gtimenlaitdachi} Iqichten. letins zullen op bevel van Z. M. van tijd tot tijd uitgegeven worden. wg.) Mackenzie, Wegner, Krause, Hovell. Maandag nacht heeft bijna gelijktijdig de uittocht van den ouden en de intocht van den nieuwen Keizer plaats gehad. Het stoffelijk overschot van Keizer Wilhelm werd met groote plechtigheid naar den Dom overge bracht. Onder den klokslag van middernacht uur werd het portaal van het paleis geopend en de lijkkist door tien oude hofdienaren naar buiten gedragen. Te gelijker tijd begonnen de k'okken van den dom te luiden en ondanks de wilde sneeuwvlagen en den scherpen wind, waarbij de vonken der talrijke fakkels door de lucht dwarrelden, zag men het hoofd ont- blooten van de duizenden toeschouwers, die op het plein Imter dtn Linden en in de aan grenzende straten verzameld waren. Het was een treffend en verheven schouw spel te midden van het oproer der elementen de uittocht van den overledene uit zijne woning, die hij zoovele jaren heeft betrokken. Aan het hoofd van den stoet reed een detachement zware kavalerie der garde, de blanke harnassen evenals de adelaars en vaandels met rouwfloers omhuld. Achter hen kwamen de reuzengestal ten der grenadiers uit Potsdam, in de uni form der vorige eeuw. Daarop volgde de lijkkist, gedragen door bejaarde soldaten, een smalle zinken kist met een zwart kleed er over, waarop de keizerlijke standaard lag uitgespreid. Onmiddellijk achter het lijk kwamen 's Keizers bedienden, bijna alle grijs aards, sommigen reeds diep voorover gebukt en allen schreiende. Eenige generaals droegen den helm en de wapenen van hun overleden opperbevelhebber. Zij werden gevolgd door detachementen grenadiers en kurassiers. De stoet was omringd door twee rijen fakkel dragers en tusschen de afdeelingen waren er muziekkorpsen van verschillende wapenen, maar zonder zich te doen hooren. Zoo trok de stoet over het trotsche plein der Duitsche hoofdstad naar den Dom, die geheel in rouwfloers, met de zinnebeelden van den dood bewerkt, was gehuld. In de kerk, waarin evenals in de meeste Luthersche bede huizen altaren worden gevonden, werd het lijk geplaatst op de hooge katafalk der familie Hohenzollern, die voor het hoofdaltaar is op gericht. Langs de trappen van het voetstuk der katafalk loopt een violetkleurig fluweelen kleed met hermelijn en gouden franjes, naar vijf lagere tabouretten, waarop de kroon en ordeteekenen van den overledene zijn tentoon gesteld. De Keizer ligt met het hoofd eenigs- zins opwaartshet is gedekt met de oude veldpet, die hij in de laatste jaren bij alle manoeuvres heeft gedragen. Zijn groote grijzen luitersmantel ligt over zijn voeten gespreid. Met uitzondering der Orde van den Zwarten Adelaar prijken op zijn borst alleen dieeere- teekenen, welke hij persoonlijk op het slag veld heeft verworven, het IJzeren Kruis en de Russische George-orde benevens medailles uit alle oorlogen, waaraan hij heaft deelgenomen. Zoo licht daar het stoffelijk overschot van Keizer Wilhelm eenige dagen voor het publiek tentoongesteld, om vervolgens Vrijdag middag in het mausoleum te Charlottenburg te worden bijgezet. De nieuwe Keizer is Maandag nacht te half twaalf ure te Charlottenburg aange komen. Aan het station was een houten loods aangesloten, waarin het rijtuig van den Keizer binnenreed, zoodat deze, zonder in de buiten lucht te komen, kon overstappen. Kroonprins Wilhelm, die met zijne gemalin benevens zijn broeder Heinrich en de erfprins van Saksen- Meiningen aan het s'ation was, stapte