BIJVOEGSEL
Binnenlandsche Berichten,
FEUILLETON.
behoorende bij de
UiU
van 25 DEG. 1890.
Vergadering der Kamer van Koophan
del en Fabrieken te Schiedam, van
Dinsdag 23 December 1S90
gen"
HET KERSTMIS BLOK.
Aanwezig zijn de heeren J. J. G. Nolet,
voorzitter, H. It. M. A. van Gent, J. H. Hout
man, J. Meijer J. Pzn en P. M. J. A. La
ger weij.
Na opening der vergadering door den voor
zitter worden de notulen der vergadering van
27 November jl. voorgelezen en met eene kleine
aanvulling met algemeene stemmen goedge
keurd. Omtrent de ingekomen stukken woidt
respectievelijk besloten, zooals door den voor
zitter wordt voorgesteld.
Aan de orde isde behandeling van een
door den secretaris ontworpen concept adres
aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
in aansluiting aan dat door de Kamer van
Koophandel en Fabrieken te Maastricht aan
die Kamer reeds gezonden, waarin de grie
ven worden blootgelegd tegen liet onlangs
door den Minister van financiën ingediend
wets-ontwerp tot verbetering der plaatselijke
belastingen alsmede tegen de thans in wer
king zijnde patentwet.
Met algemeene stemmen wordt dit con
cept-adres goedgekeurd en den secretaris
opgedragen, na aanbrenging der daarin dooi
de Kamer gewenschte aanvulling, voor eene
behoorlijke verzending te zorgen.
Op voorstel van den voorzitter besluit de
vergadering zich te wenden tot de hoofdad
ministratie der Holl. IJz. Spoorweg Maat
schappij, met verzoek om verbetering in de
trage wijze van vervoer langs de lijnen dier
maatschappij.
Besloten werd de verder nog te behande
len punten aan te houden tot een volgende
vergadering.
Niets meer aan de orde zijnde, sluit de
voorzitter de vergadering.
(Vervolg.)
De groothertog van Mecklenburg-Schwe-
rin, die wegens den ongunstigen toestand
van zijn gezondheid reeds sedert eenigen
tijd te Cannes vertoeft, ontving daar gisteren
admiraal Binkes, die den Groothertog na
mens de Nederlandsche Regeering de offici-
eele mededeeling van de troonsbestijging
van koningin Wilhelmina kwam doen.
Uit Brussel meldt men aan het Vad. dat
alle Mogendheden op Nederlands voorstellen
betreffende het Congo-vraagstuk een wei
gerend antwoord hebben gegeven,
De griffier der Tweede Kamer, belast
met het stellen van het voorloopig verslag
over de militaire wetten, is met zijn arbeid
gereed, en heeft zijn concept-verslag gezon
den aan de commissie van voorbereiding, die
tegen 5 Januari is bijeengeroepen ter de
finitieve vaststelling van het voorloopig verslag.
Naar wij vernemen, heeft de Hooge Raad
der Nederlanden beslist, dat de ambtenaren
voortaan trouw moeten blijven zweren aan
den Koning, en niet a a n de K o n i n g i n.
Naar aanleiding der belangrijke rede des
heeren F. J. M. A. Reekers, in de Tweede
Kamer der Staten-Generaal over het herstel
van het gezantschap bij den Paus gehouden
heeft de Zouaven-Broedet-schap te Amster
dam, president de heer jFr. Vos, hem het
eerelidmaatschap dier vereeniging aangebo
den, dat door Mr. Reekers met zeer veel
genoegen werd aanvaard.
De Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maat
schappij heeft gratificatiën toegekend aan
de beambten van haar station te 's-Graven-
hage en aan het minder personeel beloonin
gen geschonken, gelijk staande aan vier
dagen loon, wegens de buitengewone dien
sten, betoond op den dag der begrafenis des
Konings.
De collecte, gehouden na de liefdadigheids
predikatie van den weleerw. heer F. M. Sar
ton, kapelaan te Maastricht, in de H. Anto-
nius-kerk te Rotterdam, ten behoeve van
het St.-Lucia-gesticht, heeft opgebracht
t'1042.51, benevens aan nagekomen giften
t'90, een rol stokvisch, een halve ton haring
en een mandje bokking.
