Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
lijdiek van Om H. ïafc L« 1
over den H. Rozenkrans.
^Bureau £booQ&ixaai 317.
De Poolsche Banneling.
16de daarg.
Woensdag 20 September 1893.
No. 4691.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
f 1.50
- 2.—
- 0.05
Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd
volgens de Wet van 28 Juni 1881 {Stsbl.) No. 124.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
Aan Zijne eerbiedwaardige broeders de
Patriarchen, aartsbisschoppenbisschoppen en
andere ordinariussen, in vrede en gemeen-
*chap met den H. Stoel, Leo XIIIPaus.
Eerbiedwaardige Broeders, heil en
apostolische Zegen.
De heilige vreugde, tot welke de ge-
Z(!gende voltooiing van het 50ste jaar
Ouzer bisschoppelijke bediening Ons aan
leiding gaf, werd op belangrijke wijze
Verhoogd door de eenstemmigheid, waar
mede de Katholieken van eiken volks*
aard, als zonen jegens hun vader zich
beijverden om in een indrukwekkende
feestviering van hun geloof en van hunne
liefde jegens Ons blijk te geven. Wij
zien daarin, en erkennen het met steeds
onverflauwde gevoelens van dankbaar-
beid, een beschikking van Gods vader
lijke zorg, van Zijn aanbiddenswaardige
goedheid jegens Ons, en tegelijk een
groot voordeel voor Zijne Kerk. En
tevens is het Ons een behoefte des har
ten, voor die weldaad Overvloedig lof te
geven aan Onze allerzoetste helpster hij
God, Zijne Heilige Moeder. De geheel
bijzondere liefde van Maria, die in den
loop van Onze zoo lange en afwisselende
loopbaan op menigerlei wijze Ons is ge
bleken, schittert met eiken dag voor
Onze oogen in te helderder licht en ter-
vvijl zij Ons hart vervult met hemelsche
vertroosting, bevestigt zij Ons in een
hertrouwen, dat elders dan op deze aarde
Zljn oorsprong vindt. Het is Ons als
Vernamen Wij de stern-zelve van de
Hemelkoningin, die nu eens Ons met
moederlijke teederheid bemoedigt te mid
den van de wreede beproevingen, door
^elke de Kerk wordt bezocht, dan we-
aer Ons bijstaat met haar raadgevingen
hetgeen door ons moet worden ver
acht ten bate van allen, of eindelijk
Ons vermaant om de godsvrucht en de
Naar het Fransch van Lodis Collas.
50)
H wist, dat ik gerust kon vertrekkenik
e"de hemjuist wilde ik afscheid nemen,
°e" Fédora binnentrad,
i TT Altjjd gij, zeide haar vader op een lief—
"benden toon.
v Ik moest hem toch komen verzekeren-
jj. er. dat men hem gedurende zijn afwezig,
We-i "'ct ZJd vergeten. Gij kent nog wel dien
een "an' bibanski heet hjj, dien gij eens uit
e 11 groot gevaar gered hebt en die aan ieder-
H Verlehi dat hij aan u zijn leven dankt
zich t mÜ beloofd steeds over u te waken,
Pas
"an u vast te hechten als een schaduw,
°P, dat gjj hem niet voor een spion houdt.
(ji' e, generaal doorliep nog eens de instructie
"ij voor mij had gereed gemaakt en gaf
v^een behoorlijk paspoort.
voorzichtig en geheimzinning, zooals men
beoefening der deugd bij het Christenvolk
aan te vuren. Meermalen reeds was
het Ons een zoete plicht aan dergelijke
verlangens van Onze Heilige Moeder ge
hoor te geven.
Tot de gezegende vruchten, door
welke, dank zij hare hulp, Onze ver
maningen werden gevolgd, moet aller
zekerst het nut gerekend worden, dat
de godsdienst getrokken heeft uit de
bevordering van den allerheiligsten Ro
zenkrans. Broederschappen van vrome
geloovigen tot dat doel werden hier
uitgebreid, elders opgericht, degelijke
geschriften erover vonden hun weg
onder het volk, de schoone kunsten
bleven niet achter en wijdden kostbare
gewrochten aan de door ons aangepre
zen devotie. En wederom heden voe
len Wij Ons aangemaand door die aller-
zorgzaamste Moeder, om onze stem te
verheffen „Clama ne cesseshooren Wij
Haar ons toevoegen „roep zonder op
houden". Wij willen opnieuw, Eerwaar
dige Broeders, u onderhouden over den
Rozenkrans van Maria, bij de nadering
der Octobermaand, die door Ons aan
de Koningin des Hemels en aan de
devotie van den Rozenkrans, Haar zoo
aangenaam, werd toegewijd en met tal
van aflaten voor de geloovigen werd
begunstigd. Het naaste doel echter
van dit schrijven is echter niet een
lofspraak te leveren op een gebed, dat
uit zijn aard reeds zoo schoon is, of de
geloovigen op te wekken tot een heiliger
beoefening ervan. Wij zullen enkel
spreken over eenige zeer kostbare voor-
deelen, die eruit getrokken kunnen wor
den, en die geheel en al van toepas
sing zijn op de menschen en omstandig
heden van onzen tijd.
