Dagblad voor Schiedam en Omstreken. No. 4466. 15de Jaarg. Dinsdag 20 December 1892, ^Bureau £booQ$txaat (g 817. Kamer-Overzicht. ALGEMEEN OVERZICHT. PRIJS VAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden f 1.50 Franco per post door geheel Nederland - 2. Afzonderlijke Nommers- 0.05 Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd volgens de Wet van 28 Juni 1881 (Stsbl.) No. 124. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1 6 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen komsten aangegaan. Zij die zich tegen I Januari op dit Blad abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. De tijd is voorhij, dat onze oorlogs bodems den bezem in den mast voer den ten teeken dat zij de zee van vij anden konden schoon veegen. Deson danks heeft toch onze marine in Ne derland en Indië nog een belangrijke taak te vervullen. Dit te ontkennen, zou niet redelijk wezen want hoe wel het maar al te waar is, dat wij tegen een ietwat machtigen vijand weinig ot niets vermogen, belmoren wij in Europa aan vriend en vijand te toonen dat wij den wil hebben ons te verdedigen en vordert de nationale eer, dat wij ons gezag ook in Indië hoog houden, en de niet of half beschaafde volkeren van den Indischen archipel door het vertoon van onze oorlogsmacht ter land en ter zee ontzag inboezemen. Nu wil het onge luk dat onze marine, die daartoe in zoo ruime mate moet medewerken, in schro melijk verval is. De Hollandsche vloot, die in den tijd van de De Ruyters en de Trompen de trotscli der zeeën was, wordt op het eind der negentiende eeuw ver tegenwoordigd dooreenige weinige sche pen op verre na niet voldoende voor de grootsche taak waarvoor zij geroepen zijn. Reeds meerdere ministers beproef den de marine uit haar diep verval op te heffen, maar stuitten daarbij steeds op den onoverwinnelijken tegenstand der Kamer, die steeds weigerde de gel den voor den bouw van nieuwe schepen toe te staan. Bemoedigd door het be trekkelijk succes dat de minister Dyse- rinck in 1889 had, doordat hem de middelen voor den bouw van éen schip werden verstrekt, heeft de minister Jansen een nieuw plan ontworpen dat, over vele jaren verdeeld, in 't geheel een uitgaaf van 35 millioen zou vorderen. Daarvan zouden echter eerst circa 9 millioen verwerkt worden aan den bouw van 3 schepen, door den Minister type A gedoopt, die ieder f2.800.000 zouden kosten. In liet eerstkomende jaar zou die arbeid eene uitgaaf van f320.000 vorderen, welk bedrag dan ook op de begrooting van marine was uitgetrokken. Over dezen begrootingspost ontspon zich in de Kamerzittingen aan het eind der vorige week eene belangwekkende beraadslaging. De Commissie van Rap porteurs, belast met een voorloopig ver slag omtrent de marine-begrooting uit te brengen, had omtrent dezen post on gunstig gerapporteerd. Hare groote meer derheid was na kennisneming van het onder verplichting van geheimhouding overgelegde rapport der commissie voor de kustverdediging waarop de Minis ter zeide zijn plan gebouwd te hebben, hoewel het in werkelijkheid daarvan belangrijk afwijkt van oordeel dat de zaak nog niet rijp was voor eene beslissing, hoofdzakelijk omdat nog altijd eene wettelijke organisatie onzer marine ontbreekt. Het ontbreken van die wet telijke organisatie was schering en in slag van alle redevoeringen zoowel der voor- als tegenstanders van den betrok ken begrootingspost. De heeren willen dat bij de wet geregeld zal wordener zullen zóo en zoovele schepen zijn en die zullen hier en daar dienst doen dan eerst zou men volgens hen kunnen zien, of de thans te houwen schepen zouden passen in het stelsel van verdediging dat alsdan zou worden aangenomen. Tevergeefs herhaalde de Minister,dat zijne schepen type A pasten in alle stelselsdie Kamerleden lieten zich niet uit het veld slaan. Het plan was o. a., naar de heer Rutgers opmerkte, te eng of te