9e Jaarg.
Donderdag 6 Mei 1886.
No. 2470.
VERSCHIJNT DAC-ELTJKS.
Kennisgeving.
Sinittitlandacfy Juichten.
SUpneflt dtrnpcftl
Bureau: Markt, E, 3 57.
E COURA
Prijs van dit Blad
V°0* Schiedam per 3 maanden. ƒ1.50
irancop. post door geheel Nederland 2.
Afzonderlijke Nommers0.05
Prijs der Advertentlèn i
Van 1—6 regelsƒ0.60
Elke gewone regel meer0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke
overeenkomsten aangegaan.
De Burgemeester van Schiedam,
Belet op het bepaalde bij Art. 21 der Wet
"van den 4 December '872 {Staatsbladno. 134);
Brengt ter kennis van de Ingezetenen, dat
'n de week van Zt ndag, 25 April 1886, tot
en met Zaterdap, 1 Mei 1886, xeven aan
giften geschied zijn van aan MAZELEN over
ledenen.
Schiedam, 3 Mei 1886.
De Burgemeester voornoemd
B. J. VAN DIJK VAN MATENESSE.
DUITSCHLAND.
'listeren heeft in de Pruisische Kamer van
Afgevaardigden de eerste lezing der kerkelijk-
politieke wet plaats gehad. Windhorst ver
klaarde namens het centrum, dat het 't ontwerp
eenvoudig zooals het uit het Heerenhuis ge
somen is, zal aannemen. Gneist verklaarde
zich er tegen en Cuny gaf te kennen dat de
natjonaal-liberalen er tegen zullen stemmen.
Het glanspunt der zitting was echter de rede
van Prins Bismarck. De kanselier verklaarde
dat de nota van kardinaal Jacobini wel niet
'evatte, wat men verwachtte,' maar toch eena
zekere voldoening was van de vroegere belotte
omtrent den aangifte-plicht. Door deze nota
heeft de Curie zooveel mogelijk eenstem
migheid in de Kamer willen bevorderen en
heeft haar vertrouwen in den goeden wil der
regeering aan den dag gelegd. Bismarck stelt
ook zijn volle vertrouwen in Paus Leo. Dat het
ontwerp eenigszins de positie der Regeering
wankelbaar zou maken, of iets aan de rechten
van den Staat zou tekort doen, dit kon hij
niet toegeven. In de betrekkingen tusschen
Staat en Kerk kan men niet alles tot in het
geringste van te voren geheel naar wensch
ordeneD. Wetten zijn slechts vaten. Zij moe
ien gevuld worden met behulp van weder-
zijdsch vertrouwen. Als de Curie den plicht
van 8angifte éénmaal vervult, dan zal zij dit
altijd kunnen doen, zonder haar aanzien eenigs
zins te schaden.
Hg vraagt zich als minister steeds af, wat
lot nut strekt van het vaderland. Hij doet
pogingen, ter uitvoering van des Konings
gedachte, om op het ons gebleven terrein den
Tedestempel te stichtendaartoe biedt hij
le hand; daarom verzoekt hij zoo mogelijk
het ontwerp eenstemmig, zonder grootepoli.
Gek er bij te halen aan te nemen.
ENGELAND.
iladstoce verklaarde in het Lagerhuis, dat
de termijn voor Griekenlands ontwapening
Maandag namiddag te 5 nur verstreken was.
Er was echter nog geen definitief antwoord
van de Grieksche regeering ontvangen. Het
vroegere antwoord van Griekenland wordt
door de gezamenlijke mogendheden als niet
voldoende of bevredigend beschouwd.
GRIEKENLAND.
De Mogendheden schijnen het niet eens te
kunDen worden omtrent de middelen van ge
weld tot beteugeling van Griekenland. Duitsch-
land en Oostenrijk stellen voor Turkije met
die zending te belasten. De Sultan zou Grie
kenland door de wapens dwingen zich te
onderwerpen. Dit plan lacht vooral Oostenrijk
toe, want het zou èu Turkije èn Griekenland
verzwakken. Engeland wil tot de blokeering
overgaan.
Een bericht uit Athene kondigt aan,
dat het Grieksch gouvernement beslist heeft,
dat zijn vorig antwoord voldoende is. De
vertegenwoordigers der mogendheden bereiden
zich tot de inscheping aan boord der inter
nationale vloot. Men hoopt in de hocgere
kringen, te Athene, dat men te Londen ofte
St.-Petersburg wel een modus vivendi zal
vinden.