Men leest in de Haagsche Kout" der
Prov. Gr. Ct
Als een staaltje van de goede opvoeding,
die de jeugdige Koningin van hare moeder
ontvangt, vertelt men, dat zekeren dag op
het Loo het Prinsesje, aan de deur harer
moeder kloppende, Koningin Emma lachend
vroeg: »Wie is daar?"
»De Prinses van Oranje", luidde 't ant
woord der tienjarige.
»AIs Willemientje er is", riep de Konin
gin, »mag ze binnenkomen, maar de Prinses
van Oranje kan ik op 't oogenblik niet ontvan-
Onze Koningin-Regentes zal in de degelijke
en eenvoudige opvoeding, die zij aan de
jeugdige Wilhelmina wil geven, dikwerf ge
dwarsboomd worden door hare omgeving,
aristocratische hovelingen, die met hunne
vleierijen jegens het kind van staat niet
spaarzaam zullen zijn. Doch het is veel
waard, dat de moeder zelve al het mogelijke
zal doen, om onze jeugdige koningin als een
gewoon sterveling op te voeden. Zooals kin
deren van '10 jaar zijn, op wie de dood, zelfs
van hunne naaste bloedverwanten, nog geen
diepen indruk kan maken, is de jeugdige
koningin nu en dan reeds heel vroolijk en
opgeruimd. Gistermorgen nog zag een mijner
bekenden, die toevallig in 't paleis was, haar
op één been hinkende door een der gangen
komen, terwijl zij echt kinderlijke pret had.
In den nacht van Zaterdag op Zondag is
de wisselwachter G. Dinkelman door zijn
tegenwoordigheid van geest van een wissen
dood gered. Aan het station Hilversum met
een goederentrein aan het rangeeren zijnde,
en met den rug naar den trein staande, werd
hij door dien trein omvergeworpen, tusschen
de rails. Hoor plat te blijven liggen ging de
geheele trein met zestien waggons over hem
heen zonder hem te deren.
Onze consul-generaal te Buenos-Ayres zegt,
dat sedert het voorjaar in den toestand van
Argentinië geen verbetering is gekomen. De
crisis doet zich integendeel steeds dieper ge
voelen en drukt op alle bedrijven, en vooral
op den werkenden stand. Ook van de nieuw
opgerichte landbouwkoloniën, waar vaak het
noodige bedrijfskapitaal ontbreekt, luiden de
berichten in het algemeen ongunstig. Onder
deze omstandigheden moet verhuizing naar
deze Republiek opnieuw aan alle belangheb
benden ernstig worden ontraden, ook aan hen,
aan wie men de reiskosten mocht willen
voorschieten.
MAASSLUIS. Maandag 5 Januari 1891
(van 9—4 uur) zal alhier eene verkiezing ge
houden worden van eene commissie, bestaande
uit 11 leden, voor de beoordeeling van het
ontwerp van wet tot verandering der gren
zen tusschen deze gemeente en Maasland.
Kerstvertelling.
Op je gezondheid, vader BarnabéOp
de uwe, mijnheer Antoine, en op die van
madame uw echtgenoote!
En de glazen klonken vroolijk tegen elkaar
in eene boerenwoning op den weg van Maison
Lafitte naar St Germain gelegen. Vader
Barnabé was een oude boschwachter, een
gewezen militair, die zijn ambt liethad en
beter dan iemand het groote woud van St.
Germain in al zijne schuilhoeken kende.
Wat mijnheer Antoine en zijne vrouw Jac
queline aangaat, zij waren de pachter en
pachteres der boerderij, en beiden stevige
arbeiders, die zich wel niet hadden kunnen
rijk werken, doch dank zuinigheid en vlijt
het toch redelijk wel konden stellen.
