Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
16de Jaarg.
Zondag 3 September! 1893.
No. 4677.
bureau <$oocj3traat 817.
EERSTE BLAD.
Invoerrechten een middel
tegen Werkloosheid.
De Poolsche Banneling.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
NIEUWE SCHIEDAM» COURANT
Voor Schiedam per 3 maanden f 1.50
Franco per post door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Nommers- 0.05
Het auteursrecht van den inhoud dezer conrant is verzekerd
volgens de Wet van 28 Jnni 1881 StsblNo. 124.
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
Voor eenige weken werd door het
^el>avtement Schiedam der Maatschappij
°t Nut van het Algemeen tot een
dertiental hier ter stede bestaande vak-
d Werkliedenvereenigingen eenige vra-
in zake de werkloosheid gericht.
V hoofdkwestie daarbij was of er ook
hier ter stede werkloosheid bestaat en
d'lke de middelen zijn ter bestrijding
^mr treurige kwaal. Het bestuur van
df departement Schiedam was tot dien
^tap gekomen door een schrijven van
(!t hoofdbestuur der Maatschappij,
^arin het een beroep deed op de mede-
_,!Werking der departementen ter uitvoe-
r'og van eene opdracht, haar in de al-
SöiUeene vergadering van Mei 11. ver
kerkt, om een onderzoek naar de oor
aken der werkeloosheid in te stellen en
Middelen ter harer bestrijding op te
sPoren. De vraag was daarbij allereerst,
en in hoeverre zich in de verschillende
streken des lands werkloosheid heeft
voorgedaan of nog voordoetvan welken
^rd die werkloosheid is, of deze werk-
°°sheid in de naaste toekomst wordt
k'evreesd en welke middelen tot hare
^'es try ding of tot leniging van de door
laav ontstane nooden zijn aangewend
voor de naaste toekomst aangewend
kinnen worden.
Daargelaten de vraag of het „Nut",
in den hoop van zijn honderdjarig
tstaan, vooral in de laatste tientallen
^an deze eeuw, meermalen van eenzij-
richting blijk heeft gegeven, wel
e aangewezen corporatie was, om deze
^wichtige zaak ter hand te nemen, is
toch niet te ontkennen, dat het hier
fc(!ne aangelegenheid geldt, die aller
?at>dacht ten volle verdient. De werk-
°°sheid is eené kwaal, die vooral in
j
Naar Let Frausch van Louis Collas.
36)
ze>llet vreugde in bet hart en trotsch op my
've kwam ik thuistoen ik by mjjn volière
ne.am begon ik te zingen; de vogels begon-
ej 111na te volgen, zoo hard, dat het huis
O* dreundemijn vader kwam mjj roepen
r tofol, ik had aan geen tjjd gedacht.
En heeft hjj u beknord?
vAT Eooals hjj mjj beknorren kan. Ik heb hem
toen ^oe myn tjjd besteed hadmaar
op ik antwoord gaf op zjjne vraag, hoe ik
zöfcp 1 denkbeeld was gekomen, dergelijke be-
dat .- af 'e 'e8Keïl, on hem had medegedeeld
ba my dat edele denkbeeld hadt aan de
Wfi Kedaan, zag ik myn moeder haar vooi-
fronsen.
Op heel natuurlijke wijze werd ik er zoo toe
onze groote steden zich alle jaren in
hare hoogst treurige gevolgen doet ken
nen. Vooral in het barre winterseizoen
openbaart zich die kwaal in hare veel
omvattende verwoestingdan ziet men
het hoogst treurig en bedenkelijk schouw
spel, dat de werklooze arbeiders zich
bij honderden bewegen op de pleinen en
straten der stad en zich bij den bur
gemeester ton raadhuize aanmelden, om
hem voorziening in den dringenden nood
te vragen. Hoewel er verschillende oor
zaken tot het ontstaan der werkloos
heid medewerken, is het toch voor ieder,
die de feiten van den dag aandachtig
volgt, duidelijk, dat vooral onze onbe
grijpelijke, onmogelijke handelswetge
ving tot het in 't leven roepen van het
euvel der werkloosheid in ruime mate
bijdraagt. De omstandigheid dat onze
markt overstroomd wordt door tal van
artikelen, die hier geheel of nagenoeg
viij van invoerrechten binnenkomen, is
de hoofdoorzaak, dat onze vakwerklie
den gebrek lijden, omdat zij hun den
arbeid ontneemt, dien ze zoo goed konden
verrichten, en nu door den buitenland-
schen werkman wordt uitgevoerd.
Op het congres der vakvereenigingen
te Rotterdam is met algemeene stemmen
eene motie aangenomen, waarbij de
wenschelijkheid werd uitgedrukt, dat de
nationale arbeid door betere regeling
der toltarieven zou beschermd worden,
opdat de industrie en den landbouw
niet door de buitenlandsche concurren
ten ten doode zouden gedrukt worden.
