^jtaiier bekoort een Bunosusel. 7dit 14e Jaarg. Zondag 30 en Maandag 31 Augustus 1891. No. 4070. VERSCHIJNT DAGELIJKS. llii o,o<:ertten; 't, dat het ons Bureau: Boterstraat, E 39. ''rijs van dit Itlad: ^rari e('am Pel' 3 maanden ƒ1.50 Af2o'C? Pei'post dooi-geheel Nederland 2.00 r' erÜjke Nommers0.05 Prijs der Advertentiëu: Van 1—6 regelsf 0.60 Elk gewone regel meer»0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. erjaardag der Koningin. V^Urd cclsle maai seaerc z.y aoor net Mer verscheiden van Haren Koninklijken j!et 0 den Troon werd geroepen, viert 6 M 6 ndsche volk den verjaardag van aJesteit de Koningin, van datbemin- Van ®taat> dat ons door de Voor al werd geschonken, toen zooveel wat N, Q ederlandsche hart lief en dierbaar ^etoo,."S, °nG'iel of dreigde te ontvallende °'lden q aS van de laatste jeugdige loot op den en0tld 'anjestam, die dreigde uit te sterven 0n 'ast zijner vruchtelooze takken te do Jaeti. v°or eerste maal sedert Zij door het e h '°ede Meer nog dan toen Zij onder Van Haren Koninklijken Vader op- <üt ,®ev°e'en wij thans wat het leven eer 'erhaar Koningskind ons waard is 6t "aow ,ese^en wij 't, dat Haar aanzijn in eH)k v^fte Ver^and staat tot ons onafhan- öroevi 8bestaan- '^erla'j6 ('aSen kwamen in menigte over v 11 li, ^c'dereenvolgens zagen wij 's Ko- 0 el°vende zonen, de beide Oranje- d*1 °°m ,'"erri en Alexanderzijn broeder e(^e^e prins Hendrik en de rid- '>i a|]6ri lr's Frederik ten grave dragen. ebri§enS^erVen zonder mannelijke afstam- fier(;! natelaten. De vrees dat de eens bel ai|jestam zou uitsterven en ver- de ölo°r' z'c'1 van allen meester te maken ihreethden^e'H'£be^ l'at WÜ een betrekkelijk ,.°eten Pfins hier als souverein zouden t?r'de au'U'Cb^en' ^egon zich als zeer nabij r'l'°"Ssen" °nzen geest op te dringen. De 4Ün d toch iiUlt bet ^u's van Oranje-Nassau °6's nir* 611 Sebuwd met vreemde, meeren- fj veleri &Cbe Pensen. En hoe hoog wij Hnjehuis !an d'e aanverwanten van het ei" ZlJ a aCbten' te °nkennen valt het niet, jj^etlaardj °ns nationaal bestaan en ons b'eb]e v°'ksleven grootendeels vreemd n H, l Qer N ,7' kinderen van de prinses- ,,e °retl eterlanden werden in den vreemde Wo' °FSev°ed, en kunnen dus niet L10 en iQr fn tot °nzen Nederlandschen Np,u_1 aard te behooren. En hoewel Vo ^'bmdsche volk te veel eerbied heeft hl er,°Pvolgr°ndWettig recht' om zich teSen \b°e^erS2i* i^ln^ Van een vreemden prins, van at>t. e Irief het Huis van Oranje ver- o?V°'§er >1 os*en zonder morren een troon- 0Pvoeciln nernen' 3ie door zijn geboorte Ulg in den vreemde ons maar al te zeer voor ons onafhankelijk volksbestaan zou doen vreezen. De vrees voor die ge beurlijkheid behoeven wij echter geene plaats te geven, zoo lang de Algoede het kostbaar leven spaart van het ons allen dierbare Koninklijke Kind. Haar leven is ons ten waarborg, dat wij onder de regee ring van ons eigen nationaal stamhuis, met Gods hulp, ons onafhankelijk volksbestaan zullen bewaren. Wonderbare beschikking der Goddelijke Voorzienigheid Allen die aan het Neder- landsch hart zoo dierbaar waren, op wien wij onze hoop voor de toekomst gebouwd hadden, heeft Zy ons ontnomen, en ons niets gelaten dan dit jeugdig en zwak Kind. 