wijd te eng voor hen die onze marine eene offensieve rol willen zien toebedeelen te wijd voor hen, die eene plaatselijke verdediging willen en zelfs meenen dat eene landing te beletten, niet tot de taak der marine behoort. Maar buitendien zoo beweerden vele sprekers beging men een fout, door voor Indië en Nederland hetzelfde type aan te nemen In Indië heeft men noo- dig meerdere snelvarende kruisers, o. a. om de blokkade van Atjeh met goed gevolg voort te zetten. Aan dezen eisch voldoen niet de schepen type A., die 't eerst voor Nederland bestemd, meer op weerstandsvermogen in het gevecht dan op snelheid van vaart berekend zijn. Op de aanmerkingen door de onder scheidene sprekers op zijn plan ge maakt, werd door den Minister van Marine geantwoord in een rede, die van zijn zaakkennis en beleid op de meest gunstige wijze getuigt. De Minister verzekerde dat hij aanvankelijk ook voor wettelijke regeling was geweest, maar hij was er van teruggekomen, omdat het onmogelijk bleek er de organisatie bij aan te geven. Nu dit onmogelijk was gebleken, had hij gemeend toch aan 't werk te moeten gaan. Met het oog op de financieele gesteldheid had de Minister de zaak behandeld, en na rijp beraad was het type A gekozen, 't welk past in elk stelsel en berust op hetgeen de oud minister Kruys zelf had voorgesteld. Yan dien heer had de Minister de schrif telijke verzekering ontvangen, dat er immer schepen van het type A zullen noodig zijn. Met die schepen zou men de verdediging ook offensief kunnen voeren. Volgens den heer Kruys zou den zij do marine zeer versterken. De Minister was van oordeel, dat de taak van onze zeemacht ook in Indië zeer goed door deze schepen zou kunnen volbracht worden, en hij heriep zich daartoe op het oordeel van den lieer Roell, hoofd van het departement van marine en kommandant van dezeemacht in Indië, die hem verzekerd had dat een zestal van die schepen voor Indië voldoende zouden zijn. Tusschen den Minister en den heer Gruyot ontspon zich nog een belangwekkend debat. De Minister meende in het type door hem voorgesteld het beeld te zien van een schip door den heer Gruyot in zijn werk „organisatie onzer marine" be schreven. Doch deze oud-zee-officier wei gerde zooals de Minister opmerkte zijn rechtmatig kind te erkennen en bleef het plan bestrijden. In het voorstel van den heer van der Kaay om als nog zijne voorstellen terug te nemen, ten einde ze later bij suppletoire hegrooting of afzonderlijke wet opnieuw te behan delen, kon de Minister niet treden de vernieuwing van het materieel gedoogt geen uitstel. Overigens was de Kamer door het toestaan van deze gelden niet gebonden voor volgende jaren. Nadat de Minister nogmaals zijn plan met groote klem had verdedigd, de Kamer verantwoordelijk stellende voor de aan neming der tegenstrijdige amendementen, die den ondergang onzer marine ten gevolge zouden hebben, werd het eerste amendement om de som voor den aan bouw van de begrooting af te voeren, verworpenen vervolgens de overige inge trokken. Verschillende leden gingen den Minister gelukwenschen, die zijne begrooting met 56 tegen 35 stemmen zag aangenomen. Als een tusschenbedrijf bij de vaak niet onvermakelijke discussiën over de marine-begrooting kwam in behandeling het wetsontwerp tot wijziging van art. 6 der schoolwet (verlenging van den termijn voor de invoering als verplicht leervak van de vrije- en orde-oefeningen in de gymnastiek. Daarop was dooi de heeren Travaglino en Mutsaers een amendement voorgesteld, om den termijn van invoering tot 1897 te verlengen. Men weet welk een last reeds de facul tatieve invoering van het leerva'c dei- wet op het lager onderwijs aan de on derwijzers heeft bezorgd. Terecht werd door den heer Van Yelsen in 't licht gesteld, hoe de verplichting om nog eens gymnastiek-examen af te leggen, aan de oude onderwijzers vooral last heeft be