No. 4041
Ml Summer betoon eeo Bp«eL
VERSCHIJNT DAGEHIJ K S.
14e Jaarg. Zondag 26 en Maandag 27 .full 1891.
f
Bureau: Boterstraat, E 39.
Ons Standpunt.
hebb,
Prijs vim (lit Blad:
p°01' Schiedam per 3 maanden ƒ1.50
rfWco per post door geheel Nederland 2.00
Wonderlijke Nommers0.05
Het
- ""teursreclit v.111 Jen inhoud dezer courant is ver-
er<1 volgens de Wet va» 28 Juni 1881 Stsbl.no. 124.)
Prijs der Ailvertentiëii
Van 1—6 regelsf 0.60
Elk gewone regel meer»0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke
overeenkomsten aangegaan.
st_Ilet heeft wellicht eenigen onzer tegen
op bevreemd, dat wij, Katholieken, ons
Va Mi deze groote Raadsverkiezing weder
Sternmen hebben onthouden. De kans
w. ,toch zoo schoon om te herwinnen, wat
(ja lri de laatste jaren verloren. Niet minder
v.. zetels moesten in den Raad bezet
en met eemge inspanning waren, zoo
Vq0i a^'en' dan toch a'hcht de helft dier zetels,
t 1 4e katholieke partij te winnen geweest,
tle^ïïleer daar eenige liberalen gezind sche-
4e Katholieken eindelijk eens recht te
k 11 "Wedervaren. En toch, ondanks de goede
ZicT' Z^4 hadden, hebben de Katholieken
w °°k bij deze verkiezing weder van stem-
11 °nthouden, en hebben zij aldus hunnen
^^dstanders een gemakkelijke zegepraal
maS 4e rede van die voortdurende
0 Uding zijn? Wat drijft de Katholieken
e een recht ongebruikt te laten, dat hun
6llaW al andere ingezetenen dezer gemeente
j,a^Verzekerd Zoo zal wellicht een eer-
111 Schiedamsch burger, die de gebeurte-
p sen der ]aatste jaren niet nauwlettend
gevolgd, zich-zelven atvragen. Voor hem
jar* z^n nut hehben de feiten der laatste
°o^tl it het gewenschte licht te stellen; maar
voor diegenen onzer mede- en tegenstan-
S' che aan het openbare leven in onze
"vej1'eente minder vreemd bleven, zal het geen
z &eefsch werk zijn, hier eens uiteen te
h eni wat ons standpunt in zake de deel-
/.'"'"g aan het gemeentebeheer is, en de
en in herinnering te brengen, die het ons
e katholieke partij te dezer stede mocht
c' voor het jaar 1887 nagenoeg naar hare
•d sterk te in den Raad vertegenwoordigd
aai ^at jaar moest ZÜ e°hter twee zetels
1 4e liberale partij afstaan, en in den loop
r' het jaar 1888 werd de zetel van een
lib'er °vei'le4en Raadsleden mede door een
^eraal ingenomen. Wat lag dus meer voor
Hand, dan dat zij zou trachten het geleden
verli
en doen innemen.
veel
les bij de Raadsverkiezing van 1889 zoo
1 "hogelijk goed te maken ten koste der
redende liberale Raadsleden En toch
H'zelde zij niet twee der aftredende libera-
0,1 "Weder kandidaat te stellen, en wilde zij
^4 er mede vergenoegen, dat slechts één
a tredend liberaal voor een Katholiek zoude
haats maken. Was de katholieke partij hier
Uet in haar volle recht De liberale partij,
die toen reeds over meer zetels, dan haar
rechtmatig toekwam, in den Raad kon be
schikken, raakte geheel van streek, toen naai
den zetel van een harer Raadsleden zelfs
maar met den vinger werd gewezen, en «on
der den indruk" van dit geweldig feit! liet
zij de kandidatuur van al de aftredende anti
liberale Raadsleden vallen. Zoo wist zij het
er toe te leiden, dat twee verdienstelijke
Raadsleden, die respectievelijk twee-en-twin
tig en tien jaren de belangen van de stad
hunner geboorte en inwoning met de meeste
toewijding behartigden, niet herkozen werden.
