De geschiedenis van Deventer voor Schiedam verteld Het was een klein gezelschap Schiedammers dat zich op 21 oktober in de Deventer Grote- of Lebuïnuskerk verzamelde. Zij woonden, te midden van een groot aantal Deventenaren, de presentatie bij van de Geschiedenis van Deventer, een even volumineus als doorwrocht boek waaraan de in Schiedam wonende en werkende historicus Henk Slechte vijfjaar heeft gewerkt. Flaneren langs de Brandgrens boerbntoni Musis 40 Oorspronkelijk was de bedoeling om een deel van de gelden die Deventer had ontvangen uit verkoop van de 'kabel1: de Centrale Antenne Inrichting (CAI) te besteden aan een boek dat de geschiedenis van Deventer op aangenaam verstrooiende wijze aan een breed publiek zou vertellen. Het product waarvoor Slechte samenwerkte met een brede redactie onder voorzitterschap van de Deventer oud-archivaris en oud-directeur van het Koninklijk Huisarchief Bernhard Woelderink, werd echter een boek van 752 pagina's in twee banden. Een standaardwerk, zoals twee inleiders prof dr. Paul van de Laar en prof. dr. Willem Frijhoff stelden. Frijhoff stond lang stil bij de waarde van een samenvattende stadsgeschiedenis die is opgezet naar typologisch model, zoals Slechte's Geschiedenis van Deventer. In deze opzet is de geschiedenis van deze Overijsselse Hanzestad verdeeld in perioden die niet in alle gevallen parallel lopen aan de vaderlandse geschiedenis, maar nadrukkelijk passen bij de geschiedenis van de stad. Slechte benadrukt dit in een duidelijke titelkeuze zoals 'Hanzestad', 'Jaarmarktstad', 'stad van Geert Grote en de Moderne Devotie', 'patriottenstad' en 'industriestad'. In deze opzet heeft iedere periode binnen de stadsgeschiedenis een thema waarvan is vastgesteld dat dit typerend is voor stad en tijd. Een dergelijke aanpak brengt de lokaalhistorische kennis op een hoger, algemener plan en betekent in dit opzicht een meer complete bijdrage aan de vaderlandse geschiedenis. Dan moet een dergelijke geschiedschrijving - Frijhoff stond bij dit punt niet lang stil, want beschouwde dit als evident voor de werkwijze van de historisch auteur Henk Slechte - wel voldoen aan een aantal standaarden en is een intensieve begeleiding door een brede redactie vereist, ook, omdat het bedoeling was dat één auteur deze geschiedenis schreef en zo n generalistische historicus een beroep moet kunnen doen op de kennis van specialisten. Het schrijven van een samenvattende stadsgeschiedenis, met alle onderzoek en analyses van dien is ook een tijdrovende zaak. Deventer had er twee jaar voor uitgetrokken. Het werden er vijf, maar dat was gelukkig nog net op tijd om te de presentatie te doen passen in de herdenking van de 450ste verjaardag van Archief en Athenaeumbibliotheek, de oudste stadsbibliotheek van Nederland. Ook Paul van de Laar stelde de waarde van de vanuit ver schillende oogpunten beschreven stadsgeschiedenis centraal. Van de Laar refereerde hierbij aan de uitgave Brandgrens 1930-2010, waarin de Brandgrens, die in Rotterdam de omtrek markeert van het in mei 1940 weggebombardeerde centrum van Rotterdam, wordt opgevat als ook een grens tussen het Rotterdam van de jaren 1930 en het heden. Van Over de identiteit van Schiedam bestaat weinig twijfel.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2010 | | pagina 40