FEUILLETON, BI N N B N L A N 1). De Wraak van een Christen, de keizerin van Oostenrijk Rome op haar zee reis zou aandoen, stappen heeft gedaan bij het Oostenrijksche gouvernement, om te verhin deren, dat H. M. de Eeuwige Stad bij afwe zigheid der koninklijke familie bezocht en een bezoek ging brengen aan Z. H. den Paus. De Keizerin moet echter niet voor nemens zijn peweest Rome aan te doen. Sommige bladen weten te berichten, dat de bekende Duitsehe geschiedvorscher mgr. Janssen van Frankfort bestemd zou wezen om in de plaats van den onlangs overleden kardinaal Hergenröther archivaris in het Vaticaan te worden. ZWITSERLAND. In den Grooten Raad van Tessino heeft de heer Soldati, na Respini het hoofd der conservatieve partij, een voorstel ingediend tot wijziging van de kieswet. Het ontwerp is aan eene commissie verzonden. Schiedam, 4 November 1890. Bij het examen voor onderwijzers zijn gis teren te 's-Gravenhage geslaagd de heeren J. Ruseier, J. H. KleinH. H. Zwalje en J. J. Goedvolk, allen van Schiedam, en J. B. Schmitz en B. A. Toks, beiden van Rotterdam. Staatsblad no. 157 bevat een besluit in naam des Konings tot uitgifte en beleening van f6.000.000 in schatkistbiljetten volgens de wet van 4 April '1870. De Regeering heeft het verzoek van den gemeenteraad van Schoterland, om een bui tengewone subsidie van f 5000 voor de kos ten van lager onderwijs in die gemeente, afgewezen. De gewone audiëntie van den minister van marine zal op Vrijdag 7 dezer niet plaats hebben. De Tweede Kamer is bijeengeroepen te gen Dinsdag 11 November, des namiddags te half drie uren. Een telegram uit Berlijn van den Berlijn- schen correspondent van het Hbl. meldt dat de Duitsehe regeering voornemens is de belemmeringen van den invoer van vee uit Nederland op te heffen. Episode uit den tijd der Fransche revolutie. 27) Naar het Fransch van Just Gibard. Toen de kalmte een weinig teruggekeerd vras, richtte Toustain, die zelf aangedaan scheen, zich tot de menigte en op een toon, dien hij zich geweld aandeed, welwillend te aijn, zeide hij «Burgers van Auvrigny, ik heb lang ge noeg onder u gewoond om u te leeren ken nen en hoogachten; zijter van overtuigd, dat ik n allen als broeders bemin, en dat ik mij met weemoed in 't hart verplicht, gevoel, om jegens u de gestrengheid in acht te ne men, die mijn ambt mij dikwijls oplegt. En vooral hier, meer dan op eenige andere plaats, zou ik verlangen, al die offici- eele gestrengheid »p zijde te kunnen zet ten, om zonder beslommeringen het huise lijk en vriendschappelijk geluk te kunnen genieten maar, burgers van Auvrigny, vóór alles ben ik republikein, en ik moet mijne persoonlijke gevoelens opofferen voor het belang en het welzijn van mijn vaderland. Ik heb den naam var. Brutus aangenomen, in plaats van dien van Remi, dien men mij Uit Brussel wordt aan Times geseind, dat Nederlands voorstel tot vervanging der voor gestelde inkomende rechten in, den Congo- staat door een internationaal subsidie als onaannemelijk beschouwd wordt, omdat door zulk een subsidie de onafhankelijkheid van den Congostaat in beginsel vernietigd zoude worden. De minister van binnenlandsche zaken, jhr. mr. de Savorcin Lohman, bezocht gisteren de gemeente Delft in verband met de voor genomen uitbreiding van het St. Joris-Gast- huis aldaar. Jl. Maandag had de Minister tot gast de heer Benoist, redacteur van den Parijschen lemps, die zich hier te lande bevindt en zich op de hoogte komt stellen van den staatkundigen toestand. De miliciens van de lichting 1887 kwamen gisteren bij het regiment grenadiers en jagers om een tiental dagen geoefend te worden in de behandeling van het nieuw model geweer. Zaterdag was het veertig jaar geleden, dat de minister van Staat jhr. mr. F. J. J. Van Eysinga, zijn staatkundige loopbaan begon. Bij deze gelegenheid werd hem door de Eerste Kamer een aandenken aangeboden, bestaande in een massief zilveren monumen tale vaas. Het stuk is ontworpen en uitgevoerd in de fabriek van de heeren J. M. Van Kempen Zonen, te Voorschoten. De Tijd van Zaterdag 11. bevatte een artikel «Allerheiligen", onderteekend »Jan Holland", het letterkundig pseudonium van den be kenden schrijver en humorist dr. A. J. Vi- tringa, oud-rector van het gymnasium te Deventer, die het vorige jaar tot de katho lieke Kei'k overging. O O De strekking van dit artikel en de toon waarin het is gesteld, leggen eene ondubbel zinnige getuigenis at van de innige overtui ging, waarmede dr. Vitringa den grooten stap, die indertijd zooveel besproken werd, heeft gedaan. In het antirevolutionair weekblad, dat te Vlaardingen verschijnt, leest men de volgende merkwaardige woorden »'s Konings dood, die