Bil 1 Nummer tataren te Bp«!s. (3eJanrg. Zondag 30 Nov. en Maandag I Dec. 1890. No. 3849. VERSCHIJNT DAGELIJKS. HET KONINGSCHAP. Bureau: Boterstraat, E 39. Prijs der Advertentie»: ALGEMEEN OVERZICHT. NIEUWE SCHIEDAISCHE COURANT. Prijs vail dit lilad: Voor Schiedam per 3 maanden /'1.50 Franco per post door geheel Nederland 2.00 Afzonderlijke Nommers0.05 Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is ver zekerd volgens de Wet van 28 Juni 1881 (Stsbl. no. 124.) Van 16 regels0.60 Elk gewone regel meer»0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. De harde slag is gevallen. Oris dierbaar Vaderland heeft het verlies te betreuren van zijn Koning Willem, de Derde uit het geslacht der Oranje-Nassau's. Hoe zwaar die slag is, al was hij dan ook sinds lang te voorzien, dit gevoelt men reeds onmiddellijk, omdat onze beminde Koning is heengegaan zonder een mannelijken Erfgenaam voor den Troon achtertelaten maar dit zullen wij nog meer gevoelen, naarmate het droevig feit van zijn heengaan zich telkens duidelijker aan ons opdringt. Want Koning Willem de Derde had hart voor zijn volk, stelde groot belang 'n deszelfs nooden en behoeften, en bij meer dan eene gelegenheid, bij meer dan eene groote ramp, heeft hij getoond liefde te koes teren voor zijne onderdanen, getoond dat hij deelde in de onheilen waardoor zij getroffen berden en bij die gelegenheden bleef dan ook zijne betuiging van deelneming in woor den, zijn steun in daden met uit, maar op vorstelijke wijze zelfs en met vaderlijke ge legenheid trachtte hij heul en balsem te brengen, daar waar diepe wonden waren ge slagen, waar soms algeheele ondergang dreigde. En evenals men gezondheid en voorspoed eerst leert waardeeren als zij van ons zijn gevlodenevenals men het kostbaar zon licht pas leert schatten, als wij het moeten eaissen, zoo zullen ook wij, achtergeblevenen, eerst nu gaan gevoelen en begrijpen wat wij verloren hebben, nu onze Vorst van ons is heengegaan, nu wij Hem moeten missen, dien Wlj liefhadden en vereerden als onzen Ko ning. Onze KoningWelk een beeld rijst hier voor onzen geest, een beeld van grootheid en bracht. Immers, niet die pracht welke de koningen omgeeft, noch hun uiterlijke glans, Waardoor de massa verblind wordt, maken hunne majesteit uitdit alles is slechts eene Weerkaatsing van de wezenlijke majesteit, naaar niet de majesteit zelve. De ware ma jesteit bestaat in de afbeelding van de groot heid Gods in den Vorst. God is oneindig, Ood is alles. De Vorst wordt, als zoodanig, uiet beschouwd als een gewoon mensch hij ls een openbaar persoon het geheele Rijk bestaat in hemde wil van het volk is be sloten in den zijnen. Evenals in God alle Ingezonden. volmaaktheid en alle deugd vereenigd is, zoo is ook de macht der bijzondere personen ver eenigd in den persoon van den Vorst. Welke eene grootheid zooveel macht in één persoonEn gelijk de macht van God zich in één oogenblik tot aan het uiteinde dei- wereld doet gevoelenzoo werkt ook de koninklijke macht op een zelfde moment door het geheele rijkzij houdt het geheele koninkrijk bijeen, evenals God dit doet met de wereld. Laat God Zijne almachtige hand terugtrekken, en de wereld vervalt in het nieten dat evenzoo het gezag ophoude in het koninkrijk, dan zal er overal verwarring zijn. Beschouw den Vorst in zijn Kabinet. Van daar gaan de bevelen uit welke over heidspersonen en bevelhebbers, burgers en soldaten besturen, de legers en de vloten be- heerschen. Dit is eveneens het beeld van God, Die van Zijn troon in de hoogste hemelen geheel de natuur beheerscht. Ziedaar het Koningschap, dat als eene menschelijke