Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
No. 4748.
bureau Jöoog^traai 317.
16de Jaarg.
Zaterdag 25 November 1893.
ten moordenaar voor eenuor.
ALGEMEEN OVERZICHT.
PRIJS VAN DIT BLAD:
PRIJS DER ADVERTENTIÊN
Feuilleton.
5)
NIEUWE SCHIEDAMSCHE C0URAN1
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
1.50
- 2.--
- 0.05
Het auteursrecht van den inhoud dezer courant is verzekerd
volgens de Wet van 28 Juni 1881 (Stsbl.) No. 124.
Van 1 6 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeen
komsten aangegaan.
24 November '93.
Blykens berichten uit Brussel hielden
de leden der rechterzijde van de Kamer
^an afgevaardigden, gisteren eene bijeen
komst, welke door 87 leden werd bijge
woond. De minister-president Beernaert
Verklaarde, dat iedereen natuurlijk vrij
Was om te stemmen naar zijn overtui
ging, maar dat hij zich zou terugtrekken
lndien de rechterzijde niet toestemde om
althans het beginsel der proportioneele
v«rteganwoordiging in de nieuwe kies
wet te leggen.
De Kamer van afgevaardigden te
Parijs hield gisteren eene belangwek
kende zitting. Te half vier gisteren
biddag had Lockroy zjjne rede geëin
digd; te ruim half vijf was zijn op
volger Barthou, van de gioëp der regee-
ringsrepublikeinen, even ver gevorderd
en toan naai de Kamer tien minuten
Pauze. Vervolgens kwamen de radicaal
Chautemp8, naar wien niemand luis-
terd« en een partijgenoot van Barthou,
de jonge Deschanel aan het woord, en
daarop verdaagde de vergadering
ket was op dat oogenblik bijna half
Zeven geworden, de voortzetting van
k®t débat tot Zaterdag. De zaal was
kezettot de diplomatieke tribune was
gevuld en op hare voorste bank zag
^en den Pauselijken nuntiue met het
r°od kalotje gedekt zegt de Parijsche
c°rrespondent der N. R. Ct. Het
Parlementair tournooi, dat voor die volle
2aa] werd afgespeeld, was dikwijls fraai
v°or zoolang Barthou, die een discours
glister hield en Dechanel de tribune
beslag namen, maar aan het nut
Wij fel ik nog. De socialisten werden
^'"k onder handen genomen, en herhaal-
eBjk werd op de tegenspraak gewezen,
aarin zy zich onderling bevinden, en
^aarin de voornaamste leiders zich tel-
ens zei ven hebben gebracht door voor
een verschillend publiek eene verschil-
lende taal te laten hooren. Tal van
kleine incidenten deden zich voor. Het
belangrijkste was dat, waarin de minister
van financiën werd gemengd. Lockroy
maakte eene zinspeling op den onwil
van dit ministerie om eene belasting op
het inkomen in te dienen. Wie heeft
u gezegd, viel hem Peytral in de rede,
dat men die belasting niet wild# Wel,
antwoorde Lockroy, ik meende dat dit
was op te maken uit de ministerieele
rede. Toen daarop Barthou eveneens bij
dit punt bleef stilstaan, verrees Peytral
opnieuw van zijne zitplaats, verzekerend
dat niet het plan eener inkomstenbe
lasting was opgegeven, maar wel het
betrekkelijk ontwerp, dat door hem in
1888 was ingediend. Hij voegde er bij,
te spreken uit naam van het geheele
Kabinet. Was het enkel toeval, dat
juist op dit oogenblik Dupuy den spreker
den rug toedraaide, en, alsof er niets
voorviel dat het ministerie raakte, druk
met den achter hem zittenden Viette
ging praten In ieder geval, meende
Barthou, diende na deze woorden eene
nadere verklaring van de tribune te
volgen. Misschien dus dat Zatsrdag ons
deze brengsn zal.
Gisteren, den eersten dag der behan
deling van de nieuwe handelstractaten
met Spanje, Rumenië en Servië in den
Rijksdag te Berlijn, hadden de beraad
slagingen een kalm verloop. Als de
sprekers uit naam der conservatieve
partij traden op graaf Yan Limburg
Stirum en graaf Kanitz. Zij verklaar
den zieh tegen de tractaten, waarbij de
laatstgenoemde zich de klacht liet ont
vallen, dat de Staatssecretaris van bui-
tenlandsche zaken, baron Von Marshall,
geen Pruis is; ware hij dit wel, dan
zou hij in het bijzonder de ontstemming
in Noordduitschland over de handels
politiek der regeering beter begrijpen.