in het spoorrijtuig,_ waarin nog prins Bismarck •was gezeten. Hij omarmde en kuste zijne ouders zonder een woord te kunnen uitbren- gen. Na wederzijdsche begroeting ook der overige familieleden, stapte de Keizer af, trok zijn kraag op en ging met snellen tred, de aanwezigen met de hand toewuivende naar zijn gereedstaande equ'page, waarin ook een der geneasheeren plaats nam. Te midden eene zware sneeuwbui reden de hofrijtuigen voorbij de honderden menschen, die langs den weg geschaard stonden en wien men een eer biedig stilzwijgen had bevolen. Volgens som mige berichten is de Keizer kort na zijne aankomst, per rijtuig naar Berlijn vertrokken, en heeft hij daar nog het lijk zijns vaders aanschouwd voor het naar den Dom werd overgebracht. Gisteren avond is de met spanning verbeide proclamatie van Keizer Fiederik, Koning van Pruisen, aan zijn volk, verschenen. Na eene lofspraak op zijn diepbetreurden vader zegt de Keizer-Koning, dat, doordrongen van den grooten omvang zijner taak, het steeds zijn streven zal zijn het werk voort te zetten, zooals het gevestigd is. Duitschland tot een land van vrede te maken en in overeenstemming met de verbonden regeeringen en de constitu tioneels lichamen van het rijk de welvaart van Duitschland te bevorderen. De Keizer zegt, dat hij vast besloten is, zoolang het Gode behaagt hem te laten regesren, de plichten, aan zijne waardigheid verbonden, getrouw te vervullen. Hij geeft zich daarbij met volledig vertrouwen over aan zijn ge trouw volk, dat eeuwen lang in goede en kwade dagen met den stam der Hohenzollerns onafscheidelijk verbonden was op grond dier innige vereeniging van vorst en vo'k gelooft hij, dat zijn kroon even veilig is als de voorspoed van het land, waarvoor hij belooft een rechtvaardig en in lief en leed trouw koning te zijn. God moge hem kracht en Zijn zegen geven tot dit werk, waaraan voortaan zijn leven gewijd is. De Keizer heeft ook een soort van manifest tot Bismarck gericht, die, zegt hij, de lang beproefde eerste dienaar van zijn in God rustende vader is geweest. Hij heeft dus recht de inzichten zijner regaering te leeren kennen, 's Keizers staatkunde zal gegrond zijn op wederzijdsche eerbiediging van de rech ten der verschillende staatsmachten. Hjj is besloten de rijks- en landsconstitutie streng te handhaven. Leger en marine moeten goed uitgerust en georganiseerd blijven. De Keizer wil dat al zijne onderdanen, tot welke gezindte of geloof zij ook behooren, zullen beschermd worden door het beginsel der godsdienstige verdraagzaamheid, dat eeuwen lang in zijn Hu's heilig is gehouden. Elk hunner is hem even na aan het hart. Allen toch hebben in de uren van gevaar zich ten volle gegeven. Zijne regeering zal zich met kracht aan het sociale vraagstuk wijden. Hij wil eene gepaste beschaving in oveieenstemming met de eco nomische krachten der natie, een in eenvoudige zeden en godsvrucht opgekweekt geslacht. De Keizer wil den bloei der Duitsche kunst en wetenschap tot ontwikkeling brengen, meent dat in den openbaren dienst alle neiging tot buitensporige weelde moet worden tegen gegaan en zal elk voorstel tot financieele hervorming gaarne in ernstige overweging nemen. Aan het slot van zijn manifest zegt de KeizerMoge het mij gegeven zijn onder eens gezinde medewerking van alle organen des rjjks. en den van vertrouwen getuigende mede arbeid van alle klassen der bevolking, Duitsch land en Pruisen derwijze tot nieuwe eer in vreelzame ontwikkeling te brengenOnbe kommerd om glans en