
stadskantoor begon viel bij
zijn toehoorders in goede
aarde. Geen wonder.
23 Musis
Bakas' gehoor bestond uit de top van
het Vlaardings ambtelijk apparaat
en het is een publiek geheim dat de
plaatselijke overheidsdienaren nooit
erg tevreden zijn geweest met het
stadskantoor dat architect Jan Hoogstad
-als losse door een loopbrug met het
reeds bestaande oude stadhuis (1650) en
bestuurscentrum (1953-1958) verbonden
eenheid - halverwege de jaren 1970 voor
hen bouwde. Veel medewerkers van
de gemeente Vlaardingen ervaren de
betonconstructie tussen de Waalstraat
en de Schoolstraat als een wangedrocht.
In hun ogen deugt het van geen kant:
de uitstraling aan de buitenzijde is kil
en grimmig en aan de binnenzijde biedt
het meer ongemakken dan comfort. De
gangen zijn te ruim, de werkvertrekken
te klein, de indeling is onpraktisch en het
gebouw vertoont allerlei gebreken. De
lekkende vloer in de kantine is er maar
één van.
Onder ambtenaren wordt het
Vlaardingse stadskantoor wel het 'fort'
of het 'kasteel' genoemd. Onder andere
wegens de gracht die eromheen loopt
- een diepe gracht, waar geen water
in staat, maar waar om onduidelijke
redenen wel een brug overheen ligt.
Maar ook wegens de ongenaakbaarheid
van het gebouw, dat door zijn massieve
vorm en zijn grauwe, met natuurstenen
platen beklede gevel menigeen doet
denken aan een burcht uit de dagen dat
burgers niets hadden in te brengen tegen
het gezag, dat zich veilig achter dikke
muren verschool.
Dergelijke lompe structuren zijn in onze
tijd onaanvaardbaar, hield Bakas de
ambtelijke top voor; het stadskantoor
van nu mag best op een kasteel
lijken, maar dan moet het wel een
Disneykasteel zijn. Speels van vorm,
warm van kleur, liefst opgesierd met
grappige torentjes en bakken geraniums.
Een plek met een Frans Bauerachtige
gezelligheid, waar je graag voor poseert
als je binnen net bent getrouwd. De
uitvoering mag best kitscherig aandoen.
Zolang het publiek zich er maar happy
voelt. Weg met de arrogantie van
architecten die ons voorschrijven wat wij
mooi moeten vinden!
De wens van het Vlaardingse
gemeentebestuur, of althans van de
coalitie PvdA, CDA en Groenlinks, om
het huidige stadskantoor te slopen en
door nieuwbouw te vervangen of het
tenminste zeer ingrijpend te verbouwen,
komt niet enkel voort uit een esthetisch
reveil. De wens op dezelfde plaats een
gebouw neer te zetten dat bij gebruikers
en burgerij het hart sneller doet kloppen
wordt door een heel scala aan oorzaken
ingegeven.
Allereerst is het bestaande gebouw
te klein om alle 600 Vlaardingse
ambtenaren te huisvesten. Zij werken
nu verspreid over drie locaties. Dat
is organisatorisch inefficiënt: voor
overleg en vergaderingen moeten
medewerkers gedurig heen en weer
reizen. En uiteraard kost het meer geld
om drie gebouwen te verwarmen, te
onderhouden en schoon te maken dan
één. Plus dat alle drie de kantoren een
eigen receptie, een eigen catering en
eigen installaties hebben.
Belangrijk punt is verder de torenhoge
verwarmingsnota van het huidige
stadskantoor. Volgens wethouder Hans
Versluijs verbruikt het gebouw veel te
veel energie. Toen het werd gebouwd
was energiebesparing geen onderwerp.
Nu wordt van een overheidsgebouw
verwacht dat het energiearm en C02-
neutraal is.
De bewering dat het bestaande
stadskantoor te klein is voor
alle ambtenaren moet omzichtig
worden gehanteerd. De huidige
personeelsbezetting kan in de nabije
toekomst wel eens veel te ruim blijken.
Digitalisering en automatisering werken
sterk ruimte- en personeelsbesparend.
Als je treinkaartjes uit een automaat
kunt halen, waarom dan geen
bouwvergunning of uittreksel uit de
burgerlijke stand? En waarom zou je een
kantoor uitrusten met vergaderkamers
als vergaderen per beeldverbinding
de toekomst heeft? Het toekomstige
stadskantoor zal eerder kleiner zijn dan
het huidige gebouw, dan groter. "Denk
niet in vertrouwde patronen. Voordat
je het weet, bouw je een stadhuis voor
het verleden in plaats van voor de
toekomst," waarschuwde Bakas.
Het nieuwe Vlaardingse stadskantoor
moet een flexibel, duurzaam gebouw
worden, dat aanpasbaar is aan de
organisatie en dat tegen geringe kosten
kan worden verbouwd, bijvoorbeeld
om delen ervan te verhuren als
kantoorruimte of als woonruimte. De
gemeenteraad had de keuze tussen drie
opties: de situatie met drie werklocaties
na enige aanpassingen laten zoals ze
is, het bestaande stadskantoor strippen
en vernieuwbouwen of een heel nieuw
gebouw neerzetten. Deze mogelijkheden
zijn respectievelijk 28 miljoen, 53 miljoen
en 56 miljoen euro. Dat is inclusief
een bedrag van 11 miljoen euro voor
aanpassingen aan het stadhuis aan de
Markt, waar de raadszaal wordt verhuisd
naar de binnenplaats, die daarvoor moet
worden overdekt.