BIJVOEGSE
behooreude by de
van Woensdag1 3 December 1890.
voor de plechtige begrafenis van wijlen Zijne Majesteit WILLEM III, Koning der Nederlanden,
Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog van Luxemburg, enz., enz., enz.,
°P Donderdag den. 4den December 1890, des voormiddag^ te elf «ren.
Tweede Afdeeling.
WW
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
Eerste Afdeeling.
Betreffende beschikkingen binnenshuis.
Op den dag, bestemd voor de begrafenis,
zal het Koninklijk Lijk.- behoorljjkgekist, staat:
op eene estrade, in de daartoe bestemde zaal.
Op dien dag zal de dienst bij het Konink
lijk Lijk verricht worden door
A. Den opper-ceremonierneester.
B. De navolgende heeren, bestemd tot het
dragen der slippen van het lijkkleed
Mr. R. J. graaf Schimmelpenninck van Nij
enhuis, grootmeester van hel Huis van wijlen
Zijne Majesteit den Koning en van Hare Majes
teit de Koningin-Regentes, opper-kamerheer;
Jonkheer J. H. van Capellen, vice-admi-
raal, adjudant-generaal der marine, chef van
het Militaire Huis des Konings
Jonkheer G. M. Verspyck, gep. luitenant-
generaal, adjudant-generaal des Konings
De opper-hofmaarschalk, generaal-majoor
C. H. E. graaf Du Monceau
De luitenant-generaal A. E. Mansfeldt, ad
judant des Konings in buitengewonen dienst
De gep. vice-admiraal jonkheer F. de Ca-
sembroot, adjudant des Konings in buiten
gewonen dienst
C. Het dienstdoende Militaire Huis van
wijlen Zijne Majesteit den Koning.
D. Vier-en-twintig kamerheeren, bestemd
tot het dragen van liet Koninklijk Lijk, waar
toe in de eerste plaats in aanmerking komen
de dienstdoende kamerheeren van nu wijlen
Zijne Majesteit
G. L. M. baron Taets van Amerongen
van Natewisch
H. W. J. E. baron Taets van Amerongen
J. W. F. ridder Huyssen van Kattendijke
G. Ch. baron Snouckaert van Schauburg.
De heeren, dienstdoende bij het Koninklijk
Lijk, zullen zich in de volgende orde plaatsen
De heeren, belast met het dragen der
slippen van het rouwkleed
De vier-en-twintig kamerheeren in twee
rijen, twaalf aan elke zijde van het Koninklijk
Lijk;
De hofmaarschalk en kamerheer-ceremo
niemeester
De opper-ceremoniemeester en het dienst
doende militaire huis van nu wijlen Zijne
Majesteit
terwijl vier-en-twintig onderofficieren der
schutterij, zee- en landmacht, de kamerheeren
zullen behulpzaam zijn bij het dragen van
het Koninklijk Lijk.
Betreffende den trein.
Eén uur vóór den tijd, bestemd tot den
optocht der begrafenis, zullen alle personen,
tot denzelven behoorende, zich bevinden aan
het koninklijk paleis in het Noordeinde, in de
daartoe bestemde lokalen, met uitzondering
van degenen, die aangewezen zijn voor den
dienst bij het Koninklijk Lijk.
De groot-officieren en kamerheeren zullen
aldaar voorzien worden van de noodige man
tels en handschoenen.
Aan de hofbeambten en officianten zal
worden bekendgemaakt, waar zij zich van
bovengenoemde zullen kunnen voorzien.
De optocht zal zijn als volgt:
A. Een commando cavalerie tot opening
van den trein.
B. De generaal-majoor J. N, A. baron van
Taets van Amerongen, bevelhebber der 1ste
divisie infanterie, waarnemend gouverneur
der koninklijke residentie, met de officieren
I van den staf der divisie, allen te paard.
C. Een bataljon van de dienstdoende schut
terij der residentie met den staf, het vaan
del en de muziek van het regiment, gevolgd
door eene afdeeling der koninklijke zeemacht
van officieren en voorafgegaan door de muziek
dér marine
eene afdeeling mariniers onder bevel van
eenen hoofd-olficier
het 1ste en het 3de bataljon van het regi
ment grenadiers en jagers, met den staf, het
vaandel en de muziek van het regiment;
een bataljon van het 4e regiment infante
rie, te Leiden in garnizoen, met den staf, het
vaandel en de muziek van het regiment.
D. Drie eskadrons van het 3e regiment
huzaren met den staf, den standaard en de
muziek van het regiment.
De Haagsche schutterij zal een deel uit
maken van den optocht bij de barrière op
den Rijswijkschen wegbij de stad Delft zal
een gelijk korps Delftsche schutterij zich op
diezelfde plaats in den stoet aansluiten.
E. Een holfourier en twee rijknechts te paard.
F. De stalmeester des Konings in buiten
gewonen dienst, C. J. van der Oudermeulen,
te paard.