roembrengende groote daden, zal ik tevreden zijn als eenmaal van mijne regeer mg gezegd zal kunnen worden zg was ons volk weldadig, ons land nuttig" en is het rijk ten zegen geweest. ENGELAND. In het Hoogerhuis verklaarde gisteren lord Delawarr, dat het de plicht der regeering is- ernstige maatregelen te nemen tot afwering van den nood, die uit den bedenkelijken toe stand van den landbouw ontstaan kan voor de andere takken van nijverheid en alzoo ook voor de arbeidende klassen. Lord Salisbury erkende, dat de landbouw in bedenkelijken toestand verkeert, doch hij logenstrafte, dat er hongersnood bestaat. Da talrijkste klasse der arbeiders is niet tot ellende vervallen. Dient er hulp verleend te worden, dan behooren de plaatselijke besturen ingevolge de wet, daarvoor te zorgen. D® argumenten tegen de vrijhandelaren zijn wel overwogen, maar de invoering van bescher mende rechten is geheel en al onmogelijk. Zij zou tot verdeeldheid tusschen de verschil lende klassen der bevolking leiden, die weinig verschillen zou van een burgeroorlog. Verbetering in den t oestand moet men hopen van de werking der gewone economische wetten en van den terugkeer tot gezonder begrippen omtrent de maatschappelijke toestanden- Lord Delawarr heeft hierop zijn in bovenbe doelden zin gedaan voorstel ingetrokken. De Times meldt uit Calcutta, dat de Maha- radja van Cashmere ten behoeve der verde diging van Indie den O aderkoning eene som van honderdduizend pond sterling heeft aange boden, ten einde alle troepen in Cashmere, voor zoover noodig, van nieuw oorlogsmate- rieel te voorzien. Schiedam, 13 Maart 1888. EERSTE KAMER. Zitting van Maandag 12 Maart. In de gisteren gehouden zitting der Eirste Kamer wijdde de Voorzitte1-, Jhr.Van Eijainga, eenige woorden „aan de treurige gebeurtenis, die dezer dagen alom diepen ronw heeft ver spreid" »Waren dejaren van Keizer Wilhelm hoog geklommen, toch ziet men maDnen, die zoo grooten en weldadigen invloed op de Europeesche toestanden nitoefenden, niet dan noode van dit aardscbe tooneel verdwijnen. Zijne asscbe rnste in vrede IMoge de nooit volprezen liefde der Voorzienigheid zijn diep beproefden opvolger, Keizer Frederik IIIr steune en in gunste nabij zijn". Onder teekenen van instemming van de zijde der Kamer, verklaarde de Voorzitter, dat van deze gevoelens der Eerste Kamer aan de regeering van Z. M. den Keizer van Duitsch land mededeeling zou gedaan worden. Do Minister van Buitenlandsche zaken verklaarde, dat de Regeeriog zich van harte bij deze gevoel volle woorden aansluit en aan den uitgesproken wensoh der Kamer gevolg zal worden gege ven. De laatstelijk door de Tweede Kamer aangenomen wetsontwerpen werden naar de afdeelingen verzonden, welke bij loting zijn hernieuwd. Met het oog op de aanstaande herstem mingen gelooven wij, dat het niet ondienstig is, nogmaals het program van aetie der katho lieke partij te publieeeran. Daar ons program op de meeste punten met dat der anti-revo lutionairen overeenstemt, zal het dus voor ieder duidelijk worden wat de Rechterzjjde in do Kamer op het gebied der wetgeving zal nastre ven. Het luidt aldus: I. Herziening der wetten op het Hooger-, Middelbaar- en Lager Onderwijs met het oog op decentralisatie, bezuiniging en rechtsge lijkheid. II. Enkele districten ook in de groote steden en herziening van het gemeentelijk kiesreoht, vooral wat de bazis aaDgaat. III.Hervorming en verbetering van de social® wetgeving.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1888 | | pagina 2