zorgd er waren bejaarde mannen, die bij het maken van kniebuigingen zenuw toevallen kregen. Maar niet alleen de onderwijzers, ook den schoolbesturen be zorgt de invoering last, waar het school lokaal voor het geven van gymnastiek onderwijs niet geschikt is, moet een apart lokaal worden ingericht, dat gepaard gaat met groote kosten, welke vooral op de besturen der bijzondere scholen drukken. De groote meerderheid dei- Kamer bleek de bezwaren, vooral dooi de voorstanders van het bijzonder onder wijs ontwikkeld, te vatten want, nadat de Minister verklaard had tegen het amendement Travaglino-Mutsaers niet het minste bezwaar te hebben, werd dit amendement met 76 tegen 14 stem men aangenomen, waarop het geheele ontwerp werd goedgekeurd, zoodat de verplichte invoering tot 1897 is uitge steld. Daarna zal de Koningin in bij zondere gevallen nog driemaal, telkens voor ten hoogste twee jaren, uitstel kunnen verleen en. Behalve dit wetsontwerp werden in de Kamerzittingen aan het einde dei- vorige week ook nog eenige kleinere wetsontwerpen afgedaan. Den Minister van Binnenlandsche zaken werd een crediet van f 100,000 toegestaan tot voortzetting der maatregelen tegen het mond- en klauwzeer. Waren de laatste Kamerzittingen ook om deze handeling, waarbij ons landbouwend district zoo nauw betrokken is, belang wekkend, ook om het belangrijk debat dat daarin over de oprichting van een leerstoel in de bacteriologie aan de Po lytechnische school te Delft gevoerd werd, trokken zij de aandacht. Yan deze vooral voor onze stad en ons dis trict zoo belangwekkende beraadslaging zullen wij op een andere plaats in ons blad nader verslag geven. 19 December '92. De Duitsche Reichsanzeiger meldt, dat bij het Gemndheitsamt van den 29 No vember tot den 10 December 1.1. twee op zich-zelf staande gevallen van cholera zijn opgegeven te Altona en te Hamburg, het laatste met doodelijken afloop. Naar het schijnt, zijn die gevallen van bui tenaf overgebracht. Bovendien werden te Hamburg den 12 December een nieuw overlijden en den 16 December twee ziekte-gevallen uit hetzelfde huis gemeld. De llamb. Corresp. kan authentiek melden, dat het eergisteren ter beurze te Hamburg loopende gerucht, volgens hetwelk aldaar 20 gevallen van cholera, waarvan 4 met doodelijken afloop, zou den hebben plaats gehad, teneenenmale ongegrond is. De opruiming in een aan tal verdachte of onzuivere woningen kan misschien aanleiding tot het gerucht hebben gegeven. De agenten der transatlantische stoom vaartmaatschappij zijn voornemens bij het congres van senatoren en afgevaar digden te Washington te protesteeren tegen het plan tot beperking der land verhuizing. Een hunner zal voorstellen aan de agenten der maatschappijen in Europa de zorg voor het inspecteeren der landverhuizers over te laten, blij vende de maatschappijen op straffen van zware geldboeten verantwoordelij k. In tegenwoordigheid van het hof en het korps officieren heeft Zaterdag-mor gen te Brussel de installatie plaats gehad van prins Albert als 2n luitenant van het reg. grenadiers. In zijne gelegenheids- speech noemde de Koning de Belgische officieron als de eigenlijke grondleggers van den Congo door hun toewijding die zelfs den dood trotseerde. De Koning bracht zelf zijn neef diens plichten in herinnering. De Koningin, de gravin van Vlaanderen en de prinsessen waren diep getroffen door de herinnering aan prins Boudewijn, die voor twee jaar in het zelfde regiment dienst nam. De Libre Parole meldt, dat het juiste bedrag hetwelk de Panama-maatschappij hier en daar heeft uitgedeeld, 20 milli oen is, en wel aan 3000 personenafge vaardigden journalisten en anderen. Yolgens bericht uit Bucharest heeft de Koning de commissie uit den Senaat tot aanbieding van het adres van ant woord ontvangende, haar bedankt en ge- NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1892 | | pagina 1