.—■ucjct.ouh-
Een geheimzinnig sterfgeval.
meer), en de weleerw. heeren J. Kamel,
kapelaan in de Haarlemmermeer en M.
Moes, kapelaan te Noordwijk, terwijl verder
nog een tiental geestelijken inliet priesterkoor
aanwezig waren.
Onder het Lof betrad de hoogeerw. heer
B. Dankelman, kanunnik en plebaan der
kathedrale kerk te Haarlem, den predikstoel.
In eene korte rede zette ZEw. uiteen, hoe
zijne pelgrims, nauwelijks teruggekeerd van
het H. Land te Brielle, zich weder bevonden
op eene heilige plaatsimmers, juicht Den
Briel om de 19 helden, die daar de martel
kroon verwierven, Schiedam juicht en jubelt
om de Maagd op zijnen grond geboren, die
met eer en heerlijkheid werd gekroond. Zijne
rede vervolgende, betoogde spr., dat het ge
loof èn aan de Martelaren van Gorkum èn aan
de Maagd van Schiedam leerde, dat het Jijden
van dezen tijd niet te vergelijken is met de toe
komstige heerlijkheid, die in ons zal geopen
baard worden. Door het geloof wisten zij,
dat zij als ledematen van Christus door
veel strijd en lijden zich de plaats moesten
veroveren, die Hij ons in het rijk der heme
len heeft bereid. De gedachte aan de
kroon die hun was weggelegd gaf zoowel
den H. Bloedgetuigen te Brielle als der [hei
lige Maagd van Schiedam de kracht om met
en voor Christus veel te lijden. In deze uit
eenzetting vond spr. aanleiding zijn hoorderen
aan te sporen, om, als zij straks in vertrou
wen zouden liggen neergeknield voor de
kostbare overblijfselen van de II. Patrones
der Lijdzaamheid, door hare voorspraak van
God te vragen datgene wat zij van de liefde
en goedheid des Heeren zoo gaarne zouden
ontvangen; maar vooral sterkte in het lijden
en de kracht om steeds het heilig katholiek
geloof met mannenmoed te belijden. Dan zou
den zij, steeds meer aan Christus gelijkvor
mig wordende, ook eens deelen in de heer
lijkheid, die Hij in het rijk der hemelen
geniet.
Na deze treffende predikatie werd het Lol
voortgezet. Heerlijk klonk het Te Deum,
den Allerhoogste ten dank ook voor de ver
heffing van Zijne Bruid, de groote Lijderesse
van Schiedam. En nadat der Verborgen
Godheid door het schoone Tantum Ergo
hulde en dank was gebracht, werd de plech
tigheid met het zingen van een pelgrimslied
besloton. Evenals de vorige avonden werd
bij het uitgaan der kerk weder gelegenheid
gegeven de Relikwieën der H. Liduïna te ver
eeren, en met blijkbare godsvrucht werd deze
eerbiedige hulde aan de kostbare overblijf
selen van de Maagd van Schiedam gebracht.
Wel voldaan keerden daarna de talrijke pel
grims omstreeks 8| ure per extra-trein naar
het schoone Kennemerland weder de ge
dachten met zich voerende aan die edele
spruit uit Holland's stam, die heerlijke roos
uit onze gaarde, die de roem was onzer
voorvaderen, en die zal blijven de eerekroon
van ons volk, de glorie van Schiedam tot in
het verste nageslacht
De minister van waterstaat heeft aan den
directeur-generaal der Maatschappij tot ex
ploitatie van staatsspoorwegen doen weten,
dat het spoorweggedeelte Vlijmen's-Bosch
op 4 October a. s. voltooid zal zijn, en alzoo
in exploitatie kan worden genomen.
Het voornemen bestaat, om de door de
Eerste Kamer der Staten-Generaal aangeno
men spoorweg-overeenkomsten, zoodra deze
de bekrachtiging van Z. M. den Koning zul
len hebben verkregen, op 45 October aan
staande in werking te doen treden.
Uit een Pruisisch blad werd door eenige
organen het bericht overgenomen, dat de Kei
zer van Rusland het arbiterschap in zake de
Surinaamsche grenskwestie had aangenomen.
Dit bericht is onjuist, want zelfs van de
aanbieding van het arbiterschap, krachtens
de gewijzigde voordracht, is nog geen sprake.
Zoodra de wet, goedkeurende de nieuwe for
mule van voordracht, door Z. M. den Koning
zal zijn bekrachtigd, zal de uitwisseling der
declaratie plaats hebben, waarna dan ge
lijk wij vroeger reeds meldden door de
beide Mogendheden bij gemeenschappelijke
nota de opdracht van arbiter zal worden ge
daan. (DU. v. Z-H.)
Aan den heer Van der Vliet, te Amster
dam, voorzitter der Ned. Hoofdcommissie
voor de Parijsche Tentoonstelling, zal namens
zijne vroegere collega's als blijk van waar
deering voor zijne voortreffelijke leiding een
tegelschilderij van Thooft en Labouchère ten
geschenke worden aangeboden.