De rijkskanselier sprong den aangevallen
Marshall dadelijk bij en verklaarde op
scherpen toon, van nationaal standpunt
deze uitlating met leedwezen te hebben
Plekt*16 bewerin& immers, dat hy deze bloed-
g *eahad opgedaan, terwijl hij zijne slapend
der a*nt>e vrouw wilde wekken met eenen kus
Vr0t.7erzoeni"g hij, die van deze zelfde
en Was heengegaan met een kart vol wrok
WflOlln 1 i
nóg, in hare tastbare leugenachtigheid
al t2V°e<^.e deze bewering was toch immers
al uuig, in hai
j '.'ubeschaamd
deüa JaZ°° ongeveer moest het betoog lui-
beg0i,Vf?. den rechtsgeleerden spreker, die de
tV^ diging. tegen my zou hebben te staven,
ipzou mijn verdediger daartegen hebben
tep retlgen f Welke waarde zou men hech-
tep 110au zÜne verwijzing naar mijnen geach-
den ■ai." eu mijn onbesproken verleden Had-
bioorjl °°k a'idere moordenaars beruchte
enaars zelfs, als Eugene Aram, profes
sor Webster, John Hunter zich op even
gunstige verleden kunnen laten voor
staan V
De slotsom, naar de overtuiging van jury
leden en rechtbank, zou dus wezen dat de
beschuldigde om één uur 's nachts was thuis
gekomen, brandend van wrok, vast besloten
om den twist te hernieuwen en deweerbarstig-
heid zijner vrouw voor goed te fnuiken dat het
oponthoud in de studeerkamer een louter ver
zinsel was, niet waard dat men er een oogen
blik ernstig bij stilstond dat de van moord
gedachten vervulde man zich terstond naar de
kamer zijner vrouw had begeven, blijkbaar
zeer behoedzaam, aangezien de in een aangren
zend vertrek slapende kindermeid er niet door
wakker was gewordendat het arme slachtof
fer zich half gekleed op eene sofa had gelegd
vermoedelijk omdat zij bang was om naar
bed te gaan en aldus hoopte wakker te blijven
dat de man geruchtloos de kamer was binnen
getreden, waar hij de weerlooze vrouw geheel
in zijne macht bad; dat hij, zijn slachtoffer
slapende vindende, en alle misbaar willende
vermijden, naar met eene duivelsche vastbe
radenheid de kling vak eenen degenstok had
in het hart gestokendat hy vervolgens
het moordende staal en den daarbij behooren
den stok op de eene of andere wijze wegge
stopt had dat hjj de dienstboden in den hnize
eerst opriep, nadat hy het met zichzelven over
de verder te volgen gedragslijn ééns gewor-
vernomen. Da ambtenaren des Rijks
hebben slechts éene nationaliteitde
Duitsche. bijval van de linkerzijde
In het Lagerhuis te Londen heeft de
heer Mundella medegedeeld, dat, naar
tot dusver bekend is geworden, het
getal der slachtoffers van den jongsten
storm 237 is506 personen werden
gered. Sir Edward Grey verklaarde, dat
de regeering geene andere berichten
nopens de gebeurtenissen in Brazilië
ontvangen heeft, dan welke in de dag
bladen zijn verschenen. Het gerucht dat
het bombardement van Rio de Janeiro
ophanden zou zijn, is niet bevestigd;
maar het is ongelukkig waar, dat er
zich ieder oogenblik omstandigheden
kunnen voordoen, welke dit bombarde
ment medebrengen, ondanks de pogingen
van de vertegenwoordigers der mogend
heden om het te beletten.
Volgens berichten uit Kaapstad heeft
een Engelsche verkenningstroep bevon
den, dat het leger van Lobengoala uit
eengedreven is. Lobengoela zelf, nog
sleohts vergezeld van eenige hem getrouw
gebleven detachementen, heeft de wijk
genomen in de bosschen van Somuboulo.
Majoor Forbes blijft hem achtervolgen,
dat hy gevangen zal worden genomen,
wordt zeker geacht. De oorlog is
geëindigd.
In de Kamer van afgevaardigden te
Weenen, heeft gisteren prins Windisch-
griitz het mini8t§rieel program ontvouwd.
Het Kabinet, samengesteld naar aanlei
ding van de politieke handelwijze der
drie groote partijen in de Kamer, doet
op alle partijen een beroep, omdat het
rekent op vertrouwen in zijn daden. De
dringendste taak is de kiesrechthervor
ming, bij welke rekening zal moeten
worden gehouden met de verschillende
deelen der monarchie. Men zal het
kiesrecht moeten toekennen aan de klas
sen der bevolking, welke er tot dusver
van verstoken bleven, in het bijzonder
aan de arbeidende klassen, onder hand
having en waarborging evenwel, van
den was en, ten slotte, dat dit wel een der
gruwelijkste eu koelbloedigste vrouwenmoor-
deu was, van welke de annalen der Ameri-
kaanscke rechtspleging tot dusver nog ooit
hadden gewag gemaakt.