Er bleven daarna nog twee Katholieken
in den Raad over, de heeren J. B. Noleten
H. R. M. A. van Gent. De heer Van Gent
meende na het gebeurde bij de Juli-ver-
kiezingen gevolg te moeten geven aan een
sedert lang door de Katholieken te dezer
stede uitgesproken wensch, dat de katho
lieke Raadsleden, als een protest tegen de
krenkende behandeling die zij van de libe
rale meerderheid en den liberalen Bur
gemeester in den Raad te verduren hadden,
zich uit het bestuur der gemeente zouden
terugtrekken. De heer Nolet geloofde wel
licht, dat hij als wethouder eene andere
positie dan de overige katholieke Raadsleden
innamhij bleef althans zijn mandaat ver
vallen tot in het begin van dit jaar, toen
ook hij zijn ontslag nam èn als wethouder
èn als lid van den Raad.
De Katholieken hadden zich dus, voor
zoover zij er nog in vertegenwoordigd waren,
geheel uit den Raad teruggetrokkenen zij
deden ook bij de enkele tusschentijdsver
kiezingen, welke in de laatste twee jaren
plaats grepen, geene poging om de zetels te
heroveren, die zij door de liberale onver
draagzaamheid verloren, of die zij vrijwillig
hadden verlaten. En de reden van dit bij voort
during vasthouden aan het standpunt van ont
houding, ze is voorzeker niet ver te zoeken.
Voor ons, Katholieken, bleven dezelfde redenen
gelden, die ons noopten na het gebeurde in
1889 aan de medewerking tot het bestuur
der gemeente ons te onttrekken. Iedere
samenwerking van verschillende partijen, wil
zij vrucht dragen voor het doel dat daar
mede beoogd wordt, moet rusten op den
grondslag van onderlinge waardeering. Bij
elk verschil van gevoelen moet toch de ge
dachte vooropstaan, dat ook de tegen- of tijde
lijke medestanders het belang des Lands of
dat der gemeente, zooals zij dit begrijpen,
op het oog hebben. Van die waardeering
was echter nooit bij de liberale meerderheid
van den Raad het minste te bespeuren. In
tegendeel, bij ieder voorstel, dat door katho
lieke leden in den Raad werd gedaan en
bij elke gelegenheid die zich daartoe aanbood,
werd door den liberalen Burgemeester
steeds front gemaakt tegenover de Katho
lieken; en de liberale meerderheid stond hem
daarin steeds trouw ter zij. Werd er iets
door de Katholieken in den Raad voorge
steld, dan gold blijkbaar voor de liberalen
niet de overweging Is hetgeen wordt voor
gesteld, in 't belang der gemeente, maar be
sliste de volgende gedachte het lot van
het ontwerphet voorstel wordt door de
Roomschen gedaan, dus behoort het te wor
den verworpen. Is het wonder dat de
gedachte aan de ondervonden onheusche
bejegening en de vrees voor eene herha
ling der zelfde krenkende behandeling, de
Katholieken er alsnog van terughoudt, hunne
medewerking tot het bestuur der gemeente
te verleenen
Maar er is nog een andere reden, die o. i.
de Katholieken er van moet terughouden,
om in den eersten tijd aan het gemeentebe
stuur deel te nemen. En die is daarin gele
gen, dat zij niet de verantwoording mede
kunnen dragen voor den toestand, door het
wanbeheer der liberalen in't leven geroepen.
Ieder die een weinig op de hoogte van de
zaken bleef, weet dat de financieele toestand
onzer stad allerbedroevendst is. Gebukt
onder een schuldenlast van ruim een millioen.
ziet zij zich genpopt opnieuw leeningen te
sluiten ja heeft zij zelfs hare toevlucht moe
ten nemen tot eene tijdelijke geldleening om
in de allerdringendste behoeften te voorzien.
De toestand was weinige maanden geleden
van dien aard, dat er ernstige vrees bestond,
dat in de behoeften van den gewonen loo
penden dienst niet zou kunnen voorzien wor
den. Toen verschafte een edelmoedig man,
die maar al te zeer het bewustzijn met zich
omdroeg, dat hij bij dien toestand in ruime
mate was betrokken, der stad een halve ton.
Hij wilde echter later zijn geld terug heb
ben, en toen zag de gemeente zich verplicht
eene tijdelijke leening van f 75000 te sluiten.
Daarmede is de moderne Moloch, onze ge
meente-schatkist, echter niet tevreden, hij
vraagt nieuwe offers, en de Burgemeesters
partij maakt zich gereed hem die te bren
gen door nieuwe leeningen, die echter niet
verkregen kunnen worden zonder de ingeze
tenen nieuwe, verhoogde lasten op te leggen.
En om dat werk ten uitvoer te brengen,
zou zij de medewerking der Katholieken
verlangen? Schrikt zij er wellicht voor
terug, alleen de verantwoordelijkheid te dra
den voor een toestand, die door haar-zelve
in 't leven werd geroepen "Welnu, de Ka-