jjji iii Burner klimt een Biivaegsel- 13e Jaarg. Zondag 9 en Maandag 10 Februari 1890. No. 3606. VERSCHIJNT DAGELIJKS. DE CRISIS. Bureau: Boterstraat, E 39. Prijs van dit Blad: Prijs der Advertentiën ALGEMEEN OVERZICHT. NIEUWE SCHIEOAMSC Voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.50 Franco per post door geheel Nederland 2.00 Afzonderlijke Nommers0.05 Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is ver zekerd volgens de Wet van 28 Juni 1881 (Stsbl, no. 124.) Van 16 regelsf 0.60 Elk gewone regel meer0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. De Verwerping van de Begrooting van Koloniën door de Eerste Kamer is eene daad, •lie voor de naaste toekomst groote gevolgen kan hebben. Daarmede toch is de levensdraad van een ministerieel leven zoo goed als afgesneden, terwijl het de vraag blijft of °ok niet het politieke leven van de andere ministers ernstig werd bedreigd, ja zelfs of hiet de duur van de wetgevende periode van °ns parlement door eene ontbinding belang- rljk zal worden bekort. Als men de mogelijke gevolgen van het bekende votum der Eerste Kamer wel over weegt, zou men geneigd zijn te vragen, of 'bt Staatslichaam zich wel volkomen bewust Was van hetgeen het deed, toen het met eéne stem meerderheid weigerde de Begroo- Hng goed te keuren, en aldus den Minister (}e middelen benam, om het bestuur over 'ie Koloniën te voeren. Dat de Eerste Kamer x'ch tot zulk een daad zou laten vervoeren, bad in de laatste dagen niemand durven benken. Achtereenvolgens waren de begroo- t'ngen der onderscheidene ministers met aanzienlijke meerderheid, veeal met eenparige temmen, aangenomen. Ten laatste kwam Hoofdstuk X der Staatsbegrooting (Koloniën) aan de orde. Verscheidene van de invloed rijkste leden der Kamer waren, meerendeels boor ongesteldheid, verhinderd de zittingen b'jtewonen op het beslissende oogenblik was *e'fs de heer Fransen van de Putte niet in be Kamer tegenwoordig. Had men durven benken, dat onder zulke omstandigheden de kamer de Begrooting van Koloniën zou wei geren goed te keuren Het is waar: men wist dat vooral de 'beralen niet aarzelen eene begrooting om 'edenen buiten die begrooting gelegen te verwerpenhet was genoeg bekend, dat de 'berale coterie den minister Keuchenius, we gens zijn geprononceerde godsdienstige begin gen en zijn ijveren voor de verbreiding van het bristendom onder de heidensche bewoners van den Indischen archipel, grondhartig haatte 'naar had zij zich daardoor mogen laten v'n leiden, om het leven van dezen Minister 1 te snijden, zij, die zich maar al te zeer be- W'isk jS) tiiet de volksopinie te vertegenwoor- "gen? Gewis neen; want zij wist maar al te ]V bat zij, deze veer uit het raderwerk whtende, het geheele ministerieele uurwerk ot stilstand zou brengen. Als zij er nog an getwijfeld had, zou het gezicht van al de ministers, die rond hun collega van koloniën aan de groene tafel geschaard waren, het j haar zeker geleerd hebben. Doch de liberale meerderheid der Eerste Kamer liet zich in deze niet leiden door de overweging van het koel verstand, maar gaf slechts gehoor aan de ingevingen van haren blinden haat. En zoo riep zij een conflict tusschen de beide wetgevende machten, de Tweede Kamer die de Begrooting van Kolo niën goedkeurde en de Eerste Kamer die ze verwierp, in 't levenen zoo schiep zij een ingewikkelden toestand, waarvan zij alleen de volle verantwoordelijkheid zal hebben te dragen. De ontslag-aanvrage van den Minister van Koloniën is in 's Konings handen. Wellicht is zij op dit oogenblik reeds, zooals gebrui kelijk is, bij den Ministerraad om advies ingekomen. Is dit het geval, dan is het oogen- blik voor het Ministerie gekomen, om zijn oordeel over de roekelooze daad der Eerste Kamer uit te spreken. En dat zal waar schijnlijk in dien zin luiden, dat