RUSLAND.
Men bericht uit Zuid-Rusland, dat buiten
gewoon groote boschbranden in de onmiddel
lijke nabijheid van het slot Livadia, waar de
keizerlijke familie vertoeft, woedden. De
Keizer moet naar aanleiding van deze bosch
branden bevel hebben gegeven ten spoedigste
te vertrekken.
De Czaar van Rusland schijnt zich enkel
naar Livadia te hebben begeven, om er geheel
zijne vloot der Zwartè-Zee in oogecschouw
te nemen. Nooit heeft men te Livadia zoo'n
toe'oop van diplomaten en generaals gezien.
De kleine haven van Yalta is op dit oogen-
blik opgekropt met oorlogsschepen en torpe
dobooten van allen aard. De verovering van
Sebastopol was de vernietiging der russische
zeemacht. De vloot herstellen, machtig wor
den in de Zwarte-Zeeziedaar den droom,
dien Keizer Alexander van het begin zijner
regeering heeft trachten te verwezenlijken.
Men mag zich elk oogenblik in het Oosten
aan ernstige verwikkelingen verwachten. Wat
er ook gebeure, Rusland is niet alleen te lande,
maar ook te water, gereed.
Schiedam, 5 Mti 1886.
Heden morgen had de plechtige Uitvaart
plaats van de Eerw. Zuster Dominioa Wam -
stejker, Algemeene Overste der eerw. znsters
van de Congregatie van de H. Galharina
van Sienna der orde van den H. Dominions
en Priorin in het Gesticht aan de Tuinlaan
alhier. Nadat in de kapel der stichting de
plechtige lijkdienst geëindigd was werd
haar stoffelijk overschot met den trein van
9.54 naar Voorschoten vervoerd teneinde
op de eigen begraafplaats der Eerw. Znsters
Dominicmessen ter aarde te worden be
steld. Met baar ontvalt ons weder een
onzer meest verdienstelijke stadgenooten, die
vele jaren in onze gemeente tot heil harer
medeburgers werkzaam was, immers Tuim
veertig jaren laDg was Znster Dominica ijverig
voor het Katholiek onderwijs in onze ge
meente werkzaam.
Den 19 Augustus 1819 te Rotterdam ge
boren, trad zij op 22 jarigen leeftijd in do
orde van den H. Dominions. Zij voegde zich
bij de nieuwe stichting, te Rotterdam in het
jaar 1837 op de Schiekade gevestigd, en
begon haar religieus leven met de opvoeding
van arme kinderen. Daarna werd haar in het
R. K. Weeshuis aan den Schiedamschen Dijk
aldaar de verzorging der weezen toevertrouwd.
In deze, naar den schijn nederige bedie
ning, kwamen hare uitstekende hoedanighe
den meer en meer aan het licht, zoodat de
jeugdige religieuse reeds in 't jaar 1847
werd gekozen om eene comnniteit te bestu
ren. Gedurende vele jaren Priorin van het
Liifdebuis te Schiedam werd zij bij de opening
van net nieuw gestichte Moedeihnis en Novi
ciaat aan de Tuinlaan alhier, dat op een
terrein, aan bare geachte familie toebehoo-
rende, was opgericht, tot Overste van die
stichting benoemd. Als Overste zoowel daar
als vroeger in bet Liefdehuis, was zij steeds
in alles een voorbeeld voor hare znsters.
Ook toen bet bestuur der geheele congre
gatie op haar rustte, werkte zij onvermoeid
aan hare uitbreiding en had naast de meer
dere eer van God steeds de belangen harer
geestelijke kinderen op het oog. In verschil
lende moeieljjke omstandigheden gaf zij bewij
zen van haar onwankelbaar vertrouwen op
de Goddelijke voorzienigheid terwijl het vol
brengen van Gods H. Wil steeds haar vnrigst
verlangeD was. Aan eene innemende zacht
heid paarde zij een grooten eenvoud en onop
houdelijk zocht zij de liefde tot de gehoor
zaamheid en de versterving, die haar bezie'dei
ook anderen in te prenten.
Kalm en zacht was dan ook haar sterven.
Na eene betrekkelijk kortstondige ziekte, die
men aanvankelijk nietdoodelijk waande, open
baarde zich een ernstige kwaal, die binnen
weinige dagen een einde aan haar zoo dier
baar en verdienstelijk leven maakte. Het
was haar uiterste verlangen, dat zij zonde