de dag van vandaag van Schiedam verwijderd houdt.
Beide steden hebben zich na de Tweede Wereldoorlog
ontwikkeld tot middelgrote industriesteden met
een diversiteit aan bedrijven en dienstverlening.
En beide steden hebben ongeveer tegelijkertijd hun
traditionele en karakteristieke nijverheid ter ziele
zien gaan. Vlaardingen zag de visserij vertrekken en
al wat daarmee verband houdt, Schiedam verloor
de distilleerderij en de laatste grote branderijen. Wie
de redevoeringen van de burgemeesters van beide
steden in de laatste helft van de twintigste eeuw naast
elkaar legt, kan bijna niet anders dan concluderen
dat Schiedam en Vlaardingen als zustersteden gelijke
belangen hebben en op dezelfde manier naar hun
toekomst kijken.
De foto's van H.K. van Minnen laten echter een
heel andere stad zien. Kleiner, met sterke landelijke
invloeden en belangrijke resten van zeevisserij,
scheepsbouw en rederij. Fotograferen was al lang een
hobby van de rechtlijnige CHU-bestuurder die na 35 jaar
vanwege een pijnlijk geschil van mening uit het college
werd gezet en opstapte als lokaal politicus.
Van Minnen zocht troost in zijn speurtocht naar
het karakter van Vlaardingen. Maar toonde zich
daarin echter ook nog steeds de lokale bestuurder
wiens interesse uitging naar de stad als geheel. Als
nostalgie en hang naar het verleden zijn uitgangspunt
waren geweest, dan had hij nooit die veelheid van
onderwerpen vastgelegd die nu de collectie Van Minnen
vormen.. Natuurlijk zijn er foto's van hoe agrarisch het