predikanten en leerkrachten uit Rotterdam, Schiedam,
Hillegersberg en Vlaardingen. Op 19 april 1943, bijna
een jaar later en ter gelegenheid van Hitiers verjaardag,
werd een grote groep vrijgelaten, waaronder Kolpa.
Uitbreidingsplan
Als rechtgeaard AR-raadslid merkte M.H.L. Weststrate in
april 1950 bij de behandeling van het Uitbreidingsplan
voor Vlaardingen het volgende op: '...dat wij met Gods
hulp van Vlaardingen een grote stad willen maken,
een mooi streven, dat goede perspectieven biedt.' De
'scheidingslijn' die de stad met het vaststellen van
het plan passeerde, kon bijna niet mooier worden
uitgedrukt. Hoewel de stad in ruimtelijk opzicht al
de nodige vernieuwingen had ondergaan, stond het
aan de vooravond van een grootse stadsuitbreiding.
Maar niet alleen de uiterlijke verschijning wijzigde,
ook de Vlaardingers veranderden. Van een enigszins
behoudende protestants-christelijke gemeenschap naar
een stad met veel nieuwe inwoners van buiten en waar
ontkerkelijking uiteindelijk stevig zou inzetten. Hoewel
de raadsleden instemden met het plan, waren zij
tegelijk bevreesd voor maatschappelijke veranderingen,
of, zoals dezelfde Weststrate verwoordde: 'Het
samenbrengen van grote groepen arbeiders draagt het
gevaar in zich, dat men afglijdt meer en meer in de
richting van het nihilisme.'
Dat Vlaardingen zou gaan groeien was in de jaren 20
en 30 al duidelijk. De bevolkingsgroei nam stevig toe
en in de stad vestigden zich steeds (semi-) industriële
bedrijven, die in de aan de Maas gelegen plaats een
gunstige vestigingslocatie zagen. Hiertoe werden in die
jaren door Kolpa en zijn dienst deelplannen ontwikkeld
die in de stadsuitbreiding zouden moeten voorzien,
maar een overall plan ontbrak.
Het Uitbreidingsplan, in huidige termen meer een
stadsvisie dan een bestemmingsplan, behelsde
uiteraard de werkelijke uitbreiding van de stad ten
koste van het omringende landbouwareaal, maar
ging uitdrukkelijk ook in op de voortzetting van het
saneren van de binnenstad. De Bruijn hield er later de
naam 'de sloper van Vlaardingen' aan over, maar dat
is niet geheel en al terecht. Het principe hiertoe werd
beredeneerd vastgelegd in het Uitbreidingsplan en dat
was breed ondersteund door de raad aangenomen.
In 1947 realiseerde het gemeentebestuur zich dat
het vigerende uitbreidingsplan uit 1943 niet meer
adequaat was. Dit plan hield weliswaar rekening met
een bevolkingsgroei, '...doch niet in een omvang zoals
die zich heden demonstreert. Willen wij in de toekomst
ernstige fouten vermijden, dan moeten wij zorgen,
dat alles, wat op geestelijk, cultureel en sociaal gebied
terrein zijn plaats moet krijgen, planmatig worden
vastgesteld.' Pas dan kon de stad een harmonisch
geheel worden, zonder chaotische hapsnapplannen. De
gemeenteraad stemde met het B&W-voorstel in om Van
KAART VAN VLAARDINGEN SCHAAL -1:5000
f'"
TOESTAND ANNO 1950 MET DE ONTWORPEN UITBREIDINGEN BEZUIDEN DE RIJKSWEG
*A|
éi
J
/-•••## •'hri*
*7:jm
11 Musis