^mengde honing der reliquieën plaats had. De tooning Keaehiedde van de drie zijden der krocht in 8 groepenlo, reliquieën van de Heiliga Maag- Oen; 2o. van de bisschoppen ea belijders 3a. VaQ de martelaren 4o. van de bisschop» P®o Van Tongeren en Maastricht; 5a. van de Monnnlfnsen Gondulfas6o. van den H. arvatina7o. van de apostelen en van de oerverwanten des Ziligmakers, en 8o. van 6 hens werk tuigen des Heeren. Na de ooing werden de geloovigen toegelaten om reliquieën van nabij te bezichtigen, 's Na middags werd van de St. Servatins-kerk «it een processie naar de St. Servatiusbron houden, waar de zegening van het beeld St. Sarvatins plaats had. Bij die gelegen- Werd eene toespraak gehouden, werden Soedan verricht en godsdienstige zangstukken ^gevoerd. Deze plechtigheid werd door benden bijgewoond. Onder de telegrammen en brieven van ^pathie, welke Mgr Lambrecht, de nienwe l"Sc'aop van Gent, ter geleganheid van zijn lrista)latie als zoodanig van alle zijden ontving, lV°r<it door de Godsdienstige Week melding j^waakfc van een hartelijk schrijven van Z, S« den Bisschop van Haarlem, Mgr Botte- manne. De oorsprong der traditioneele sym- ^hieën, welke eeuwanher tnsschen de diocesen 8ariem en Gent bestonden, is deze a de XIYe eenw bleef de stad Haarlem psPaard voor tallooze rampspoeden door "middeling van St. Bavo, dien de ingezetenen P bijzondere wijze vereerden. Da destijds aanbouw zijnde groote kerk werd onder bescherming van den Heilige gesteld en 1402 gewijd, bij welke gelegenheid de ®®*teljjkheid van Gent een groot gedeelte der ^1(Bneëa van St. Bavo aan Haarlem schonk. 0en in 1559 Gent en Haarlem bisdommen ^etden, 8i0ten de twee steden zoo nauwe "'U'hchapBbanden dat de beide kapittels zelfde officie aannamen en de kannuniken ander wederkeerig als broeders behandelden. Werden die tradition onverzwakt in eere (7.) Studenten-Optoclit te Delft. 'ffiizenden Rotterdammers, Sohiedammers ®a Hagenaars hadden zich gisteren-avond, 'J°Dr het betrekkelijk gunstig weder uitgelokt, aaar de oude Prinsenstad begeven, om den °Ptocht van het Studentenkorps (de bruid- stoet van Juliaan van Egmoud en Mabelia Graswinckel, de bekende hoofdpersonen nit de roman van mevrouw Bosboom-Tonssaint»De Helftsche Wonderdokter"), die ter gelegenheid der viering van zjjn 8en lnstrnm zou wor den gehouden, te zien voorbijtrekken. Er beerschte dan ook een ontzaglijke drukte. Hank zij het vrij gunstige weder slaagde d« illuminatie allerwege uitmuntend. Terwijl de illuminatie in de stad zich meer meer ontwikkelde, werd in de Stads Doelen" gecostumeerde optocht opgesteld. Velen, 'e het voorrecht hadden dien alzoo nog bij aghcht te aanschouwen, verklaarden, dat men Ra optocht gerost overdag had kunnen hon- a» enkele buitengewoon kostbare costnmes en Wapenrustingen mogen ontbroken hebben, 'haar dit belet niet, dat het geheel een aau- 8® na men indruk maakte en best het zonlicht kunnen verdragen. He stoet zette zich overeenkomstig het pro- h'ram preoies te negen uren in beweging. Hij erd vooraf gegaan door een detachement _^zaren en het bereden muziekkorps van het k® regiment huzaren. In de achterhoede kwam ®t mnziekkorps van de dd. Schutterij te 6 ft en een detachement huzaren. Aan beide en marcheerden een heirleger fakkeldra gers. Hij bestond verder nit de volgende bestand le den I. Groep. Klaroenblazer (te paard); Banier drager van De'ft (te paard); Stadsbode van Delft; Gerrit Franz. Meerman, Schout van Delft; Dirk Corstiaensz. van Groenewegen, Thesaurier van Delft; Govert Willemsz.Bras ser; de burgemeesters van Delft: Mr. Johan Hnijgensz. de Groot, Jacob Hnijgensz. v. d. Dnssen en Hendrik Dirksz. van Santen; de schepenen van Delft Willem Jacobsz. van Voorburg, Gerrit Adriaensz. v. d. Meer, Jan Sebastiaensz. van Santen, Abraham Jansr. Graswinckel, Frank Reijersz. van der Burch en Simon Adriaensz. van GroenewegenJacob Brainsz. Stnaling; Aalbert Storm van Wena (te paard)Dijkgraaf van Delfland: Heer Johan van Matenes (te paard)Hoogheemraad van Delfland: Cornells van Eijarop van Knijk (te paard)Heer van Hoogwoude, Hoogheemraad van Delfland, (voorgesteld door dan heer Tan Tjoen Liang) en Jacob van Egmoud, Hear van Kenenburg, Hoogheemraad van Delfland. II. Groep Klaroenblazer (te paard) BruidsmeisjesJaliaan van Egmond (te paard), voorgesteld door den heer W. A. O. de JongeMabelia Graswinckel (te paard), voorgesteld door den heer J. C. van Marken Wz; Brnidsjonsers (te paard); Dr. Graswinckel Geseit Boot; Johan van Oldenbarneveldt, 's lands advocaatRobbregt Ewanter van SchilperoortMichiel Jansz. Miereveld; Jacob van den Eijnde; Mr.Pieter Willemsz van der Meer; Jacob Hnijgensz v. d. Dassen Mr. Jan de groot. III Groep. Geschenk van prins Maurits en Graaf Willem Lodewijk, gedragen door 4 pages Marcel Bax, aaavoerder der Statearni- t.ersVaandrig en Statenrniters de Banier drager van prins Manrits en die van graaf Willem Bodewijkde Herant van Holland en die van FrieslandPrins Maurits, voorgesteld door den heer Cd. F. Storkgraaf Willem Lodewijk (de heer P. Ferman) en Prins Frede- rik Hendrik (de heer F. Tb. Engel) allen te paard; Gideon van der Hoeven; Jaoob van Zaijlen van Nijevelt; Christiaan van der Goe?, Jacob van der Dnssen, de Heer van Malderen en Walraven, Heer van Brederode, allen te paard. IV Groep. Blasoendragers, Gildemeesters en Gezellen van het St. Lucas-, het St. Eloys- en het St. Adriaens-Gilden een triomfwagen van elk dezer drie gilden der stad Delft Adriaeu Van der HonffVaandrigs en Schutters van Delft. Het behoeft nauwelijks vermelding, dat het Bruidspaar het glanspunt van den stoet vormde. De bruid was in witte zijde, waarvan het keurslijf met gond was doorstreept; de lan ge witte sluier over den opstaanden kraag golvende, de bruidsruiker in de hand. De brnidegom droeg een kostbaar gewaad van wit, blauw en gond. Negen kinderen in het wit gekleed en frisoh groen en bloemen aan Baamverbonden standaards met zich voerende, deden als bruidsmeisjes dienst. Ook de pages, die het geechenk van den prins en den graaf droegen (een zwaard) zagen er in hun wit blauw gewaad zeer keurig nit. Het voertuig met de geschenken van bet gilde, door zes paarden getrokken en met pekkransen aan de boeken, maakte ook een zeer goeden indruk. Het licht der tallooze fakkels weerkaatste bijzon der fraai in Delft's smalle grachten en het geheel had werkelijk esn recht schilderachtig aanzien. Van de Stads Doelen" trok de stoet recht streeks naar de Van der Mastenstraat waar zich nog altijd een stichting van de familie Graswinckel bevindt. Die stichting vormtéén hofje van zeven huisjes. Boven de deur van het middelste ziet men de wapens van de familieën Cornelis de