voor de deur staat, zal wellicht de aanleiding wezen, dat men bij mijne geboorte heeft gegevenwelnu, evenals Brutus zou ik, indien het noodigwas, mijne kinderen opofferen, om de republiek te redden Ik ben tot u gekomen, burgers, bezield met broederlijke genegenheidik had ge- wenscht, dat uwe republikeinsche gevoelens, in de twee jaar, die ik afwezig ben geweest, volmaakt zouden zijn maar ik ken de oor zaak van deze kwaal, en mijn verblijf in uw midden heeft hoofdzakelijk ten doel, die oor zaak weg te nemen. De kwaal, waarover ik klaag, heeft tot oorzaak het verblijf van dien fanatieken priester onder u, die u reeds zoo lang heeft misleid en u reeds zoolang de banier der bijgeloovigheid voor oogen heeft gehouden. De eeredienst dien hij u voor schreef, de godsdienst welken hij u onder wees, bestaan heden niet meerwij hebben de afschaffing daarvan gedecreteerd, en wij hebben in de plaats daarvan den eeredienst der Rede en den godsdienst van het Opper wezen gesteld. De tegenwoordigheid van dien man onder u is een bewijs van weerspannigheid aan de wet, en, door u daartegen niet te verzet ten, zijt gij in zekeren zin medeplichtig, ter wijl zij, die hem een schuilplaats verleenen, des doods schuldig zijn. Stoot dus dit ge vaarlijk en verderfelijk wezen uit uw midden, dan zult gij u verdienstelijk jegens het va- I derland betoonen, en gij zult in mij, in plaats van verschillende zijden storm zal loopen tegen het koningschap, want in niet weinigen van ons land leeft de wensch, dat het maar weer tot een republiek mocht komen, zooals in de dagen van Nederlands hoogsten bloei. Het zijn niet enkel socialisten, die de Re publiek begeeren, verre van daar er zijn geloevigen onder, flinke mannen, die een warm hart voor Oranje hebben, zoodat hef. hun volstrekt niet te doen is, om het Oranje huis te verschoppen, maar wel in eere te houden. Maar deze lieden gaan van de over tuiging uit, dat het Koningschap in de dagen van opwinding na de afschudding van het Fransche juk ten onrechte is ingevoerd en in strijd is' met de traditie onzes volks. Zij meenen dat het beter ware geweest, indien men de Republiek had hersteld, met een prins uit het huis van Oranje aan het hoofd, onder den titel van stadhouder of een ander passenden naam, en daarom, het spreekt wel van zelf, loopen zij met het koningschap niet hoog." (R. N.) Naar aanleiding van de jongste schipbreuk te Zantvoort, waarbij een der redders, de weduwnaar Dirk Koper, verdronk en vijf kinderen onverzorgd naliet, betuigt het Hbl. dan wensch dat de Regeering voortaan een vaste premie van f200 zal uitloven voor iederen geredden schipbreukeling, en zegt te recht dat de mannen, die in de reddingboot hun leven voor anderen wagen, moeten we ten dat de Nederlandsche volk zorgt voor de weduwen en weezen van de riddders dei- zee. Vandaar dat het blad een inschrijving heeft geopend voor de wakkere lieden, die de 17 man der Von Lindern hebben gered, maar Vooral voor de vijf weezen van Dirk Koper. De eerste lijst bedraagt reeds f 392 aan giften. Zaterdag-morgen ontstond er brand in het stoomgemaal onder Vlaardinger-Ambacht, waarschijnlijk door eenige takkebossen die boven den stoomketel lagen. Het binnenhout- werk uit de machine en de kap verbrand den de brand hield ongeveer 2 uren aan, de brandspuit van Vlaardinger-Ambacht be wees goede diensten. Persoonlijke ongeluk ken zijn niet te betreuren. Het buiige weer van de laatste dagen heeft aan de landbouwers van Schipluiden duizen den guldens schade bezorgd. De weiden, die vandengestrengen, onverbiddelijken afgevaar digde van liet comité tot algemeen welzijn, een vriend vinden, gereed om zich met u allen te verbroederen. In de hoop, dat gij ditmaal aan de stem der rede gehoor zult geven, zal ik van nu af alle huiszoekingen staken morgen zullen wij ons op denzelf den tijd weder hier vereenigen ik hoop dat men mij in dien tusschentijd de schuilplaats van den weerspannigen priester zal hebben aangewezen, en dat hij aan mij zal zijn overgeleverd. Het is niet noodig nog eens te herhalen wat ik reeds gezegd hebde naam van den aanwijzer zal, op zijn ver langen, met zorg worden geheim gehouden, en bovendien zal hij eene belooning ontvan gen, evenredig aan den dienst, dien hij hier mede aan de republiek bewijst." Allen vertrokken, ten diepste bewogen, terwijl zij met angst den volgenden dag tege moet zagen. Planart en Couriet werden gevangen gehouden en met den ex-rechter uit C.opgesloten. XI. De brief van den pastoor. De ontvluch ting. De woede van den burger- commissaris. Den volgenden morgen was de vergade ring talrijker dan den vorigen avond. Men

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 2