Nieuwe Figuratie
5 Musis
tafel
belangrijke rol. Van Botticelli en Vermeer tot aan René
Magritte en Lucio Fontana. Clichés houden hem bezig als
Gezelligheid kent geen tijd, maar ook filosofische gedachten als
De grootheid van de mens gemeten aan de maat van de ziel, of
andere zwaar beladen titels als Van aangezicht tot aangezicht,
Dag en nacht, Moeder en kind, De terugkeer van de antieken en
De schepping ontmaskerd.
Dit jaar is Lucassen 70 geworden en het Stedelijk Museum
Schiedam eert hem met een overzichtstentoonstelling van
zo'n 70 werken uit verschillende perioden van zijn leven.
Het museum heeft ook werk van hem in de collectie, maar
het is voor het eerst dat het een solotentoonstelling aan
de kunstenaar wijdt. Nu heeft Lucassen geen gebrek aan
aandacht, zijn werk werd vanaf 1964 getoond door de
beroemde Galerie Espace en later ook Galerie Nouvelles
Images, maar ook de grote musea in Nederland eerden
hem met solotentoonstellingen. In 1976 kreeg Lucassen
de prestigieuze David Roëllprijs en hij vertegenwoordigde
Nederland in 1986 op de Biënnale van Venetië, om maar
iets te noemen. Er verscheen ter gelegenheid van deze
tentoonstelling een mooie catalogus, onder andere met
teksten van Lucassen zelf. En ook de drie kwartier durende
documentaire van Koos van Baaij maakt kennis met de
kunstenaar en zijn werk.
De tentoonstelling zelf toont in twee zalen grote schilderijen
uit de periode van de Nieuwe Figuratie (jaren I960 en '70),
abstractere en somberder gekleurde schilderijen uit de jaren
1980 en'90, en de meest recente, waarin sinds 2003 weer wat
meer kleuren en figuren terugkomen. Naast zijn schilderijen
zijn ook zijn assemblages en modificaties te zien die een keur
aan kleur en figuratie tentoonspreiden. In eerste instantie lijkt
het werk uit de verschillende periodes niet veel met elkaar
te maken te hebben, ze zijn zeer verschillend van stijl, van
formaat, van onderwerp en van materiaalbehandeling.
De gemeenschappelijke noemer is er natuurlijk wel, in de
vorm van Reinier Lucassen zelf, die in de loop der jaren
verslag doet in woord en beeld van wat er in zijn hoofd
omgaat. Hij overdenkt de grote vragen over de mensheid en
zijn bestaan, het universum en zwarte gaten, geest en materie,
gevoel en verstand. Tegelijkertijd houdt hij zich bezig met hoe
hij zijn bevindingen kan verbeelden, zoekend naar symbolen
die het beste zijn vragen beantwoorden, die het beste de
spanning weergeven tussen tegengestelde begrippen als geest
en materie. Hij gebruikt daarvoor verf, aanvankelijk acryl en
later olieverf, maar in de loop der tijd ook woorden, letters en
cijfers. In zijn modificaties gebruikt hij gevonden voorwerpen,
zoals een kitscherig schilderij, dat hij met andere dingen
bewerkt, zoals garenklosjes of plastic lepeltjes.
Reinier Lucassen maakte in de jaren 1960 en '70 naam met
de Nieuwe Figuratie. Samen met de Vlaamse schilders Roger
Raveel, Raoul de Keyser en Etienne Elias en de Nederlander
Alphons Freijmuth schilderde hij figuratieve elementen in
zijn werk, in een tijd waarin abstractie hoogtij vierde en de
echo van de expressieve Cobrabeweging nog hoorbaar was.
Lucassen schilderde alledaagse afbeeldingen, maar a la
René Magritte vol met raadsels. Een van de mooiste op de
tentoonstelling, al is het door het heldere kleurgebruik van
mintgroen en licht turkoois van de handdoek en de wasbak