met de realisering van kunst in de openbare ruimte, waarvan Schiedam enkele mooie voorbeelden kent. Een kleine, zeer zorgvuldig uitgevoerde gouache in één der benedenzalen is het schetsontwerp voor de messing sculptuur 'Was er water' van Marc Ruijgrok die - aan Schiedam geschonken door Piet Sanders - een sieraad is voor het zorgvuldig gerestaureerde binnenplein achter de Heenvlietsestraat. Ook de Amerikaanse beeldhouwer George Rickey is met enkele kleine modellen vertegenwoordigd. Aan Rickey bewaart Sanders warme herinneringen, zoals trouwens aan de meeste kunstenaars die op de tentoonstelling vertegenwoordigd zijn. Persoonlijke interesse in de kunstenaar zelf, diens belevingswereld en artisticiteit zijn voor Ida en Piet Sanders altijd belangrijke drijfveren geweest. Nooit heeft het echtpaar een veiling bezocht. Steeds ging aan het verwerven van de kunstwerken een persoonlijke ontmoeting vooraf en niet zelden uitmondend in een langdurige vriendschap. De tentoonstelling kan het niet laten zien, maar verschillende kunstwerken gaan met de signatuur vergezeld van een persoonlijke wens aan Ida en Piet, zoals het intrigerende kleine houten sculptuurtje van Shapiro dat de kunstenaar speciaal voor het echtpaar vervaardigde. In de Sanders-verzameling is George Rickey met zijn kinetische door wind en warmte bewogen sculpturen relatief rijk vertegenwoordigd. Zowel in de tuin, als in de huiskamer en het kantoor van Sanders bevinden zich werken van de Amerikaanse kunstenaar en de stad Schiedam mag zich gelukkig prijzen met twee Rickey"s - van vader en zoon - sculpturen in de openbare ruimte, waarom Schiedam in Wikipedia in elk geval in één reeks wordt genoemd met München, Berlijn, Chicago, Rotterdam en San Francisco. Een Nederlands kunstenaar waarmee het echtpaar Sanders gedurende tot op het einde bevriend is gebleven, is Karei Appel. Nog altijd vertelt Piet Sanders met veel plezier over de talrijke ontmoetingen in Amsterdam, Schiedam, Parijs en New York. De eerste kennismaking was in 1937 waar Sanders, net beëdigd als advocaat, de van schilderen bezeten Appel van geld voorzag om verf te kunnen kopen in plaats van her en der bijeen te stelen. Tien jaar later verhuisde Appel naar Parijs waar hij op de bovenverdieping van een stinkende leerlooierij in de Rue Santeuil het inmiddels beroemde atelier betrok. Ook Corneille en Lotti van der Gaag werkten daar. Sanders: 'Daar zag ik bij Karei twee prachtige gipssculpturen, een grote en een kleine waarvan hij zei dat ik ze gerust mocht meenemen als ikzelf maar voor het transport zorgde'. Beide sculpturen zijn inmiddels geschonken aan het Stedelijk Museum Schiedam. Ook in het verwerven van een collectie vroege schilderijen en gouaches van Karei Appel door het Stedelijk Museum had Sanders de hand. Deze collectie vormt één van de kernen van de CoBrA-collectie van het museum. Bij zijn verhuizing van Amsterdam naar Parijs 'stalde' Appel zijn werk in het museumdepot. Salvo, Zonder titel, 1984, olieverf op doek, 69 x 100 cm, collectie Pieten Ida Sanders, foto: Christie's Amsterdam B.V. 5 Musis

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 2012 | | pagina 5