Inderdaad, Wij zijn er ten volle van
overtuigd dat de devotie van den Rozen
krans, indien zij zoo wordt beoefend,
dat de geloovigen er alle kracht en deugd
aan ontleenen, die erin verborgen lig
gen, een bron zal zijn van menigvul
dige voordeelen, niet enkel ten bate
op het tooneel zegt, zeide hij glimlachend
wees omzichtig als een slang, want een slang
vervolgt u.
Hij nam afscheid van mij, doch Fédora ver
gezelde mij tot aan de deur.
Nog denzelfden avond vertrok ik naar het
Baïkalmeer. Een goede weg leidde daarheen,
en de tarenta, (die men ter mijner beschikking
had gesteld, deed niet langer dan een uur
over den afstand. Die prachtige watervlakte,
de grootste van geheel Midden-Azie is bijna
tweehonderd mijlen lang en van twintig tot
dertig mijlen breedzjj is omringd door
reusachtige bergen, nu eens met dennenwou
den bedekt, vooral in het Oosteljjk gedeelte,
dan weder gevormd uit zwarte, naakte rots
gevaarten, van welke verscheidene met eeuwig
durende sneeuw bedekt waren.
Meer dan tachtig beken en rivieren leveren
hun schatting aan het meer, dat op zjjn beurt
al zjjn wateren afstaat aan de Angara, die in
de Jénissei valt, met de Obi en de Lena be-
hoorende tot de drie groote stroom en van Si
berië. Hier en daar kabbelen de golfjes over
een schoon strand van fijn, geel zand, maar
over het algemeen is de kust zeer steil en
woest.
Enkele armoedige dorpen, waarvan de voor
naamste zjjn Livenitchnaia op den Westelijken,
Passok en Bargoesink op den Oostelijken oever,
bestaan uit houten huisjes, wier blauwe, groene
en violetkleur de ellende niet kan verbergen.
van het bijzondere, maar evenzeer van
het openbare leven.
Yoor niemand nu is het een geheim
hoezeer Wij, gelijk gevorderd wordt dooi
den plicht van Ons opperst Apostolaat,
het heil begeeren der volkeren en met
Gods hulp daaraan Onze kracht willen
wijden. Herhaaldelijk toch hebben Wij
de mannen, die zich met het oppergezag
in de maatschappij bekleed zien, ver
maand, geen andere wetten te maken
of toe te passen, tenzij in overeenstem
ming met de wet der goddelijke gerech
tigheid en met niet minder ernst heb
ben Wij degenen die, hetzij door talent
of verdiensten, hetzij door hooge geboorte
of fortuin, boven anderen staan, aan
gespoord, dat zij hun krachten veree
nigen, hun pogingen aaneensluiten, ten
einde de belangen van den Staat te
behartigen en de ondernemingen te be
vorderen, die zijn bloei kunnen dienen.
Er bestaat echter een maar al te groot
getal oorzaken, waarom in de burger
lijke samenleving de banden der open
bare tucht verslappen en de volkeren
minder dan betamen zou in eerbied voor
de zeden den waarborg zoeken voor hun
bloei. Drie kwalen vooral schijnen Ons
hier het meest noodlottig in betrekking
tot het openbaar leven Wij bedoelen
den tegenzin in een eenvoudigwerkzaam
leven, de vrees voor en afkeer van het lij
den.het vergeten eindelijk der eeuwige
goederen, die het voorwerp onzer hoop moe
ten uitmaken.
Wij betreuren en zelfs degenen
die alles tot de wetenschap en de na
tuur terugbrengen, erkennen het feit en
betreuren het met Ons, Wij betreu
ren, dat de menschelijke samenleving
in onzen tijd een vreeselijke wonde
vertoont: de verwaarloozing namelijk
van de plichten en deugden, die de eigen
schappen moeten zijn van hen wier
levenskring in het verborgene en gewone
ligt. In de huiselijke maatschappij ont
trekken zich de kinderen aan de ge
hoorzaamheid, die zij aan hun ouders
Zij worden bewoond door de scheepstimmerlie
den en visschers, die jacht maken op zalm en
andere vischsoorten, die zij te Irkoetsk ver-
koopen.