G. Vier bereden officieren, 1ste luitenants
der koninklijke marechaussee, van de cavalerie,
veldartillerie en rijdende artillerie, om als
aide-ceremoniemeesters te fungeeren, inge
volge de nadere hun daartoe te geven bevelen.
H. De kamerheer-ceremoniemeester in een
hofrijtuig met twee paarden bespannen,
gaande één lakei naast elk portier.
I. De hofbeambten' en officianten, allen in
diepen rouw, met lamfers aan de hoeden,
gaande twee aan twee, de jongsten in rang
vooruit.
J. Een heraut van wapenen (Nederland) te
paard (inr. W. E. van Weideren baron Ren-
gers), voorafgegaan door een wapendragèr.
K. De geneesheer dr. Roessingh, arts, te
Deventer
de geneesheer der hofhouding te 's-Gra-
venhage, dr. J. Coert
de geneesheer der hofhouding op het Loo,
J. Vlaanderen Cz.
de hoogleeraar dr. S. S. Rosenstein
de lijfarts van nu wijlen Zijne Majesteit,
dr. 0. VV. Vinkhuyzen.
L. De rentmeester van het koninklijk parti
culier domein Oranje-Nassau'soord, J. M. F.
van Everdingen
De intendant en capitaine des chasses der
particuliere koninklijke groot-hertogelijke do
meinen in het groothertogdom Luxemburg,
L. B. Stein
De intendant van het koninklijk particu
lier paleis en domein Soestdijk, L. W. Groe-
neveldt
De intendant van het koninklijk paleis en
domein het Loo, J. A. van Steyn.
gep-
gep.
gep-
gep-
M. De directeur der zaken van weldadig
heid E. M. A. Bijleveld.
N. De intendant van het koninklijk paleis
te Amsterdam, belast met het beheer van
het koninklijk paleis te VGravanhage en rne-t
dat van het Huis ten Bosch, jonkheer H.
A. L. van Vessem.
0. De jagermeesters des Konings te voet.
P. De administrateur van het kroon-domein,
jonkheer H. F. M. E. Sandberg tot Essenburg
De jagermeester des Konings voor Gelder
land, luitenant-kolonel V. W.R. baronBentinck
tot Schoonheten
De kamerheer en stalmeester des Konings,
A. C. haron Snouckaert van Schauburg.
Q. De secretaris van nu wijlen Zijne Majesteit
voor de zaken van het groot-hertogdom Luxem
burg, H. E. V. graaf de Villers, kamerheer
des Konings in buitengewonen dienst
De directeur van het Kabinet des Konings,
jonkheer mr. J. F. Alewijn.
R. De veldmaarschalksstaf, gedragen door
den gep. luitenant-generaal N. Mac Leod, adju
dant des Konings in buitengewonen dienst.
S. De buitenlandsche ordeteekenen, ge
dragen door de adjudanten van nu wijlen Zijne
Majesteit den Koning in buitengewonen dienst.
gep. generaal-majoor Van Bel
generaal-majoor jonkheer W. J. A.
Storm de Grave
vice-admiraal J. W. Binkes
luitenant-generaal H. G. Boumeester
luitenant-generaal K. van der Heyden
De Militaire Willemsorde, de Orde van den
Nederlandscheri Leeuw, het Dienstteeken voor
55 jaren effectieven diensttijd als officier, de
Luxemburgsche Orde van de Eikenkroon en
die van den Gouden Leeuw van het Huis van
.Nassau, gedragen door den kanselier der Ne-
derlandsche ridderorden, den gep. vice-admi-
iraal F. A. A. Gregory.
Deze decoratiën, benevens de na te melden
sajkssieraden. liggen op rood fluweelen kussens.
T. Een heraut van wapenen (Luxemburg)
te paard, E. L. baron van Hardenbroek, rent
meester van het kroon-domein, voorafgegaan
door den wapendrager.
U. De standaard van het Koninkrijk, ge
dragen door den luitenant-generaal ridder
F. M. B. Alewijn, adjudant van Zijne Majesteit
in buitengewonen dienst.
V. Het rijkszwaard, ontbloot, gedragen
door den gep. luitenant-generaal A. R. J. baron
Klerck, adjudant-generaal des Konings.
W. De rijksappel, gedragen door den opper
stalmeester mr. J. E. H. baron van Nagell van
Ampsen.
X. De koninklijke schepter, gedragen door
den grootmeester van 's Konings huis J. CL E.
graaf van Lynden.
Y. De koninklijke kroon, gedragen door
den opper-jagermeester J. W. baron van Pal-
landt van Oud-Beijerland.
Z. De opper-ceremoniemeester mr. M. W.
baron du Tour van Bellinchave, gezeten in
een rijtuig met vier paarden bespannen,
gaande een lakei naast elk portier.
AA. Vier adjudanten-onderofficier ordon
nansen des Konings te voet.