Ik had het genoegen zoo schreef
onlangs de heer Nuijens van Maas-
sticht in een artikel in de Volkslanier
daar voor een kring van werk
lieden en landbouwers, die allen het
bewijs leverden, niet alleen het volle
gewicht der zaak te begrijpen, maar vol
komen op de hoogte der toestanden te
zijn, het woord te voeren, om deze kwes
tie in te leiden en toe te lichten. Ik
haalde daarbij eenige voorbeelden aan
uit den toestand, waarin de industrie in
gebracht over u te spreken en ik heb u op
de afschuwelijkste manier afgeschilderd.
Die graaf van Steinbeck is dan wel zeer
welsprekend, zeide mijn moeder.
Als gij wilt, moeder, zult gij daarover
zelf kunnen oordeelen, antwoordde ik. Gij
zoudt vader en mjj gemakkelijk naar de mijnen
kunnen vergezellen. Zij zeide niets, maar ook
mijn vader heeft hetzelfde voorgesteld en zoo
is dan afgesproken, dat wjj gezamenlijk hier
heen zullen komen.
Den volgenden morgen was ik in het ge
bergte bezig met het onderzoeken van steenen,
waarin ik sporen van zilver had gevonden
met den hamer in de hand verbrijzelde ik de
blokken, om myn weg juister te bepalen bij
het zoeken naar een nieuwe ader, toen ik een
elegante téléga bemerkte, bespannen met een
vlug, krachtig paard.
Ter plaatse gekomen, waar de weg moeieljj-
ker werd, hield het rjjtuig stil en ik zag den
generaal en zjjn echtenoote er uitstijgen Fé
dora maakte zich gereed om op haar beurt het
rjjtuig te verlaten op datzelfde oogenblik ont
plofte op geringen afstand een myn, geheele|rots-
blokken in de lucht slingerende. Het paard schrok
en met duizelingwekkende snelheid vloog het in
mijn richting vooruit. Met het dien edelen dieren
eigen instinct vermeed het de afgonden aan
weerszijden van den weg, maar lang kon het
niet meer den ondergang ontkomen. Een wei
nig verder verloor het pad zich in een dool-
deze stad verkeert, wees er op dat reeds
vele industrieele ondernemingen zijn ten
gronde gegaan en gaf mijne vrees te
kennen, dat ook de behangselpapieren
industrie alhier misschien spoedig tot
het verledene zou behooren!
Die vrees komt, helaas, vroeger in
vervulling dan ik gedacht had. De hee-
ren Grebr. Regout hebben bekend ge
maakt, dat zij hun fabriek van behang
selpapieren gaan sluitenhun huis en
kantoor en fabrieksgebouwen worden
reeds te koop aangeboden.
Maar hierbij zal het niet blijven. Eene
tweede fabriek van denzelfden aard, die
der firma J. H. Rutten, zal weldra vol
gen. Ik heb er de zekerheid van ver
kregen van een der firmanten. Deze
fabriek, waarop een 80-tal arbeiders hun
brood verdienen en waaronder verschei
den zijn die er 50, 40, 30, 20 jaren ach
tereenvolgens werkten, was altijd zeer
belangrijk. Groed ingericht, voorzien van
de nieuwste werktuigen, met groote ka
pitalen arbeidende, gaf zij steeds goede
resultaten, maar in de laatste jaren kan
zij de concurrentie tegen het buitenland
niet langer volhouden. Niettegenstaande
twee der firmanten en de zoon van een
hunner zonder eenige bijzondere bezol
diging de administratie en de leiding op
zich namen en een hunner zelfs mede
voor de zaak reisde, zoodat de exploi
tatie zeker op de meest zuinige en voor-
deelige wijze werd gedaan, kon men in
de laatste jaren slechts van 1 2 pet.
winst behalen.
Niemand zal zulk een winst buiten
sporig noemen zij is zeker veel te ge
ring voor een industrieele zaak en waar
lijk onvoldoende om de firmanten, di
recteuren en administrateuren eenige
noemenswaardige vergoeding voor hun
arbeid te geven. Niettemin hield men
de fabriek aan, om de talrijke werk
lieden, welke, zooals ik boven reeds
zeide, sommigen een groot aantal jaren
daar werkzaam waren, niet van hun
brood te berooven. Maar het gaat al
hof van rotsen en uitgravingen, te midden van
welke Fédora onvermijdelijk moest veronge
lukken. Ik wierp my voor het paard, greep
het in de neusgaten en het gelukte my het
te vermeesteren, doch niet zonder een eind
ver te zijn medegesleept.