't Is alsof de Alwijze ons wilde doen gevoelen, dat wanneer Nederland als eigen natie zal blijven bestaan; wanneer wij als onafhanke lijk volk zullen voortleven, het alleen Zijn werk zal zijn, en wij aan Hem alleen daar voor eere en dank zullen hebben te brengen. Een zwak kind noemen wij thans de hope der toekomst. In de handen van een tenger meisje berust thans het Koninklijk gezag, ook al oefent Zij het niet uitwant het is toch in Haren naam dat er wordt geregeerd, en in Haren naam dat gehoorzaamheid aan de wetten des Lands wordt gevorderd. In naam van Hare Majesteit Wilhelmina, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, zoo klonk het ons reeds weinige dagen na Haars Vaders verscheiden toe. Ja, in dit jeugdig Meisje eeren wij de Koninklijke Majesteit, want Zij is Koninginne bij de gratie Gods. Voor alle geloovigen, voor ons Katholie ken in 't bijzonder, geldt het eeuwig ware woord »A]le gezag komt van God". Wat de dwaling en het ruw geweld ook verwon nen en vermochten hoe zeer ook de revo lutie zich beijverde dat heerlijk woord ten leugen te maken, en de meening ingang te doen vinden, dat het gezag niet afdaalt van boven maar opdoemt uit de laagte, van de massa des volks voor ons schittert nog steeds in ongekenden glans het eeuwig ware woord: alle gezag komt van God. Door hem heer- schen de koningen en regeeren de vorsten zij zijn de afspiegeling Zijner Majesteit en het beeld Zijner voorzienende liefde. In den Koning eeren wij de Majesteit van Hem, Die hem gezonden heeft, aan Wien hij zijn ge zag ontleent. Zoo ook hier: Wilhelmina is volgens de hoogste Staatswet, de Wet met medewerking en instemming des volks in 't leven geroepen en door de Koninklijke sanctie bekrachtigd, de wettige opvolgster van Haren Koninklijken Vader, die onze wettige en geëerbiedigde Vorst was. In Haar hoog ver heven persoon leeft dus het Koninklijk gezag voort, het gezag dat Zij evenals Hare Ko ninklijke voorgangers aan God ontleenten de omstandigheid dat het door andere handen wordt uitgeoefend, doet aan de rechtsgeldig heid van dit gezag niets af of toe. Als wij dus feitelijk gehoorzamen aan een Kind, dan ligt daarin voor ons niets verlagends of ver nederends want dat Kind is naar Gods be schikking de draagster van het Koninklijk gezag. Is het reeds in het gewone men- schelijke leven waar, dat wij kostbare schatten dragen in brooze vaten, hoeveel te meer hier, waar de Alwijze zooals vaak in den loop der eeuwen het zwakke, het schijn baar nietswaardige heeft uitverkoren, om als een werktuig in Zijne hand het gezag, dat van Hem komt, althans in het wereldlijke, uit te oefenen. Is dus Koningin Wilhelmina de hechtste waarborg voor ons onafhankelijk volksbe staan, de wettige opvolgster van Haren Koninklijken Vader, de verheven draagster van het Koninklijk gezag, dat van God komt dan bestaat er voor ons alle reden op Haren eersten verjaardag als Koningin te juichen en te jubelen dan past ons een eerbiedig vreugdevol huldebetoon op den heuglijken geboortedag van dit Kind van Gods goedheid en genade. Daarom, als wij in onze kerken de smeekbede Salvam fac reginam nostrum aan den danktoon van het Te Deum lauda- mus hooren paren dan stijge ook uit onze borst een smeekbede en een danktoon tot Hem, Die het leven van de ons allen dier bare Vorstin tot heden spaarde. Smeeken wij, dat Zij onder de hoede van Hare Ko ninklijke Moeder tot eene verstandige, lief devolle heerscheresse moge opgroeien. Dat de Algoede Haar kostbaar leven nog met vele tientallen van jaren verlenge, zij onze bede en onze zang. Zij worde saamgevat in dien éénen uitroep, die zich straks als een machtigen juichkreet voortplant van de Schelde tot den Dollarddoor heel Neder land en overal waar Neerland's driekleur wappert, aan oost- en westerstranden, zij aller vreugde en dank vertolkt in dien éénen juichkreet Leve de Koningin ALGEMEEN OVERZICHT. 29 Augustus '91. De berichten omtrent den toestand in Chili blijven nog steeds zeer verward. Beide par tijen schrijven zich de overwinning toe en het is zeer moeilijk uit te maken wie van Heuwe schiedamsche courant OOj' ''kerd a"'eur«echt vau den inbond dezer eonrant is ver- 0 Ken» de Wet van 28 Jnni 1881 Stsblno. 124.) de beseffen WIJ o ^els >0f «tl

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1891 | | pagina 1