Die samenwerking had vanaf de eerste
dag gerealiseerd moeten worden. Dat
is niet gebeurd en is eeuwig zonde.
uitvoeringen, voor toneel dat streeft naar een informele
relatie met het publiek en voor uitvoeringen waarvoor
het grote theater te groot en het vestzaktheater te klein
is. Hoe logisch dit allemaal ook klinkt en met hoeveel
enthousiasme Frank Lissenburg indertijd ook sprak over
het feit dat Schiedam nu eindelijk een kleine theaterzaal
met grote mogelijkheden zou krijgen, het zit er niet in
dat het er ooit van komt.
Johan Grijzen: 'Die samenwerking had vanaf de eerste
dag gerealiseerd moeten worden. Dat is niet gebeurd
en is eeuwig zonde. Het bestuur van het Theater aan de
Schie kan niet door één deur met het bestuur van het
Wennekerpand. Alle twee zijn het autonome besturen
van private instellingen dus daar kan je niets meer
mee, behalve dan misschien door druk uit te oefenen
in het subsidiebeleid. Dit is echter op dit moment niet
aan de orde. Daarbij komt dat de toekomst voor het
Theater aan de Schie er allerminst rooskleurig uitziet.
Daar zullen we nog apart naar moeten kijken. Er is
dus geen ruimte om de oorspronkelijke plannen voor
samenwerking leven in te blazen. Dat neemt natuurlijk
niet weg dat het eeuwig zonde is dat Schiedam over
een groot, perfect geoutilleerd theater beschikt dat de
problemen nauwelijks het hoofd kan bieden en tevens
beschikt over een middelgrote theaterzaal met alle
techniek die een gezelschap zich wensen kan, maar die
niet of nauwelijks wordt gebruikt'
En dan de horeca, in elk cultureel gebouw van
tegenwoordig een voorziening van betekenis.
Geen museum meer dat het stellen wil of kan
zonder restaurant, geen bibliotheek meer zonder
bibliotheekcafé en geen groter muziekcomplex zonder
één of meer culinaire voorzieningen, variërend van zeer
eenvoudig tot restaurants met een sterrenstatus toe.
Johan Grijzen: 'Het is teleurstellend hoe de zaken
gelopen zijn. Je moet ervan uitgaan dat de uitbater
zowel een geslaagd restaurant als een tangoschool van
allure wilde realiseren. Wat hem mede de das heeft
omgedaan, is het feit dat er te weinig theateractiviteiten
waren alsmede een achterblijvende aanloop vanuit de
stad. Je kunt het niemand verwijten dat de horeca tot
op dit moment geen succes is. We zijn echter in gesprek
en ongetwijfeld zal dit vroeger of later tot een oplossing
leiden. Het echt grote punt is natuurlijk hoe het
Wennekerpand nu tot leven te brengen. Schiedam heeft
enorm geïnvesteerd in dit cultuurgebouw. Het heeft alle
potentie die een dergelijke voorziening moet hebben,
biedt alle faciliteiten waar de podiumkunsten, dans en
muziek, film en beeldende kunst om vragen en ligt op
een ideale afstand van het centrum van de stad, het
openbaar vervoer en de overige culturele instellingen.
Waarom spettert het dan nog niet? Als je zoiets moois
hebt als het Wennekerpand, moet je er toch ook iets
mee willen. En kunnen natuurlijk'.