Voor het Hof der Admiraliteit te Londen
werd eergisteren behandeld de zaak der
eigenaars van het stoomschip Prins Frede-
rik tegen die van het stoomschip Marpessa,
wegens de aanvaring tusschen die beide in
den nacht van 25 Juni jl. Aangezien de feij-
zonderlieden betreffende de toedracht dezer
zeeramp hier bekend kunnen worden geacht,
mogen wij de dienaangaande afgelegde ge
tuigenissen der gezagvoerders van beide stoom
schepen voorbijgaan en ons bepalen tot de bij
monde van den heer rechter Butt gevallen
uitspraak. Deze luidde in hoofdzaak als volgt
De beide schepen bevonden zich vóór het
critieke oogeriblik feitelijk parallel, dus in
tegenovergestelde richtingen. Wij koesteren
geen twijfel, dat de werkelijke oorzaak dei-
ramp te zoeken is in het over stuurboord
aanhouden van de Prins Frederik dwars voor
den boeg van de Marpessa. De getuigen van
de Marpessa deden duidelijk uitkomen, dat
zij den koers van hun schip niet veranderden,
terwijl de Prins Frederik den zijnen aan
merkelijk moet veranderd hebben. Ook op
het punt van te groote snelheid in het mis
tige weder, blijkt het verwijt, dat den ge
zagvoerder der Marpessa gemaakt werd, on
gegrond. De snelheid schijnt geweest te zijn
twee knoopen op de Marpessa, en twee of drie
knoopen op de Prins Frederik. De Prins
Frederik (zoo eindigde de rechter) was een
mooi schip, bevaren door eenen kapiteiq en
stuurlieden, die ongetwijfeld voortreffelijke
zeelieden zijn, en die in het algemeen haar
goed hanteerden. Ik zeg dit omdat ik tot
mijn leedwezen in dit geval tot de slotsom
moet geraken, dat zij het waren, die de feil
begingen. Ik verklaar de Prins Frederik
alléén te laken. (N. R. Ct.)
De IJsel-Stoomtram, tusschen Overschie
en Rotterdam, welke reeds met zooveel te
genspoed te kampen heeft, krijgt het nu
nog harder te verantwoorden. Tusschen Rot
terdam en Overschie is thans een omnibus-
dienst ingesteld, welke omnibus van Over-
sch-e en van het Slagveld te Rotterdam zes
maal per dag afrijdt.
Naar Het Vad. verneemt, heeft de be
kwame en volijverige inspecteur van het ge
neeskundig staatstoezicht in Z.-Holland, dr. L.
J. Egeling, zich door den staat zijner ge
zondheid genoopt gezien ontslag uit 's lands
dienst te vragen.
Het Handelsblad verneemt nader dat noch
de rechter-commissaris mr. S. Sleeswijk, noch
de officier van justitie mr. A. Looijen bij de
arrestatie van de verdachte A. Kuijpers te
Oosterbeek of Arnhem zijn tegenwoordig
geweest.
De Celebes, van de maatschappij Neder
land, zal een reis maken van Java naar
Australië. Voor zoover ons bekend is, is dit
de eerste maal dat een der booten van de
maatschappij Nederland van den gewonen
weg afwijkt en de reis uitbreidt tot het vijfde
werelddeel. (Nbl. v. Ned.)
Te Groningen zijn weder acht kinderen
aan de mazelen overleden, zoodat thans 56
personen aan deze ziekte bezweken zijn.
Men schrijft cns uit Vlissingen dd. 24 Juli:
Het gisteren-avond naar zee vertrokken
Eng. stoomschip Electro, van Gent naar Goole,
is bij het bankje van Zoutelande aan den
grond gevaren. Sleepbooten vertrokken heden
nacht ter assistentie derwaarts. Het is he
den-ochtend ca. 5 uren, met eigen middelen,
vlot gekomen en heeft de reis voortgezet.
(N. R. Ct.)
MAASSLUIS. Bij de op gisteren gehouden
herstemming voor de verkiezing van een lid
van den gemeenteraad, is gekozen de heer
N. M. Keukenmeester, met 480stemmen, de
heer J. P. "Wimmers verkreeg 176 stemmen.
ROTTERDAM. De bouw van de op 18
dezer aanbestede nieuwe St. Ignatius-kerk,
op het terrein der oude Engelsche gasfa
briek aan den Westzeedijk, is gegund aan
de heeren H. J. Heiman en Zoon alhier, die
het laagst hebben ingeschreven voor den bouw
dezer kerk zonder toren. Architect is de heer
Nic. Molenaar te 's-Gravenhage.
BREDA. De 10e verjaardag van ons lief
Kroonprinsesje zal hier op 4 September al-
ler-luisterrijkst gevierd worden, wijl haar
eigenlijk geboortefeest (31 Augustus) op Zon
dag valt.
Omtrent het geheimzinnig stengeval, dat
voor eenige weken in de Tesschelschade-
straat te Amsterdam plaats vond, weet het
VI. Blad van Amsterdam o. a. de volgende
bijzonderheden mede te deelen
Den 16n Juni overleed te Amsterdam op 33-
jarigen leeftijd jonkvrouw Willielmina Jacoba
Smissaert, ten huize van mejuffrouw A. Kuij
pers, in de Tesselschadestraat, waar zij sedert
12 November 1885 woonde. Zij was slechts
korten tijd, ongeveer veertien dagen ziek
geweest, en de doodstijding trol enkele ha-
rer familieleden zeer sterk, daar zij niets
van haar ziekte hadden geweten. De ge
neesheer dr. Foreman gaf als oorzaak van den
dood opslagaderbreuk.
Zeer opmerkenswaardig is 't, dat de aan
kondiging van den dood het eerst ondertee
kend is door A. Kuijpers. De tweede
ondergeteekende is een zuster van de over
ledene, ook zeer bevriend met de verdachte.
Enkele familieleden schijnen reeds dadelijk
redenen gehad te hebben om te twijfelen
aan een gewoon verloopen ziektegeval, want
bij de justitie werd aangevraagd, de begra
fenis uit te stellen. Na de verklaring van
den dokter vond men echter geen termen,
zoodat het lijk den 20n Juni op Zorgvlied
werd bijgezet.
Bij de opening van het testament der
overledene bleek dat zij het grootste ge
deelte van haar vermogen had nagelaten aan
haar vriendin Aafje Kuijpers. Dit feit, in
verband gebracht met het afsterven, wekte
achterdocht. Een broer van freule Smis-