Ik was vrij ernstig gekneusd, doch dacht
daaraan niet en snelde naar het rytuig om
Fédora, omtrent wier lot ik in het geheel niet
gerust was, in mijn armen op te vangen. Haar
eerste gedachte was om te vragen of ik niet
gekwetst wasmijn bleekheid, die een gevolg
was van de ontroering, had haar verontrust.
Toen ik u zag, was ik niet bang meer,
zeide zij.
Haar ouders snelden ons te gemoetde ge
neraal dankte my met slechts weinige woor
den doch zjjn stilzwijgen vertolkte duidelij
ker zijn ontroering dan een geheele redevoe
ring. Wat mevrouw Apraxin aangaat, haar ge
drag was zeer vreemdzjj scheen te aarzelen
tusschen tegenstrijdige gevoelens.
Gy hebt myn dochter gered en ik wilde
u haten toch was er iets, dat mij zeide, dat
ik u niet als vjjand moest behandelen, maar
het is niet voor het eerst, dat wy elkander
ontmoeten. Wie zal my kunnen zeggen, waar
ik reeds vroeger uw stem heb gehoord
Een oogenblik aarzelde ik, toen bukte ik
my om een dennetak op te rapen, waarmede
ik in de harde sneeuw de volgende woorden
schreef
slechter en slechter en dit jaar zal er
reeds verlies op de exploitatie zijn.
Men heeft dus bepaald de fabriek te
sluiten.
Aan deze fabriek zijn 80 werklieden,
aan die van de Grebrs. Regout minder
hoeveel weet ik niet, maar stellen wjj
dat daar 50 personen arbeiden. Honderd
en-dertig werklieden, waarvan bijna
allen gehuwd, velen reeds op leeftijd
zijn, geraken dus zonder werk en na
tuurlijk zonder brood.
En de oorzaak
Zij is deze. In België wordt 8 fr.,
in Frankrijk 12 fr., in Duitschland 26
mark invoerrechten geheven op 100 kilo
behangselpapier. In ons land evenwel
slechts 5 pet. van de factuurwaarde.
Dit maakt op zich zelfs reeds een groot
verschil ten nadeele van onze industri-
eelen, maar het zou nog eenigszins gaan
wanneer die 5 pCt. ook werkelijk ge
heven werden doch het gaat er mee
zooals met drukpapier en andere zaken.
Er zijn expediteurs, die aannemen het
buitenlandsch papier voor 4 pCt. van
factuursprijs aan de fabriek af te halen,
naar ons land te vervoeren, de inko
mende rechten te betalen en franco aan
huis bij de groothandelaars te bezorgen.
In plaats van 4 pCt. krijgt het rijk
dus hoogstens een paar percentmaar
onze industrie kan daar niet tegen op
zij kan niet voor het buitenland uit
voeren, omdat daardoor invoerrechten op
het gewicht worden geheven en er dus
voor den afzender geen kans bestaat om
de hooge invoerrechten te ontduiken.
Hoe het met die invoerrechten in ons
land gaat, zal het volgend staaltje leeren,
dat mij dezer dagen werd verhaald.
Een firma in ons land had van een
fabriek van behangselpapier in Duitsch
land 90.000 rollen behangselpapier ge
kocht, zoogenaamd „rams" om in ver
schillende partijen te leveren.
De eerste v.erd aangegeven en ging
door. Bij de tweede partij gaf de expe
diteur bij vergissing de waarde f 400
Ik zal nooit den 30n April vergeten."
Ik wist vooruit, dat deze woorden eenigen
indruk zouden maken op mevrouw Apraiin,
doch ik verwachtte niet de hevige ontroering,
van welke ik nu getuige was.
Hadat was hjjnu wordt alle» mjj dui
delijk, ik
De generaal kwam tusschenbeiden en Tiel
haar levendig in de rede
Wat beteekenen die woordendat vai
hjj Welke, betrekking bestaat er tusschen u
en dien datnm, aan welken gjj mjjn vrouw
herinnert
Gjj hebt gelijk, hernam zjjmjjnheer zal
het u zeggen gjj hebt hem mij afgeschilderd
als een eerljjk. braaf mangjj zult hem dus
kunnen geloovenmaar niet hier.
Zij wees haar echtgenoot op Fédora.
Gjj hebt geljjk, antwoordde de generaal
laat ons instjjgeD wij zullen te huis mjjnheer
beter onze dankbaarheid kunnen bewjjzen.
Ik nam in het rytuig plaats naast den gene
raal, moeder en dochter namen achterin plaats;
bjjna stilzwijgend legden wjj den weg at en
weldra waren vrjj aangekomen.
Mjjn kind, zeide de generaal tot zjjn doch
ter, laat de thee gereed maken; wjj zullen u
laten roepen, zoodra wjj gereed zjjn.
(Wordt vervolgd.)