de Eerste Kamer, door den Minister van Koloniën naar het leven te staan, ook met het geheele Ministerie een kamp op leven en dood aan- gmg. Dan zal men een waar tweegevecht te zien krijgen: »uw leven of het mijn" zal het parool worden. Of het Ministerie zal moeten sneuvelen, bf de Eerste Kamer zal hare roekelooze daad met den dood moeten boeten. Wij vertrouwen, dat het Ministerie in dezen worstelstrijd waren mannenmoed zal toonen, en dat het niet aarzelen zal met vaste hand toe te steken, om den levensader van deze onwaardige Eerste Kamer, deze politieke misgeboorte, af te snijden. Dit achten wij de beste oplossing van de huidige crisis. Het dan niet zulk eene ontbinding uit te lokken, sterk als zij zich mag gelooven door 's Ko nings vertrouwen en door den zedelijken steun der natie, die haar daarbij in ruime mate zal geboden worden. Ministerie ontbinde na 's Konings machtiging de Eerste Kamer en legge der nieuwgekozen Kamer opnieuw de afgestemde Begrooting van Koloniën voor. Dan zal waarschijnlijk het Kamervotum geheel anders zijn. Wellicht zal men grootendeels met andere mannen te doen hebben want het is zeer wel moge lijk, dat de Provinciale Staten de mannen die den Staatswagen zoo roekeloos deden ontsporen, niet meer zullen herkiezen. Mocht het echter blijken, dat met een en ander de wagen van den Staat nog niet in het rechte spoor was gekomen, welnu het Ministerie aarzele niet een uiterst middel te beproeven: eene ontbinding der Prov. Staten over het geheele land behoort niet tot de onmogelijkheden; dit radicale middel zou alleen in staat zijn, den onzuiveren politieken dampkring te zuiveren. De Regeering aarzele DUITSCHLAND. De geheele pers houdt zich nog steeds bezig met de aanschrijving van den Keizer over het arbeidersvraagstuk. De conserva tieve en katholieke bladen betoonen luiden hunne ingenomenheid de nationaal-liberalen en de vrij-conservatieven laten zich kalmei- uit en leggen vooral den nadruk op de be zwaren, welke de verwezenlijking van 's Kei zers wenschen zal vinden. De bladen der Duitsch-vrijzinnige partij geven eveneens luide hun bijval te kennen en verdedigen de op vatting dat, ook al mocht eene internationa le regeling niet te verkrijgen zijn, Duitsch- land op dit gebied in zijne nationale wetgeving het voorbeeld moet geven. De sociaal-democratische pers roemt de aan schrijvingen als eene groote overwinning voor hare partij, die nu bij de verkiezingen krachtig behoort te worden versterkt, opdat er nog meer gewonnen kunne worden. Voor het overige stemmen alle partijen op vermakelijke wijze overeen in de verzekering aan de kiezers, dat juist slechts door de kan didaten van hare partij te verkiezen, de in de aanschrijvingen neergelegde denkbeelden tot werkelijkheid gemaakt en het arbeidersvraag stuk in den door den Keizer bedoelden zin opgelost kan worden. Van den Rijkskanselier doet het volgende gevleugelde woord de ronde, dat hij tot eenige afgevaardigden zou hebben gesproken»De Keizer houdt zeer veel van mij, maar imponeeren kan ik hem toch nietIn de provinciesteden zijn de Keizer lijke aanschrijvingen door aanplakking aan openbare gebouwen bekend gemaakt. De Weener bladen verwonderen zich, dat be halve Engeland, België, Frankrijk en Zwitser land, niet ook Oostenrijk en Italië door den Keizer genoemd worden als genoodigden tot het Congres, maar zij troosten zich met de gedachte, dat deze bondgenooten van Duitsch- land reeds voorat gepolst en uitgenoodigd zijn. De Londensche Standard meent, dat Engeland zich nog wel eens bedenken zal, om den fabrikanten dwang aan te doen, zoo lang Duitschland aan het beschermend stelsel blijft vasthouden. FRANKRIJK. De hertog van Orleans, de zoon van den graaf van Parijs, is gisteren-avond ten huize

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 1