Ik heb het Baïkalmeer gezien bjj storm, als
zjjn korte, doch woedende golven de scheepjes
als notendoppen heen en weer slingerden,
wanneer de donder rommelde op de omringende
hoogten, de rotsen schudden op hun grondves
ten en de vreeseljjke natuurtooneelen schenen
te willen herhalen, die het dorp Stepna hadden
verwoestik heb het gezien bij stil kalm weer,
wanneer het schitterende in de zon, als een
tot den rand gevulden in het marmer uitge
houwen. onmeteljjk grooten beker, en steeds
was ik getroffen door de grootheid van dat
schouwspel.
Ik heb aan zjjn oevers dagen doorgebracht
van vrome ingetogenheid, gedurende welke
mijn ziel, opgaande in het oneindige, zich boven
alle menschelijke ellende verhief en zich ver
loor in de gedachte aan den Allerhoogste.
Nooit heb ik warmer gebeden, nooit beter be
grepen hoeveel grootheid, maar ook hoeveel
zwakheid er in den mensch is. Had ik niet
tegelijk voor oogen de zee en de bergen, die
twee groote afbeeldingen van de Goddelijke
almacht
De opdracht, die de generaal mjj had gege
ven, wa» eer een voorwendsel geweest om mjj
te verwijderen dan dat zij een wezenlijk doel
had zij liet mij veel tijd voor overpeinzingen
verschuldigd zijnzij dulden geen tucht,
tenzij deze toegeeflijk is en zich plooit
naar hun verlangens. Bij den werkman
openbaart zich afkeer van den handen
arbeid, tegenzin in het ambacht, onte
vredenheid met zijn stand, een onzinnig
dry ven naar hooger, een droomen van
een gelijkheid in bezit, die nimmer te
bereiken valt: door deze en dergelijke
oorzaken wordt de plattelandsbevolking
in menigte ertoe gebracht, om den ge
boortegrond vaarwel te zeggen en in
steden bedrijvigheid en een genotvol
leven te gaan zoeken.
Hieraan ook heeft men het toe te
schrijven, dat in onze dagen het even
wicht tnsschen de verschillende klassen
der samenleving ontbreektalles is ge
schokt, de gemoederen zijn ter prooi aan
haat en nijdhet recht wordt in hst
openbaar geschondendoor een bedrie-
gelijke hoop verleid, verstoren velen den
openbareD vrede, veroorzaken oproeren
en weerstaan degenen die tot roeping
hebben de orde te bewaren.
Tegen dit kwaad* moet een genees
middel gezocht worden in den Rozen
krans van Maria, die met een bepaalde
volgorde van gebeden, de vrome over
denking eischt van het leven des Zalig
makers en Zijner Heilige Moeder. De
blijde geheimen moeten het volk worden
voorgehouden en voor de oogen der
menigte vertoond als tafereelen, die ons
het voorbeeld leveren der deugden, die
ieder in zijn staat moet beoefenen. En
lichtelijk valt te begrijpen hoe menig
vuldig die voorbeelden zijn, hoe geschikt
ter navolging, hoe opwekkend tot het
leiden van een onberispelijk leven, hoe
aanlokkend door de wonderbare zoet
heid, waarmede zij de harten tot zich
trekken.
Laat men zich het huisje voorstellen
van Nazareth, het aardsche en tevens
goddelijke verblijf der heiligheid. Welk
een heerlijk toonbeeld vindt men daar
voor het dagelij ksch leven Welk een
onder elk opzicht volkomen schouwspel
en beschouwingenik gaf er mij geheel en
al aan over en ik verbond hiermede de herin
nering aan allen, die mjj dierbaar waren, een
herinnering welke aan mjjn geestestoestand
een glimp van vertrouwen en hoop op de toe
komst ontleende.
Het was het schoone gedeelte van het jaar;
het jjs in het meer was reeds lang gesmolten;
de plantengroei, haastig, als alles in Siberië,
had in enkele dagen het aanzien van den bo
dem veranderdde ook in onze luchtstreek
voorkomende boomen, eiken, berkenboonten,
beuken- en lindeboomen waren in korten tjjd
met dicht gebladerte bedekt.
Op het uur van het begin der schemering,
was ik gaan zitten op een plek, waaraan ik
boven elke andere de voorkeur gaf; op een
rots waarin een natuurlijke uitholling een soort
waarnemingspost vormde, de laatste zonnestra
len verguldden de bergtoppen en kleurden de
sneeuw rozenrood onder mjj lagen de door
zichtige wateren van het peilloos diepe meer,
over welks oppervlakte de zwaluwen heenstre
ken bijna onmerkbare rimpels duidden rnjj de
plaats aan, waar warme bronnen uit den vul-
kar.ischen bodem ontsprongen, met dicht ge
boomte bedekte eilanden dreven op de golven.
{Wordt vervolgd.)
NIEUWE SCHIEDAMSCHE C0URAN1
i, i. "i