Het stond my alles klaar voor den geest,
het dreunde my in de ooren, alsof ik het alles
reeds had doorleefd, het alles reeds achter my
had. En toch
Neen. Het mocht zoo niet gebeuren. Ik wil
de anders te werk gaan. Myne doode lag
daar maar ik had thans geen tjjd tot treu
ren.
Myn kindMadge, dat sluimerde in de aan
grenzende kamer, was moederloos geworden.
Het had thans zijnen vader nog slechts. Die
vader mocht niet zichzelven, en hierdoor ook
zyn kind, met geboaden handen en voeten
overleveren aan onverdiende schande en ver
nietiging.
En daarom wilde ik niet de dienstboden
wekken, niet de politie alarmeeren. Ik wilde
naar dokter Stanage gaan, naar mynen ouden
lang beproefden vriend; hem bij deze doode bren
gen, en my door zynen raad laten leiden, hoe ik
onder deze vresselyke omstandigheden te han
delen had.
In minder dan eene minuut was dit besluit
in mij gerezen en stond het vast, en ik maak
te my gereed, om er onverwijld gevolg aan te
geven.
Ik liet de doode liggen zooals zy lag, draai-
het overwicht der politieke rechten van
de gezeten burgerij en den landbouw-
stand. Het is waarschijnlijk, dat de
nieuwe kieswet eene verhooging der
staatsuitgaven noodzakelijk zal maken.
Zoolang deze hervorming haar beslag
niet heeft gekregen, zal de regeering
geene andere politieke vraagstukken ter
hand nemen, maar wel zich toeleggen
op eene oplossing vaD oeconomische en
financieels kwestiën. Tevens zal zij de
militaire macht der monarchie handha
ven. Deze verklaringen werden met
grooten bijval ontvangen. Ook in het
Heerenhuis lokte eenige gedeelten toe
juichingen uit. Nadat prins Windisch-
gratz in dat lichaam het staatsstuk
voorgelezen had, voegde hij er de ver
klaring aan toe, te hopen dat dit Huis,
hetwelk beschouwd wordt als het bol
werk van het Oostenrijksche patriotisme,
aan de regeering een welwillenden steun
bij het volvoeren van hare moeilijke
taak zal verleenen. Het bij de Kamer
voor hare verdaging ingediende regee-
ringsontwerp betreffende het kiesrecht,
evenals een dergelijk ontwerp, uit het
particulier initiatief voortgesproten, ie
verzonden naar de commissie voor de
kieswet.
De Spaansche bevelhebber te Melila,
generaal Macias, moet eergisteren te
Melila een conferentie hebben gehad
met den broeder van den Sultan van
Marokko, waartoe een wapenschorsing
ook van de zijde der Kabylen is inge
willigd, zoodat de Spanjaarden van de
gelegenheid gebruik zullen maken om
de forten opnieuw van proviand te voor
zien en zich vrijelijk tot aan de uiterste
grenzen van het Spaansche terrein te
bewegen. Macias heeft volle viijheid
bij de onderhandelingen en zal indien
des Sultans broeder geen degelijke voor
stellen doet, de vijandelijkheden met
verdubbelde kracht hervatten.
Op last van kard. Vaugham en al
de Roomsch-Katholieke bisschoppen van
Engeland werd Zondag Da de H. Mis
de het gaslicht neer, opende de deur, bracht
den sleutel van de binnenzijde naar de buiten
zijde, draaide hem in het slot om en Btak
hem in mynen zak. Na in het portaal scherp
geluisterd te hebben, begon ik zoo zacht mo
gelijk de trap af te dalen.
Het geringste kraken van eene trede deed
my stilstaanWaarom bonsde myn hart
zoo angstig, terwijl ik toch onschuldig was en
niets anders voor had dan mjjzelven en myn kind
te vrijwaren voor eene valsche betichting
Waarom kromp ik by het kleinste nachtelijke
gedruisch zoo bang ineen Omdat ik wist
dat, zoo iemand my hier hoorde of zag, ik
een verloren man was. Deze schjjn van vluch
ten immers zou de kroon wezen op het schjjn-
bewyg van myne schuld.
Een oogenblik nog berouwde het my, dat ik
niet terstond de bel in beweging gezet en, in
Godsnaam, aan al wat er verder komen zou
onverslaagd het hoofd geboden had. Doch het
was daarvoor te laat, nu meer dan ooit nog
Indien ik dit had willen doen, dan hadde ik
er geene seconde meê moeten dralen. Nu zou
het terugkeeren nog bedenkelijker zyn geweest
dan het voorwaarts gaan.
Ik ging dus voorwaarts.
Wordt Mrvêlfd.)