Men had lang over den oogst, den regen
en het mooie weder gekeuveld, wat bij de
landlieden zoo de gewone praatjes zijn. Op
het oogenblik van te vertrekken had vader
Barnabé een bescheiden knipoogje met de
boerin gewisseld, en doende alsof hij op eens
aan iets begon te denken, wendde hij zich
tot Antoine en zeide
Ah, ja 1 het is dus waar datje Jan, den
boerenknecht, gedaan hebt gegeven? Was
je niet over hem tevreden?
Weineen, het tegendeel maar Jan heeft
het in zijn hoofd gekregen verliefd te wor
den op onze nicht Marianne.
Dat is niet te verwonderen. Zij zijn
beiden jong en krap.
Ja maar dat is ook alles. Marianne
heeft niets en Jan evenmin en daarmede kan
geen huishouden begonnen worden. Het is
dus beter, dat zij niet onder een dak wonen.
Jan heeft dat ook begrepen en wij scheiden
als goede vrienden hij vertrekt morgen.
Het zij zoo, gij zijt de meester gij
kunt handelen zooals u goedvindt.
Zoudt ge in mijn plaats niet evenzoo
doen
Dat weet ik nietdoch zooals gezegd, het
zijn uw zaken. Ik geloof echter, dat de
twee arme kinderen veel lijden zullen.
- Oh, zeker zeide Jacqueline.
Wat wilt ge, antwoordde haar man,
het zal wel slijten en hierop vertrok vader
Barnabé.
Marianne en Jan voelden zich inderdaad
het hart vol. Zij hadden elkander zoo op
recht lief. Hunne kennismaking had op zulk
eene zonderlinge wijze plaats gehad. Op een
goeden morgen wierp Jan van den zolder
eener in de buurt gelegen boerderij bossen
stroo op een kar. Marianne, met versch
geplukte bloemen in de eene, en een mandje
met eieren in de andere hand, kwam daar
juist voorbij, toen op 't zelfde oogenblik een
bos stroo op haar viel en haar deed strui
kelen. De bouquet en de mand rolden ver
weg, een lange streep eierstruif achterla
tende.
Kon je daar boven niet wat toekijken
Je moest er maar niet langs komen.
Onhandige 1
Als ik je bezeerd had, zoudt ge wel
harder schreeuwen En zoo ging de samen
spraak op steeds heviger toon voort, want
op 't land is men niet erg parlementair uit
gevallen. Na elkander eenige minuten te
hebben uitgescholden, zonder dat de een den
ander zag, riep Marianne eindelijk woedend
uit.-
Je bent een groote lummel
Op deze beleediging, die de grofste scheen,
welke men hem kon aandoen, was Jan's ge
duld ten einde hij greep het touw van den
zolder en liet zich zoo naar beneden glijden.
Daar stond hij eensklaps vlak voor zijn slacht
offer, zij zagen elkander eens goed in de
oogen en hunne drift was geweken.
Marianne, de oogen vol tranen, schikte
haren halsdoek en haar kapsel, dat losge
raakt was, weder goed en stond nu in hare
volle jeugd en schoonheid tegenover Jan, die
door den drift en het werken vuurrood ge
worden, de gezondheid en kracht voorstelde.
Ik vraag je verschooning, juffer.
Het is nu eenmaal gebeurd, wat zal
ik er aan doen antwoordde zacht Marianne,
die nog een laatsten blik op hare verstrooi
de bloemen en gebroken eieren wierp. Toen
ging zij haars weegs, terwijl Jan haar met
zijne verbaasde oogen nastaarde.
Den dag daarop bracht hij haar een bou
quet, tweemaal zoo groot als de andere en
een mand vol versche eieren, en een maand
later, toen toevallig de knecht bij vader
Antoine in dienst moest, bood Jan zich aan
om hen te vervangen en veranderde van
betrekking om dichter bij Marianne te zijn.
Zoo was de liefde tusschen die twee har
ten ontstaan en zie, nu veroordeelde men
hen te scheiden en ver van elkaar te
leven. Was dat niet wreed zoo vroeg
Marianne zich zelve in stilte af, toen zij
de borden waschte van den maaltijd,
welke zij met haar oom en tante ge
deeld had, doch waarbij de eetlust geheel
had ontbroken. Ook tante Jacqueline dacht
evenzoo. Zij hield veel van haar nichtje en