"Heb je dit voorjaar de tentoonstelling All about drawing in het Stedelijk Museum van Schiedam bezochtGing over de ontwikkeling van de Nederlandse tekenkunst. Wat een klerezooi! Ik kon er echt helemaal niks van maken. Bijna alle werken waren zonder titel. Dat zegt al genoeg. Bij sommige hoorde een heel lulverhaal, zodat je dacht: o, bedoelt hij er dat mee! Er hing iets van Armando - toch een gewaardeerd kunstenaar - waarop een paar lijnen samenkwamen in een onbepaalde vorm die me nog het meest deed denken aan een vuilniszak. Wat moet je daar nou mee?" voor de Bolder gaan zitten. De Hoge Witte heb ik wel eens getekend, van een afstand. Een beetje een saai gebouw." Landschappen en stadsgezichten houden zijn voorkeur. Aan havengezichten heeft hij zich nooit gewaagd, schepen doen hem nu eenmaal weinig - hoe Vlaardings het motief dan ook mag zijn. De keren dat hij met zijn tekenblok aan de waterkant zat, zijn te tellen op de vingers van één hand. Ook aan portretten heeft hij zich nooit gewaagd, zelfs zijn vrouw of kinderen heeft hij nooit getekend. Met de historische achtergronden van zijn eigen familie heeft Westerdijk zich ook nooit diepgaand beziggehouden, terwijl dat misschien wel voor de hand had gelegen bij iemand die misschien wel de helft van zijn leven in archieven heeft doorgebracht. Gevraagd naar een verklaring, haalt hij de schouders op. Een ver familielid dat zich al eens over de stamboom boog, kwam tot de ontdekking dat de naam Westerdijk op tal van plaatsen in Nederland voorkomt. En toen? Hij is er niet spraakzaam over. Het kan hem niet boeien. Veel liever gaat hij in een archief op zoek naar stof voor een verhaal waar buitenstaanders ook plezier aan kunnen beleven. Zijn koffers staan gepakt voor een reis naar de Baltische staten. Hij wil er op zoek naar sporen uit de tijd van de Hanze. Vermoedelijk zijn die daar nog volop te vinden. "Er heeft eeuwenlang armoede geheerst. Er was geen geld om vernieuwingen te plegen." Potlood, papier en tekeninkt gaan mee. "Ik kom vast wel een paar mooie plekjes tegen." Hij tekent liever herkenbare dingen. Plekken die iedereen kent en waar door gemeenschappelijke herinneringen een bepaalde magie van uitgaat. Staat een karakteristiek gebouw op het punt te worden gesloopt, dan zal Westerdijk het in de regel nog snel even tekenen. "Ik leg graag dingen vast voordat ze verdwijnen." Bijna altijd betreft het oudere panden. Die zijn het interessantst om te tekenen. "Ik zoek geen moderne gebouwen op. Ik hou niet van dat strakke. Ik zal niet gauw 13 Musis

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2011 | | pagina 13