Groot, Graswinckel en van Overschie. Daarnevens het wapen van E. van Sasbout Ezn en daaromheen het bijschrift: Aan de andere zijde zijn de wapens aange bracht van M. van der Dussen, huisvrouw van J. Graswinckel, alsmede van S. van de Wiel, weduwe van A. van Swieten. Daaronder leest men Voor dit hofje aangekomen, werd het brnidspaar door een afstammeling van het geslacht Graswinckel de eerewijn aangeboden, hetgeen op zijn tocht door de stad nog meer malen herhaald werd. Te elf nren noodzaakte evenwel een hevige donderbui den stoet zich te ontbinden. Toen voor eenige maanden het spoorweg ongeluk te Rninerwolde had plaats gehad, is bij sommige personen de gedachte opgekomen of er geen mogelijkheid zon bestaan, om eene trein, die door eene of andere reden het signaal van onveilig" voorbijrjjdt, te doen stoppen. Naar de A. R. Ct. verneemt, heeft ook iemand nit het dorp Meteren een werktuigje uitga ronden, dat in [staat moet zijn, den Westinghouserem te grijpen, en dientengevolge den trein te doen stoppen. Van zijne vinding moet hij nitvoerig melding gemaakt hebben aan hethoofdbureau van staatsspoorwegen te Utrecht, met de bedoeling, dat men daar zon onderzoeken, of zijne uitvinding practisoh uit voerbaar is. TeLuinjeberd is, naar de Leeuw. Ct. vertelt, door iemand op de kurk van een hengel een vreemd diertje gevangen. Het diertje, 2 deci meter lang en zoo dik als een stopnaald, heeft twee koppen. Om de twee dagen wordt het water nit de sloot verfrisoht, en dan kan men zien, dat het beest vrij opgewektis. Na verloop van eenige uren begint het water te klenren door een zekere stof, die zich van het diertje afscheidt en langzamerhand naar den bodem zinkt. Verscheiden personen hebben het diertje bekeken maar niemand herinnert zich ooit zoo iets gezien te hebben, vandaar dat ook niemand den naam van dit diertje kent. Het gerucht wil dat de Kroonprins van Italië zich na het huwelijk van zijn oom, den Her tog van Aosta, met de Prinses Letitïa Bonaparte naar het Belgisohe hof zal bege ven. Er zon sprake zijn van een huwelijk tnsschen den Kroonprins en Prinses Clemen tine, derde dochter van Koning Leopold en zuster van de Aartshertogin van Oostenrijk Stefan ie. Toen Koning Oscar van Zweden onlangs met den Koning van Denemarken de tentoon stelling te Koppenhagen bezichtigde, bleef hij bewonderend staan voor een grooten opgezet ten ijsbeer. Esn der hof heeren maakte Z. M. een compliment over het schieten van dien beer, en toen de koning verwonderd keek, vernam hij, dat op dien dag een briefje, aan den beer gebonden vermeld haat«Geschoten door Koning Oscar II." „Dat is een lengen geweestriep de Koning. »Ik heb nooit een beer geschoten." De inzender werd nu geroepen. Hjj stond be schaamd voor den Koning. Maar de zaak liep beter af dan hij dacht. Want, na den prijs van den beer vernomen te hebben, zei Koning Oscar: »Zet nn op nw briefje: „ge kocht door Koning Oscar II." Dat is ook een reclame voor n, en het is da waarheid." Zto vergaat de glans der wereldOp een praohtigen Junidag van het vorige jaar Voor man ea vrouw zijn deze hofkens tot een» eeuwige funditïe. Wij stonden eertijds op de Geer, Zes iu getal, doch na een meer. Op nieuw herbouwd en hier gebracht Door de twee oudsten van 't geslacht. 1660.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1888 | | pagina 3