voorzienigheid waakt over het gansche volkdat volk, hetwelk ter wille van zijn eigen welzijn gehoorzamen wil aan een gezag, waarvan het dan het gemis vooral gevoelt, als buitengewone gebeurtenissen zich voordoen. Het is dan ook het op goede grondvesten steunende gezag dat den burger in den Staat beschermt, dat hem er voor be hoedt het slachtoffer te worden van den sterkste, en zonder hetwelk hij in de wereld noch gerechtigheid, noch redelijkheid, noch zekerheid voor zijn bestaan of voor zijn be zit zou vinden. Laat ons niet zeggen, dat met den dood van Koning Willem de Derde het gezag in ons Vaderland geleden heeft of lijden zal. Maar men zal moeten erkennen, dat wij de volkomen verwezenlijking van het beeld, hier boven geschetst, vooreerst zullen missen want wij hebben als onzen machtigen vader verloren, naar wien ieder vol vertrouwen opzag, en in wiens plaats nu een kind treedt, nog zwak en jeugdig. En hoe verheugd wij over Haar bezit ook mogen zijn, toch is er eene groote mate van vertrouwen op Gods vaderlijke hulp en wijze voorzienigheid noo- dig, om de toekomst met vol vertrouwen tegemoet te gaan, om zich eigen te maken met het denkbeeld, dat een zelfde macht thans zoowel als vroeger over ons heerscht en regeert. Maar dat vertrouwen hebben wij, omdat wij weten, dat de God onzer vaad'ren nog steeds leeft en over ons waakt. Geen vrees of bezorgdheid vermeestere dus iemand onzer. Integendeel, mogen wij onze troost en onze vreugde vinden in het denkbeeld en in de blijde hoop, dat weldra onze Koningin Wilhelmina als eene waardige dochter van Haren doorluchtigen Vader over ons heerschen zal. En moge tot dien dag het bestuur des Lands in hare plaats gevoerd worden door Hare Koninklijke Moeder, op niet min der waardige wijze dan wij dat van Haar- zelve verhopen ENGELAND. Parnell zou gisteren-avond een manifest aan het Iersche volk doen verschijnen, waarin hij het verzoekt met het uitspreken van een oordeel te wachten, totdat het dat manifest geheel gelezen zal hebben. Alvorens van Elmira te vertrekken naar Cincinnati heeft Dillon, geïnterviewd door een dagbladschrijver, verklaard dat Gladstone den sleutel van den toestand in handen heeft, en dat Parnell's aftreden als leider der Iersche partij noodzakelijk is. Gladstone heeft bij het Lagerhuis een voorstel ingediend, strekkende om te ver klaren, dat voortaan ook Katholieken benoem baar zullen wezen als lord-kanselier van Groot-Britannië en als Onderkoning van Ierland. FRANKRIJK. De Kamer werd gisteren volgens de orde van werkzaamheden geroepen te behandelen het voorstel betreffende eene leening. De heer Pelletan verzocht het aan te houden, tot de behandeling der begrooting van in komsten zou zijn afgeloopen. De rapporteur, Perier, verlangde echter onmiddellijke be handeling. Ondanks eenige opmerkingeu van den mi nister van financiën, die meende dat eene leening onmiddellijk na de indiening moest behandeld worden, werd Pelletan's voorstel aangenomen. Rouvier verklaarde, dat hij persoonlijk zich niet getroffen gevoelde door de verdaginghij had immers de kwestie van vertrouwen niet gesteld. De katholieke bladen in Frankrijk voeren sinds eenige dagen een levendige polemiek naar aanleiding van den toost, door kardi naal Lavigerie te Algiers aan de Fransche republiek gewijd, bij de ontvangst van eenige officieren der Fransche marine. Daar de Kerk principieel aan geen enkelen regee- ringsvorm een uitsluitende 'voorkeur geeft, kunnen de Fransche Katholieken zonder ee- nig voorbehoud het feitelijk bestaande gou-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1890 | | pagina 1